Algemene bepalingen stageovereenkomst

Algemene bepalingen stageovereenkomst ROC van Amsterdam
Vastgesteld door de College van Bestuur, mei 2014
01.
a.
b.
c.
d.
02.
1.
2.
3.
4.
03.
1.
2.
3.
4.
5.
04.
1.
2.
3.
4.
05.
A.
1.
2.
B.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
C.
1.
2.
D.
1.
2.
3.
E.
Definities
De in deze overeenkomst gehanteerde begrippen worden nader uitgelegd in het
document “Begrippen”. Dit document staat op de website van het ROC van
Amsterdam: www.rocva.nl onder de link “Info voor studenten”. Elk schooljaar zal
de meest recente versie van de begrippen worden gepubliceerd.
Verplichte documenten voor het afsluiten van een stageovereenkomst:
een getekende onderwijsovereenkomst;
kopie verklaring omtrent gedrag (VOG) (indien van toepassing);
per opleiding noodzakelijke gegevens (die apart worden opgegeven);
een getekende "Akkoordverklaring verzending factuur aan derden" (indien
van toepassing).
Hij: waar hij staat kan ook zij gelezen worden.
Stage: Het onderricht in de praktijk van het beroep, of wel
beroepspraktijkvorming (BPV) in de zin van artikel 7.2.8 lid1 WEB dan wel
andersoortige stages in het kader van contractonderwijs.
Toepasselijkheid van de algemene bepalingen
Deze algemene bepalingen zijn van toepassing op alle stageovereenkomsten, al
dan niet zijnde een beroepspraktijkvormingsovereenkomst in de zin van art. 7.2.8
lid1 WEB, die het ROC van Amsterdam sluit met studenten.
Deze algemene bepalingen en de stageovereenkomst maken een integraal
onderdeel uit van de met de student gesloten onderwijsovereenkomst en vormen
daarmee één geheel.
Door ondertekening van de stageovereenkomst en/of het lopen van stage bij een
stagebiedende organisatie, verklaart de student kennis te hebben genomen van
de inhoud van de algemene bepalingen en akkoord te zijn met de inhoud en
toepasselijkheid van de algemene bepalingen.
Bij strijdigheid tussen de onderwijsovereenkomst en de stageovereenkomst
(inclusief de daarbij behorende algemene bepalingen dan wel andere regelingen
en documenten waarnaar wordt verwezen) gaat de onderwijsovereenkomst voor.
Bij strijdigheid tussen de stageovereenkomst en de daarbij behorende algemene
bepalingen en andere regelingen en documenten waarnaar in de
stageovereenkomst en de algemene bepalingen wordt verwezen gaan de
stageovereenkomst en de daarbij behorende algemene bepalingen voor.
06.
1.
2.
07.
1.
2.
3.
4.
08.
1.
Eenzijdige wijziging van de algemene bepalingen
Het ROC van Amsterdam behoudt zich het recht voor om deze algemene
bepalingen eenzijdig te wijzigen indien de Studentenraad daarmee heeft
ingestemd.
Op de website zal elk schooljaar de meest recente versie van de algemene
bepalingen van de stageovereenkomst gepubliceerd worden.
Een afschrift van de algemene bepalingen is verkrijgbaar bij Bureau
Studentenzaken. Op verzoek zal kosteloos een exemplaar van de algemene
bepalingen naar de student worden toegezonden.
Studenten kunnen uitsluitend rechten ontlenen aan de meest recente versie van
de algemene bepalingen van de stageovereenkomst die dat schooljaar op in de
in lid 2 genoemde wijze bekend zijn gemaakt.
Het ROC van Amsterdam behoudt zich het recht voor om de regelingen en
documenten waarnaar in de stageovereenkomst en de daarbij behorende
algemene bepalingen wordt verwezen eenzijdig te wijzigen.
Toelating tot de stage
Het ROC van Amsterdam legt vast in haar curriculum (waaronder de
Studiewijzer) wanneer een student de stage mag gaan volgen en waaraan deze
dient te voldoen.
Het ROC van Amsterdam sluit met de student en de praktijkbiedende organisatie
voor het starten van de stage de stageovereenkomst.
Het doel van deze stageovereenkomst is het vastleggen van afspraken over
praktijkvorming, zodat uitbreiding van kennis en ervaring gerealiseerd kan
worden die noodzakelijk is voor het voltooien van een beroepsopleiding in het
kader van de WEB, dan wel contractonderwijs.
Uitgangspunt van de stage zijn de voor de opleiding geldende onderwijs- en
vormingsdoelen zoals opgenomen in de Studiewijzer van de opleiding.
Verplichtingen van partijen
Begeleiding
De praktijkbiedende organisatie zal een praktijkbegeleider aanwijzen die is belast
met de begeleiding van de student. De onderwijsbegeleider van ROCvA zal het
verloop van de stage volgen door het onderhouden van regelmatige contacten
met de praktijkbegeleider en de student.
Voor de afwezigheid tijdens de stage gelden voor de student de regels zoals deze
door de praktijkbiedende organisatie gehanteerd worden evenals de regels zoals
deze in de onderwijsovereenkomst tussen student en ROC van Amsterdam zijn
afgesproken.
Beoordeling en deelname examen
ROC van Amsterdam heeft de eindverantwoordelijkheid bij de beoordeling of de
student de eindtermen of competenties behorend bij de stage heeft gerealiseerd.
De procedure van de beoordeling en de wijze van examinering van de eindtermen
of de competenties staan beschreven in de Studiewijzer van de beroepsopleiding.
De student wordt door de praktijkbiedende organisatie in staat gesteld deel te
nemen aan toetsen of examens van ROC van Amsterdam die tijdens de periode
van de stage plaatsvinden.
Het bevoegd gezag van ROC van Amsterdam betrekt bij de beoordeling het
oordeel van de praktijkbiedende organisatie, met inachtneming van de
desbetreffende in de Studiewijzer opgenomen regels.
De praktijkbiedende organisatie verklaart zich bereid beoordeling van de stage op
de praktijkplaats mogelijk te maken.
Indien overeengekomen stelt de praktijkbiedende organisatie aan het eind van de
stage een rapportage op over het functioneren van de student tijdens de stage bij
de praktijkbiedende organisatie.
Gedragsregels en veiligheid
De student is verplicht de binnen de praktijkbiedende organisatie in belang van
orde, veiligheid en gezondheid geschreven regels, voorschriften en aanwijzingen
in acht te nemen. Hij wordt over deze regels ingelicht.
De praktijkbiedende organisatie treft, overeenkomstig de
Arbeidsomstandighedenwet, maatregelen die gericht zijn op de bescherming van
de lichamelijk en geestelijke veiligheid van de student.
Problemen en conflicten bij seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of
geweld
De praktijkbiedende organisatie treft maatregelen die gericht zijn op voorkoming
of bestrijding van vormen van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of
geweld.
In het geval van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld, heeft de
student het recht om de werkzaamheden direct neer te leggen zonder dat dit
reden is voor een negatieve beoordeling.
De student moet de werkonderbreking direct melden bij de praktijkbegeleider en
de onderwijsbegeleider.
Geheimhouding
De student is verplicht alles geheim te houden wat hem onder geheimhouding
wordt toevertrouwd of wat er als geheim te zijner kennis is gekomen of waarvan
hij het vertrouwelijke karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
2.
3.
09.
1.
2.
3.
10.
1.
2.
3.
4.
5.
Niet nakomen van verplichtingen
Indien de student de verplichtingen op grond van deze stageovereenkomst dan
wel andere overeenkomsten, documenten of regelingen waarnaar in deze
stageovereenkomst en/of deze algemene bepalingen wordt verwezen, niet of
niet voldoende nakomt, kunnen tegen hem maatregelen, waaronder schorsing
en verwijdering, worden getroffen.
De aard van de maatregelen, de procedure van opleggen als ook de
mogelijkheden tot bezwaar en beroep en de procedures daarvoor zijn geregeld
in, dan wel gebaseerd op het MBO Studentenstatuut en Examenreglement
ROCvA-ROCvF.
Aansprakelijkheid en verzekering
De praktijkbiedende organisatie is jegens de student aansprakelijk voor schade
die de student tijdens of in verband met de stage lijdt, tenzij de praktijkbiedende
organisatie aantoont dat zij de in artikel 7:658, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek
genoemde verplichtingen is nagekomen, of dat de schade in belangrijke mate het
gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de student.
ROC van Amsterdam is niet aansprakelijk voor de schade die tijdens of in
verband met de stage door de student aan de praktijkbiedende organisatie of aan
derden is toegebracht.
De praktijkbiedende organisatie verklaart te zijn verzekerd tegen het financiële
risico van (bedrijfs)aansprakelijkheid als bedoeld lid 1 en lid 2, ook tegenover
studenten.
In dit kader wordt onder eigendommen van de praktijkbiedende organisatie en
derden verstaan:
a.
eigendommen van de praktijkbiedende organisatie;
b.
eigendommen van derden onder beheer van de praktijkbiedende
organisatie.
Einde van de stageovereenkomst
De stageovereenkomst eindigt:
a.
door beëindiging van de onderwijsovereenkomst tussen de student en
ROC van Amsterdam;
b.
door het verstrijken van de termijn waarop deze stageovereenkomst van
toepassing is, dan wel op het moment dat een overstap naar een andere
opleiding binnen ROC van Amsterdam wordt gemaakt;
c.
na afronding van het examen of de examens van de opleiding waarop
deze overeenkomst betrekking heeft;
d.
indien de student de onderwijsinstelling (voortijdig) verlaat dan wel de
student door de onderwijsinstelling is uitgeschreven;
e.
bij onderling goedvinden van ROC van Amsterdam, de student en de
praktijkbiedende organisatie, nadat dit schriftelijk door partijen is bevestigd;
f.
indien de student zich, ondanks nadrukkelijke waarschuwing, niet houdt
aan (gedrags)regels volgens artikel 6, nadat dit schriftelijk is bevestigd
door de praktijkbiedende organisatie en ROC van Amsterdam;
g.
indien een der partijen op grond van zwaarwegende omstandigheden
beëindiging van deze overeenkomst noodzakelijk acht en in redelijkheid
niet verlangd kan worden de overeenkomst te laten voortduren;
h.
wanneer ROC van Amsterdam, de student of de praktijkbiedende
organisatie de hem bij wet of de stageovereenkomst opgelegde
verplichtingen niet (meer) nakomt;
i.
wanneer, indien daarvan sprake is, de arbeidsovereenkomst tussen de
student en de praktijkbiedende organisatie wordt beëindigd;
j.
door ontbinding of door verlies van rechtspersoonlijkheid van de
praktijkbiedende organisatie of wanneer de praktijkbiedende organisatie
ophoudt het in de stageovereenkomst bedoelde beroep of het genoemde
bedrijf uit te oefenen;
k.
wanneer de erkenning/gunstige beoordeling van de praktijkbiedende
organisatie (zoals bedoeld in de WEB) is ingetrokken.
Bij voortijdige beëindiging van de stageovereenkomst stelt de desbetreffende
partij de andere partijen daarvan schriftelijk op de hoogte.
Indien het ROC van Amsterdam en het betrokken kenniscentrum na het sluiten
van de stageovereenkomst vaststellen dat de praktijkplaats niet of niet volledig
beschikbaar is, de begeleiding tekortschiet of ontbreekt, de organisatie niet langer
beschikt over een gunstige beoordeling als bedoeld in artikel 7.2.10 van de WEB
of indien sprake is van andere omstandigheden die maken dat de stage niet naar
behoren plaatsvindt, bevordert het bevoegd gezag van het ROC van Amsterdam
met het betrokken kenniscentrum dat een vervangende stageplaats beschikbaar
kan worden gesteld.
Slotbepalingen
In die gevallen waarin deze de stageovereenkomst dan wel andere
overeenkomsten, regelingen en documenten waarnaar in deze
stageovereenkomst en/of deze algemene bepalingen wordt verwezen niet
voorzien, beslissen ROC van Amsterdam en de praktijkbiedende organisatie na
overleg met de student. Indien het gaat om zaken die de verantwoordelijkheid van
het kenniscentrum raken, wordt het betreffende kenniscentrum daarbij betrokken.
Student en praktijkbiedende organisatie verklaren dat zij de documenten en
regelingen waarnaar in deze algemene bepalingen wordt verwezen en/of die als
aanhangsel/bijlage aan de stageovereenkomst zijn toegevoegd, hebben
ontvangen en/of daarvan hebben kennis genomen en dat zij instemmen met de
inhoud hiervan.
In die gevallen waarin toepassing van enige bepaling of voorschrift van deze
stageovereenkomst dan wel andere overeenkomsten, regelingen en documenten
waarnaar in de overeenkomsten en/of deze algemene bepalingen wordt
verwezen, de student onbedoeld zwaar treft of kennelijk onredelijk voor hem
uitwerkt, kan de directie van het betrokken MBO College op verzoek van de
student daarvan afwijken.
Toepasselijk recht en klachtenregeling
Op de stageovereenkomst en deze algemene bepalingen is uitsluitend
Nederlands recht van toepassing.
Bij problemen of conflicten tijdens de stage richt de student zich in eerste instantie
tot de praktijkbegeleider en/of de onderwijsbegeleider. Deze trachten in
gezamenlijk overleg met de student tot een oplossing te komen.
Wanneer de student vindt dat het probleem of conflict niet naar zijn tevredenheid
is opgelost, kan de student een klacht indienen bij de onderwijsbegeleider.
De student kan een klacht indienen bij de klachtencommissie studenten
betreffende handelingen en/of besluiten dan wel het nalaten hiervan waardoor
een student rechtstreeks in zijn belang is getroffen. Dit geldt niet voor klachten
rondom toetsing en beoordeling en klachten rondom discriminatie en overige
vormen van ongewenste omgangsvormen. Daarvoor gelden andere procedures.
De regels en procedures omtrent klachten zijn opgenomen in
“Klachtencommissie studenten”