Download

Stabulletin
JAARGANG 29 | NUMMER 03 | DECEMBER 2014
De helicopterview van STABU:
Van bestekschrijven
naar slim specificeren
Ton Hillen: “Wij moeten de consument gaan coachen”
VOORWOORD
INHOUD
voorwoord
Marc Verhage
algemeen directeur STABU
inhoud
2
4
8
Voor u ligt alweer de tweede editie van het vernieuwde STABUlletin. Dank voor de vele positieve reacties. Dat geeft
ons reden om hiermee door te gaan. Het einde van het jaar nadert met rasse schreden. Altijd een moment om terug te
blikken en tevens de plannen voor het komende jaar de revue te laten passeren.
Het afgelopen jaar hebben we bij STABU hard gewerkt aan het nieuw te lanceren ‘Bouwbreed’, waarover verderop in dit bulletin meer. Gelukkig komen er steeds meer vragen binnen en de eerste licenties zijn inmiddels verkocht. Wij zijn ervan overtuigd
dat we iets moois voor u hebben gebouwd, wat de hele bouwketen gaat ondersteunen. Een eenduidige manier om bouwwerken te beschrijven en op te splitsen in specificaties op diverse detailniveaus. Een classificatie als onderlegger voor een
bouwwerk model, dat gedurende de gehele levenscyclus van een bouwwerk in de vorm van een gebouwdossier de benodigde informatie uniform ter beschikking stelt. Een tool om contractdocumenten te maken voor verschillende contractstelsels
met een achterliggend kennissysteem met relevante achtergrondinformatie. Een database met productspecificaties volledig
conform de vigerende wet- en regelgeving en makkelijke zoekstructuren, zodat vanuit prestaties direct bijbehorende fabrikanten gevonden kunnen worden. Er komen plug-ins om de link te kunnen maken van en naar BIM. En tot slot bieden wij software
om snel aan de slag te kunnen gaan. Ik ben trots op het STABU-team die dit voor elkaar heeft gekregen. Nu is het aan u.
Vanaf 6 januari 2015 gaan we veel tijd besteden aan voorlichting en uitleg. We gaan proberen u te overtuigen dat Bouwbreed
het antwoord is op datgene waar de markt al lang om vraagt. Tevens gaan we goed naar u luisteren. Uw feedback is essentieel om Bouwbreed verder te vervolmaken, zodat het volledig gaat voldoen aan uw behoefte. We pretenderen immers niet het
ei van Columbus gevonden te hebben. Maar we hebben wel de sleutel in handen van de deur waarachter dat ei verstopt ligt.
We gaan het hele jaar hard werken om al uw feedback te verwerken en intussen de database verder te vullen met fabrikantendata. Ons streven is dat er geen discussie meer bestaat over de classificatie of database die u moet hebben om het leven
gemakkelijker te maken en iets moois te bouwen met de juiste prijs, kwaliteit en binnen de gestelde tijd.
colofon
Voorwoord: Marc Verhage
STABU
Postbus 36
6710 BA EDE
Professor Arjen Adriaanse bouwt bruggen
tussen BIM-theorie en -praktijk
Telefoonweg 32
6712 GC EDE
Peter Wijnands over verandermanagement:
leef je cultuur!
Tel. 0318 63 30 26
Fax. 0318 63 59 57
E-mail: [email protected]
Website. www.stabu.org
Ontwerp:
BouwStijl Media, Rotterdam
Redactie:
BouwStijl Media, Rotterdam
ISSN: 1384-7872
Copyright: STABU
14 STABU Nieuws
16 Kees Flipse vanuit het bestuur:
Innovatie is noodzaak
18 De visie achter STABU Bouwbreed:
van bestekschrijven naar slim specificeren
20 Heijmans: op weg naar
gebruikgerichte woningbouw
22 Column Walther Ploos van Amstel:
Vanwaar de angst voor transparantie?
Natuurlijk is er nog een hoop te doen voor ons en voor u. Het omzetten van moederbestekken, het omschakelen van NL/SfB
naar Bouwsystemen & Installaties, het leren omgaan met een nieuwe werkwijze, het begrijpen van de laatste wet- en regelgeving. Maar wij gaan u hierbij helpen. STABU is immers van, voor en door de bouw.
In dit magazine weer een aantal interessante artikelen. Ton Hillen, lid van de Raad van Bestuur van Heijmans vertelt hoe zij de
klant betrekken bij het ‘nieuwe’ bouwproces. In het kader van de ‘vreemde eend in de bijt’ kijkt Peter Wijnands van Q-impact
vanaf de zijlijn naar de bouwsector en adviseert over de benodigde cultuurverandering in de bouw. Professor Adriaanse
maakt de vertaling van de BIM-theorie naar de praktische realiteit. Het nieuwe Bouwbreed komt uitgebreid aan de orde en tot
slot hebben we professor Walther Ploos van Amstel bereid gevonden ieder bulletin te voorzien van een column, waarin hij op
soms humoristische maar altijd prikkelende wijze de bouwsector uitdaagt om lessen te trekken uit andere sectoren.
Voor nu rest mij, namens al mijn collega’s in het STABU-team, u prettige feestdagen toe te wensen en veel succes voor het
nieuwe jaar.
Take care of business!
Marc Verhage
algemeen directeur STABU
STABULLETIN | 2
STABULLETIN | 3
INTERVIEW
INTERVIEW
Hoogleraar Bouwprocesintegratie & ICT, prof. Adriaanse:
“Ik wil de markt vanuit mijn
leerstoel geen Utopia
voorschotelen, maar juist
dicht tegen de praktijk
aanzitten en daar ook
nieuwe richting aan geven”
bruggen bouwen tussen
BIM-theorie en -praktijk
Professor Arjen Adriaanse is hoogleraar Bouwprocesintegratie & ICT aan de Universiteit Twente in Enschede. Daarnaast is hij bij Ballast Nedam concernbreed verantwoordelijk voor de ontwikkeling en implementatie van Bouwwerk
Informatie Management (BIM). Volgens Adriaanse is er
juist op het grensvlak van BIM-theorie en -praktijk veel te
bereiken.
“We hebben in de bouwsector te maken met allerlei eilanden. Projecten bestaan uit een ontwerp-, realisatie- en
beheer- & onderhoudsfase. In die fasen heb je vaak vele
partijen. Daarnaast is de bouw opgedeeld in allemaal verschillende projecten. Het verbinden van die fasen, partijen
en projecten is een grote uitdaging, maar enorm belangrijk”,
aldus Adriaanse. “Uit Amerikaans onderzoek blijkt dat de
productiviteit in de bouw amper stijgt. In Nederland worden de faalkosten in de bouwsector geschat op 11% van de
omzet en het innovatief vermogen van de bouw is relatief
laag. Er is dus nogal wat aan de hand. De opdeling van de
bouwsector in eilanden is daar volgens mij de belangrijkste
reden van.”
De vraag is hoe je bruggen slaat tussen de verschillende
eilanden. Adriaanse: “ICT kan hier een rol in spelen, maar
er zijn ook organisatorische ontwikkelingen die dit stimuleren. Van oudsher zijn bouwbedrijven bijvoorbeeld actief
in de realisatiefase. Door de veranderende vraag komen
ontwerp, maar ook beheer & onderhoud daar steeds meer
bij. Dat is een prikkel om het hele proces slimmer aan te
pakken. Kies je in het ontwerp materialen die over de hele
levensloop zo goedkoop mogelijk zijn, dan verdien je geld
in de onderhoudsfase. In dergelijke integrale contracten
loont het om processen over de verschillende fasen heen
te managen en te optimaliseren. Daarbij is BIM een belangrijk hulpmiddel.”
Professor Arjen Adriaanse
STABULLETIN | 4
Theorie en praktijk versterken elkaar
Sinds augustus vorig jaar is Adriaanse hoogleraar aan de
Universiteit Twente, waar hij in oktober 2014 zijn oratie
hield met het thema ‘Bruggen bouwen met ICT’. “Na mijn
studie aan de Universiteit Twente, heb ik altijd twee sporen bewandeld: enerzijds de wetenschap en anderzijds de
praktijk. Natuurlijk omdat ik het leuk vind, maar ook omdat
er veel te winnen is in het bij elkaar brengen van deze te
gescheiden werelden.”
De eerste onderzoeken op het gebied van BIM stammen
uit het begin van de jaren 70. Pas de laatste tien jaar is BIM
in rap tempo in de praktijk gebracht. “Waar de wetenschap
lange tijd ver voorliep op de praktijk, hebben universiteiten
nu moeite om de koplopers uit de praktijk bij te houden. Dit
maakt het voor universiteiten een uitdaging om een onderzoeksagenda voor de komende tien jaar te formuleren. In
mijn leerstoel zoek ik de combinatie en samenwerking tussen de wetenschap en het bedrijfsleven waardoor theorie
en praktijk elkaar versterken.”
Geen Utopia
De koplopers in de markt lopen nu misschien voor op de
universiteiten, toch blijkt BIM vaak lastig in de praktijk te
brengen. “De moeilijkheid is om het werkend te krijgen in
de gefragmenteerde, in eilanden opgedeelde, bouwcontext. Veel partijen lopen hier tegenaan. In de zogenoemde ‘hypecycle’ lopen de verwachtingen ten aanzien van
nieuwe ontwikkelingen eerst enorm op om daarna weer in
te zakken. Dit laatste is bij BIM nu regelmatig het geval. De
praktijk blijkt weerbarstig waardoor bedrijven teleurgesteld
raken. De focus van de leerstoel ligt dan ook vooral op de
organisatorische aspecten en de implementatie van BIM.”
Volgens Adriaanse moeten we niet te naïef omgaan met de
BIM-ontwikkeling. “Het werkt natuurlijk niet zo dat we door
BIM automatisch met elkaar gaan samenwerken. Beschikbare informatie wordt net zo goed gebruikt of misbruikt en
bepaalde informatie wordt wel of niet gedeeld. Vaak moet
eerst het gedrag veranderen voordat je echt de vruchten
van BIM kunt plukken. We doen hier veel onderzoek naar
en proberen mechanismes te ontdekken die ons helpen om
nieuwe projecten beter op te zetten. Ik wil de markt vanuit
mijn leerstoel zeker geen Utopia voorschotelen. We willen
juist heel dicht tegen de praktijk aanzitten, maar daar ook
nieuwe richting aan geven.”
Integraal Project Informatie Management
Eén van die richtingen is een bredere benadering van BIM:
“BIM wordt nog vaak gelijkgesteld aan 3D-modelleren. Dit
is een gedachte die de term ‘Bouw Informatie Model’ vaak
automatisch oproept. In de praktijk gaat het echter steeds
vaker over het managen van informatiestromen rond een
bouwwerk. Naast een 3D-model heb je te maken met documentmanagement, eisenmanagement, planning, calculatie, assetmanagement enzovoorts. Steeds vaker worden
deze informatiesystemen aan elkaar gekoppeld tot één
gezamenlijke oplossing. Dat geheel is BIM. Zelf spreek ik
steeds vaker over Bouwwerk Informatie Management, maar
eigenlijk hebben we het over het integrale Project Informatie Management.”
De volgende grote stap
Het koppelen van verschillende informatiewerelden per
project is voor BIM-koplopers in de markt een belangrijk
thema, maar volgens Adriaanse gaat het de komende jaren
nog een stap verder. Hij geeft een praktisch voorbeeld:
”Stel, een bouwer heeft een groot werk waar hij verantwoordelijk is voor ontwerp, realisatie en 20 jaar beheer &
onderhoud. Bij een dergelijk project zijn veel partijen betrokken. Die bouwer voert tegelijkertijd misschien nog wel
20 andere projecten uit in diezelfde regio. Waarom tel je
die projecten, en daarmee de BIM-gegevens, niet bij elkaar
op om bijvoorbeeld de logistiek en het planmatig onderhoud voor die projecten gezamenlijk te optimaliseren? Dit
‘stapelen’ van projecten wordt een volgende interessante
BIM-stap die we gaan maken.”
Om dit te realiseren zal op de verschillende eilanden, dus
bouwprocesfasen, partijen en projecten, een cultuuromslag
moeten plaatsvinden. Er zijn verschillende ontwikkelingen
STABULLETIN | 5
INTERVIEW
gaande die een context creëren waarin BIM-mogelijkheden
goed tot hun recht komen. Denk aan ketensamenwerking,
integrale contractvormen en modulaire bouwsystemen.
“Binnen Ballast Nedam zijn we bezig met een concept voor
modulaire stadions. Dit zou bijvoorbeeld ingezet kunnen
worden voor het WK voetbal in Qatar. Het concept bestaat
uit standaard modules die je op verschillende manieren
kunt samenvoegen. Vervolgens kun je de modulaire stadions ook weer demonteren om er bijvoorbeeld meerdere
kleine stadions van te maken. Qatar wil de stadions na het
WK voetbal namelijk graag doneren aan Afrikaanse landen.
Zo ontwikkel je niet meer voor één project, maar projectoverkoepelend. In zo’n context komt BIM ook veel beter tot
zijn recht dan op alle verschillende eilandjes afzonderlijk.”
Routekaart naar integratie
Die wisselwerking tussen organisatie en ICT is precies
waar Adriaanse zich op richt. “We moeten verschillende
informatiewerelden bij elkaar brengen. Dat is niet alleen
een kwestie van het leggen van digitale verbindingen, het
is vooral een cultuur- en gedragsverandering. Vanuit mijn
leerstoel wil ik toekomstperspectief bieden met bijvoorbeeld het Integraal Project Informatie Management en de
bundeling van verschillende projecten met BIM. Daarnaast
INTERVIEW
kijken we hoe je daar stapsgewijs naartoe kunt groeien, als
een soort routekaart die je volgt. Daar ben ik mee bezig
aan de universiteit, maar ook vanuit mijn werkpraktijk. Dit is
namelijk op beide vlakken de belangrijkste uitdaging waar
we voor staan: hoe maak je de bouw stapsgewijs meer
geïntegreerd.”
Maximaal gebruik van nieuwe technologie
We moeten ons als bouwsector realiseren wat voor ontwikkelingen om ons heen plaatsvinden. Er is in de laatste
twee jaar wereldwijd meer informatie opgebouwd dan in de
2.000 jaar daarvoor. Daarnaast verdubbelt de kracht van
computers elke 18 maanden. Ook komen op het moment
allerlei ICT-ontwikkelingen samen, waardoor er legio nieuwe mogelijkheden ontstaan. Als informatie- en communicatie-intensieve sector kunnen we hier veel meer gebruik van
maken. Er zijn genoeg voorbeelden uit andere sectoren,
die zijn alleen niet altijd één op één te kopiëren naar de
bouw. Het is de uitdaging om in onze opgedeelde sector de
kansen van nieuwe technologie maximaal te benutten. BIM
kan daar een enorme aanjager voor zijn als we ook op de
eilanden de nodige veranderingen weten door te voeren.
Hier zet ik me met één been in de praktijk en met één been
in de universitaire wereld graag voor in.”
BIM bij een modulair, demontabel voetbalstadion
“Het is niet alleen een kwestie van het leggen
van digitale verbindingen, het is vooral een
cultuur- en gedragsverandering”
Prof. Dr. Ir. A.M. Adriaanse
Prof. Dr. Ir. A.M. Adriaanse is hoofd van het BIM/GIS Centrum en BIM/GIS Programma Manager
van Ballast Nedam. Daarnaast hij hoogleraar Bouwprocesintegratie & ICT aan de Universiteit
Twente in Enschede. In oktober 2014 gaf hij hier zijn oratie met het thema ‘Bruggen bouwen
met ICT’. De volledige oratietekst is te vinden op de site van de universiteit:
www.utwente.nl/academischeplechtigheden/oraties/archief/2014/oratieboekje-adriaanse.pdf
STABULLETIN | 6
STABULLETIN | 7
INTERVIEW
INTERVIEW
Peter Wijnands over verandermanagement:
leef je cultuur!
“Laat zelf het gedrag zien
dat je ook bij anderen wilt
bewerkstelligen”
De bouwsector verandert enorm. Nieuwe contractvormen, samenwerkingsverbanden en bouwmethoden
vragen om een andere manier van leidinggeven. Peter
Wijnands, directeur van Q-impact, geeft training en
coaching op het gebied van leiderschap en management. We vroegen hem naar zijn strategieën voor verandermanagement en zijn adviezen voor de bouwsector.
Zijn belangrijkste tip: leef je cultuur!
Q-impact is in 2013 opgericht. Wijnands heeft echter al zo’n
15 jaar ervaring als trainer, adviseur en coach: “Hiervoor had
ik een trainingsbureau samen met een compagnon, maar ik
had behoefte aan verandering. Zo’n nieuwe stap geeft nieuwe energie. Het is ook goed als klanten jouw ontwikkeling
zien. Het is een cliché, maar stilstand is echt achteruitgang.”
Verandertrajecten zijn dan ook een wezenlijk onderdeel
van het dienstenpakket. “Met een select team van vijf professionals leggen we ons toe op organisatieontwikkeling en
persoonlijke groei. We maken leiders betere leiders, managers betere managers en verkopers betere verkopers. Dat
doen we individueel, maar ook in teamverband. De focus
ligt op de gewenste cultuur en het bijhorende gedrag. Bij
bedrijfsbrede ontwikkelingen beginnen we bij het directieteam en pas daarna in de overige lagen van de organisatie.
Zo wordt het traject geborgd in de onderneming.”
Gedrag en cultuur
De dienstverlening spitst zich toe op drie punten: training,
personal coaching en talentmanagement. De keuze voor
een benadering hangt af van de vraag, maar er wordt wel
altijd een duidelijke aanpak gehanteerd. “We werken vanuit
de actuele situatie. Wat is de cultuur van de organisatie of
het gedrag van de persoon en wat willen ze veranderen?
STABULLETIN | 8
Bovendien kiezen we een positieve insteek. Ik geloof dat in
principe 80% goed gaat. Dat brengen we in beeld om vervolgens te kijken hoe we de laatste 20% kunnen verbeteren.”
Verandertrajecten zijn ook altijd gespreid in de tijd. “Je
kunt iemands gedrag niet in een paar dagen veranderen.
Daarom stellen we aan het begin van een traject haalbare en meetbare doelen op, waar mensen vervolgens een
aantal weken mee aan de slag gaan. We leren namelijk
vooral door onze eigen ervaring. Na die praktijkperiode
volgt terugkoppeling en worden er nieuwe doelen gesteld
voor de volgende periode. Door zo te monitoren worden de
resultaten zichtbaar gemaakt.”
Maar een veranderingsproces gaat volgens Wijnands vooral
om het ‘leven van je cultuur’: “Laat zelf het gedrag zien dat
je ook bij anderen wilt bewerkstelligen. Wees je bewust van
wat voor impact je gedrag heeft op de mensen aan wie je
leiding geeft. Het klassieke adagium ‘goed voorbeeld doet
goed volgen’ is echt waar. Als managers een proces begeleiden vanuit hun overtuiging en dit onderstrepen door hun
gedrag, dan wordt het echt onderdeel van de cultuur.”
Bouwsector op de schop
In zijn carrière heeft Wijnands ook regelmatig ondernemingen uit de bouwketen getraind. “De bouwsector was altijd
vrij hiërarchisch en heel directief in zijn aansturing. Er werd
tot in de detail gezegd wat iemand moest doen. Deze stijl
van managen werkt niet meer met complexe projecten en
hoger opgeleid personeel. Door ingewikkeldere projecten nemen de faalkosten toe, worden klanten ontevreden
en treedt er reputatieschade op. In de krimpende markt
ontstaat bovendien een grote prijsdruk. Zo is de markt op
zichzelf teruggeworpen.”
STABULLETIN | 9
INTERVIEW
INTERVIEW
Het positieve gevolg is dat er op allerlei fronten een
enorme kwaliteitsslag plaatsvindt. “Ook de manier waarop
gemanaged wordt moet op de schop. De directieve manier
werkt niet meer, maar ook micromanagement waarbij je alles in het proces controleert is niet meer haalbaar. De bouw
moet gaan leidinggeven vanuit een visie: een algemene
richting die perspectief biedt en mensen meeneemt in het
verandertraject.”
“De bouw moet gaan
leidinggeven vanuit
een visie”
Eigen verantwoordelijkheid
Vanuit die visie moeten mensen leren zelf besluiten te
nemen. “Je moet ze hier de ruimte, het vertrouwen en de
waardering voor geven. Zo stimuleer je ze om zelf na te
denken over oplossingen.
Je moet een timmerman niet stapsgewijs uitleggen hoe hij
zijn werk het beste kan doen. Dat moet hij samen met de
uitvoerder op de bouwplaats bepalen. Dan ligt de verantwoordelijkheid waar deze hoort.”
“Soms hoor ik bijvoorbeeld van bedrijven dat het een
rommel is op de werkvloer. Zeker in de bouw horen netjes
werken en goede communicatie net zo goed bij de beleving en tevredenheid van de klant als het feitelijke werk. Als
manager kun je al deze aspecten onmogelijk direct beïnvloeden. Je zult mensen het besef moeten bijbrengen hoe
belangrijk dat is voor het bedrijf.”
Een goede reputatie betaalt zich uit
Als je dat over de hele linie weet te bewerkstelligen zorgt
dat voor een goede reputatie. Die betaalt zich volgens
Wijnands altijd uit. “De nieuwe werkelijkheid vraagt om andere relaties. Die zijn niet meer voor de korte termijn, maar
ten minste voor de duur van een project en vaak langer.
Door te werken aan goede relaties en op basis daarvan
goede projecten te realiseren, volgen automatisch nieuwe
opdrachten. Je ziet bij kleinere bedrijven dat dit werkt. Die
hebben voldoende werk door vertrouwen van hun vaste
klanten of een goede naam in de regio.”
“Zij moeten zich afvragen wat de normen en waarden van
het bedrijf zijn en of ze die ook echt leven. Dat doen ze
door in de spiegel te kijken en te zien wat goed gaat, maar
ook waar ze steken laten vallen. Door zich kwetsbaar op te
stellen en iets te doen met de feedback die ze krijgen. Als
je zelf niet integer bent, hoe kun je dat dan van een ander
verwachten? De lat ligt voor de directie dus nog veel hoger
dan voor de lagen daaronder, maar een verandering communiceer je voor 80% door je eigen gedrag.”
Werknemers worden ondernemers
Een goed voorbeeld is een groot farmaceutisch bedrijf dat
Wijnands traint: “De farmaceutische industrie is van oudsher heel productgericht, ze verkopen geneesmiddelen aan
artsen. Dit bedrijf heeft juist een patiëntgerichte insteek
gekozen, waarbij de toegevoegde waarde voor de gebruiker centraal staat. Een hele cultuuromslag die gerealiseerd
is door eerst de directie meer mensgericht te maken.
Het management stelt de medewerkers centraal en zorgt
dat ze een bredere kijk krijgen op het product. Ze doen dit
nu twee jaar en je ziet dat het werkt doordat bijvoorbeeld
de omzet stijgt. Door zich steeds af te vragen wat hun
producten betekenen voor een ander en hoe ze dat kunnen
ondersteunen, benaderen ze de markt anders. Ze brengen
de DMU beter in kaart en werken efficiënter en intelligenter. De medewerkers hebben als het ware geleerd om zelf
ondernemers te zijn.”
Realisatie, relatie en reputatie
Daar zit de link met de bouw. “Die eigen verantwoordelijkheid is ook hier nodig om de noodzakelijke cultuuromslag
te maken. De bouwsector is enorm in verandering. Een
laatste tip die ik mee wil geven is: verzet je hier niet tegen, maar maak er gebruik van. Signaleer kansen, acteer
daarnaar en zorg dat je dat beter en sneller doet dan je
concurrenten. De drie pijlers hierbij zijn realisatie, relatie
en reputatie. Zorg voor een goede realisatie, werk aan een
goede relatie met je shareholders en uiteindelijk krijg je een
goede reputatie die zichzelf uitbetaalt!”
Grote bedrijven moeten hier ook naartoe, hoewel dat voor
hen complexer is. Wijnands is er van overtuigd dat die
cultuurverandering bij het management moet beginnen.
Peter Wijnands
Peter Wijnands is directeur en eigenaar van Q-impact. Sinds 1999 staat zijn carrière in het
teken van het ontwikkelen van mensen en organisaties. Vanaf 2006 is hij ondernemer en oprichter van diverse ondernemingen op dit gebied. Hiervoor is hij tien jaar werkzaam geweest in
verkoop- en management functies bij een drietal internationale farmaceutische bedrijven.
STABULLETIN | 10
STABULLETIN | 11
ADVERTORIAL
ADVERTORIAL
BEELE:Geen compromis op het gebied
van veiligheid
Op elk moment van de dag, in elk bedrijf en in elke situatie bestaat de dreiging van brand. Al meer dan vier decennia is BEELE
Engineering specialist in passieve brandveiligheidssystemen.
Systemen waarmee de verspreiding van brand, rook, water en
gassen via kabel- en buizeninstallaties wordt voorkomen.
Op het Duurzaam Gebouwd Congres in november 2014 heeft VEKA haar nieuwe profielsysteem gelanceerd. Energiezuinigheid wordt
hierin gecombineerd met design. Het nieuwe profiel legt tevens de basis voor een nieuwe generatie kunststof kozijnsystemen waarmee architecten een stap verder kunnen gaan.
Hans Beele, eigenaar en directeur van BEELE Engineering legt
uit: “Een ramp heeft zijn eigen tijdsbepaling. Om die reden levert
BEELE Engineering een breed scala aan geavanceerde oplossingen om de risico’s hierop te verkleinen, niet alleen vandaag maar
ook na vele jaren.”
Kunststof kozijnen hebben in de bouwwereld een geheel eigen plaats verworven. Niet alleen de ecologische en economische voordelen
van het materiaal geven voor architecten, projectontwikkelaars, bouwers en opdrachtgevers vaak de doorslag. Ook het design krijgt
steeds meer de aandacht.
“Of het nu gaat om de blootstelling aan vuur dan wel aan druk- en
schokbelastingen, of zelfs een combinatie van beide: onze systemen bieden een oplossing. Ze hebben bovendien wereldwijd een
uitstekende reputatie.”
ARTLINE 82
De esthetische kwaliteit van kunststof ramen en deuren springt steeds meer in het oog. Met de productlijn ‘ARTLINE’ biedt VEKA een
kozijnprofiel dat in of achter de muur verdwijnt. Nagenoeg niets van het kozijn is zichtbaar, waardoor het lijkt of het glas direct in de muur
geplaatst is.
Reputatie
Het bedrijf uit Aalten is wereldwijd actief, maar kent een typerende
eigenheid in het beleid. Zo komt het merendeel van de producten
voort uit vragen uit markt. Beele geeft aan: “In ons eigen R&D centrum onderwerpen wij alles aan de meest extreme tests. We testen
en documenteren plotseling optredende drukbelastingen (tsunami’s
of explosies), zoutwatertesten, brand- of extreem lage en hoge temperatuurbelastingen, hoge luchtvochtigheid, druk- of treksterkte en
langeduurgedrag. Dit doen we puur omdat we vooraf willen weten
of we de kwaliteit kunnen bieden die nodig is. Het sluiten van een
compromis staat wat dat betreft niet in ons woordenboek.”
Multibox
Het profielsysteem ‘Multibox’ kan een functie vervullen bij de warmtehuishouding van een gebouw. Het bestaat uit een ingenieus
dubbel kozijn met een binnen- en een buitenraam. De ruimte daartussen kan desgewenst gebruikt worden om te koelen of te
verwarmen.
Financieel gezond
De VEKA Groep is wereldwijd marktleider in kunststof kozijnprofielen. De familieonderneming heeft ruim 3.600 medewerkers en 25
dochterondernemingen op 3 continenten. Meer dan 2.200 gespecialiseerde bedrijven verwerken de VEKA systemen tot hoogwaardige
kunststof componenten. Door in de zomer van 2014 GEALAN over te nemen is het personeelsbestand uitgebreid met nog eens 1.150
medewerkers en de totale jaaromzet gegroeid tot meer dan 1 miljard euro.
Merkenvrij recyclen
Met milieuvriendelijkheid als één van de kernwaarden neemt VEKA haar maatschappelijke verantwoordelijkheid op het gebied van recycling. Ongeacht merk of afkomst wordt ook de hele Nederlandse stroom van pure kunststof kozijnprofielen opgevangen en verwerkt tot
basismateriaal voor nieuwe kozijnen. In een geautomatiseerd proces wordt het zuivere pvc teruggewonnen. Dat wordt zonder kwaliteitsverlies weer bij de productie van nieuwe profielen gebruikt. Nieuwe profielsystemen moeten daarom altijd merkonafhankelijk gerecyceld
kunnen worden.
Nieuwe producten
Voor drie producten beschikt BEELE Engineering inmiddels over
een zogenaamd ‘EC-Certificate of Conformity’, afgegeven door
Kiwa Nederland BV. Dit zijn de SLIPSIL afdichtingspluggen, het
NOFIRNO afdichtingssysteem voor doorvoeringen met metalen
buizen en de CRUSHER brandmanchetten voor kunststof buizen.
De productspecificaties van deze producten zijn beschikbaar in de
STABU-systematiek.
Duurzaam in onderhoud
Van schepen tot tunnels, van tankers tot treinen en van kerncentrales tot ‘gewone’ installaties. De reputatie van BEELE is bekend bij
alle organisaties waar brandveiligheid van het grootste belang is.
Hans Beele: “Onze filosofie is ‘We Care’. Wij sluiten geen compromissen als het gaat om de veiligheid van mensen.”
BEELE Engineering
Beunkdijk 11
7122 NZ AALTEN
[email protected]
www.beele.com
Meer informatie:
Veel informatie is te vinden op www.vekakozijnen.nl. Voor de overige
vragen kunt u terecht bij VEKA-regiomanager Adriaan Hakkert.
STABU NIEUWS
STABU NIEUWS
Loket open BIM-standaarden
start op 1 januari 2015
NIEUWJAARSWENS
Het landelijke loket dat de ontwikkeling van open BIM-standaarden in ons land gaat bundelen krijgt de vorm van een
stichting. Deze start op 1 januari 2015, met een kleine uitvoeringsorganisatie, communicatie (voorlichting) en (inter)
nationale afstemming. Een jaar later, op 1 januari 2016 moet het definitieve loket zijn vormgegeven.
De Bouw Informatie Raad (BIR) heeft in haar Programmaplan 2014 vastgelegd dat zij een beheervisie en een plan wil ontwikkelen voor de duurzame integrale borging van open BIM-standaarden. Open BIM-standaarden zijn volgens de BIR kritiek voor
het succes van een brede implementatie van BIM in de Nederlandse bouwsector.
In het tweede kwartaal van 2014 is een plan van aanpak opgesteld om te komen tot deze integrale borging. Dit gebeurde in
nauwe samenwerking met kennisorganisaties als buildingSMART, CROW, ETIM, Geonovum, SBRCURnet, S@les in de bouw en
STABU. Geconcludeerd is dat er één loket moet komen waar de diverse eindgebruikers terecht kunnen met vragen over alle
open BIM-standaarden en waar de standaarden integraal afgestemd worden.
Integrale benadering BIM-standaarden is noodzaak
In de huidige bouwsector is een integrale benadering noodzaak. Om te komen tot processtandaardisatie (ketenintegratie) is
het noodzakelijk dat er integrale afstemming van de standaarden is. Dit is het beste te borgen wanneer dit vanuit één punt
wordt gecoördineerd.
Van oudsher zijn de verschillende domeinen van de bouwsector gericht op hun eigen onderwerpen. Het onderbrengen van de open BIM-standaarden bij één entiteit zal de
gewenste samenwerking vormgeven. Daarnaast is gebleken dat het gebrek aan kennis het grootste knelpunt voor
toepassing van open BIM-standaarden is. Communicatie
en voorlichting zijn derhalve heel belangrijk. Dit kan beter
integraal vanuit één entiteit worden gedaan dan afzonderlijk
door de verschillende organisaties.
Advies integraal beheer BIM-standaarden
Kennisorganisaties signaleren ook zelf deze behoefte naar
integraliteit. In PAIS verband is in 2011 al een advies naar
de BIR verzonden met daarin het verzoek om samen met
de stichtingen het integraal beheer van de standaarden te
onderzoeken.
Demosessies
Om tegemoet te komen aan de vele vragen naar de nieuwe classificatie van STABU (Bouwsystemen en Installaties)
kunnen geïnteresseerden een live demosessie bijwonen
bij STABU in Ede. Hoofd ict & ontwikkeling Jaco Ruijs en
technisch adviseur Radboud Baayen demonstreren de
Bouwsystemen & Installaties. De aanwezigen kunnen dan
zelf hun oordeel vellen. Directeur Marc Verhage: “De bijeenkomsten worden georganiseerd zodat onze klanten hun besluiten alvast kunnen afstemmen op het beschikbaar komen
van deze verbeterde systematiek in januari.” Inmiddels zijn
er al enkele demosessies geweest. In 2015 zullen diverse
roadshows worden georganiseerd onder het motto ‘STABU
komt naar u toe deze winter’. Nadere informatie volgt via de
digitale nieuwsbrief STABU-mail. Aanmelden hiervoor kan via
de website.
STABULLETIN | 14
De belangrijkste activiteiten van het loket zijn (1) de loketfunctie (publicatie, voorlichting, helpdesk en centrale financiële administratie) en (2) de (inter)nationale afstemming (samenhang)
van de standaarden. In het derde kwartaal van 2014 is dit door
de genoemde kennisorganisaties verder uitgewerkt. Het is
vertaald naar een doelstelling voor het loket alsmede een plan
hoe dit georganiseerd zou moeten worden.
Bent u geïnteresseerd in het organiseren van een
roadshow op uw locatie? Neem contact op met STABU
via [email protected].
Planning uitrollen loket open BIM-standaarden
Alle genoemde standaarden dienen vanaf het begin afgestemd te worden. Het beheer van minimaal VISI, CB-NL en
COINS dient uiterlijk 1 juli 2015 ondergebracht te zijn bij
het loket. Op 1 januari 2016 dient het definitieve loket te
zijn vormgegeven.
STABULLETIN | 15
VANUIT HET BESTUUR
Innovatie is
noodzaak
STABU NIEUWS
Ad de Jongh
De standaard rolpatronen, kenmerkend voor de bouw, worden niet langer als vanzelfsprekend gezien. In de ‘nieuwe
wereld’ zien opdrachtgevers zich meer en meer genoodzaakt om investeringen integraal te onderbouwen en te
beoordelen. Zaken als risicobeheersing, financiering, onderhoud, functionaliteit, duurzaamheid en restwaarde worden
meegenomen en meegewogen in investeringsbeslissingen.
Binnen al deze variabelen zijn tal van oplossingen mogelijk.
De opdrachtgever is dus op zoek naar een passende totaaloplossing.
Dit leidt ertoe dat ketenpartners niet langer antwoord moeten
geven (lees: de laagste prijs moeten aanbieden) op de vraag
van de opdrachtgever (lees: bestektekeningen). Samenwerkende ketenpartners moeten nadenken over antwoorden op
de vraag van de opdrachtgever. Ze worden aanbieders van
oplossingen, die zij vervolgens zelf specificeren.
Kees Flipse
Ir. C.P.C. (Kees) Flipse is, na een loopbaan als actief
bouwondernemer, momenteel adviseur en arbiter bij
de Raad van Arbitrage voor de Bouw. Daarnaast is hij
lid van het Algemeen Bestuur en is hij penningmeester van STABU.
Juridisch en kostentechnisch heeft de geschetste werkwijze
ook gevolgen. De verantwoordelijkheid voor het project verschuift naar de aanbieder. Die is niet alleen verantwoordelijk
voor de uitvoering, maar ook voor de vraagspecificatie. De
aanbiedingskosten van zogenaamde prestatiebestekken zijn
relatief hoog. Aanbieders zijn niet alleen meer de calculatoren van de oplossing, maar ook de bedenkers ervan.
De nieuwe informatiesystematiek biedt alle ketenpartners in
de bouw een tool waarmee op een efficiënte wijze specificaties kunnen worden gemaakt. Dit kan op diverse niveaus
(product/bouwdeel) en voor de gehele levenscyclus van het
project (ontwerp/uitvoering/gebruik/onderhoud/sloop). De
systematiek is toegankelijk, pragmatisch en praktijkgericht.
“Aanbieders zijn
niet alleen meer
de calculatoren
van de oplossing,
maar ook de
bedenkers ervan”
STABULLETIN | 16
Ad de Jongh is sinds 2005 werkzaam bij ICN Solutions in Den Bosch. Zijn specialisme als TNO geautoriseerd BIM-consultant is het doorlichten van organisaties. Hoe scoren zij op de BIM-ladder? Een meetmethode waarbij een TNO
Quickscan certificering kan worden afgegeven omtrent de BIM-vaardigheid van
de desbetreffende organisatie.
Op 6 januari 2015 lanceert STABU haar nieuwe informatiesystematiek voor de bouw: Bouwbreed. De systematiek
gaat veel verder dan de standaard bestekssystematiek
waar STABU sinds jaar en dag voor staat. De veranderende markt vraagt hier ook om. Procesinnovatie is voor
ketenpartners geen keuze meer, maar noodzaak.
De gebruiker heeft met de systematiek toegang tot een omvangrijke database van gevalideerde fabrikantenspecificaties. Hierbij kunnen op detailniveau, maar ook op het niveau
van ruimten of gebouwonderdelen (bijvoorbeeld wanden of
installaties) specificaties worden gemaakt. De systematiek
biedt ook toegang tot kennissystemen met betrekking tot
wet- en regelgeving en de gebruikelijke contractvormen in
de bouw, zoals de UAV, UAVGC en DBFMO. Met recht kan
gesteld worden dat Bouwbreed de “i” van BIM invult.
De afgelopen tijd is door STABU-medewerkers hard gewerkt
aan Bouwbreed. Met passie en geloof in het product. Het
succes wordt uiteindelijk bepaald door de markt en de wijze
waarop in de toekomst de samenwerking met andere partijen gestalte zal krijgen. Het belang van de bedrijfstak staat
daarin voor STABU voorop.
BIM, de wereld staat er bol van. Iedereen weet
wel iets te vertellen maar….
Voor mij staat BIM minimaal voor COMMUNICATIE, vet
gedrukt en met hoofdletters. Dagelijks bezoeken afleggend
bij architecten, aannemers, tekenbureaus, opdrachtgevers
enzovoort (zeg maar de volledige bouwkolom), zie je dat
communicatie de ‘lifeline’ is van het bouwproces. En dat we
dat BIM noemen: perfect!
Note stabu
ICN is de eerste van, naar wij hopen, vele softwarepartijen
die een koppeling realiseren tussen STABU Bouwbreed en
hun CAD of calculatiesoftware. Bent u geïnteresseerd in
een samenwerking op dit gebied, neem dan contact met
ons op. Op basis van een exploitatieovereenkomst stelt
STABU haar systematiek open om deze middels uw software te ontsluiten.
Het maakt mij niet uit hoe je het noemt, als het maar werkt! Ik
was dan ook zeer verheugd dat STABU zich in het veld van
communicatie optimaal ging bewegen. Traditioneel leverden
ze al ‘gereedschap’ aan voor communicatie binnen de bouw,
maar met de nieuwe mogelijkheid doen ze dat nog beter
en bereikbaarder dan voorheen en bovendien maken ze de
drempel erg laag.
Met zo’n mening is het niet vreemd dat ik stond te trappelen
om aan te sluiten op de nieuwe webtechniek die STABU bedacht heeft. Ik kon nauwelijks wachten op de lancering van
die mogelijkheden. Programmeurs aan onze zijde stonden
ook in de startblokken om te wachten op de mannen (of zijn
het ook vrouwen?) van de STABU-ontwikkeling.
Zij hebben onderling de nodige communicatie gevoerd.
Met als resultaat dat wij binnen onze eigen Autodesk Revit
applicatie, de 3B Werkmethodiek, een directe koppeling met
STABU lanceren. In twee trappen, maar dat is toch altijd te
traag voor lieden zoals ik.
Binnen de 3B Werkmethodiek-applicatie bestaat vanaf eind
december de mogelijkheid om de STABU-codering aan
elementen toe te voegen. En vanaf eind januari is ook de
directe koppeling via het Net naar STABU een feit. Bijbehorende teksten zijn dan direct en actueel beschikbaar. Weer
zo’n fantastische mogelijkheid om tijd, fouten en dus geld te
besparen.
Zowel STABU als ICN Solutions werken schouder aan schouder, ieder binnen hun eigen expertise, aan een optimale communicatie tussen BIM-partners.
Ad de Jongh
www.icn-solutions.nl
STABULLETIN | 17
INTERVIEW
INTERVIEW
De visie achter STABU Bouwbreed:
van bestekschrijven naar
slim specificeren
In juli heeft STABU de eerste modules van haar nieuwe
specificatiesystematiek ‘STABU Bouwbreed’ gelanceerd.
STABU speelt hiermee in op belangrijke ontwikkelingen
in de markt en hoopt een cultuurverandering in gang te
zetten. Sebastiaan Brands (senior juridisch adviseur),
Radboud Baayen (senior technisch consultant), Barend
van Laar (manager marketing & sales) en Jaco Ruijs
(hoofd ontwikkeling & ICT) zijn nauw betrokken bij de
ontwikkeling van STABU Bouwbreed. Zij vertellen over de
visie achter dit systeem.
“Stichting STABU is in 1976 ontstaan vanuit de vraag van de
markt naar één duidelijke besteksystematiek”, bijt Baayen het
spits af. “Deze systematiek sloot aan op het bouwproces van
die tijd, waarin er bij wijze van spreken ‘voor iedere klus een
andere bus’ was. Dit zie je in de STABU2-besteksystematiek
terug in de opbouw. Voor iedere klus is er een ander hoofdstuk, van de metselaar tot de timmerman enzovoorts.”
Inspelen op ontwikkelingen
Door de omarming van nieuwe technieken loopt de markt
na 25 jaar echter tegen de beperkingen van deze werksoortensystematiek aan. Ruijs: “In de praktijk wordt er bijvoorbeeld steeds vaker gewerkt met systemen die geprefabriceerd op de bouwplaats worden aangeleverd. En het aan
populariteit winnende BIM omvat eerst de samenstelling van
een bouwwerk en de eigenschappen van de onderdelen,
zoals afmetingen en materialen. Het 3D-model voegt daar de
vormen en posities aan toe. Om hierop in te spelen, moest
de bestaande werksoortgerichte opbouw geïntegreerd worden in een indeling op basis van bouwsystemen en installaties. Met Bouwbreed doen we precies dit. Je kunt nog steeds
gestandaardiseerde informatie vastleggen, alleen nu kan dit
op verschillende niveaus.”
Aansluiten op Europese regelgeving
Door de benadering vanuit systemen sluit Bouwbreed ook
beter aan op Europese regelgeving, vertelt Brands. “In
Nederland hebben veel bedrijven nog altijd de neiging om
de laagste prijs als uitgangspunt te nemen. Dat betekent dat
STABULLETIN | 18
ze voor een gevelopening bij verschillende fabrikanten gaan
shoppen naar het kozijn, het sluitwerk en de deur. Europa wil
hiervan af omdat je zo niet meer kunt bepalen welke positieve bijdrage, bijvoorbeeld op het gebied van brandveiligheid
of duurzaamheid, zo’n toepassing aan het bouwwerk levert.
Dat weet je alleen als je één getoetst systeem gebruikt.”
Focus op de lange termijn
“Waar de focus bij de huidige systematiek op de korte
termijn ligt, puur op het maken van een gebouw, kijken we
met Bouwbreed vooruit”, vertelt Van Laar. “De focus op de
laagste prijs gaan we in de bouw uiteindelijk loslaten. Dat zie
je nu al gebeuren door de toenemende aandacht voor Best
Value Procurement en Total Cost of Ownership. Kies je voor
een gebouw dat € 5 miljoen kost om neer te zetten, of voor
het gebouw van € 10 miljoen waarmee je tijdens de levensduur € 7,5 miljoen bespaart? Alle informatie die rondom een
bouwproces is vastgelegd via Bouwbreed blijft tijdens en na
het proces inzichtelijk. Zo kun je ook eenvoudig een document voor de facilitymanager creëren.
Innoveren en vertrouwen
Deze gedachte hangt samen met een andere belangrijke
pijler onder Bouwbreed. Ruijs: “Als je een gebouw wilt dat
optimaal presteert, moet er ruimte zijn voor innovatie in
het proces. Opdrachtgevers en voorschrijvers zijn nu nog
gewend om niet alleen tot in detail voor te schrijven wat
moet worden gebouwd maar ook hoe dit moet. Maar hoe
complexer het proces wordt, hoe lastiger dit is. Je kunt als
bestekschrijver vandaag de dag simpelweg niet van alle
producten en processen alle details weten. Sterker nog: dit
moet je helemaal niet willen. Je moet juist op de kennis en
het vakmanschap van specialisten vertrouwen.”
Brands: “Opdrachtgevers moeten niet altijd tegen de markt
zeggen hoe hun project gebouwd moet worden. Afhankelijk
van het type project is het soms beter om je te beperken tot
de eisen waaraan het bouwwerk moet voldoen. De vraag
hoe dit gebouwd kan worden, mag de markt dan naar eigen
inzicht invullen binnen de wettelijke en contractuele kaders.”
v.l.n.r. Sebastiaan Brands (senior juridisch adviseur), Radboud Baayen (senior technisch consultant,
Barend van Laar (manager marketing & sales) en Jaco Ruijs (hoofd ontwikkeling & ICT)
Toetsing tijdens en na het proces
“Hierbij is het natuurlijk onmisbaar dat er eenvoudig getoetst
kan worden of datgene wat je wil, ook opgeleverd wordt”,
vult Baayen aan. “Hiervoor zorgt Bouwbreed. De nieuwe
specificatiesystematiek biedt alle informatie die nodig is voor
een BIM en de mogelijkheid om deze vanaf het begin door
heel het bouwproces gestructureerd vast te leggen. Hierdoor
is het mogelijk om achteraf, maar ook op ieder moment in het
proces te toetsen of gestelde doelen behaald worden.”
Alleen maar voordelen
De overstap naar het nieuwe specificeren met STABU Bouwbreed vraagt om een cultuuromslag in de bouw. Van Laar:
“Op de lange termijn zijn er echter alleen maar voordelen.
Bijvoorbeeld voor de opdrachtgever, die straks een kwalitatief beter eindproduct krijgt doordat de markt de ruimte krijgt
om te innoveren. Of juist omdat er een compleet overdrachtdossier kan worden samengesteld dat kan worden gebruikt
tijdens de levenscyclus van een bouwwerk. En de markt zelf,
die zich niet meer alleen op prijs hoeft te onderscheiden.
Want als opdrachtgevers straks alleen nog voorschrijven wat
ze willen, en jouw specifieke oplossing hiervoor de beste
prijs-kwaliteitverhouding biedt, ben je spekkoper. Met ons
nieuwe systeem geven wij de markt een tool in handen waarmee ze de juiste specificatie methode kunnen kiezen bij het
te realiseren project.”
“Als je een gebouw wilt
dat optimaal presteert,
moet er ruimte zijn voor
innovatie in het proces”
Wilt u meer weten over STABU Bouwbreed?
Kijk dan op www.stabu.org of www.deiiinbim.nl
STABULLETIN | 19
INTERVIEW
INTERVIEW
Heijmans:
op weg naar gebruikgerichte woningbouw
De woningmarkt verandert. Bouwen op basis van de laagste prijs is niet langer houdbaar. Kwaliteit en toegevoegde
waarde moeten de komende jaren de boventoon gaan
voeren. Bouwers moeten zich bovendien eerder in het
proces laten gelden. Ton Hillen, verantwoordelijk voor de
sector Wonen bij Heijmans, vertelt hoe één van de grootste bouwbedrijven van Nederland hiermee omgaat.
“Het consumentenvertrouwen neemt toe en het herstel
van de woningmarkt wordt steeds meer zichtbaar. De crisis
heeft echter wel haar sporen nagelaten. De leencapaciteit en de aflossingsmogelijkheden van de consument
zijn bijvoorbeeld ingeperkt.” In de huidige woningmarkt
staat daarom de vraag naar betaalbare woningen centraal.
“Maar”, vult Hillen direct aan, “zonder de kwaliteit die mensen gewend zijn uit het oog te verliezen.”
Co-makership en standaardisatie
Heijmans vult het recept van deze cocktail onder andere
in met begrippen als co-makership en standaardisatie. Een
succesvol voorbeeld hiervan is het Heijmans Huismerk.
Hillen: “Dit concept hebben we samen met acht co-makers
ontwikkeld en bestaat uit een vaste kern, waarbij de hal,
de meterkast, het toilet, de leidingschacht, de trappositie,
de overloop en de badkamer altijd gelijk blijven. Deze kern
optimaliseert de verhouding tussen kosten en variatie en
draagt ook bij aan de energiezuinigheid, omdat de belangrijkste installaties compact in de woning zitten.”
Door te kiezen voor standaardisering ontstaan projectoverstijgende schaalvoordelen. “Dit werkt niet alleen door in de
kostprijs van de woning, maar maakt ook het ontwikkel- en
bouwproces eenvoudiger en daardoor korter en goedkoper. Om woningen betaalbaar te houden moet je standaardiseren. En om kwaliteit te leveren moet je samenwerken
met betrouwbare ketenpartners die een specifieke meerwaarde bieden. Alleen zo kun je een product zo efficiënt
mogelijk ontwerpen, produceren en realiseren, en tegelijkertijd de kostprijs verlagen.”
3D-BIM
Waar samenwerking ter sprake komt, is tegenwoordig ook
altijd aandacht voor BIM. “Wij streven continu naar hoge
kwaliteit, efficiënter bouwen en minimale faalkosten. Daar-
STABULLETIN | 20
om richten we ons bouwproces optimaal in. Dat betekent
ook zorgen voor eenduidige informatie voor alle betrokkenen, die tijdens het bouwproces op één plaats wordt
opgeslagen, gebruikt en beheerd. Bij onze concepten is
een BIM daarom altijd part of the deal. Maar ook bij grotere
en ingewikkelde objecten zijn we hiermee bezig. Complexe
zaken vereenvoudigen is één van de moeilijkste dingen die
er is. In een BIM zien alle disciplines op hetzelfde moment
op dezelfde manier waar hun werk dat van andere specialisten raakt en overlapt.”
Hillen gelooft dan ook heilig in de kracht van BIM. “De engineering kost meer tijd, maar buiten de fabriek heb je een
beter en strakker proces. Op de bouwplaats moet het uiteindelijk saai zijn. Je kunt hier niet continu bezig zijn om ad hoc
oplossingen te bedenken, die fase moet je al voorbij zijn.”
Eerder en langer in de keten
Dankzij deze aanpak krijgt de klant een bouwwerk van
hogere kwaliteit, waarbij ook is nagedacht over efficiënt
beheer en onderhoud. Dit laatste wordt volgens Hillen
steeds belangrijker. “Aan de ene kant zien we dat Heijmans
de laatste jaren verder naar voren in de keten schuift. Het
Nationaal Militair Museum in Soesterberg hebben we via
een publiek private samenwerking binnengehaald omdat
we ook een ontwerp hebben gemaakt, inclusief museale inrichting. Tegelijkertijd zijn we ook langer in de keten actief.
Bij dit museum hebben we bijvoorbeeld een onderhoudscontract voor 25 jaar.”
Naast bouwen ook onderhouden
De noodzaak eerder en langer in de keten actief te zijn
groeit, vertelt Hillen. “Het één hangt met het ander samen.
Vanuit de markt zien we vaker de vraag om niet alleen
te bouwen maar ook te onderhouden. En dan wil je ook
nadenken over de materialen die je inbrengt. Het loont
immers om onderhoudsarm te bouwen als je zelf deels
verantwoordelijk bent voor de exploitatielast.”
Hillen verwacht dat deze ontwikkeling doorzet en dat het
denken in woonlasten in de toekomst centraal zal komen
te staan. “Over vijf jaar kosten onze huizen geen energie
meer maar leveren ze dit. Kan Heijmans straks woonlasten
garanderen? Met een energieleverend huis moeten we
dat zeker kunnen.” Hillen vergelijkt het met de smartphone die iedereen tegenwoordig in de broekzak heeft. “Je
koopt zo’n toestel inclusief abonnement. Kom je buiten de
bundel? Dan betaal je bij. Bij een woning zou je dit precies
zo kunnen regelen voor de gebruikslasten. In Grijpskerke
onderzoeken we momenteel hoe groot het gemiddelde
gebruik van een woning is. Hier hebben we in 2011 en 2012
een CO2-neutrale straat gebouwd. Binnen het energieprestatiecontract met bewoners is afgesproken dat ze in
ruil voor hun energiedata tien jaar lang netto geen energie
betalen. Deze gegevens kunnen we straks vertalen naar
een verdienmodel.”
Dit verlangt wel dat alle partijen in de sector anders nadenken over de vraag hoe we het gebruik van onze producten
voor de consument goedkoper maken, aldus Hillen. “We
zullen consumenten bijvoorbeeld moeten coachen in het
gebruik van de woning. Je kunt een woning nog zo zuinig
maken als je wilt, maar als iemand de ketel opstookt met
alle ramen open, werkt dat niet. Als je wilt garanderen dat
de consument een energiezuinige woning heeft, moet je ze
ook bij dit gebruik helpen.”
Klantgericht werken
Met behulp van STABU Bouwbreed kun je eenvoudig alle
informatie die je in een BIM verzameld hebt gebruiken om
een onderhoudsdocument voor een beheerder of bewoner
te maken. Een interessante mogelijkheid, vindt Hillen. “Zeker
als je hier in de toekomst de koppeling kunt maken naar de
gebruikskosten voor de bewoner. Dan ben je gelijk klantvriendelijk aan het werk. Want als je de energiekosten voor
de consument kunt beperken omdat de ketel niet aanslaat
als er niemand thuis is, dan bewijs je hem een grote dienst.”
BIM, co-makership en standaardiseren zijn mooie termen,
maar uiteindelijk draait het om de klant. “In de woningmarkt
na de recessie kunnen zij moeilijker een huis kopen. Uiteindelijk zoeken wij daarom het antwoord op de vraag hoe je
het gebruik van woningen verder kunt optimaliseren om de
kostenstructuur van de consument te verlagen. Dat is niet
eenvoudig, maar wel erg interessant.”
“We moeten
consumenten gaan
coachen in het gebruik
van hun woning”
Ton Hillen
Ton Hillen is zijn rijke carrière bij Heijmans in 1992 gestart als projectontwikkelaar. Sinds april
2012 is hij lid van de Raad van Bestuur en primair verantwoordelijk voor de aansturing van
Vastgoed & Woningbouw en Utiliteit. Daarnaast stuurt hij Heijmans Public Private Partnerships,
Heijmans Materiaal Beheer en de Belgische Bouwbedrijven aan.
STABULLETIN | 21
COLUMN
Vanwaar de angst
voor transparantie?
Sectoren als handel en transport laten miljarden euro’s
liggen door geen data te delen in de keten. Niet met hun
klanten of leveranciers en al helemaal niet met hun collega’s. Vanwaar deze angst?
Samenwerking op basis van data alignment kan de groothandel binnen drie jaar een margeverbetering tot 2,5 procent
opleveren. Dit zit in lagere administratieve en logistieke
kosten, minder faalkosten en een betere inzet van werkkapitaal. Die margeverbetering komt voor de hele groothandel
in Nederland neer op 10 miljard euro. Je hoeft alleen maar te
bukken om het op te pakken.
Walther Ploos
van Amstel
Walther Ploos van Amstel is Lector City Logistics
aan de Hogeschool van Amsterdam en verbonden
aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en Slimstock
Professionals. Hij was deeltijd hoogleraar logistiek
aan de Nederlandse Defensie Academie en
organiseert popfestivals.
“Achtung!
Feind hört mit”
STABULLETIN | 22
Troebel water
Toch vulde een ondernemer in de groothandel mij tijdens
een seminar over transparantie aan dat het echt beter vissen
is in troebel water. Zijn vader had het hem nog geleerd:
“Achtung! Feind hört mit”. Ook mijn opa, een echte handelaar,
zei dat steeds als we de etiketten van de leveranciers van de
dozen moesten halen.
Die Feind
Aan het eind van het seminar stond ook een andere ondernemer op. Hij stelde de vraag wie dan toch die ‘Feind’
was, waarnaar de vader verwees. Is dat je naaste collega-concurrent, of komt de vijand vandaag uit een compleet andere hoek?
Amazon die de markt voor kantoorartikelen betreedt en
Apple met de iPad maken het leven van de kantoorartikelenhandel wel erg zwaar. Bol.com die zich stort op de markt voor
doe-het-zelf artikelen. Wat gaat dit betekenen voor Karwei en
Gamma? Spotify en iTunes hebben de muziekindustrie zelfs
min of meer het leven gered. Booking.com, dat wereldwijd
reizigers toegang geeft tot kleine, onafhankelijke familiehotels, heeft een marktaandeel van 50 procent in de Europese
hotelboekingen.
Wie weet wat u vangt
Deze bedrijven varen juist wel bij meer transparantie. En
eigenlijk is er geen sector meer waar geen transparantie
heerst. Wie is vandaag uw echte vijand? Misschien juist wel
die oude gedachte dat transparantie niet goed is. Vissen
in troebel water? Mijn advies: gooi uw hengeltje eens uit in
helder water… wie weet wat u straks allemaal vangt.
Stabulletin