BRLExaminering PED 3 november 2014def

3 november 2014
Versie 2
Beoordelingsrichtlijn
Voor erkenning exameninstellingen
Examinering Pedicure en Medisch Pedicure
© 2014 HBA
Alle rechten voorbehouden.
Niets uit deze uitgave mag
worden verveelvoudigd,
opgeslagen in een
geautomatiseerd
gegevensbestand, of openbaar
gemaakt, in enige vorm of op
enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopieën,
opnamen, of enig andere
manier, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de
uitgever.
Het gebruik van deze
Beoordelingsrichtlijn door
derden, voor welk doel dan ook,
is uitsluitend toegestaan nadat
een schriftelijke overeenkomst
met Kiwa is gesloten waarin het
gebruiksrecht is geregeld.
HBA
Ierlandlaan 21
2713 HG Zoetermeer
Tel. 079-316 1111
www.hba.nl
-1-
Voorwoord
Deze richtlijn is door het Hoofdbedrijfschap Ambachten vastgesteld. De richtlijn heeft tot doel de
kwaliteit te borgen omtrent de examinering van Pedicure en Medisch Pedicure. Het HBA heeft er voor
gekozen dat het uiteindelijke diploma afgegeven wordt door een door het HBA erkende
exameninstelling. Specifieke afspraken tussen het HBA en de exameninstelling zijn verwoord in een
getekende overeenkomst tussen het HBA en de exameninstelling.
Deze richtlijn wordt gehanteerd in combinatie met het van toepassing zijnde Branche Kwalificatie
Dossier (BKD).
Deze richtlijn vervangt de versie van 2 juni 2008.
BRL PED 3 november 2014
-2-
Inhoud
1
Inleiding
1.1
1.2
1.3
1.4
2
4
Algemeen
Toepassingsgebied
Certificaat van Erkenning
Begrippenlijst
4
4
4
4
Criteria
5
Eisen exameninstelling
2.1.1
Informatievoorziening
2.1.2
Deskundigheid
2.1.3
Onafhankelijkheid
2.1.4
Kwaliteitsborging
Formele Eisen
2.2.1
Examenreglement
2.2.2
Examencommissie en Dagcommissie
2.2.3
Commissie van Beroep Examens
2.2.4
Servicedocument
2.2.5
Criteria voor de exameninstelling
Examen BKD Pedicure en Medisch Pedicure
2.3.1
Theorietoetsing
2.3.2
Proeve van Bekwaamheid
2.3.3
Portfolio plus interview
Examen BKD Voetzorg
2.4.1
Theorietoetsing
2.4.2
Proeve van Bekwaamheid
2.4.3
Portfolio plus interview
Registratie examendata/diploma‟s
5
5
6
6
6
8
8
8
9
9
9
11
12
12
13
13
15
16
16
17
Samenvatting onderzoek en controle
18
Toetsing Erkenning
Audittraject
Proces van aanvraag tot erkenning exameninstelling
Procedure bij niet voldoen aan erkenningscriteria
18
18
19
19
Afspraken over de uitvoering van het erkenningsonderzoek
21
Certificatiepersoneel
Kwalificatie eisen
21
21
5
Lijst van Brondocumenten
22
I
II
Bijlage Examenreglement
Bijlage Klachtenafhandeling
23
25
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
3
3.1
3.2
3.3
3.4
4
4.1
4.2
BRL PED 3 november 2014
-3-
1
Inleiding
1.1
Algemeen
Deze Beoordelingsrichtlijn is van toepassing op de organisatie en inrichting van de uitvoering van
examinering door exameninstellingen voor het branchediploma pedicure en medisch pedicure. Het
HBA heeft er voor gekozen om opleiden en examineren/diplomeren te scheiden en deze activiteiten te
verbinden aan op zichzelf staande organisaties.
Exameninstellingen zijn verantwoordelijk voor de afname van de examens en zijn bij positief resultaat
verantwoordelijk voor de afgifte van het branchediploma. Het toezicht wordt uitgevoerd via een door
het HBA gecontracteerde toezichthouder.
De in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen eisen worden gehanteerd bij de behandeling van een
aanvraag en de instandhouding van een erkenning voor exameninstellingen die de examinering
uitvoeren voor het branchediploma pedicure en medisch pedicure.
De rechten en plichten van de exameninstelling worden middels een door beide partijen ondertekende
overeenkomst vastgelegd.
1.2
Toepassingsgebied
Beoordeling van bestaande dan wel nieuwe exameninstellingen die examens uitvoeren voor
branchediploma pedicure en medisch pedicure.
1.3
Certificaat van Erkenning
Zodra een exameninstelling voldoet aan alle eisen die vermeld staan in deze richtlijn, ontvangt de
exameninstelling van HBA een certificaat van erkenning. Deze heeft een geldigheidsduur van drie jaar.
1.4
Begrippenlijst
Dagcommissie: de commissie die de leiding tijdens de examenprocedure heeft. Staat onder leiding
van de dagvoorzitter. Zie 2.2.2 voor eisen aan samenstelling.
Examencommissie: de commissie die onder verantwoordelijkheid van de directie van de
exameninstelling de processen, normering en waardering van de praktijkexamens beoordeelt, en
theorie-examens vaststelt door middel van de beoordelingsnormen van de theorie-examens.
Zie 2.2.2 voor eisen aan samenstelling.
Commissie van Beroep Examens: de commissie die kan oordelen over de beslissing van de
examencommissie. Zie 2.2.3 voor eisen aan samenstelling.
Assessor: assessor die werkt volgens eisen in het branchekwalificatiedossier en voldoet aan de eisen
in deze beoordelingsrichtlijn.
Deelnemer: exameninstelling die voldoet aan de beoordelingsrichtlijn.
Kandidaat: de persoon die examen doet
Toezichthouder: een onafhankelijke en deskundige organisatie die in opdracht van het HBA toeziet
op het voldoen aan de eisen die in de BRL aan de te erkennen dan wel reeds erkende
exameninstellingen zijn gesteld.
BRL PED 3 november 2014
-4-
2
Criteria inclusief interpretatie en
beoordelingsmethoden
Algemeen
In dit hoofdstuk zijn de eisen opgenomen, waaraan uitgevoerde werkzaamheden moeten voldoen,
evenals de interpretatie en beoordelingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan.
2.1
Eisen aan exameninstelling
2.1.1 Informatievoorziening
Criteria
Een exameninstelling beschikt over:
 informatie waarin de aanmelding van de kandidaat bij de exameninstelling beschreven staat
 een geautomatiseerd systeem van aanmelding en registratie van de kandidaat
 een geautomatiseerd systeem waarin de resultaten van de examens vastgelegd zijn en het
eindresultaat in combinatie met het diploma uitgedraaid kan worden
 een Itembank met vragen en/of opdrachten die aansluiten bij de eisen die worden gesteld in het
BKD
 een handboek examinering waarin de volgende zaken beschreven staan:
o procedures ter ontwikkeling, vaststelling en evaluatie van examens (volgens het
kwaliteitssysteem “plan-do-check-act”) en de wijze waarop geëvalueerd wordt.
o overzicht van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de betrokkenen bij
examinering (de dagcommissie, de commissie van beroep, de assessoren en het
bevoegd gezag)
o controle op de itembank
o procedure voor aanmelding van examens
o procedure uitvoering theorie-examen, proeve van bekwaamheid en portfoliobeoordeling
o procedure voor betrouwbare verwerking en beheer van de examenresultaten
o indien van toepassing Procedure EVC inclusief portfolio
 een examenreglement (zie 2.2.1)
 een servicedocument (zie 2.2.4)
Interpretatie en Beoordeling
De organisatie dient een systeem in stand te houden voor de beheersing van alle relevante (verplichte)
documentatie en gegevens, zodat alleen de geldige uitgave wordt gebruikt. Door de BRL verplicht
gestelde documenten dienen hierin opgenomen te zijn. Verouderde documenten dienen verwijderd te
worden of als vervallen geïdentificeerd te worden. Vertrouwelijke informatie moet als dusdanig worden
behandeld; vooral examenvragen, resultaten en persoonsgegevens.
Dit aspect is tevens van toepassing op elektronische data.
De organisatie dient haar primaire proces schriftelijk te hebben vastgelegd, met daarin
bovengenoemde criteria beschreven.
De organisatie moet onpartijdig zijn en geheimhouding waarborgen zoals bepaald in de
wettelijke regelingen.
BRL PED 3 november 2014
-5-
2.1.2 Deskundigheid
Criteria
Een exameninstelling heeft criteria vastgesteld voor:
 Constructeurs van examens (opstellen examenvragen)
 Vaststellers van examens (vullen itembank en stellen examen samen)
 Assessoren (nemen examens af)
(zie ook uitgebreide beschrijving profiel Assessor in hoofdstuk 4 van het BKD Voetzorg, pedicure en
medisch pedicure, versie september 2014)
Interpretatie en Beoordeling
Namen, opleiding, ervaring en kwalificaties dienen per medewerker en per deskundigheid te worden
vastgelegd. Deze registraties moeten op peil gehouden worden.
Uit dit dossier moet tevens blijken voor welke deskundigheid de medewerker is gekwalificeerd.
De instelling dient onpartijdig te zijn. Daarnaast mogen de bij het examen (incl. voorbereiding en
nakijken) betrokken assessoren niet betrokken zijn bij de desbetreffende opleiding van de te
diplomeren kandidaten. Dit moet in de examendossiers inzichtelijk zijn.
De deskundigheidsbevordering van medewerkers moet worden geborgd door bijvoorbeeld opleiding,
intervisie, deelname aan beurzen, functionerings-, beoordelings- en/of POP gesprekken.
2.1.3 Onafhankelijkheid
Criteria
De exameninstelling dient onpartijdig te zijn. Daarnaast mogen de bij het examen (incl. voorbereiding
en nakijken) betrokken medewerkers niet betrokken zijn bij de desbetreffende opleiding van de te
certificeren personen en mogen de examinatoren geen examens afnemen van personen die
aangemerkt worden als familie in de eerste en tweede graad.
Mocht blijken dat een examinator of andere direct betrokkenen zich niet heeft of hebben gehouden
aan de onafhankelijkheid dan worden de rechten van deze persoon om te examineren ingetrokken en
wordt het betreffende examen of examens nietig verklaard.
Interpretatie en Beoordeling
Voor de onpartijdigheid van de exameninstelling, zie paragraaf 2.2.5. “Criteria onafhankelijkheid
exameninstelling”. De eis dat de medewerkers betrokken bij het examineren, geen betrokkenheid
hebben bij de desbetreffende opleiding van de te certificeren personen, dient in de examendossiers
inzichtelijk te zijn (zie ook 2.1.2. onder interpretatie en beoordeling).
2.1.4 Kwaliteitsborging
Criteria
Een exameninstelling toont aan dat de kwaliteit van de examinering onomstreden is zodanig dat
 de examens voldoen aan de inhoud van het van toepassing zijnde Branche Kwalificatie
Dossier Pedicure en Medisch Pedicure op basis van beheersing en bewaking van proces. Zie
tevens 2.1.1.
 de examens voldoen aan toetstechnische eisen validiteit en betrouwbaarheid genoemd in het
van toepassing zijnde BKD
 de kandidaat tevreden is over de kwaliteit van de examinering
 verbeteracties aantoonbaar in gang zijn gezet.
Interpretatie en Beoordeling
Tijdens de audit worden dossiers van examens ingezien. Hierbij wordt op aanwezigheid van
toetsmatrijzen gecontroleerd.
Iedere exameninstelling dient periodiek tevredenheid te meten bij kandidaten. Deze meting dient
inzichtelijk te zijn en resultaten dienen aantoonbaar overlegd te worden.
BRL PED 3 november 2014
-6-
Iedere exameninstelling dient evaluatie uit te voeren bij opleiders. Deze evaluaties moeten inzichtelijk
zijn en resultaten dienen aantoonbaar overlegd te worden.
Evaluatieverslagen/examenanalyse dienen overhandigd te worden.
Verbetermaatregelen dienen inzichtelijk te zijn in een jaarlijks intern auditrapport, en maatregelen
dienen aantoonbaar te zijn doorgevoerd. Bij de interne audit dienen ten minste de criteria uit deze
BRL getoetst te worden.
BRL PED 3 november 2014
-7-
2.2
Formele Eisen
2.2.1 Examenreglement
Een examenreglement is het juridisch kader dat voor elke kandidaat de transparantie en
betrouwbaarheid van het examenproces waarborgt. Het beschrijft de in acht te nemen voorschriften bij
de examinering, van inschrijving tot diplomering.
Criteria
De exameninstelling beschikt over een examenreglement, dat voor elke kandidaat inzichtelijk moet
zijn. In het examenreglement staan minimaal de volgende onderdelen beschreven:
 regels over aanmelding van de kandidaat
 actuele examenkosten voor de kandidaat
 samenstelling en werkwijze van de dagcommissie
 samenstelling en werkwijze van de commissie van beroep
 eisen betreffende de inrichting van de examenlocatie
 eisen voor de inrichting en beoordeling van de Proeve van Bekwaamheid en het Interview en
de portfolio
 eisen voor de wijze waarop de resultaten bekend worden gemaakt en bewaartermijnen
 regels over herkansingen
 tekst diploma conform het door het HBA vastgestelde format
 procedures en sancties bij fraude
 procedure voor de afhandeling van klachten, zie o.a. bijlage II
Interpretatie en Beoordeling
Elke exameninstelling dient een examenreglement te bezitten, zie ook 2.1.1.
In Bijlage I zijn mogelijke punten, inclusief de minimale eisen als hierboven genoemd, opgenomen.
Een geldig examenreglement dient tijdens elk examen ter inzage te liggen voor examinatoren,
assessoren, kandidaten en auditoren van de toezichthouder. Tevens dient te allen tijde een exemplaar
in de organisatie aanwezig te zijn. Dit mag ook digitaal zijn.
2.2.2 Examencommissie en Dagcommissie
Criteria
De exameninstelling beschikt over een examencommissie. Deze commissie bestaat uit ten minste drie
leden. De meerderheid van deze commissie bestaat uit representatieve vertegenwoordigers vanuit de
branche van de voetverzorging. Deze leden van deze commissie dienen aantoonbaar bij het HBA te
zijn geregistreerd.
De exameninstelling beschikt over een dagcommissie:
Bij theorietoetsing dienen 1 examenvoorzitter en minimaal 1 surveillant aanwezig te zijn. Afhankelijk
van de groepsgrootte zijn er meer surveillanten aanwezig. (Richtlijn is 20 à 25 kandidaten per
surveillant). Bij een toetsing op locatie is er 1 surveillant aanwezig van de exameninstelling, deze
draagt de verantwoording voor het proces aldaar.
Bij de proeve van bekwaamheid zijn minimaal 2 assessoren aanwezig.
Interpretatie en Beoordeling
De samenstelling van de examencommissie én de bevestiging van registratie bij het HBA is
aantoonbaar vastgelegd en kan worden ingezien tijdens controle.
Tevens zal de toezichthouder de registratie van de drie leden (functie + organisatie waar ze werkzaam
voor zijn) controleren.
De leden van de dagcommissie aanwezig bij het examen (incl. voorbereiding en nakijken) mogen
onder geen enkele voorwaarde betrokken zijn bij de desbetreffende opleiding van de te diplomeren
personen. De toezichthouder zal dit controleren bij de exameninstelling.
BRL PED 3 november 2014
-8-
2.2.3 Commissie van Beroep Examens
Criteria
De exameninstelling beschikt, al dan niet in samenwerking met een of meer bevoegde gezagsorganen
van andere exameninstellingen, over een commissie van beroep voor de examens. De commissie van
beroep bestaat uit ten minste drie leden. Minstens één van de leden beschikt over een juridische
achtergrond. De leden worden door het bevoegde gezag benoemd voor ten minste 3 en ten hoogste 5
jaar. De leden maken geen deel uit van het bevoegde gezag of de examencommissie van de
betreffende exameninstelling.
De commissie van beroep meldt de zaken die zij in behandeling neemt bij het HBA, zodat het HBA op
de hoogte is van welke problemen er naar voren komen en hoe die worden opgelost.
Interpretatie en Beoordeling
De samenstelling van de commissie is schriftelijk vastgelegd en kan worden in gezien tijdens de audit.
2.2.4 Servicedocument
Criteria
De exameninstelling beschikt, al dan niet in samenwerking met andere exameninstellingen, over een
zogenaamd servicedocument. Op basis van het branchekwalificatiedossier geven de
onderwijsinstellingen vorm aan de inhoud van het onderwijs en de exameninstellingen vorm aan de
examinering. Een servicedocument bevordert de aansluiting van het onderwijs op examinering.
Het servicedocument:
-
-
geeft extra informatie over hoe onderdelen van het branchekwalificatiedossier uitgewerkt kunnen
worden in onderwijs en examinering.
beschrijft gedetailleerd welke beroepstaken in het onderwijs en in het examen naar voren moeten
komen en biedt de onderwijsinstelling handvaten/handreikingen voor de ontwikkeling van het
onderwijs
beschrijft de operationalisaties waarmee de competenties van de kandidaat getoetst kunnen
worden.
geeft weer wat de minimale (basis)vereisten zijn en op welke manier de beroepshandeling
verbreed of verdiept kan worden met specifieke kennis en/of vaardigheden.
Interpretatie en Beoordeling
Elke exameninstelling dient een servicedocument te bezitten, waarin de minimale eisen als hierboven
genoemd, opgenomen zijn.
2.2.5 Criteria voor de exameninstelling
De onafhankelijkheid van de exameninstelling wordt onder andere gewaarborgd door de volgende
criteria:





De examinerende instantie is een juridisch zelfstandige entiteit. Er zijn geen derden, meer
specifiek bedrijven en opleiders, die deelnemen in het aandelenkapitaal, certificaten van aandelen
hebben, of op overige wijze (stem)rechten kunnen uitoefenen en/of het beleid kunnen beïnvloeden.
Derden, meer specifiek bedrijven en opleiders, hebben geen mogelijkheid het beleid te
beïnvloeden via bestuurlijke of toezichthoudende functies binnen de exameninstelling.
Werknemers van de exameninstelling zijn niet ook bij derden, meer specifiek bedrijven en
opleiders waar kandidaten hun opleiding hebben gevolgd, in dienst of daaraan gelieerd.
De exameninstelling is onafhankelijk van derden, meer specifiek bedrijven en opleiders,
gefinancierd.
Er zijn geen andere overeenkomsten, afspraken of feiten en omstandigheden op grond waarvan
de onafhankelijkheid van de exameninstelling door derden, meer specifiek bedrijven en opleiders,
kan worden beïnvloed.
BRL PED 3 november 2014
-9-
Interpretatie en Beoordeling
Het uittreksel van de Kamer van Koophandel dient te worden overhandigd tijdens controle van de
toezichthouder. Bij de eerste controle mag het document niet ouder dan 4 maanden zijn.
Daarnaast stelt de auditor vragen over bovenstaande eisen en dienen de antwoorden, waar mogelijk,
aangetoond worden door documentatie. Als documentatie ontbreekt, zal de exameninstelling dit schriftelijk
moeten verklaren.
BRL PED 3 november 2014
- 10 -
2.3
Examen – BKD pedicure (versie april 2008), BKD medisch pedicure (versie maart 2009)
Toelichting
Deze BRL is van toepassing op de volgende versies van het BKD (medisch) pedicure:
A. BKD pedicure (versie april 2008) en BKD medisch pedicure (versie maart 2009).
B. BKD Voetzorg, pedicure en medisch pedicure (versie september 2014).
De onder A. genoemde BKD’s worden gehanteerd tot uiterlijk september 2016. Na september 2016
wordt er verplicht opgeleid en geëxamineerd volgens het BKD Voetzorg, pedicure en medisch pedicure
(versie september 2014).
Indien afgestemd en schriftelijk overeengekomen met de exameninstelling mag in het schooljaar sept.
2015-2016 volgens het BKD voetzorg opgeleid en geëxamineerd worden. Dit moet dan schriftelijk zijn
vastgelegd en aan het HBA én toezichthouder worden doorgegeven.
Aangezien het verschil tussen de onder A beschreven BKD’s en het BKD Voetzorg met name zit in de
wijze van examinering, worden de examens apart beschreven.
In 2.3 wordt het examen beschreven van de onder A.genoemde BKD’s en in 2.4 het examen van het
BKD Voetzorg (B).
Algemeen
De onderdelen voor het branchediploma pedicure en medisch pedicure worden geëxamineerd met
behulp van theorietoetsen en meerdere proeven van bekwaamheid met een interview. Het onderdeel
“Ondernemerstaken uitvoeren” wordt geëxamineerd met een portfolio met interview.
Voor afgifte van een diploma dient zowel de theorietoetsing als de praktijktoetsing door de betreffende
kandidaat met een voldoende te zijn afgerond.
In een toetsmatrijs heeft de exameninstelling vastgesteld welke vragen er dienen te worden gesteld en
welke opdrachten er dienen te worden uitgevoerd. Ook heeft de exameninstelling de cesuur voor de
theorievragen en Proeve van Bekwaamheden bepaald en schriftelijk vastgelegd. Van te voren is het
voor zowel de assessoren als de kandidaten inzichtelijk onder welke voorwaarden een kandidaat is
geslaagd.
In geval van EVC geldt voor pedicure en medisch pedicure: portfolio + interview = diplomering
(medisch) pedicure. In beide (EVC) gevallen geldt: bij twijfel kan een proeve van bekwaamheid
worden afgenomen (zie ook onderstaand schema).
Via school (opleiding)
Pedicure als ook Medisch Pedicure
Theorietoetsing
(voorwaardelijk voor
deelname aan
proeve)
Proeve(n) van bekwaamheid +
interview
Alles voldoende
=
diplomering
Portfolio „Ondernemerstaken
uitvoeren‟
+ interview
Via EVC procedure Pedicure of Medisch Pedicure
Portfolio +
interview
BRL PED 3 november 2014
Voldoende
=
diplomering
- 11 -
Bij twijfel zal er nog een proeve van Bekwaamheid worden afgenomen.
2.3.1 Theorietoetsing
Criteria
De theorietoetsing moet met voldoende resultaat zijn afgelegd om te mogen deelnemen aan de
proeve van bekwaamheid.
De theorietoetsing bestaat uit:
- Sociale, communicatieve vaardigheden en ondernemersactiviteiten uitvoeren
- Code van het voetverzorgingsbedrijf, Hygiene, Arbo en Milieu;
- Algemene anatomie en fysiologie;
- Specifieke anatomie en fysiologie, pathologie en orthopedie;
- Theorie van de praktijk;
In geval van medisch pedicure zijn tevens de volgende onderdelen van toepassing
- Theorie risicovoeten
- Theorie specialistische technieken
Interpretatie en Beoordeling
De wijze van opstellen examen moet inzichtelijk zijn. Tijdens de audit zal de geautomatiseerde
itembank voor theorie-examens worden ingezien.
De daarbij behorende flowchart van het tot stand komen van de examens dient te worden overlegd.
Beschikbaarheid van toetsmatrijzen wordt getoetst en of examens volgens deze matrijzen worden
samengesteld. Bovenstaande theorie onderwerpen dienen getoetst te worden.
Beoordeling eisen locatie: Door middel van een examenbijwoning. Zie tevens 3.2. Het HBA of een
toezichthouder in opdracht van het HBA heeft altijd het recht een theorie-examen onaangekondigd bij
te wonen.
2.3.2 Proeve van bekwaamheid (praktijktoetsing)
Criteria
De proeve die de pedicure en medische pedicure moet afleggen is kerntaakoverstijgend en wordt
afgesloten door een interview. In een proeve worden verschillende competenties samen beoordeeld:
kan de kandidaat de verschillende competenties geïntegreerd toepassen?
Gedurende het gehele praktijkexamen dient de kandidaat in alle opzichten te voldoen aan de normen,
zowel de wettelijk verplichte norm als branchenorm, zoals gesteld in de Code van het
voetverzorgingsbedrijf. Hierbij wordt uitgegaan van de laatste versie van de Code van het
voetverzorgingsbedrijf.
Gedurende het gehele praktijkexamen is de kandidaat vrij in de keuze van de inrichting van de
instrumententafel, mits overzichtelijk gegroepeerd en indien nodig afgesloten.
In het interview gaan de assessoren in op wat ze wel of juist niet hebben gezien tijdens de proeve.
Ook wordt nagegaan of een kandidaat een bewust beroepsbeoefenaar is.
De eindbeoordeling voor de praktijktoetsing ontstaat door de combinatie van beoordeling van de
proeve en het resultaat van het interview. Deze moet voldoende zijn.
Eisen aan het model
Het model dient over de fysieke en psychische mogelijkheden te beschikken voor de af te leggen
proeve van bekwaamheid en de daaraan gerelateerde eisen.
De exameninstelling heeft een procedure vastgesteld, waarin gewaarborgd is dat het werven en
beoordelen van modellen geschiedt in het licht van de aan de proeven van bekwaamheid gerelateerde
eisen.
BRL PED 3 november 2014
- 12 -
Eisen Locatie/ruimte
Volgens de Code van het voetverzorgingsbedrijf.
Interpretatie en Beoordeling
Door middel van een examenbijwoning wordt gecontroleerd of aan bovenstaande eisen wordt voldaan.
Het Hoofdbedrijfschap Ambachten of een toezichthouder in opdracht van het HBA heeft altijd het recht
een examen onaangekondigd bij te wonen.
2.3.3 Portfolio plus interview
Het onderdeel “Ondernemerstaken uitvoeren” worden getoetst door middel van een portfolio en een
interview.
Het uitgangspunt is dat deelnemers tijdens hun opleiding middels opdrachten zich verdiepen in de
relevante zaken rondom ondernemerschap, nodig voor de uitoefening van hun praktijk. In het
beoordelingsportfolio en middels het interview (waar de (eigen) beroepspraktijk centraal staat) toont
de deelnemer aan over voldoende inzicht te beschikken om een onderneming te starten c.q. goed te
kunnen uitoefenen. De toets is gericht op het meten van inzicht en niet zozeer op toetsing van kennis
op detailniveau. Het beoordelingsportfolio kent een format dat aansluit op het BKD.
Criteria pedicure
Het portfolio en interview is gericht op de voorbereiding op zelfstandig ondernemerschap. De
beoordelingsaspecten staan genoemd in het BKD en zijn aangegeven in een servicedocument.
Criteria medisch pedicure
Het portfolio en interview is gericht op het begeleiden en samenwerken met medewerkers en
aanpalende disciplines en het analyseren van de markt en ontwikkelingen. De beoordelingsaspecten
staan genoemd in het BKD en zijn aangegeven in een servicedocument.
Interpretatie en Beoordeling
De wijze van het beoordelen van het portfolio en criteriumgericht interview moet inzichtelijk zijn.
Tijdens de audit worden enkele beoordelingsportfolio ingezien. Het HBA of de toezichthouder kan
altijd een beoordelingsportfolio(s) opvragen bij een exameninstelling.
2.4 Examen–
BKD Voetzorg, pedicure en medisch pedicure (versie september 2014)
(Opleiden en examineren is vanaf september 2016 verplicht volgens dit BKD Voetzorg)
Algemeen
De onderdelen voor het branchediploma pedicure en medisch pedicure worden geëxamineerd met
behulp van theorietoetsen, casussen en meerdere proeven van bekwaamheid. Het onderdeel
“Ondernemerstaken uitvoeren” wordt geëxamineerd met een portfolio met interview.
Voor afgifte van een diploma dient zowel de theorietoetsing als de praktijktoetsing door de betreffende
kandidaat met een voldoende te zijn afgerond.
In een toetsmatrijs heeft de exameninstelling vastgesteld welke vragen er dienen te worden gesteld en
welke opdrachten er dienen te worden uitgevoerd. Ook heeft de exameninstelling de cesuur voor de
theorievragen en Proeve van Bekwaamheden bepaald en schriftelijk vastgelegd. Van te voren is het
voor zowel de assessoren als de kandidaten inzichtelijk onder welke voorwaarden een kandidaat is
geslaagd.
In geval van EVC geldt voor pedicure: portfolio + interview = diplomering pedicure en in geval van
medisch pedicure geldt: portfolio + interview = diplomering medisch pedicure. In beide (EVC) gevallen
geldt: bij twijfel kan een proeve van bekwaamheid worden afgenomen (zie ook onderstaand schema).
Via school (opleiding)
Pedicure als ook Medisch Pedicure (zie BKD vanaf pagina 21)
BRL PED 3 november 2014
- 13 -
Pedicure
In de praktijktoets laat de deelnemer zien te beschikken over de vaardigheden benodigd bij het
uitvoeren van een basisbehandeling.
Theorietoetsing
(voorwaardelijk voor
deelname aan
proeve)
+ casus
Proeve van bekwaamheid kerntaak
1 ‟Basis pedicurebehandeling
uitvoeren‟
Alles voldoende
=
diplomering
Portfolio kerntaak 2
„Ondernemerstaken uitvoeren‟
+ interview
Medisch pedicure
Er worden minimaal twee praktijktoetsen afgenomen, te weten;
- 1 proeve risicovoet
1 of meerdere proeven specialistische technieken, waarbij minimaal twee technieken
toegepast worden zodat alle werkprocessen kunnen worden beoordeeld.
Theorietoetsing
(voorwaardelijk voor deelname aan de
proeve) + casus
Theorietoetsing
(voorwaardelijk voor deelname aan de
proeve) + casus
Proeve
Risicovoet
Proeve(n)
Specialistische technieken
Portfolio + interview kerntaak 2
„Ondernemerstaken uitvoeren‟
Via EVC procedure Pedicure of Medisch Pedicure
Portfolio +
interview
Voldoende
=
diplomering
Bij twijfel zal er nog een proeve van Bekwaamheid worden afgenomen.
BRL PED 3 november 2014
- 14 -
Alles voldoende
= diplomering
2.4.1 Theorietoetsing
Criteria Pedicure
In de theorietoetsing Pedicure, betrekking hebbend op het uitvoeren van een basisbehandeling, wordt
ingegaan op:
- basale kennis van de interpretatie van blauwdrukken
- kennis over anatomie en fysiologie van het lichaam
- kennis van indicaties en contra-indicaties
- kennis van relevante medische terminologie
- kennis van producten en materialen die gebruikt worden bij het uitvoeren van een
pedicurebehandeling
- kennis van de biomechanica van de voet
- relevante kennis van pathologie
- kennis van orthopedie met nadruk op de onderste ledenmaten en bewegingsapparaat
- kennis over aandoeningen aan het bewegingsapparaat.
Criteria Medisch Pedicure
In geval van examinering voor medisch pedicure gaat de theorietoetsing in op kennis benodigd bij het
uitvoeren van een medische pedicurebehandeling:
- Kennis van aanverwante (medische) disciplines
- Specialistische kennis van hulpmiddelen en aanpassingen aan schoenen
- Kennis van indicaties en contra-indicaties
- Kennis van de psychologie en ziektebeelden
- Relevante kennis van neurologische aandoeningen en vaataandoeningen
- Specialistische kennis van „risicovoeten‟
- Kennis van Simm‟s classificatie
- Specialistische kennis van de richtlijnen m.b.t. de behandeling van voeten van personen met
diabetes mellitus/een reumatische aandoening
- Kennis van de WIP-richtlijn
- Kennis van de zorgmodule “Preventie diabetische voetulcera”
- Kennis van de Code van het voetverzorgingsbedrijf
- Specialistische kennis van nageltechnieken en materiaal
- Basiskennis voor het aansturen van medewerkers
- Kennis van instructie geven aan stagiaires en medewerkers
- Kennis van aandoeningen ten gevolge van het gebruik van celremmende medicatie
- Specialistische kennis van pathologie
- Specifieke kennis van materialen en producten die behoren bij de uitvoering van een
medische pedicurebehandeling
- Specialistische kennis van anatomie en fysiologie van het lichaam
- Specialistische kennis van drukverdelingsmateriaal
- Specialistische kennis van orthesemateriaal.
De eisen aan de theorie-examenlocatie zijn beschreven in het examenreglement en zijn tevens in een
examenprotocol vastgelegd. (Zie Bijlage I)
Interpretatie en Beoordeling
De wijze van opstellen examen moet inzichtelijk zijn. Tijdens de audit zal de geautomatiseerde
itembank voor theorie-examens worden ingezien.
De daarbij behorende flowchart van het tot stand komen van de examens dient te worden overlegd.
Beschikbaarheid van toetsmatrijzen wordt getoetst en of examens volgens deze matrijzen worden
samengesteld. Bovenstaande theorie onderwerpen dienen getoetst te worden.
Beoordeling eisen locatie: Door middel van een examenbijwoning. Zie tevens 3.2. Het HBA of een
toezichthouder in opdracht van het HBA heeft altijd het recht een theorie-examen onaangekondigd bij
te wonen.
BRL PED 3 november 2014
- 15 -
2.4.2 Proeve van bekwaamheid (praktijktoetsing)
Criteria
De proeve die de pedicure en medische pedicure moet afleggen is kerntaakoverstijgend en wordt
afgesloten door een interview. In een proeve worden verschillende competenties samen beoordeeld:
kan de kandidaat de verschillende competenties geïntegreerd toepassen?
Gedurende het gehele praktijkexamen dient de kandidaat in alle opzichten te voldoen aan de normen,
zowel de wettelijk verplichte norm als branchenorm, zoals gesteld in de Code van het
voetverzorgingsbedrijf. Hierbij wordt uitgegaan van de laatste versie van de Code van het
voetverzorgingsbedrijf.
Gedurende het gehele praktijkexamen is de kandidaat vrij in de keuze van de inrichting van de
instrumententafel, mits overzichtelijk gegroepeerd en indien nodig afgesloten.
In het interview gaan de assessoren in op wat ze wel of juist niet hebben gezien tijdens de proeve.
Ook wordt nagegaan of een kandidaat een bewust beroepsbeoefenaar is.
De eindbeoordeling voor de praktijktoetsing ontstaat door de combinatie van beoordeling van de
proeve en het resultaat van het interview. Deze moet voldoende zijn.
Eisen aan het model
Het model dient over de fysieke en psychische mogelijkheden te beschikken voor de af te leggen
proeve van bekwaamheid en de daaraan gerelateerde eisen. (zie BKD, paragraaf 2.3).
De exameninstelling heeft een procedure vastgesteld, waarin gewaarborgd is dat het werven en
beoordelen van modellen geschiedt in het licht van de aan de proeven van bekwaamheid gerelateerde
eisen.
Eisen Locatie/ruimte
Volgens de Code van het voetverzorgingsbedrijf.
Interpretatie en Beoordeling
Door middel van een examenbijwoning wordt gecontroleerd of aan bovenstaande eisen wordt voldaan.
Het Hoofdbedrijfschap Ambachten of een toezichthouder in opdracht van het HBA heeft altijd het recht
een examen onaangekondigd bij te wonen.
2.4.3 Portfolio plus interview
Het onderdeel “Ondernemerstaken uitvoeren” worden getoetst door middel van een portfolio en een
interview.
Het uitgangspunt is dat deelnemers tijdens hun opleiding middels opdrachten zich verdiepen in de
relevante zaken rondom ondernemerschap, nodig voor de uitoefening van hun praktijk. In het
beoordelingsportfolio en middels het interview (waar de (eigen) beroepspraktijk centraal staat) toont
de deelnemer aan over voldoende inzicht te beschikken om een onderneming te starten c.q. goed te
kunnen uitoefenen. De toets is gericht op het meten van inzicht en niet zozeer op toetsing van kennis
op detailniveau. Het beoordelingsportfolio kent een format dat aansluit op het BKD.
Criteria pedicure
Het portfolio en interview is gericht op de voorbereiding op zelfstandig ondernemerschap. De
beoordelingsaspecten staan genoemd in het BKD op pagina 22.
Criteria medisch pedicure
Het portfolio en interview is gericht op het begeleiden en samenwerken met medewerkers en
aanpalende disciplines en het analyseren van de markt en ontwikkelingen. De beoordelingsaspecten
staan genoemd in het BKD op pagina 26/27.
Interpretatie en Beoordeling
De wijze van het beoordelen van het portfolio en interview moet inzichtelijk zijn. Tijdens de audit
worden enkele beoordelingsportfolio ingezien. Het HBA of de toezichthouder kan altijd een
beoordelingsportfolio(s) opvragen bij een exameninstelling.
BRL PED 3 november 2014
- 16 -
2.5. Registratie examendata en behaalde examens/diploma’s bij
het HBA
Registratie examens
De exameninstelling meldt alle ingeplande examens/diploma‟s van te voren aan bij het HBA middels
een registratieformulier (dit in verband met de mogelijkheid om onaangekondigde examenbijwoningen
uit te voeren, zie het audittraject 3.2.).
De exameninstelling dient alle examens (zowel theorie als praktijk) aan te melden bij het HBA. Uiterlijk
3 weken voordat het examen plaatsvindt geeft de exameninstelling bij het HBA door:
- Welk examen er wordt afgenomen van welke opleiding (pedicure of medisch pedicure)
- Data, tijd en locatie van het examen.
- Een overzichtslijst van kandidaten.
Na dit examen levert de exameninstelling tot uiterlijk 4 weken na het examen een overzicht aan van
de geëxamineerde kandidaten en de behaalde resultaten. Het HBA is bevoegd om bij signalering van
afwijkingen gepaste maatregelen te nemen.
Registatie van uitgegeven diploma‟s
De exameninstelling levert elk kwartaal een overzicht aan van de gediplomeerden (naam,
geboortedatum en datum uitgifte branchediploma (pedicure of medisch pedicure) plus kopie van de
uitgegeven diploma‟s.
BRL PED 3 november 2014
- 17 -
3
Samenvatting onderzoek en controle
3.1
Toetsing erkenning
In dit hoofdstuk is de samenvatting gegeven van het bij certificatie uit te voeren:
 Erkenningsonderzoek: het onderzoek om vast te stellen dat aan alle in de BRL gestelde
eisen wordt voldaan,
 Hercertificatie: het onderzoek om vast te stellen dat aan alle in de BRL gestelde eisen wordt
voldaan en de erkenning voor de volgende 3 jaar wordt voortgezet.
 Examen bijwoningen: de controle van de daadwerkelijke afname van examens.
3.2
Audittraject
Het erkenningsonderzoek bestaat uit 2 auditdagen waarvan 1 dag wordt besteed aan het
kantooronderzoek plus een halve dag aan het bijwonen van een proeve van bekwaamheid en een
halve dag aan het bijwonen van een theorie-examen. In jaar 2 vindt controle plaats, deze bestaat uit
een hele auditdag. Er vindt een beoordeling van de interne audit plaats (zie 2.1.4). Er vindt een
bijwoning van een theorie-examen en/of Proeve van Bekwaamheid plaats en/of er wordt een
portfoliobeoordeling uitgevoerd.
In jaar drie 3 vindt een examencontrole plaats, deze bestaat uit een halve auditdag. Er kan een
bijwoning bij een theorie-examen of Proeve van Bekwaamheid plaatsvinden of er kan een
portfoliobeoordeling worden uitgevoerd. De hercertificatie vindt drie jaar na erkenning of hercertificatie
plaats en bestaat uit een halve auditdag kantooronderzoek en een halve dag bijwoning van een
proeve van bekwaamheid. Het audittraject is inclusief rapportages.
In een schema:
e
1 jaar
Erkenningsonderzoek
e
Opvolgingsaudit
3 jaar
e
Opvolgingsaudit
3 jaar na
erkenning of
hercertificatie
Verder
schema
e
vanaf 2 jaar,
etc.
Hercertificatie-onderzoek
2 jaar
2 auditdagen: 1 dag kantooronderzoek en 0,5 dag
bijwoning proeve van bekwaamheid en 0,5 dag
bijwoning theorie-examen
1 auditdag: beoordeling interne audit en bijwoning
theorie-examen en/of proeve van bekwaamheid*
en/of portfoliobeoordeling
0,5 auditdag: bijwoning theorie-examen of proeve
van bekwaamheid* of portfoliobeoordeling
1 dag: 0,5 auditdag kantooronderzoek en 0,5 dag
bijwoning proeve van bekwaamheid*
* Opmerking: bijwoning theorie en proeve van bekwaamheid kan zowel bij een examen pedicure of medisch
pedicure plaatsvinden.
Examenbijwoningen zullen onaangekondigd plaatsvinden.
BRL PED 3 november 2014
- 18 -
3.3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
3.4
Proces van aanvraag tot erkenning exameninstelling
Exameninstelling meldt zich aan bij HBA.
HBA beoordeelt of de aanvraag akkoord is. Indien akkoord dan krijgt de exameninstelling een
voorlopige erkenning en zal het toelatingsonderzoek zo snel mogelijk plaats moeten vinden
(waarbij eerst de organisatieaudti plaatsvindt en daarna de bijwoning van een theorie- en
praktijkexamen.
Overeenkomst wordt opgesteld door HBA met de exameninstelling
Goedkeuring van aanmelding HBA en akkoord HBA gaan richting de toezichthouder met vaste
gegevens, zodat de toezichthouder een offerte kan opstellen. Offerte van de toezichthouder
gaat rechtstreeks naar exameninstelling.
Na ontvangst getekende overeenkomst bij de toezichthouder, worden de audit en
examenbijwoningen gepland. Kopie van de getekende overeenkomst wordt door de
toezichthouder aan het HBA verzonden.
Bevestiging van afspraak gaat naar exameninstelling en naar HBA.
De toezichthouder voert audit en bijwoningen uit.
De toezichthouder stelt rapportage op.
Rapportage ter inzage en commentaar naar examenstelling (mail).
Rapportage ter goedkeuring naar HBA (mail).
Akkoord van HBA naar de toezichthouder met officiële ingangsdatum.
De toezichthouder maakt Rapport en Certificaat (met datum erkenning door platform) en
verstuurt beide naar de exameninstelling.
Kopie certificaat wordt aan HBA gestuurd.
Procedure bij niet voldoen aan de erkenningscriteria
Indien een exameninstelling niet voldoet aan de eisen die in de BRL aan de exameninstelling zijn
gesteld, heeft dit consequenties voor de erkenning. Indien de exameninstelling niet voldoet aan één of
meerdere eisen, dient men binnen een bepaalde termijn de tekortkoming(en) op te lossen. Omdat de
ene eis zwaarder kan wegen dan de andere, wordt in dit hoofdstuk per artikel de zwaarte aangegeven.
Om het verschil te benoemen, is per artikel aangegeven wat de zwaarte van de tekortkoming is, als
men niet aan de eis voldoet.
Kritische Tekortkoming (KTK)
In deze categorie is sprake van een zware tekortkoming. Indien er sprake is van een kritische
tekortkoming, moet de exameninstelling dit binnen vier weken met een concrete verbeteractie
oplossen. Indien het resultaat van de verbeteractie door de certificerende instelling op locatie moet
worden geverifieerd, zijn de kosten hiervoor voor de exameninstelling.
Een kritische tekortkoming die is vastgesteld tijdens de audit om erkend te worden, houdt erkenning
tegen. Een kritische tekortkoming die is vastgesteld tijdens een opvolgingsaudit, geeft het Platform
Branchediploma voetverzorging het recht de betreffende erkenning in te trekken. Intrekking van de
erkenning houdt in dat de exameninstelling tenminste twaalf maanden moet wachten om een nieuwe
aanvraag tot erkenning in te dienen.
Tekortkoming (TK)
In deze categorie is sprake van een lichte tekortkoming. In overleg met de toezichthouderhouder wordt
een termijn afgesproken waarbinnen de exameninstelling aantoonbaar een concrete verbeteractie
en/of oplossing biedt. Voldoet de exameninstelling binnen deze afgesproken termijn niet aan de eis,
dan wordt de tekortkoming omgezet in een kritische tekortkoming en gelden de regels zoals in
bovenstaand artikel zijn beschreven.
Overzicht
In onderstaand overzicht wordt per artikel het type tekortkoming aangegeven. Indien de
exameninstelling niet voldoet aan de eisen gesteld in het betreffende artikel, dan leidt het tot de
BRL PED 3 november 2014
- 19 -
tekortkoming zoals hierboven zijn beschreven. KTK staat voor “Kritische Tekortkoming” en TK staat
voor “Tekortkoming.”
2.1.1
2.1.2
2.1.3
2.1.4
2.2.1
2.2.2
2.2.3
2.2.4
2.2.5
2.3.1
2.3.2
2.3.3
Informatievoorziening
Deskundigheid
Onafhankelijkheid
Kwaliteitsborging
Examenreglement
Examencommissie en Dagcommissie
Commissie van Beroep Examens
Servicedocument
Inschrijving Kamer van Koophandel
Theorietoetsing
Proeve van Bekwaamheid
Portfolio plus criteriumgericht interview
KTK
KTK
KTK
KTK
KTK
KTK
TK
KTK
KTK
KTK
KTK
KTK
Het HBA neemt op grond van een onafhankelijk advies van de toezichthouder een besluit. De
examenorganisatie heeft aanwijzingen gehad van de toezichthouder betreffende een tekortkoming en
een termijn is gedefinieerd waarbinnen deze tekortkoming dient te zijn opgelost. De reactie van de
exameninstelling is bij het besluit meegenomen. Mocht een exameninstelling het niet eens zijn met het
besluit van het HBA dan kan men via de burgerlijke rechter in beroep gaan.
Wanneer het Hoofdbedrijfschap Ambachten besluit tot het intrekken van de erkenning zal zij dit
schriftelijk mededelen aan de exameninstelling, onder vermelding van de maatregelen die moeten
worden genomen tot opheffing van het intrekken van de erkenning.
Samenvattend: een verstrekt certificaat van erkenning kan onder meer worden opgeschort om de
volgende redenen.
a) Ingeval wordt geconstateerd door het Hoofdbedrijfschap Ambachten dat de geldigheidscondities
niet, dan wel niet volledig, worden nageleefd.
b) Bij kritische tekortkomingen die als zodanig door de toezichthouder worden benoemd en die door
de certificaathouder niet binnen de door de toezichthouder gestelde termijn kunnen worden
gecorrigeerd.
c) Het niet of onvolledig opvolgen van een maatregel ter verbetering naar aanleiding van een door
deze geconstateerde tekortkoming.
d) Bij onjuist gebruik van het certificaat van erkenning, zoals misleidende publicaties.
e) Het niet of onvolledig informeren door de exameninstelling het Hoofdbedrijfschap Ambachten en/of
de toezichthouder over zaken die invloed hebben op het proces van erkenning.
f) Indien de exameninstelling zich niet houdt aan de wet- en regelgeving gerelateerd aan de
werkzaamheden waarop deze van toepassing zijn.
g) Ingeval naar aanleiding van één of meerdere klachten over een exameninstelling het HBA
onderzoek heeft gedaan naar de aard en de ernst van de klachten en hierover met de
exameninstelling in gesprek in gegaan en tot de conclusie is gekomen dat de exameninstelling
aantoonbaar niet voldoet aan de eisen die in de BRL zijn gesteld, en de exameninstelling niet in
staat is/bereid is corrigerende maatregelen tot verbetering te nemen.
BRL PED 3 november 2014
- 20 -
4
Afspraken over de uitvoering van het
erkenningsonderzoek
Algemeen
In dit hoofdstuk zijn de gemaakte afspraken over de uitvoering van het erkenningsonderzoek door de
toezichthouder vastgelegd.
4.1
Certificatiepersoneel
Het bij certificatie betrokken personeel is te onderscheiden naar:
 Auditor: belast met het uitvoeren van het erkenningsonderzoek en de tussentijdse controles,
tevens voert deze examenbijwoningen uit;
 Beslissers: belast met het nemen van;
- beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde erkenningsonderzoeken,
- voortzetting van erkenning naar aanleiding van uitgevoerde controles én
- beslissingen over de noodzaak tot het treffen van corrigerende maatregelen.
- Tevens beoordeelt deze alle rapporten van auditoren.
4.2
Kwalificatie-eisen
Certificatiepersoneel
Het bij certificatie betrokken personeel is te onderscheiden naar:
 Auditoren: belast met het uitvoeren van de beoordelingen en belast met het periodieke
toezicht op examens (schriftelijk, mondeling en/of praktijktoetsen) evenals van hercertificatie
toetsen, tevens inzicht in belast met het toetsen van het tot stand komen van examens.
 Beslissers: belast met het nemen van
- beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde erkenningsonderzoeken,
- voortzetting van erkenning naar aanleiding van uitgevoerde controles en
- beslissingen over de noodzaak tot het treffen van corrigerende maatregelen.
De volgende kwalificatie-eisen zijn vastgesteld:
Kwalificatie eisen
Certificatiepersoneel
Opleiding
Ervaring
Certificatiedeskundige
(beoordelaar
exameninstelling)
HBO/MBO-niveau:
Auditor
Inhoudelijk deskundig op het gebied van
examinering.
1 jaar ervaring als
auditor
Kennis van wijzen van
examinering
Beslisser
HBO:
Lead-auditor
Kennis van Persoonscertificatie
3 jaar ervaring als lead
auditor
Kennis van
persoonscertificatie
Kennis van
examinering
Ervaring met uitvoeren
examenbijwoningen
Opleiding en ervaring van het betrokken certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn vastgelegd.
BRL PED 3 november 2014
- 21 -
5
Lijst van Brondocumenten
Normen / normatieve documenten:

Beroepscompetentieprofiel Pedicure

Beroepscompetentieprofiel Medisch Pedicure

Branche Kwalificatie Dossier Voetzorg; Pedicure en Medisch Pedicure

'De Code van het voetverzorgingsbedrijf'.
BRL PED 3 november 2014
- 22 -
I Bijlage Examenreglement
Afname examens
Inhoud proces verbaal/examenverslag
Vastgelegd:
 regels over aanmelding van de kandidaat
 examenkosten voor de kandidaat
 regels over herkansingen
 samenstelling en werkwijze van de examencommissie
 samenstelling en werkwijze van de commissie van beroep
 aanwijzingen voor de inrichting en beoordeling van de Proeve van
Bekwaamheid en Interview
 aanwijzingen voor de inrichting en beoordeling van het Portfolio
Ondernemerstaken uitvoeren
 tekst diploma conform het door de brancheorganisatie Platform branchediploma
voetverzorging van het HBA vastgestelde format
 Procedure Hoe om te gaan met fraude
 Procedure Klachten
Bijlage: binnenkomst kandidaten:
 Controleren Kandidaten a.d.h.v. studentenpas/ID
 Presentielijst
 Controleren op volledigheid gegevens als naam, geboortedatum, geboorteplaats
 Examenreglement aanwezig
 Check eisen examenlocatie
Bijlage: uitleg door ´examenvoorzitter´:
 Uitleg over duur van examen
 Uitleg over manier waarop goede antwoord aangegeven moet worden en hoe
de kandidaten verbeteringen moeten aanbrengen; bijv. vraag niet beantwoord
wordt fout gerekend, twee antwoorden op een vraag wordt fout gerekend
 Uitleg over manier waarop kandidaten opmerkingen, klachten en bezwaar tegen
de uitslag kunnen indienen
 Uitleg over hoe de kandidaten de aandacht van de assessor mogen trekken
(handopsteken o.i.d.)
 Uitleg over wat kandidaten moeten doen als ze klaar zijn (bijv. stil weggaan,
werk laten liggen of inleveren, niet napraten op de gang zodat mensen die nog
niet klaar zijn er geen last van hebben)
 Uitleg over hoe de uitslag bekend gemaakt wordt
 Uitleg over de regels van orde (niet praten, niet tijdelijk de zaal verlaten zonder
toestemming, afkijken betekent uitsluiting e.d.)
 procedures en sancties bij fraude
 procedure voor de voor de afhandeling van klachten
Bijlage: Tijdens het examen:
 Hoe te handelen indien kandidaten later komen
 Helpen bij beantwoorden van het examen tijdens examen door
assessor/surveillant
 Wijze van goed overzicht en toezicht houden
BRL PED 3 november 2014
- 23 -
Bijlage: Na afloop van examen:
 Afsluiten examenwerk
 Opstellen proces-verbaal c.q. examenverslag
 Controle examens
 Berichtgeving school/kandidaten
 Drukken en versturen diploma‟s en eventueel uitreiking.
 Publicatie op de website
 Controle kosten per kandidaat verrekend
 NAW-gegevens exameninstelling
 Adres, datum en tijdstip examen
 Naam examinatoren/ assessor(en)
 Aantal kandidaten aangemeld
 Aantal kandidaten aanwezig
 Inrichting zaal volgens eisen/afwijkingen locatie
 Lijst kandidaats: presentielijst + check aan de hand
van ID Nummers.
 Aantal ingenomen examenantwoorden (bladen) en
rapportage praktijkexamens en theorie-examens.
 Examenbescheiden beveiligd naar
exameninstelling
 Bijzonderheden/incidenten
 Handtekening namens exameninstelling
 Archivering examens
 Klachten
BRL PED 3 november 2014
- 24 -
II Klachtenafhandeling
1. Klacht over een examenaangelegenheid
Een klacht (van een opleider dan wel cursist) moet ingediend worden bij de exameninstelling. Indien
het een klacht van een cursist betreft, wordt de klacht via de opleider bij de exameninstelling
ingediend. De exameninstelling volgt haar eigen klachtenprocedure zoals vermeld staat in het
examenreglement. Bij afwijzing an de klacht dient de exameninstelling een goede inhoudelijke
beargumentatie te geven waarom de klacht is afgewezen. De exameninstelling meldt bij het HBA de
zaken die in behandeling zijn genomen. Mocht men het niet eens zijn met de afwijzing van de klacht
dan kan via de burgerlijke rechter in beroep worden gegaan.
2. Klacht vanuit het veld over exameninstellingen
Klachten betreffende vermeende misstanden bij een exameninstelling kunnen bij het HBA worden
gemeld. Het HBA is bevoegd om deze klachten te onderzoeken en gepaste maatregelen te treffen.
3. Klachten betrekking hebbend op besluiten van het HBA inzake
erkenningsaangelegenheden
Het HBA neemt op grond van onafhankelijk advies van de toezichthouder een besluit. De
aanvragende exameninstelling heeft het advies van de toezichthouder gehad voordat het HBA een
besluit neemt. Zij is dus in de gelegenheid geweest hierop te reageren en het HBA heeft deze reactie
meegenomen in haar besluitvorming. Mocht een exameninstelling het niet eens zijn met deze
besluitvorming dan is de aangewezen weg de burgerlijke rechter te adiëren.
BRL PED 3 november 2014
- 25 -