Jaarstukken 2013 v1.02

Jaarstukken
2013
.
Jaarstukken 2013
Planning & Controlcyclus
Planning & Controlcyclus 2013
Perspectiefnota 2013-2016
De raad heeft op 28 augustus 2012 de kaders voor de
begroting 2013 vastgesteld.
Programmabegroting 2013
De raad heeft op 6 november 2012 het beleid en de
bijbehorende middelen voor het begrotingsjaar 2013
vastgesteld.
Voorjaarsrapportage 2013
De raad is op 2 juli 2013 geïnformeerd over de voortgang
van de begroting en heeft de aangepaste budgetten uit
de begroting 2013 vastgesteld.
Najaarsrapportage 2013
De raad is op 12 november 2013 geïnformeerd over de
voortgang van de begroting en heeft de aangepaste
budgetten uit de begroting 2013 vastgesteld.
Jaarstukken 2013
Het college legt op 27 mei 2014 verantwoording af aan de
raad over begrotingsjaar 2013.
Inhoudsopgave
.
Jaarstukken 2013
Inhoudsopgave
In deze jaarstukken
Pagina
Hoofdstuk 1 — Inleiding
1.1
1.2
1.3
1.4
7
De gemeente Rhenen in het kort
Bestuur van de gemeente Rhenen
Bericht van het College
Financieel resultaat
Hoofdstuk 2 — Jaarverslag
8
11
14
17
19
2.a Programmaverantwoording
2.a
Inleiding programmaverantwoording
2.a.1 Programma 1 — Bestuur en Dienstverlening
2.a.2 Programma 2 — Integrale Veiligheid
2.a.3 Programma 3 — Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
2.a.4 Programma 4 — Economie
2.a.5 Programma 5 — Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
2.a.6 Programma 6 — Maatschappelijke Ondersteuning
2.a.7 Programma 7 — Onderwijs en Jeugd
2.a.8 Programma 8 — Cultuur en Sport
2.a.9 Algemene dekkingsmiddelen en Onvoorzien
19
2.b Paragrafen
2.b.
Inleiding paragrafen
2.b.1 Paragraaf 1 — Lokale heffingen
2.b.2 Paragraaf 2 — Weerstandsvermogen
2.b.3 Paragraaf 3 — Onderhoud kapitaalgoederen
2.b.4 Paragraaf 4 — Financiering
2.b.5 Paragraaf 5 — Bedrijfsvoering
2.b.6 Paragraaf 6 — Verbonden partijen
2.b.7 Paragraaf 7 — Grondbeleid
2.b.8 Paragraaf 8 — Subsidieverlening 2013
2.b.8 Paragraaf 9 — 3 Decentralisaties
63
Hoofdstuk 3 — Jaarrekening
21
22
25
27
34
40
46
52
54
56
63
64
66
72
76
79
82
94
103
104
109
3.a Programmarekening
3.a.1 Rekening van baten en lasten
3.a.2 Toelichting op de rekening van baten en lasten
3.a.3 Analyse saldo jaarrekening
3.a.4 Incidentele baten en lasten
3.a.5 Begrotingsrechtmatigheid
110
110
111
121
123
124
3.b Balans
3.b.1 Balans
3.b.2 Waarderingsgrondslagen
3.b.3 Toelichting op de balans
127
127
128
131
3.c Single Information Single Audit (SISA)
140
3.d Wet Normering Topinkomens (WNT)
143
3.e Bijlagen
3.e.1 — Reserves en voorzieningen 2013
3.e.2 — Activastaat
3.e.3 — Investeringen 2013
3.e.4 — Staat van gewaarborgde geldleningen
3.e.5 — Overzicht kapitaallasten
3.e.6 — Controleverklaring
144
144
161
170
171
173
174
Hoofdstuk 4 — Vaststelling
177
Inhoudsopgave
.
Hoofdstuk 1
Inleiding
Pagina 7
Inleiding
Jaarstukken 2013
1.1 De gemeente Rhenen in het kort
1.1.1 Algemeen
Rhenen is een historische stad aan de rivier de NederRijn, in de bosrijke omgeving van Nationaal Park
Utrechtse Heuvelrug. Als u Rhenen vanuit de Betuwe
binnenrijdt waant u zich een beetje in het buitenland
door de hoogteverschillen in het landschap. In het
donker geven de vele lichtjes tegen de heuvels en de
verlichte Cuneratoren een prachtig schouwspel.
In de historische benedenstad van Rhenen voelt u zich
terug in de tijd. Hier vindt u naast smalle pittoreske
straatjes en pleintjes en restanten van de eeuwenoude
stadswallen de markante Cunerakerk met toren.
Een laat-gothische kerk, gebouwd tussen 1492 en 1531.
Door velen beschouwd als de mooiste van Nederland.
Rhenen is dus een stad èn gemeente in de provincie
Utrecht. De gemeente telt op 26 februari 2014
19.122 inwoners en heeft een oppervlakte van
circa 43 km², waarvan circa 3% water. Rhenen ligt op de
zuidoostpunt van de Utrechtse Heuvelrug.
De oostelijk gelegen en tot de gemeente behorende
Grebbeberg is de laatste heuvel van deze stuwwal. De
gemeente Rhenen bestaat uit de woonkernen Rhenen,
Elst (Ut) en Achterberg.
Gemeentewapen
De elementen uit het wapen van Rhenen zijn zo oud als
de toekenning van het stadsrecht door de bisschop van
Utrecht. Het wapen is afgeleid van de oude stadszegels.
Het oudst bekende stadszegel dateert uit 1258. Er is in
de loop van de tijd wel wat aan veranderd en het huidige
wapen gaat terug op het stadszegel van 1483. Het
bestaat uit een zilveren achtergrond met daarop een
rood kasteel. Je zou er ook de stad zelf in kunnen
herkennen met haar muur en drie poorten. De torens /
poorten hebben blauwe daken. Bovenin zweeft een
sleutel, die kan worden opgevat als symbool voor het
zelfbestuur van de stad maar ook als verwijzing naar de
apostel Petrus als sleutelbewaarder. Net als in de stad
Utrecht zou de oudste kerk van Rhenen gewijd zijn aan
St. Pieter, hoewel dat twijfelachtig is. Het wapenschild
wordt vastgehouden door twee gouden leeuwen en
“bekroond” met een gouden kroon.
De wapens van Achterberg en Elst zijn van jongere
datum en geen echte gemeentewapens. Het wapen van
Achterberg maakt wel gebruik van twee oudere wapens,
namelijk dat van de dijkgraaf en heemraadschap van de
Rhenense Neude en Achterbergse Hooilanden.
Het kasteel lijkt afkomstig van het wapen van Rhenen
maar kan ook staan voor het kasteel dat ooit in
Achterberg stond: De Horst. Het scheepje in de onderste
helft is afkomstig van het wapen van het Veenraadschap
in Veenendaal, dat in 1563 werd opgericht.
Pagina 8
Het heemraadschap en het veenraadschap dekken
samen het bijna volledige dorpsgebied van Achterberg.
Het wapen van Elst is een ontwerp van Ad de Jong,
geboren te Rhenen en actief in de historische vereniging
van Rhenen. Hij maakte een “sprekend” wapen op grond
van oude elementen en overwegingen, die al eeuwenlang worden gevolgd bij het ontwerpen van wapens.
Boven is een uitgerukte elzenboom zichtbaar. De
natuurlijke begroeiing van de omgeving van Elst
bestond uit uitgestrekte elzenbossen, dat daaraan
wellicht haar naam dankt. In de onderste helft komt de
sleutel van St. Pieter terug en verder de lelie. Het
Utrechtse kapittel van St. Pieter bezat omvangrijke
landerijen rond Elst. Het westelijke deel van Elst viel tot
de gemeentelijke herindeling van 2006 onder
Amerongen. Het symbool van Amerongen is de lelie.
Het wapen wordt nog gebruikt in officiële aktes, in een
uittreksel van de burgerlijke stand en in de ambtsketen
van de burgemeester.
Jaarstukken 2013
Inleiding
Rhenen
Rhenen is van oorsprong een vestingstad. Bij herhaling
fungeerde ze als voorpost: in vroeger eeuwen van het
Sticht van Utrecht, tegen de dreiging uit het Gelderse
hertogdom en in de recente geschiedenis van de
Vesting Holland. Rhenen is daardoor vaak en vergaand
verwoest. Het laatst in de jaren 1940-1945.
Het monument bij de ingang van het oude gemeentehuis aan de Herenstraat is een herinnering aan deze
verwoesting en aan de wederopbouw.
Elst
In Elst leefde men vroeger van de tabaksteelt. U vindt er
ook nu nog tabaksschuren, die echter niet meer als
zodanig dienst doen. Ook vinden we in Elst een
Aardkundig Monument en wel het sneeuwsmeltwaterdal
op de Plantage Willem III. Een Aardkundig Monument is
een gebied waarin je de ontwikkeling van de aarde over
honderden, duizenden of zelfs tienduizenden jaren met
eigen ogen kunt zien.
Achterberg
De kern Achterberg is vooral agrarisch getint met
prachtige (monumentale) boerderijen.
In de middeleeuwen bezaten de landsheren, de
bisschoppen van Utrecht, een slot in Achterberg,
genaamd De Horst. Aan verschillende van deze vorsten
zijn herinneringen bewaard gebleven. Zo bestaan er nog
brieven en oorkonden die op De Horst geschreven zijn en
door de bisschoppen getekend.
Pagina 9
Inleiding
Jaarstukken 2013
1.1.2 Missie en visie
Missie
Visie
De gemeente Rhenen heeft als doel het behoud van het
karakter van Rhenen: we zijn een trotse gemeente met
een unieke ligging tussen de schitterende Utrechtse
Heuvelrug en de uiterwaarden van de Neder-Rijn.
De gemeente bestaat uit drie woonkernen met ieder een
eigen identiteit: het stadje Rhenen, de agrarische
gemeenschap Achterberg en de kern Elst. Die identiteit
willen we behouden en we denken dat dit het beste lukt
in zelfstandigheid. Het college kiest daarbij voor het
voeren van een zakelijk en sociaal beleid. Daarnaast
streeft de gemeente Rhenen naar een open
samenleving met wederzijds respect tussen inwoners en
overheid en inwoners onderling, waarbij ook integriteit
en fatsoen vanzelfsprekende begrippen zijn.
Zelfstandig blijven in het huidige tijdsgewricht van
decentralisatie en schaalvergroting vraagt om handig en
verstandig opereren en het leggen van een juiste focus.
De raad heeft in het, op 18 juni 2011 vastgestelde,
visiedocument aangegeven dat de gemeente
beleidsbepalend wil zijn op gebied van leefomgeving en
economie waaronder recreatie & toerisme, kwaliteit
leefomgeving (inrichting) en veiligheid en in mindere
mate op mobiliteit & bereikbaarheid, landbouw, behoud
van natuur en landschap en woningbouw. Waar nodig
wordt hierbij vanuit de eigen kracht gezocht naar
samenwerking. De gemeente trekt zich terug op
maatschappelijk terrein, door het zwaartepunt op die
terreinen te leggen bij de maatschappelijke organisaties,
zonder daarbij de belangen van de zwakkeren in de
samenleving uit het oog te verliezen.
1.1.3 Organogram
De organisatiestructuur is een hulpmiddel dat ervoor
moet zorgen dat de gemeente Rhenen haar doelen
bereikt. Hierbij wordt nagedacht over zaken als
taakverdeling, verdeling van verantwoordelijkheden en
van bevoegdheden en daarmee samenhangend over het
coördineren van die taken en verantwoordelijkheden.
In het organisatieschema hiernaast is de organisatiestructuur van de gemeente Rhenen weergegeven.
Pagina 10
Jaarstukken 2013
Bestuur van de gemeente Rhenen
1.2 Bestuur van de gemeente Rhenen
Het bestuur van de gemeente wordt gevormd door het college van burgemeester en wethouders (1.2.1) en de
gemeenteraad (1.2.2).
1.2.1 College van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders (college van B&W) is vergelijkbaar met het kabinet. Het college van
B&W regeert en vormt het dagelijks bestuur van een gemeente. Hieronder volgt een overzicht van de samenstelling
van het college van B&W op 31 december 2013:
Burgemeester
Joost van Oostrum
Portefeuille
Wethouder
Henk van den Berg
VVD
Portefeuille
- Informatie en automatisering - Ruimtelijke ordening
- Politie, brandweer, rampenbestrijding en veiligheid
- Financiën
Wethouder
Henk Klein Kranenburg
CDA
Portefeuille
- Welzijn
- Sociale zaken en werkgelegenheid
- Economische zaken
- Sport
- Kabinetszaken
- Integrale handhaving
- Communicatie, P&O en
dienstverlening
- Onderwijs
- WERV/Food Valley
- Maatschappelijk werk
- Coördinatie van bestuur
en beleid
- Ruimtelijke projecten
- Ouderen/jongerenbeleid
- Openbare werken
- Volksgezondheid
- Recreatie en toerisme
- Water
- Huiselijk geweld
- Cultuur/museum
- Nutsbedrijven
- Volkshuisvesting
- Archief
- Verkeer en Vervoer
- Milieu
- Cuneratoren
- Rijnbrug
- Handhaving
- Natuur/landschap/agrarische
zaken
- RUD (Regionale uitvoeringsdiensten)
- Wijkgericht werken
- Grondexploitatie/grondzaken
- Begraafbeleid
- Afvalbeleid
Pagina 11
Bestuur van de gemeente Rhenen
Jaarstukken 2013
1.2.2 Gemeenteraad
De gemeenteraad is het hoogste orgaan in een gemeente en is te vergelijken met de Tweede Kamer:
- de gemeenteraad bepaalt (de hoofdlijnen van) het beleid en ziet toe op de uitvoering daarvan door het college
van burgemeester en wethouders rekeninghoudend met signalen en informatie uit de samenleving; en
- de gemeenteraad stelt de begroting en jaarrekening vast en benoemt en ontslaat wethouders.
De gemeenteraad van Rhenen is samengesteld uit 17 raadsleden. Hieronder volgt een overzicht van de
samenstelling van de raad op 31 december 2013, op volgorde van grootte van de fracties:
Pagina 12
Simone Veldboer
Ad van Hees
Reinoud Dirksen
Jacob Schouten
Gert van Laar
Peter de Rooij
Arjen Bonnema
Hans de Wilt
Anne van Miltenburg
Jaarstukken 2013
Bestuur van de gemeente Rhenen
Rik ter Horst
Hans Rijken
Ineke Holierook
Eef Brouwer
Margriet v.d. Vooren
Geertje Wiesenekker
Jos van Klinken
Nico Drost
Pagina 13
Bericht van het College
Jaarstukken 2013
1.3 Bericht van het college
Op 19 maart 2014 zijn de gemeentelijke verkiezingen gehouden en is er een nieuwe gemeenteraad gekozen. Op
basis hiervan is er een nieuw college gevormd dat nu de jaarrekening 2013 presenteert. 2013 was een jaar waarin
sprake was van een aantal opvallende prestaties en momenten. Allereerst zijn de financiële resultaten van de
gemeente Rhenen goed. In 2013 hebben we een positief resultaat behaald van € 1.523.133 na resultaatbestemming.
We zijn hier blij mee omdat het onze reservepositie verder versterkt. Zeker gezien de economische crisis en de
onzekerheden rondom de 3 decentralistaties is het wenselijk een solide reservepositie te hebben. Daarom stellen we
ook ten bate van de 3 decentralisaties de bestemmingsreserve “3 decentralisties” in.
In februari 2013 heeft wethouder Van Leeuwen bekendgemaakt zijn functie per direct neer te leggen. Het college is
verder gegaan als minderheidscollege met gedoogsteun van de Progressieve Combinatie en de Partij van de Arbeid.
Financieel
De afgelopen jaren stonden voor een belangrijk deel in het teken van de effecten van de omvangrijke bezuinigingsoperaties bij het Rijk. Dit gold ook voor 2013 en zal ook de aankomende jaren gelden. Daarom is in het gedoogakkoord afgesproken om voor 2013 en 2014 een sluitende begroting te realiseren. Gelet op de berekende nadelige
resultaten van deze beide jaren is een pakket aan extra bezuinigingsvoorstellen 2013-2014 aan de raad voorgelegd.
Deze bezuinigingen zijn inmiddels gerealiseerd. Hoewel de economische omstandigheden licht verbeteren, blijft het
college vasthouden aan een zorgvuldig en behoedzaam beleid. Aankomende jaren worden de uitkeringen vanuit het
Rijk verlaagd en in 2014 zal hierdoor al € 90.000 bezuinigd moeten worden. Hiervoor zullen we een bezuinigingsopdracht formuleren. Daarnaast baren de kortingen op de drie decentralisaties ons zorgen. Ook aankomende jaren
blijven daarom in het teken staan van omvangrijke bezuinigingsoperaties. Hoe we deze gaan realiseren zal in
overleg met raad en waar mogelijk met inwoners vorm worden gegeven.
Leefomgeving — buitenruimte
Bestemmingsplannen zijn belangrijke kaderstellende plannen en ze geven aan welke ruimtelijke mogelijkheden een
gebied heeft. In 2013 zijn er drie bestemmingsplannen vastgesteld voor de kernen, hierbij zijn de ruimtelijke
mogelijkheden verruimd. Tevens is de partiële herziening van het bestemmingsplan buitengebied vastgesteld.
Daarnaast is de procedure voor het bestemmingsplan Uiterwaarden bij de stad Rhenen gestart.
De raad heeft de actualisatie van de Woonvisie vastgesteld. In 2012 is, uit een in FoodValley-verband opgestelde
rapportage, gebleken dat er regionaal maar ook in Rhenen sprake is van een grote ongelijkheid tussen vraag en
aanbod van woningbouwplannen. De gemeente zal ook op de woningmarkt meer dan in het verleden uitgaan van
de zelfredzaamheid van de maatschappij.
Pagina 14
Jaarstukken 2013
Bericht van het College
Alleen op thema’s waarin de gemeente het algemeen belang of het lange termijn belang bewaakt, zal de gemeente
gaan regisseren. Het belangrijkste thema is wat dit betreft voor de komende jaren de huisvesting van ouderen. Op
andere thema’s zal de gemeente vooral gaan faciliteren en stimuleren. De rol van de gemeente op de woningmarkt
zoals beschreven in de woonvisie sluit hierbij aan bij de ontwikkelingen zoals verwoord in het in 2013 vastgestelde
rapport “Visie sociaal domein Rhenen”.
De gemeente Rhenen is gestart met de verkoop van restgroen. Eigenaren van een woning, grenzend aan een perceel
restgroen, worden door de gemeente Rhenen geïnformeerd over de mogelijkheden om restgroen te kopen. Het
restgroen project biedt de bewoners van Rhenen de mogelijkheid tegen gunstige prijzen de tuin te vergroten en de
gemeente Rhenen bespaart kosten voor het onderhoud ervan.
Het convenant “Duurzaam verkeersveilige schoolomgeving” is afgerond en zal in 2014 getekend worden. Tevens
heeft het merendeel van de basisscholen in de gemeente Rhenen het “Utrechts Verkeersveiligheidslabel”
bemachtigd.
Sociaal — Maatschappelijk
In 2013 is er veel werk verzet om de aanstaande decentralisaties van de AWBZ naar de WMO, de participatiewet en
de jeugdzorg in goede banen te lijden. Er is een tweetal belangrijke documenten door de Raad vastgesteld:
 Contouren Visie Sociaal Domein Rhenen: Op 28 mei 2013 heeft de gemeenteraad de contouren voor de visie
op het sociaal domein vastgesteld. Vervolgens is aangegeven dat het college het traject zou uitzetten om te
komen tot een visie.
 Visie Sociaal Domein Rhenen ‘Een vitale samenleving is nooit blut’: Op 12 november 2013 heeft de
gemeenteraad het visiedocument vastgesteld. Het traject om te komen tot het visiedocument is met diverse
bijeenkomsten en raadplegingen van verschillende bestuurders en professionals doorlopen. Hierbij zijn
principes, inzichten en uitgangspunten beschreven, die Rhenen wil hanteren om de systeemwisseling naar
‘één gezin, één plan en één regisseur’ met de verschillende betrokkenen in het sociaal domein te bewerkstelligen.
In 2013 is daarnaast veel werk verzet om in januari 2014 het Integraal Beleidskader Sociaal Domein door de Raad te
kunnen laten vaststellen. Ook voor de beleidsplannen 1e tranche Jeugd, Participatie en Maatschappelijke
Ondersteuning, die in februari 2014 op de Raadsagenda staan, is in 2013 veel werk verzet.
Op 9 december heeft de nieuwe basisschool Springplank in Rhenen haar hoogste punt bereikt. Bij het ontwerp van
deze school is duidelijk rekening gehouden met duurzaamheid. Duurzaamheid op het gebied van flexibele indeling,
zodat in de toekomst ook een andere indeling mogelijk is van de ruimtes. Maar ook duurzaamheid bij de keuze van
materialen die weinig onderhoud vergen en vandalisme bestendig zijn.
Economie en toerisme
Recreatie en toerisme is een sector die van groot belang is voor de economie, het voorzieningenniveau en de
leefbaarheid van de gemeente. Daarom is op 2 juli 2013 het beleidsplan recreatie en toerisme 2013-2016 “Rhenen,
10 hoogtepunten aan de Rijn” vastgesteld wat in samenwerking met het veld tot stand is gekomen. De komende
vier jaar zal het plan verder uitgevoerd worden.
In de zomer zijn de concept beleidsplannen over uitstallingen- en gevelreclamebeleid alsmede het concept horecabeleidsplan en terrassenbeleid op een interactieve avond besproken met de raadsleden en ondernemers uit de
binnenstad. De aangepaste versies van de beleidsplannen worden begin 2014 door het college vastgesteld.
Het in het begin van 2013 afgesloten horecaconvenant ”Gezellig uitgaan in Rhenen” is een goede stap vooruit om
ervoor te zorgen dat het gezellig en sfeervol uitgaan in Rhenen blijft en dat iedereen zich niet alleen Welkom maar
ook Veilig in Rhenen voelt. Dit convenant is in goede samenwerking, afstemming en communicatie tussen horecaondernemers, de politie en de gemeente opgesteld.
Pagina 15
Bericht van het College
Jaarstukken 2013
Het nieuwe horecabeleidsplan “Welkom in Rhenen” geeft aan dat Rhenen gastvrijheid hoog in het vaandel wil
dragen. De gemeente Rhenen wil graag dat iedereen zich thuis voelt of u nu inwoner, bezoeker, toerist of ondernemer bent. Om ook in de toekomst die sfeer en gezelligheid vast te houden, de eventuele overlast te minimaliseren
en de veiligheid voor iedereen zo veel mogelijk te waarborgen zijn duidelijke en eenvoudig na te leven regels nodig
die zowel voor startende als voor bestaande horecaondernemers uitvoerbaar zijn.
In Rhenen hebben zich maar liefst 187 nieuwe deelnemers aangemeld voor Burgernet. Burgernet is een unieke
samenwerking tussen burgers, gemeente en politie om de veiligheid in de wijk te vergroten. Deelnemers aan
Burgernet krijgen een bericht via hun (vaste of mobiele) telefoon als de politie op zoek is naar een verdachte van een
misdrijf of een vermiste persoon. Samen werken we zo aan veiligheid binnen onze gemeente.
Bedrijfsvoering
Met de gemeente Veenendaal hebben we een samenwerkingsovereenkomst ICT afgesloten. In de komende vijf jaar
trekken we samen op voor wat betreft de ICT. Aangezien de gemeentehuizen negen kilometer van elkaar af liggen is
het een logische stap om te profiteren van een schaalvoordeel. Deze meerwaarde zit in de eerste plaats in het feit
dat iedere gemeente vanuit zijn eigen organisatie in de samenwerking zit. Doordat we beide eenheden in stand
houden kunnen we van elkaar leren, zonder daarbij onze eigenheid op te geven. Ook gaan we op een goede manier
gebruik maken van het schaalvoordeel bij het beheer van de hard- en software. Voor een groot gedeelte hebben we
dezelfde hard- en software en zijn we met elkaar verbonden door een glasvezelkabel. We zijn hierbij elkaars
achtervang.
Met ingang van het voorjaar 2013 worden sms-berichten gestuurd wanneer door de klant reisdocumenten of
rijbewijzen kunnen worden afgehaald. Daarnaast is in 2013 het fysieke bedrijvenloket gerealiseerd alsmede is het
digitale bedrijvenloket op de website van de gemeente Rhenen in gebruik genomen. De vrijwilligerscentrale is in
december 2013 uitgebreid met een digitale vrijwilligersvacaturebank in de vorm van een website “Rhenen voor
elkaar”. In 2014 zal als onderdeel van de implementatie Rhenense Publieksbalie verdere verbetering van de digitale
dienstverlening worden voortgezet. We zijn er dan ook trots op het feit dat de bij de feedback van de burgers een 8
als gemiddelde score wordt behaald, bij huwelijksvoltrekkingen is dat zelfs een 9.
Bovengenoemde resultaten zijn mede te danken aan onze toegewijde medewerkers. Er is in 2013 veel bereikt maar
aankomende jaren is nog veel te doen. Zo moeten de eerder genoemde drie decentralisaties verder geïmplementeerd worden en wacht ons een ingrijpende bezuiniging. Wij zijn ervan overtuigd dat wij tezamen met de raad en
medewerkers maar ook door de inzet van bewoners van Rhenen in een gemeente wonen en werken waar het zowel
fysiek-ruimtelijk als maatsschappelijk-sociaal goed is te verblijven.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rhenen.
Pagina 16
Jaarstukken 2013
Bericht van het College
1.4 Financieel resultaat
1.4.1 Resultaat jaarrekening
De gemeente Rhenen heeft, ondanks de economische crisis, over 2013 een positief resultaat behaald van
ruim € 1,5 miljoen na eerste bestemming. Hoewel het primaire doel van een gemeente niet is om een zo hoog
mogelijk resultaat te behalen is het college hier wel blij mee omdat het positieve saldo kan worden ingezet om
onze reservepositie te verbeteren. Zeker tegen de achtergrond van de huidige economische en financiële crisis.
Resultaat jaarrekening
in euro's
1a. Saldo uit gewone bedrijfsvoering
4.462 N
1b. Incidentele baten en lasten (excl. Reservemutaties)
305.550 V
1. Resultaat jaarrekening voor eerste bestemming (1a + 1b)
2. Reeds bestemd resultaat (mutaties reserves)
301.088 V
1.222.045 V
3. Resultaat jaarrrekening na eerste bestemming (1+2)
1.523.133 V
Ad 1a. Het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering betreft alle baten en lasten exclusief de mutaties aan de
reserves en de incidentele baten en lasten.
Ad 1b. Incidentele baten en lasten zijn mutaties die zich gedurende maximaal 3 jaar voordoen.
Incidentele baten en lasten
Incidentele
Incidentele
Baten
Lasten
in euro's
Ad 2.
784.211 N
Saldo
Incidentele B/L excl. mutatie reserves
1.089.761 V
Incidentele reserve mutaties
1.439.655 V 1.004.982 N
305.550 V
434.673 V
Totaal incidentele baten en lasten
2.529.416 V 1.789.193 N
740.223 V
Het reeds bestemde resultaat bestaat uit toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves die bij de vaststelling van de begroting 2013 en gedurende het jaar via begrotingswijzigingen door de raad zijn goedgekeurd.
Voor details met betrekking tot deze mutaties, verwijzen wij u naar 3.e.1.
Mutaties reserves (eerste resultaatbestemming)
in euro's
Toevoeging reserves
3.044.254 N
Onttrekking reserves
4.266.299 V
Per saldo bij eerste resultaatbestemming
1.222.045 V
1.4.2 Bestemming resultaat jaarrekening
Voorgesteld wordt het resultaat na eerste bestemming van de jaarrekening 2013 als volgt te bestemmen:
Bestemming resultaat jaarrekening
in euro's
Resultaat na eerste bestemming
Toevoeging reserve Deelfonds Sociaal Domein
Toevoeging reserve Armoedebestrijding
Toevoeging reserve Sociale Woningbouw
Toevoeging reserve FoodValley
Toevoeging reserve Woninggebonden Subsidies
1.523.133 V
500.000 N
9.715 N
191.000 N
5.000 N
4.050 N
Toevoeging reserve Cuneratoren
100.000 N
Toevoeging algemene reserve vrij besteedbaar
713.368 N
Resultaat na tweede bestemming
0N
Pagina 17
Bericht van het College
Jaarstukken 2013
1.4.3 Analyse resultaat jaarrekening
In de begroting (stand najaarsrapportage) werd uitgegaan van een nadelig saldo van € 99.811. Het resultaat van de
jaarrekening 2013 wijkt af met de verwachting bij de najaarsrapportage. Naast een adequaat budgetbeheer in de
laatste maanden van het jaar wordt het verschil daarnaast veroorzaakt door met name:
Analyse resultaat jaarrekening
in euro's
Programma
99.811 N
Winstneming Binnenstad-Oost (projectdeel 1, 2 en 4)
341.774 V
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Resultaat WMO (gemeld in informatienota)
331.706 V
Maatschappelijke Ondersteuning
Bijstelling algemene uitkering
295.758 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Algemene uitgaven bijstand
136.106 V
Maatschappelijke Ondersteuning
Saldo rentelasten en rentebaten
61.000 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Dienstverlening
50.000 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
WMO woningaanpassingen (niet in informatienota)
Positieve bijstelling voorziening negatieve grondexploitatie
48.152 V
Maatschappelijke Ondersteuning
46.000 V
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Restantbudget WGA premie
41.814 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Verloning collegeleden
38.233 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Liquidatie onderlinge verzekeringsmaatschappij
32.800 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Teruggave WAO-WIA/naheffingen
30.000 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Budget functiewaardering
30.000 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Arboaanpassingen/minder werving & selectiekosten
Overige verschillen (per saldo)
Totaal
Voor een uitgebreide toelichting verwijzen wij u naar:
 Hoofdstuk 3 — Jaarrekening;
 3.a.3 - Analyse saldo jaarrekening.
Pagina 18
Bedrag
Verwacht resultaat begr. na wijziging (najaarsrapportage)
29.000 V Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
110.601 V
1.523.133 V
Hoofdstuk 2
Jaarverslag
Pagina 19
In dit hoofdstuk legt het college verantwoording af over de realisatie van de
programma’s. Een programma is een samenhangende verzameling van
activiteiten, voorzieningen en producten. De programmaverantwoording biedt
per programma inzicht in:
a. de mate waarin de doelstellingen zijn gerealiseerd
b. de wijze waarop de beoogde maatschappelijke effecten zijn bereikt
c. de gerealiseerde baten en lasten
In de volgende paragrafen vindt u per programma allereerst een algemene
inleiding. Vervolgens wordt beschreven wat we wilden bereiken, wat we
daarvoor hebben gedaan en wat het heeft gekost. Als de kosten op
productniveau met meer dan € 50.000 zijn overschreden dan is de
overschrijding toegelicht. Onafhankelijk van de overschrijding op
productniveau worden de afwijkingen van meer dan € 50.000 altijd toegelicht.
Dit is conform de afspraken die hierover in de auditcommissie van 30 januari
2013 zijn gemaakt.
De Programmaverantwoording gaat over de volgende 9 programma’s:
Pagina 20
Jaarstukken 2013
Inleiding programmaverantwoording
2.a — Programmaverantwoording
2.a
Inleiding
In dit hoofdstuk legt het college verantwoording af over de realisatie van de programma’s. Een programma is een
samenhangende verzameling van activiteiten, voorzieningen en producten. De programmaverantwoording biedt
per programma inzicht in:
a. de mate waarin de doelstellingen zijn gerealiseerd;
b. de wijze waarop de beoogde maatschappelijke effecten zijn bereikt; en
c. de gerealiseerde baten en lasten.
In de volgende paragrafen vindt u per programma allereerst een algemene inleiding. Vervolgens wordt beschreven
wat we wilden bereiken, wat we daarvoor hebben gedaan en wat het heeft gekost. Als de kosten op productniveau
met meer dan € 50.000 zijn overschreden dan is de overschrijding toegelicht. Onafhankelijk van de overschrijding op
productniveau worden de afwijkingen van meer dan € 50.000 op kostensoortniveau altijd toegelicht. Dit is conform
de afspraken die hierover in de auditcommissie van 30 januari 2013 zijn gemaakt.
De Programmaverantwoording gaat over de volgende 9 programma’s:
Saldo programma´s 2013
x € 1.000
Saldo
Saldo
Afwijking
Saldo begroting
begr. na wijz.
werkelijk
Programma 1 - Bestuur en Dienstverlening
1.706 N
1.726 N
20 N
1%
Programma 2 - Integrale Veiligheid
1.822 N
1.803 N
19 V
-1%
Programma 3 - Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
2.750 N
2.489 N
261 V
-10%
Programma 4 - Economie
1.096 N
1.002 N
95 V
-9%
Programma 5 - Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
1.837 N
1.141 N
696 V
-38%
Programma 6 - Maatschappelijke Ondersteuning
6.199 N
5.758 N
441 V
-7%
Programma 7 - Onderwijs en Jeugd
1.992 N
1.833 N
159 V
-8%
885 N
850 N
35 V
-4%
18.188 V
18.125 V
63 N
0%
Resultaat na bestemming
1.623 V
Programma 8 - Cultuur en Sport
Programma 9 - Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Resultaat per programma na bestemming
€ 800.000
€ 700.000
€ 600.000
€ 500.000
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
€ ‐100.000
€ ‐200.000
Pagina 21
Programma 1
Jaarstukken 2013
2.a.1
2.a.1.1
Bestuur en Dienstverlening
Inleiding
Het college van B&W is belast met uitvoering van het vastgestelde beleid door de raad. Vanuit de plicht tot actieve
informatievoorziening zorgt het college voor terugkoppeling, zodat de raad kan toetsen of de gestelde doelen
gehaald worden. Vanuit haar verantwoordelijkheid voor beleidsprocessen en officiële inspraaktrajecten zoekt het
college op een actieve manier ingang bij bevolkingsgroepen om draagvlak te creëren. Ook de bestuurlijke
samenwerking met andere gemeenten (in welke vorm dan ook) vormt een onderdeel van dit programma.
Daarnaast voert de gemeente een aantal wettelijke (dienstverlenende) taken uit op het gebied van burgerzaken,
verkiezingen en de Wet Openbaarheid van Bestuur.
Dit programma bestaat uit twee deelprogramma’s:
 Bestuur
 Dienstverlening
2.a.1.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Bestuur
Algemeen Een gemeentelijke organisatie die goed kan samenwerken door zelfstandig
Doel
en efficiënt te zijn
Deelprogramma Dienstverlening
Algemeen Verbeteren van dienstverlening aan burgers en andere doelgroepen
Doel
2.a.1.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Bestuur
Specifiek Het verbeteren van de efficiency en het vergroten van kennis binnen de
Doel 1
gemeente door:
1-1 Samenwerking vinden waardoor een efficiencyslag kan worden gemaakt
en waardoor kennis in de gemeente wordt vergroot
2013 Er wordt steeds meer samengewerkt met (FoodValley) gemeenten, met name
op de gebieden van gezamenlijk aanbesteden, uitvoeren van diensten en
kennisdeling.
Voorbeelden van afgeronde en gestarte samenwerkingsverbanden zijn de
gezamenlijke inkoopkalender binnen de FoodValley gemeenten, het
energiecontract (electra), leerlingenvervoer en WMO, onderzoek
belastingsamenwerking, gezamenlijke gemeentelijke vacaturebank, transitie
jeugdzorg, transitie maatschappelijke ondersteuning (AWBZ), transitie
participatiewet (2014), dienstverlening RUD en de ICT-samenwerking.
Deelprogramma Dienstverlening
Specifiek Verbeteren van dienstverlening naar burgers door:
Doel 2
2-1 Nadere uitwerking aangaande het hanteren van wettelijke termijnen met
betrekking tot reageren op contact met burgers
2013 Met het documentmanagementsysteem Decos en het in 2013 in gebruik
genomen OpenWave (t.b.v. omgevingsvergunningen) wordt er gestuurd op
de wettelijke afdoenings-termijnen.
Pagina 22
Jaarstukken 2013
Programma 1
2-3 Nadere uitwerking van vernieuwingsbudget
2-4 Nadere uitwerking van klant- en gebruiksvriendelijke website
2013 Het aantal producten die volledig digitaal (met DigiD) zijn in te vullen en af te
handelen is vergroot tot circa 40 (o.a. verhuizingen, uittreksels, APVvergunningen).
Daarnaast kunnen via de digitale belastingbalie vrijwel alle producten
digitaal afgehandeld worden.
Met ingang van het voorjaar 2013 worden sms-berichten gestuurd wanneer
reisdocumenten of rijbewijzen kunnen worden afgehaald.
De website is voortdurend onder beheer om actuele informatievoorziening te
waarborgen. In 2014 zal als onderdeel van de implementatie Rhenense
Publieks Balie verdere verbetering van de digitale dienstverlening worden
doorgezet.
2-5 Nadere uitwerking van klantvolgsysteem
2013 In 2013 is de oriëntatie geweest op verschillende klantcontactvolgsystemen.
In 2014 volgt een keuze en dan zal het gekozen systeem geïmplementeerd
worden.
2-6 Nadere uitwerking van klantcontactcentrum (KCC)
2013 In april is het plan van aanpak Rhenense Publieksbalie/ KCC vastgesteld.
Vervolgens is begonnen met de uitvoering hiervan: fase 1 is afgerond en fase
2 bijna. In 2014-2015 worden fasen 3-4-5 afgerond waarmee het plan van
aanpak dan is uitgevoerd.
2-7 Nadere uitwerking van meten/ verbeteren van klanttevredenheid
2013 Wij hebben continue klanttevredenheidsmetingen. De feedback van de burger
wordt gebruikt om verbeteringen in de dienstverlening door te voeren. De
gemiddelde scores op de verschillende gebieden liggen rond de 8.
In het najaar zijn we ook gestart met digitaal klanttevredenheidsonderzoek
huwelijken. De gemiddelde waardering die we krijgen voor de
huwelijksvoltrekking is zelfs een 9.
2-8 Uitwerking grootschalige basiskaart Nederland
2013 In 2013 is Achterberg als proefgebied helemaal conform de BGT opgebouwd.
Daarbij is afstemming gezocht met de leveranciers van het Groen en
Wegbeheer Systeem zodat ook door de gemeente een efficiënt beheer
mogelijk is. In 2014 zullen ook Rhenen en Elst opgebouwd gaan worden.
2.a.1.4
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
Deelprogramma Bestuur
111 Bestuursorganen
112 Best. Ondersteuning College van B&W
113 Bestuurlijke Samenwerking
114 Best. Ond. Raad en Rekenkamer (functie)
Totaal Bestuur
742.115
260.045
66.757
183.161
1.252.078 N
684.080
262.045
66.757
158.960
1.171.842 N
-7.500
-88.065
95.565 V
685.241
230.556
71.593
265.928
1.253.318 N
677.741 N
230.556 N
71.593 N
177.863 N
1.157.753 N
6.339 V
31.489 V
4.836 N
18.903 N
14.089 V
Nee
Nee
Nee
Ja
491.209
491.209 N
534.361
534.361 N
-321.846
321.846 V
890.075
890.075 N
568.229 N
568.229 N
33.868 N
33.868 N
Nee
1.743.287 N
1.706.203 N
417.411 V
2.143.393 N
1.725.982 N
19.779 N
1%
Deelprogramma Dienstverlening
121 Burgerzaken
Totaal Dienstverlening
Saldo na bestemming
A-D = E
Verschil Toelichting
Pagina 23
Programma 1
2.a.1.5
Jaarstukken 2013
Toelichting verschillen
Product 114 — Bestuursondersteuning Raad en Rekenkamer(functie)
De kosten van bestuursondersteuning raad bestaan voornamelijk uit de kosten van de rekenkamer en de kosten van
de kerntakendiscussie. De totale lasten inclusief de toevoegingen aan de reserves bedragen in 2013 € 265.900. In het
voorjaar 2011 heeft een discussie plaatsgevonden over de kerntaken van onze gemeente. Aanleiding van deze
discussie was de omvangrijke bezuinigingstaakstelling van € 2 miljoen waar de gemeente voor stond en tot op
heden nog staat. De kerntaken van onze gemeente zijn vastgelegd in het visiedocument dat op 28 juni 2011 door de
gemeenteraad is vastgesteld. In het visiedocument ligt het accent op recreatie en toerisme, kwaliteit van de
leefomgeving en veiligheid.
Om de noodzakelijke bezuinigingen uit te werken, zoals onderzoeken naar samenwerking, uitbesteding en
overdracht van taken, is door de raad in 2011 ten laste van de algemene middelen een werkbudget voor de
kerntakendiscussie beschikbaar gesteld van € 100.000. Eind 2013 resteert hiervan nog een bedrag van € 61.987.
Dit bedrag is bij de jaarrekening 2013 toegevoegd aan de reserve budgetoverheveling, zodat deze middelen in 2014
beschikbaar blijven.
Pagina 24
Jaarstukken 2013
2.a.2
Integrale Veiligheid
2.a.2.1
Inleiding
Programma 2
Dit programma omvat de gemeentelijke taken op het gebied van de rampenbestrijding en openbare orde. Bij
veiligheid zijn samenwerking en een gedeelde verantwoordelijkheid de sleutelbegrippen om tot een structurele
aanpak van veiligheidsproblemen te komen. Daarom werkt de gemeente op het gebied van veiligheid steeds meer
samen met inwoners, buurtcomités, politie, maatschappelijk werk, jongerenwerk, woningstichting brandweer en
andere organisaties die betrokken kunnen zijn.
Dit programma bestaat uit één deelprogramma:
 Veiligheid
2.a.2.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Veiligheid
Algemeen Het creëren van een veiligere woon- en leefomgeving in Rhenen
Doel
2.a.2.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Veiligheid
S pe c i f i e Het verbeteren van zowel de objectieve (cijfers) als de subjectieve
k Doe l 3 (veiligheidsgevoel) veiligheid binnen de gemeente Rhenen samen met onze
veiligheidspartners door:
3- 1 Het aantal delicten in de gemeente Rhenen te verminderen met 5% per
jaar met ten minste één van onze veiligheidspartners
2013 In 2013 is de totale criminaliteit (o.a. woninginbraak, geweld, diefstal,
vernielingen etc.) gedaald met 14% ten opzichte van 2012 (2013: 708 en
2012: 823 incidenten). Daarmee is de doelstelling van 5% daling ruimschoots
gehaald. De grootste dalers ten opzichte van 2012 zijn woninginbraken
(16%), geweld (28%), winkeldiefstal (39%). De grootste stijger is
fietsendiefstal (46%).
Bovenstaande is gerealiseerd met medewerking van onder meer de politie,
beveiligingsbedrijven & BelJeBuren, Burgernet, Stichting Alleman Welzijn
(jongerenwerkers), het CJG, horecaondernemers, bureau RVS, RIEC en het
Veiligheidshuis.
3- 2 Het veiligheidsgevoel van de inwoners van Rhenen te verbeteren met 5% in
2013 ten opzichte van 2008
2013 Het onveiligheidsgevoel in de gemeente was:
2002: 25%
2008: 20% (van 1.292 respondenten)
2011: 18% (van 950 respondenten)
2013: 25% (van 354 respondenten)
Het onveiligheidsgevoel in de buurt was:
2002: 16%
2008: 11% (van 1.292 respondenten)
2011: 12% (van 950 respondenten)
2013: 11% (van 354 respondenten)
De doelstellingen zijn derhalve niet gehaald. Het veiligheidsgevoel neemt af,
terwijl de objectieve veiligheid toeneemt. Dit is een landelijke trend.
Pagina 25
Programma 2
Jaarstukken 2013
3-3 Het handhaven van het huidige coffeeshopbeleid
2013 Het begin 2013 vastgestelde coffeeshopbeleid wordt gehandhaafd door de
politie.
3-4 Het aantal activiteiten tijdens de Rijnweek op zondag blijft beperkt tot de
oecumenische dienst
2013 In 2013 heeft er tijdens de Rijnweek op zondag alleen een oecumenische
dienst plaatsgevonden.
2.a.2.4
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
Deelprogramma Veiligheid
211 Brandweer en Crisisbeheersing
212 Openbare Orde en Veiligheid
Totaal Veiligheid
1.358.178
451.086
1.809.264 N
1.350.690
471.391
1.822.081 N
-10.231
-11.375
21.606 V
1.332.704
492.074
1.824.778 N
1.322.473 N
480.699 N
1.803.172 N
28.217 V
9.308 N
18.909 V
Nee
Nee
Saldo na bestemming
1.809.264 N
1.822.081 N
21.606 V
1.824.778 N
1.803.172 N
18.909 V
-1%
2.a.2.5
A-D = E
Verschil Toelichting
Toelichting verschillen
De verschillen op dit programma en zijn producten blijven binnen de toelichtingsgrens van € 50.000 per product en
zijn derhalve niet toegelicht.
Pagina 26
Jaarstukken 2013
2.a.3
Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
2.a.3.1
Inleiding
Programma 3
In dit programma zijn de twee belangrijkste aandachtspunten: het waarborgen van de bereikbaarheid van de stad
en de kernen in onze gemeente en het beheren van de openbare ruimte. De bereikbaarheid van de stad en de kernen
betreft niet alleen de bereikbaarheid per auto of bijvoorbeeld fiets, maar ook de bereikbaarheid per openbaar
vervoer (spoor en bus). Dit programma omvat de wegen, waterwegen (beheer van sloten), fietspaden, verkeer,
verkeersveiligheid, openbaar vervoer en het parkeerbeleid.
Het beheer van de openbare ruimte bestaat uit groenvoorziening (inclusief sportvelden), riolering,
speelvoorzieningen, afvalverwerking, reiniging en gladheidsbestrijding.
Dit programma bestaat uit twee deelprogramma’s:
 Bereikbaarheid
 Openbare Ruimte
2.a.3.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Bereikbaarheid
Algemeen Een bereikbaar Rhenen met voldoende toegankelijke parkeerplaatsen en
Doel
veilige verkeersroutes
Deelprogramma Openbare Ruimte
Algemeen Een schoner leefklimaat creëren in Rhenen
Doel
2.a.3.3
Wat mocht het kosten?
Deelprogramma Bereikbaarheid
Specifiek
Doel 4
Parkeergelegenheid in de binnenstad toegankelijk houden voor winkelend
publiek door:
4-2 Realiseren van 60 extra parkeerplaatsen op Veerwei naast de al bestaande
parkeerplaatsen in de periode 2010-2014
2013 In 2009 heeft de gemeenteraad het inrichtingsplan vastgesteld, waarin
recreatie & toerisme, landschap en natuur een plaats hebben gekregen. De
natuurtoets is in 2013 afgerond. Daarna zijn de procedures voor het
bestemmingsplan (voor het totale plangebied) en het projectbesluit (voor de
parkeerplaats) gestart.
De omgevingsvergunning voor de aanleg van de nieuwe parkeerplaats is in
oktober 2013 verleend. In december vond de aanbesteding plaats. Tegen de
omgevingsvergunning en tegen de Natuurbeschermingswetvergunning van
de provincie is beroep aangetekend. Zodra het juridisch mogelijk is, start de
aanleg van de parkeerplaats. De eerste groene compenserende maatregelen
voor de parkeerplaats zijn in 2013 uitgevoerd, de rest volgt in 2014.
Pagina 27
Programma 3
Jaarstukken 2013
Specifiek
Doel 5
Het toegankelijk en veilig houden van de omgeving rondom scholen en
peuterspeelzalen en daarbij ook de school-thuisroute door:
5-1 Realiseren van fietsparkeerplaatsen (naar rato schoolgrootte en behoefte)
voor ouders rondom de scholen in de periode 2010-2014
2013 De voorbereidingen voor het convenant "Duurzaam verkeersveilige
schoolomgeving" zijn afgerond en in januari 2014 zal dit getekend gaan
worden door alle scholen.
Het merendeel van de basisscholen in de gemeente Rhenen heeft het
"Utrechts Verkeersveiligheidslabel" bemachtigd of is in ieder geval actief om
het label te bemachtigen.
In het convenant is aandacht voor gedragsbeïnvloeding en fysieke
maatregelen.
Per school wordt de komende jaren een inrichtingsvoorstel gemaakt en
uitgevoerd waarin rekening wordt gehouden met de realisatie van een aantal
extra/ nieuwe fietsparkeerplaatsen.
5-2 Nadere uitwerking met betrekking tot verkeerstechnische aanpassingen
voor het verbeteren van de school-thuisroutes
2013 Het grootste knelpunt is de school-thuisroute van de Ericaschool. Het college
blijft bij de provincie aandringen dat in het kader van het oplossen van de
Rijnbrugproblematiek ook de oversteek voor langzaam verkeer verbetert van
de kruising N233/Achterbergsestraatweg. In het derde kwartaal is overleg
geweest met de provincie en dit wordt in 2014 voortgezet.
Specifiek
Doel 6
Een toegankelijke openbaarvervoer verbinding tussen Rhenen en het
Ziekenhuis in Ede
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Specifiek Vergroten leefbaarheid in woonwijken en doorstroming door:
Doel 7
7-1 Uitvoeren verkeersstructuurplan
2013 In 2013 is het ontwerp voor de Herenstraat als gebiedsontsluitingsweg
vastgesteld met behulp van uitgebreide participatie met aanwonenden.
Realisatie vindt plaats in 2014 gelijktijdig met de nieuwbouw van de
Cuneraschool. Tevens is het ontwerp voor het gedeelte van de Nieuwe
Veenendaalseweg (Paardenveld-Bergweg) met de functie van
gebiedsontsluitingsweg door het college vastgesteld. Uitvoering vindt plaats
in 2014.
In 2013 heeft het college het voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld voor
de aanpak van het sluipverkeer op de Kastanjelaan en de Spoorbaanweg.
Uitvoering vindt plaats in 2014.
7-2 Verbeteren zuidelijke ontsluiting c.q. Rijnbrug
2013 Eind 2012 is het bestuursconvenant tussen alle betrokken partijen
ondertekend om te komen tot een betere Zuiderlijke Ontsluiting/ Rijnbrug. In
2013 zijn er zowel bestuurlijke als ambtelijke overleggen geweest om te
komen tot realisatie van de 'tidal flow' in 2017.
Tevens is dit jaar in FoodValley verband een mobiliteitsfonds opgericht mede
ter financiering van de 'tidal flow', zie specifiek doel 13-2.
Pagina 28
Jaarstukken 2013
Programma 3
Deelprogramma Openbare Ruimte
7-3 Grotere speelvoorzieningen realiseren voor een brede doelgroep binnen
het huidige budget
2013 Dit jaar is er een totaaloverzicht opgesteld met alle speellocaties in de
gemeente. Op basis hiervan worden de bestaande speelvoorzieningen in
stand gehouden en nieuwe speelvoorzieningen aangelegd.
Het in 2012 samen met de bewoners bedachte plan voor een nieuwe
speelplaats (kinderen 0-18 jaar) in de wijk Koerheuvel in Rhenen is
gerealiseerd.
De ontvangen bijdrage van stichting Gast- en Weeshuis zal gebruikt gaan
worden voor het compleet maken van een speellocatie in Achterberg en aan
de Dr. Wallestraat in Rhenen.
7-4 Zoeken naar andere financieringsbronnen buiten de gemeente om dit te
realiseren
2013 Er is in 2013 gebruik gemaakt van een bijdrage van stichting Gast- en
Weeshuis voor de aanleg van speelvoorzieningen. Tevens wordt er op ad hoc
basis door derden/ ontwikkelaars een bijdrage geleverd voor de aanleg van
speelvoorzieningen.
Specifiek
Doel 8
Een goed onderhouden binnenstad in samenhang met Binnenstad-Oost
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Specifiek
Doel 9
De ergernis rondom hondenpoep verminderen
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Specifiek De inzameling van gescheiden afval verbeteren en stimuleren door:
Doel 10
10-1 Mentaliteitsverandering bewerkstellen bij de burger
2013 De gezamenlijke campagne door de Provincie en de AVU "Doe meer met
afval" is in 2013 afgesloten en in 2014 vindt hier de evaluatie van plaats.
Daarnaast blijkt dat uit het onderzoek rondom diftar dat verbetering van de
afvalscheiding bij de burger wenselijk is om zo aan de landelijke doelstelling
van 65%-bronscheiding te kunnen voldoen. Diftar is een financiele motivator
om afvalscheiding bij de burger te verbeteren. Het besluit om diftar in te
voeren wordt in 2014 door de gemeenteraad genomen.
10-2 Verenigingen etc. betrekken bij de huis aan huis inzameling van papier en
karton
2013 Sinds 1 januari 2013 wordt in de gehele gemeente papier huis-aan-huis
ingezameld door de AVU in samenwerking met vrijwilligers van scholen,
verenigingen en kerken.
Pagina 29
Programma 3
Jaarstukken 2013
Specifiek Het beeldkwaliteitsniveau in het centrum verhogen door:
Doel 11
11-1 De mogelijkheid bekijken van ondergrondse afvalcontainers
2013 Het college heeft in 2013 besloten om geen prioriteit te leggen bij het
verhogen van het beeldkwaliteitsniveau in het centrum van Rhenen door het
realiseren van ondergrondse afvalcontainers.
Overigens zijn de ondergrondse afvalcontainers wel gerealiseerd bij de
inrichting van Binnenstad Oost.
Specifiek De afvalstoffeninzameling verbeteren door:
Doel 12
12-1 Meedoen aan de Benchmark afval
12-2 Evalueren van de eigen gegevens t.o.v. de gemiddelde benchmark of een
zelfde gemeente
2013 Gezien de ontwikkelingen binnen de afvalinzameling is er niet deelgenomen
aan een benchmark. In 2013 is wel een aanvullend onderzoek uitgevoerd
betreffende de invoer van diftar. Aanbevelingen (onder andere ter
verbetering van de afvalstoffeninzameling) uit dit onderzoek zijn verwoord in
het raadsvoorstel over de keuze omtrent diftar (zie specifiek doel 10-1).
2.a.3.4
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
Deelprogramma Bereikbaarheid
311 Wegen
312 Verkeer
313 Parkeren
314 Binnenhavens en Waterwegen
Totaal Bereikbaarheid
875.913
914.962
110.473
11.986
1.913.334 N
840.613
884.453
145.511
11.759
1.882.336 N
-123.878
-48.110
-5.550
554
176.984 V
919.074
864.692
97.784
10.235
1.891.785 N
795.196 N
816.582 N
92.234 N
10.789 N
1.714.801 N
45.417 V
67.871 V
53.277 V
970 V
167.535 V
Ja
Ja
Ja
Nee
8.949
827.758
91.344
-172.818
225.686
-75.953
-46.725
858.241 N
9.016
837.311
90.998
-133.172
226.486
-62.509
-99.997
868.133 N
-1.454.606
-554.491
4.301.541 V
15.003
879.965
133.858
2.066.304
190.407
1.393.009
397.177
5.075.723 N
15.003 N
803.371 N
67.854 N
83.542 V
190.407 N
61.597 V
157.314 V
774.182 N
5.987 N
33.940 V
23.144 V
49.630 N
36.079 V
912 N
57.317 V
93.951 V
Nee
Nee
Nee
Ja
Nee
Nee
Ja
2.771.575 N
2.750.469 N
4.478.525 V
6.967.508 N
2.488.983 N
261.486 V
-10%
Deelprogramma Openbare Ruimte
321 Watergangen
322 Openbaar Groen
323 Speelvoorzieningen
324 Afvalverwijdering en -verwerking
325 Reiniging Openbare Ruimte
326 Riool
327 Begraafplaatsen
Totaal Openbare Ruimte
Saldo na bestemming
Pagina 30
-76.594
-66.004
-2.149.846
A-D = E
Verschil Toelichting
Jaarstukken 2013
2.a.3.5
Programma 3
Toelichting verschillen
Product 311 — Wegen
Het beleid voor het onderhoud van de wegen is vastgelegd in de notitie Rationeel wegbeheer (2008). Dit beleid is er
op gericht om met als uitgangspunten: veiligheid, bereikbaarheid, berijdbaarheid en duurzaamheid, de
verhardingen in Rhenen op de meest economische manier in stand te houden. Het onderhoud is gericht op het in
stand houden van verhardingen binnen de bestaande weginrichting. Door de jaren heen kan de functie/het gebruik
van een weg wijzigen. Dit wordt beschreven in het Verkeersstructuurplan. Bij het plannen van het onderhoud wordt
hiermee rekening gehouden. Dit leidt in die gevallen tot een projectmatige aanpak.
Groot onderhoud wegen
Voor het groot onderhoud aan wegen is in het verleden een voorziening gevormd. Het doel van deze voorziening is
het gelijkmatig verdelen van de kosten van onderhoud van de gemeentelijke wegen over de jaren. De voorziening
wordt gevormd door een jaarlijkse toevoeging vanuit de exploitatie. Het meerjarenonderhoudsplan wegen vormt de
basis voor de omvang van de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening.
Voor de kosten groot onderhoud wegen is na wijziging van de begroting een bedrag van € 267.000 geraamd. De
werkelijke kosten groot onderhoud wegen bedragen € 106.103, waarvan een bedrag van € 57.453 is verantwoord
binnen het product Wegen. Het resterende bedrag van € 48.650 is verantwoord binnen het project Herinrichting
Achterbergsestraatweg/spoorbaanweg dat in 2013 is afgerond.
Er zijn minder kosten gemaakt voor het groot onderhoud voor een bedrag van € 160.897. De verklaring hiervoor is de
volgende: door afstemming van de meerjarenonderhoudsplanning wegen en riolering en de meerjarenplanning
verkeer worden deze middelen samengevoegd om een maximaal effect van de aanpassingen en werkzaamheden te
bereiken. Voor 2013 is een gedeelte van het budget voor groot onderhoud wegen (€ 110.000) gekoppeld aan diverse
investeringsbudgetten. Omdat de realisatie van deze projecten doorlopen in 2014 is er in 2013 minder ten laste van
groot onderhoud gebracht dan begroot.
Product 312 — Verkeer
Het college van B&W ziet de veiligheid van weggebruikers als speerpunt. Daarnaast blijft de doorstroming met
name op de N233 een bron van zorg.
Verkeersmaatregelen
Op verkeersmaatregelen is voor ongeveer € 20.000 meer aan uren geschreven. Dit wordt veroorzaakt door een
toename van het oplossen van kleine (parkeer)problemen van burgers. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld
onderzoek naar invoer van blauwe zones en nieuwe parkeerplaatsen (Kleine Kampen). Deze inzet op verkeersmaatregelen is onder andere ten koste gegaan van de inzet op het gebied van het product parkeren.
Collectief vraagafhankelijk vervoer
Binnen het product Verkeer komt het deelproduct Collectief Vraagafhankelijk Vervoer voor. Dit deelproduct, ook
genoemd regiotaxi, hoort volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) thuis bij het product Verkeer,
maar heeft volledig betrekking op de WMO. Binnen dit deelproduct worden de verreden zones van gebruikers met
een WMO-indicatie geboekt en de bijdrage van de provincie Gelderland. De kosten laten een meevaller zien van
€ 89.000, de bijdrage van de provincie is € 10.000 lager dan begroot. Het voordeel van € 79.552 wordt verantwoord
onder dit product. Doordat het Collectief Vraagafhankelijk vervoer onderdeel uitmaakt van de WMO, is dit voordeel
meegenomen in de resultaatbepaling van de WMO, zie programma 6. Er is nog overleg over de uitvoering van 2013
tussen de vervoerder en de deelnemende gemeentes.
Product 313 — Parkeren
De scheidslijn tussen de producten Verkeer en Parkeren is veelal moeilijk aan te geven. Burgers geven allerhande
meldingen door die zowel betrekking hebben op verkeer als op parkeren en vaak hebben de meldingen betrekking
op beide producten. Zoals gemeld in product 312 (verkeer) worden er meer uren besteed dan verwacht aan het
oplossen van kleine (parkeer)problemen van burgers. Hierdoor worden er dus minder uren geschreven op het
product parkeren.
Product 324 — Afvalverwijdering en –verwerking
De inzameling van huishoudelijk afval is een taak voor gemeenten. Voor afval is op landelijk niveau beleid
ontwikkeld vastgelegd in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP). Het belangrijkste doel van dit plan is preventie:
 het zoveel mogelijk voorkomen dan wel beperken van het ontstaan van afvalstoffen;
 het zoveel mogelijk voor hergebruik of nuttige toepassing aanwenden van onvermijdbaar aangeboden afval;
 als hergebruik of nuttige toepassing niet mogelijk zijn, het milieuhygiënisch verantwoord en doelmatige
verwijderen van die afvalstoffen.
Pagina 31
Programma 3
Jaarstukken 2013
Voor de inzameling van afval is de gemeente Rhenen, en alle andere gemeenten in de provincie Utrecht, aangesloten
bij de Afval Verwijdering Utrecht (AVU). De AVU heeft als doel het sturen en uitvoeren van verantwoord
afvalstoffenbeleid in de provincie Utrecht. Op een doelmatige manier en vanuit het oogpunt van milieuhygiëne. De
AVU verzorgt de organisatie en regeling van transport, overslag, bewerking en verwerking van huishoudelijk afval.
Ontwikkelingen afval
Na de besluitvorming omtrent het ondergronds inzamelen in Binnenstad Oost en Vogelenzang is in 2013 hard
gewerkt aan de realisatie van de eerste voorzieningen. Eind 2013 zijn hiervoor de voorzieningen geplaatst in
Binnenstad Oost. In het project Vogelenzang zijn een deel van de betonnen voorzieningen geplaatst. In de eerste
helft van 2014 zullen de eerste containers bij het gereedkomen worden aangebracht.
Eind 2013 is het onderzoek omtrent diftar afgerond en voor besluitvorming voorgelegd aan de raad.
Uitruil Ozb/afval
Bij de aanvullende bezuinigingen 2013 is besloten om voor 2013 incidenteel een bedrag van € 150.000 uit de
bestemmingsreserve afval in te zetten voor een verlaging van de afvalstoffenheffing. Daartegenover staat een
incidentele verhoging van de onroerend zaakbelasting van de woningen voor hetzelfde bedrag.
Aan inkomsten afvalstoffenheffing was in 2013 een bedrag begroot van € 1.386.878 (inclusief BTW en kosten van
kwijtschelding, ondergebracht in programma 6). Hierin is de verlaging van € 150.000 meegenomen. De werkelijke
kosten afval bedroegen in 2013 € 1.062.816 (inclusief BTW).
Per saldo wordt een bedrag van € 174.062 (zie onderstaande tabel) toegevoegd aan de reserve afval. Dit bedrag is als
volgt opgebouwd. Enerzijds is er sprake van een voordelig exploitatieresultaat van € 324.062*. Anderzijds vindt er
een onttrekking plaats aan de reserve van € 150.000 als gevolg van de incidentele teruggave aan de burger.
Afval
in euro's
Exploitatieresultaat
Incidentele teruggave aan de burgers
2013
324.062 V
150.000 N
Totaal 174.062 V
Toelichting verschillen
Hieronder worden de effecten van de uitgaven en de BTW in relatie tot afval toegelicht.
De begrote uitgaven bij afval na wijziging van de begroting bij de najaarsrapportage 2013 waren € 1.282.840
(exclusief BTW). De werkelijke kosten bedragen € 1.159.406 (exclusief BTW). Het voordelig verschil van € 123.434
wordt veroorzaakt door de volgende voordelen:
*

Uitgaven Gemeenschappelijke regeling AVU
De uitgaven op deze post betreffen de kwartaalvoorschotten aan de AVU voor de verwerking van het afval.
Er is sprake van een voordeel van ongeveer € 70.000. Dit voordeel wordt grotendeels veroorzaakt door
afrekeningen uit 2012 die eind 2013 ontvangen zijn. Dit is met name het gevolg doordat we minder afval
inzamelen dan in eerdere jaren het geval was. De verwachting is dat de teruggave voor 2013 in 2014 lager
zal zijn.

Remmerden
Net als bij de uitgaven van inzameling huishoudelijk afval is de omvang van het afval wat aangeleverd
wordt op het Regionaal Aanbiedstation Remmerden lager dan in andere jaren. Ondanks dat deze post al bij
de Voorjaarsrapportage 2013 naar beneden is bijgesteld is er nog sprake van een voordeel van ongeveer
€ 10.500.

Afvoer en verwerking afval
Binnen de post afvoer en verwerking afval is sprake van een voordeel van ongeveer € 20.000. Voor ruim
€ 14.000 is dit te verklaren omdat de kringloop Restore minder heeft opgehaald dan was aangenomen. Voor
het ophalen van goederen die hergebruikt kunnen worden ontvangt Restore een inzamelvergoeding.
Van dit bedrag is een bedrag van € 144.144 meegenomen in de teruggave aan de inwoners die in 2014 plaatsvindt.
Pagina 32
Jaarstukken 2013

Programma 3
Onderzoekskosten diftar
Er is sprake van een voordeel op de onderzoekskosten Diftar voor ongeveer € 12.000. In 2013 is een
onderzoek naar diftar uitgevoerd. Dit onderzoek is inmiddels afgerond. Afhankelijk van een besluit van de
raad zal de uitwerking van het onderzoek moeten plaatsvinden en zullen de middelen alsnog ingezet
worden.
BTW-compensatiefonds in relatie tot afval
De uitgaven in de begroting zijn gebaseerd op uitgaven exclusief BTW. Het tarief afvalstoffenheffing is inclusief
BTW en levert een voordeel op voor de exploitatie. Daartegenover zit, sinds de invoering van het BTWcompensatiefonds (BCF) de genormeerde verlaging van het gemeentefonds. Ten opzichte van de begroting na wijziging is er een nadeel op de BTW van ongeveer € 26.000. Het nadeel op de BTW wordt voornamelijk veroorzaakt door
de lagere kosten van de gemeenschappelijke regeling AVU en minder kosten voor afvoer en verwerking van afval.
Met als gevolg dat er minder BTW te compenseren is.
Product 326 — Riool
De gemeente is wettelijk verplicht om zorg te dragen voor de inzameling en transport van afvalwater binnen haar
grondgebied, hemelwater af te voeren en overlast van grondwater zoveel mogelijk te beperken. Deze zorgplichten
zijn verder uitgewerkt en verantwoord in het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP). In 2009 is een verbreed
GRP vastgesteld voor de periode 2009-2013. Deze vGRP is inmiddels verlengd tot en met 2014. In 2014 wordt een
nieuwe vGRP voor de periode 2014-2018 opgesteld.
In het vGRP wordt aangegeven waar welke voorzieningen (gescheiden stelsel, gemengd stelsel of anderszins) zijn
gerealiseerd (evaluatie) en welke voorzieningen in de planperiode worden gerealiseerd. De financiële
verantwoording voor de komende planperiode wordt ook weergegeven. Binnen de nog op te stellen vGRP wordt ook
het waterplan geëvalueerd en geactualiseerd.
Aan inkomsten rioolheffing is een bedrag ontvangen van € 1.452.336 (inclusief BTW). Dit is inclusief de kosten van
kwijtschelding (deze kosten zijn ondergebracht in programma 6). De werkelijke kosten inclusief BTW bedragen
€ 1.263.657. Het voordelig verschil van € 188.679 wordt toegevoegd aan de reserve riool. Van dit bedrag is € 159.000
meegenomen in de teruggave aan de inwoners die in 2014 plaatsvindt.
De verwachte uitgaven bij riool na wijziging van de begroting bij de najaarsrapportage 2013 waren € 1.245.465
exclusief BTW. Bij de jaarrekening 2013 blijken de werkelijke uitgaven € 1.208.779 exclusief BTW. Per saldo een
voordeel van ongeveer € 36.000. De onderschrijding is lager dan € 50.000 en wordt daarom niet toegelicht.
BTW-compensatiefonds in relatie tot riolering
De uitgaven in de begroting zijn gebaseerd op uitgaven exclusief BTW. Het tarief rioolheffing is inclusief BTW en
levert een voordeel op voor de exploitatie. Daartegenover zit, sinds de invoering van het BTW-compensatiefonds
(BCF) de genormeerde verlaging van het gemeentefonds. Ten opzichte van de begroting na wijziging zijn de
BTW-effecten nihil.
Product 327 — Begraafplaatsen
In de Wet op de lijkbezorging is geregeld dat elke gemeente tenminste één gemeentelijke begraafplaats heeft. Doel
hiervan is dat in elke gemeente de gelegenheid wordt geboden tot begraven.
Er zijn meer inkomsten uit het (afkoop van het ) onderhoud van graven en begrafenisrechten (€ 26.421). Dit past
binnen de normale bandbreedte van deze posten.
Daarnaast zijn er minder uren gemaakt ten bate van het beleid en administratie € 42.000.
Pagina 33
Programma 4
Jaarstukken 2013
2.a.4
2.a.4.1
Economie
Inleiding
Dit programma richt zich op de lokale economische ontwikkeling. Het doel is om tot een gezondere economie te
komen in Rhenen. Tot deze economische ontwikkeling horen de economie, het vestigingsklimaat voor ondernemers,
toerisme en recreatie, plattelandsontwikkeling en de regionale samenwerking.
Dit programma bestaat uit drie deelprogramma’s:
 Economische ontwikkeling
 Plattelandsontwikkeling
 Toerisme en recreatie
2.a.4.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Economische ontwikkeling
Algemeen Een gelijke of hogere economische groei dan het landelijke gemiddelde per
Doel
jaar
Deelprogramma Plattelandsontwikkeling
Algemeen Voldoende ruimte voor duurzame en rendabele landbouw met behoud van
natuur en landschap
Doel
Deelprogramma Toerisme en Recreatie
Algemeen Rhenen is een aantrekkelijke bestemming om te recreëren voor alle
Doel
doelgroepen
2.a.4.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Economische ontwikkeling
Specifiek
Doel 13
Rhenen heeft een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor ondernemers en een
aantrekkelijk winkelaanbod door:
13-1 Nadere uitwerking omtrent samenwerking met andere gemeenten binnen
FoodValley
2013 Regio FoodValley heeft in 2013 een projectenlijst opgesteld en de gemeente
Rhenen heeft besloten om in 11 projecten deel te nemen. Van het project
"Woonbewust" zijn wij ook de projecttrekker.
Daarnaast is in 2013 de strategische visie van de Regio FoodValley
aangepast. De focus ligt nu alleen nog op de gebieden economie &
werkgelegenheid, ruimtelijke ordening, wonen & mobiliteit, en
duurzaamheid. De gemeenschappelijke regeling Regio FoodValley wordt in
2014 navenant aangepast.
Eind 2013 is het Mobiliteitsfonds opgericht waaruit onder andere de
financiering van de aanpassing van de Rijnbrug mede plaatsvindt.
De niet-focus projecten gaan onder een ander (gemeentelijk)
samenwerkingsverband gewoon door.
Pagina 34
Jaarstukken 2013
Programma 4
13-2 Realisatie van Visie Centrumgebied Rhenen
2013 In 2013 is van het Visie Centrumgebied Rhenen gerealiseerd:
- In de zomer zijn de concept beleidsplannen over uitstallingen- en
gevelreclamebeleid alsmede het concept horecabeleidsplan en terrassenbeleid
besproken op een interactieve avond met de raadsleden en ondernemers uit
de Binnenstad. De aangepaste versies van de beleidsplannen worden begin
2014 door het college vastgesteld.
- Tevens is op die avond de wervingsbrochure/ brancheringsdocument
gepresenteerd.
- Het in 2012 vastgestelde herinrichtinsplan/ materialiseringsplan is
toegepast bij de realisatie van de Rhenense Hof. De rest van de Binnenstad
wordt op natuurlijke momenten aangepast.
- De warenmarkt is opnieuw ingedeeld waardoor de marktverkooppunten
beter zijn aangetakt op de winkelstructuur.
- Samen met de Stichting STERC Rhenen zijn de verordening, het convenant en
de besluiten gemaakt ten behoeve van het instellen van een heffing
ondernemersfonds (reclamebelasting). Het college en de gemeenteraad zullen
hierover begin 2014 besluiten.
13-3 Nadere uitwerking omtrent stimulering van speciaalzaken i.p.v. ketens
2013 De wervingsbrochure is gedrukt en aan de ondernemers en raadsleden
gepresenteerd. De brochure zal worden toegstuurd aan een aantal
retailorganisaties en makelaars ter invulling van leegstaande panden en ter
stimulatie van speciaalzaken. Tevens is de brochure te downloaden via het
Bedrijvenloket. Daarnaast hebben er gesprekken plaatsgevonden met (lokale)
partijen over leegstaande panden en over relocatie.
13-4 Nadere uitwerking omtrent het revitaliseren van de bedrijfspanden op
Remmerden, specifiek in het Rhenense deel
2013 In 2013 heeft de Bedrijvenkring Rhenen onvoldoende capaciteit gehad om in
gesprek te gaan met de Ontwikkelingsmaatschappij Utrecht (OMU) om zo de
mogelijkheden voor herstructureringsopgaven op het bedrijventerrein
Remmerden te bespreken.
De gemeente Rhenen heeft samen met SPEYK en de Bedrijvenkring de
mogelijkheden onderzocht voor het aanleggen van een glasvezelnetwerk op
Remmerden. Begin 2014 wordt duidelijk of er voldoende animo is.
13-5 Het realiseren van een ondernemingsloket
2013 In 2013 is het fysieke Bedrijvenloket gerealiseerd alsmede is het digitale
Bedrijvenloket op de website van de gemeente Rhenen in gebruik genomen.
Deelprogramma Plattelandsontwikkeling
Specifiek
Doel 14
Het bieden van ruimte voor ontwikkelingen die de economische kwaliteit van
het landelijk gebied vergroten door:
14-1 Nadere uitwerking omtrent het bieden van ruimte voor ontwikkelingen die
de economische kwaliteit van het landelijk gebied vergroten
2013 In het begin van 2013 is er een voorlichtingsavond met belanghebbende
agrarische ondernemers geweest over mogelijke vrijwillige kavelruil in het
Binnenveld, dit met het oog op agrarische structuurverbetering.
In het door de gemeenteraad in maart 2013 vastgestelde Cunera-accoord is
echter afgesproken om deze activiteit te schrappen. De betrokkenen zijn
hiervan op de hoogte gesteld.
Pagina 35
Programma 4
Jaarstukken 2013
14-3 Nadere uitwerking omtrent het verbeteren van de afstemming met
agrariërs en belangenorganisaties
2013 Door de wijziging in de organisatie van de Stichting Vernieuwing Gelderse
Vallei (zie paragraaf Verbonden Partijen) is de Werkgroep Achterberg
opgeheven. Contacten met de betrokken organisaties hebben zowel
bestuurlijk als ambtelijk ad hoc plaatsgevonden, onder meer over het
initiatief vrijwillige kavelruil en het conceptbeheersplan Natura 2000
Binnenveld (De Hellen en Bennekomse Meent). Mede op basis hiervan is het
door de Dienst Landelijk Gebied opgestelde concept beheersplan aangepast
waardoor schade aan onder meer agrarische gronden wordt vermeden. In
samenwerking met gebiedspartijen zullen de provincies Utrecht en
Gelderland het beheersplan in 2014 verder vormgeven.
Specifiek
Doel 15
Behouden en versterken van natuur- en landschap door:
15-1 Nadere uitwerking omtrent het behouden en versterken van natuur- en
landschap
2013 De Raad van State heeft in de beroepsprocedure Bestemmingsplan
Buitengebied 2010, uitgesproken dat de gronden van Staatsbosheer langs de
Grift voor natuur dienden te worden bestemd. De gemeenteraad heeft
daartoe in december 2013 besloten.
Daarnaast is in de loop van 2013 overlegd met de provincie over nadere
invulling van de ecologische verbindingszone ‘Vogelenzang’.
Overeenstemming wordt begin 2014 verwacht.
De provincie heeft in 2013 de Kwaliteitsgids Utrechtse Landschappen
uitgebracht. Hiervan maakt de gemeente gebruik (in het belang van
landschappelijke kwaliteit) bij het toetsen van ruimtelijke ontwikkelingen.
Tevens verwijzen wij naar doelstellingen 14-3, 18-4 en 18-5.
Deelprogramma Toerisme en Recreatie
Specifiek
Doel 16
Het versterken van het toeristisch en recreatief karakter in Rhenen door:
16-1n Herstel Hoornwerk Grebbeberg (bis 11/453)
2013 Het Utrechts Landschap heeft een omgevingsvergunning aangevraagd.
Vanwege de aanwezige beschermde natuur en het feit dat er veranderingen
worden aangebracht aan een Rijksmonument is een uitgebreide Wabo
procedure nodig. De Wabo vergunning kon niet meer tijdig in 2013 worden
verleend en zal nu naar alle waarschijnlijkheid in september 2014 verleend
gaan worden. Aangezien september en oktober de maanden zijn waarin
graafwerkzaamheden toegestaan zijn, zal in het najaar 2014 gestart
worden.
16-2n Herijken beleidsplan recreatie en toerisme en begin uitvoering hernieuwde
activiteiten (bis 11/453)
2013 Het beleidsplan recreatie en toerisme is in de raad van 2 juli 2013 vastgesteld.
Er is een start gemaakt met "de club van 10" en er zijn voorbereidingen
getroffen voor de promotiefilm over de gemeente Rhenen. De komende vier
jaar zal het plan verder uitgevoerd worden.
Pagina 36
Jaarstukken 2013
Programma 4
16-3 Het doorlopen van met de Provincie opgestart project;
Van collectie naar connectie
16-4 Ontwikkeling Museumkwartier
16-5 Exploitatiekosten van het Oude Raadhuis, museum, bovenwoning en
Cuneratoren terugdringen
2013 Het project “Museumkwartier” is gericht op een volledige verzelfstandiging
van het museum in 2016 en vermindering van de exploitatielasten in het
projectgebied vanaf 1-1-2015. Er is een organisatiestructuur van een
stuurgroep, een werkgroep en een klankbordgroep.
In 2013 is een Plan van Aanpak voor het verzelfstandigde museum en zijn
statuten voor de twee stichtingen in concept opgesteld. De personele
consequenties voor de huidige bezetting worden uitgewerkt. Het concept
verbouwingsplan is in 2013 verder uitgewerkt en beslisrijp. Hierbij zal de VVV
samen met het museum gehuisvest worden en zal de bovenwoning bij het
museum worden getrokken.
In 2013 is met de klankbordgroep overeenstemming gekomen tot de invulling
van het Oude Raadhuis: restaurant en cultureel gerelateerde functies. Op dit
moment is de gemeente hiervoor in gesprek met diverse huurpartijen.
Nadat bovenstaande is volbracht wordt het raadsvoorstel aangeboden,
medio 2014. Gezien bovenstaande is in 2013 nog geen sprake geweest van
vermindering in de exploitatiekosten van het Museumkwartier.
Specifiek
Doel 17
Behoud en ontwikkeling van een goede toeristische infrastructuur door:
17-2 Nadere uitwerking omtrent onderzoek fietspont over de Rijn bij Tante Loes
2013 Op 28 juni 2013 is het voet- en fietsveer officieel in de vaart genomen. Zowel
de provincie Gelderland als de provincie Utrecht hebben een eenmalige
financiële bijdrage beschikbaar gesteld. Ook beide oevergemeenten hebben
een investering gedaan. Er is een exploitatieovereenkomst met Uiterwaarde
gesloten. Beide gemeenten en Uiterwaarde zijn overeengekomen de komende
10 jaar het pontje in de maanden april-september te laten varen.
Pagina 37
Programma 4
2.a.4.4
Jaarstukken 2013
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
A-D = E
Verschil Toelichting
Deelprogr. Economische Ontwikkelingen
411 Economisch beleidsplan
413 Vestigingsklimaat voor Ondernemers
Totaal Economische Ontwikkelingen
0
120.607
120.607 N
0
120.648
120.648 N
-15.211
15.211 V
10.034
125.976
136.010 N
10.034 N
110.765 N
120.799 N
10.034 N
9.883 V
151 N
Nee
Nee
Deelprogramma Plattelandsontwikkeling
421 Gemeentelijke Landerijen
Totaal Plattelandsontwikkeling
-173.436
173.436 V
-122.670
122.670 V
-192.780
192.780 V
31.241
31.241 N
161.539 V
161.539 V
38.869 V
38.869 V
Nee
1.012.965
1.012.965 N
1.098.209
1.098.209 N
-135.707
135.707 V
1.178.054
1.178.054 N
1.042.347 N
1.042.347 N
55.862 V
55.862 V
Ja
960.136 N
1.096.187 N
343.698 V
1.345.305 N
1.001.607 N
94.580 V
-9%
Deelprogramma Toerisme en Recreatie
431 Recreatie en Toerisme
Totaal Toerisme en Recreatie
Saldo na bestemming
2.a.4.4
Toelichting verschillen
Product 431 — Recreatie en Toerisme
Op 2 juli 2013 heeft de gemeenteraad het beleidsplan “Recreatie en toerisme 2013-2016 Rhenen, 10 hoogtepunten
aan de Rijn” vastgesteld. Recreatie en toerisme is een sector die van groot belang is voor de economie,
de werkgelegenheid, het voorzieningenniveau en de leefbaarheid van de gemeente. Het is ook één van de weinige
sectoren die in de crisistijd nog steeds vitaal is. Rhenen heeft een enorm toeristisch potentieel. Het is de kunst om dit
de komende jaren meer uit te bouwen en hieraan meer bekendheid aan te geven. De doelen van de gemeente zijn:
a. Rhenen als toeristische bestemming steviger positioneren;
b. Rhenen als toeristische bestemming completer maken;
c. Versterken van het recreatief-toeristisch profiel door het stimuleren van culturele evenementen/
activiteiten; en
d. Ruimte geven aan recreatieve aanbieders en/of activiteiten.
Nadere uitwerking van de doelen in de vorm van activiteiten en resultaten heeft plaatsgevonden in het
uitvoeringsplan 2013-2016.
Belangrijke projecten die in 2013 invulling gaven aan de doelen van de gemeente zijn:
1. Project Machinistenschool;
2. Project Uiterwaarden bij de Stad Rhenen; en
3. Project Museumkwartier.
De totale lasten inclusief de toevoegingen aan de reserves bedragen in 2013 bijna € 1,2 miljoen. Doordat in 2013
minder uren zijn besteed dan verwacht is op totaalniveau sprake van een voordeel van € 55.900. Het betreft:
Urenafwijking
in euro's
2013
1. Handhaving
49.700 V
2. Regionale samenwerking
70.900 V
3. Bouwkundig
37.500 N
4. Museum
16.000 N
5. Overige
11.200 N
Totaal
ad 1.
ad 2.
ad 3.
ad 4.
55.900 V
De uren handhaving voor Koninginnedag zijn verantwoord bij openbare orde en veiligheid.
Doordat de vacature beleidsmedewerker regionale samenwerking gedurende 3 maanden niet was
opgevuld en er werkzaamheden voor de herstructurering van het sociaal domein / project
Uiterwaarden bij de Stad Rhenen zijn verricht is circa 630 uur minder besteed aan regionale
samenwerking.
Hoofdzakelijk extra urenbesteding voor project Cuneratoren.
Hogere productiviteit dan de begrotingsnorm. Betreft een administratieve verschuiving van het programma
“Economie” naar het hoofdstuk “Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien”.
Pagina 38
Jaarstukken 2013
Programma 4
Cuneratoren en stadswallen
De werkelijke onderhoudskosten bedroegen voor 2013 € 428.976. Begroot was een bedrag van € 797.308.
Het verschil van € 368.332 wordt met name veroorzaakt door de uitgaven aan de Cuneratoren. In 2013 is er nog
geen daadwerkelijke start gemaakt met de restauratie van de Cuneratoren. De niet gemaakte kosten voor de
Cuneratoren in 2013 worden doorgeschoven naar 2014 voor de huur dan wel koop van de steiger in de komende
jaren.
Voor de periode 2013 stonden meerdere projecten in de planning. Deze projecten waren onder andere:
- Groot onderhoud aan de Cuneratoren
In 2013 is de steiger rondom de Cuneratoren geplaatst. Dit was noodzakelijk om de veiligheid in de
omgeving te garanderen in verband met omlaag vallende stenen en het vaststellen van de exacte schade
aan de toren. Ook is in 2013 het restauratieplan opgesteld en heeft er een aanbesteding plaatsgevonden ten
behoeve van het formeren van een bouwteam.
-
Stadswallen
In 2013 heeft het merendeel van de werkzaamheden aan de stadsmuren plaatsgevonden. In 2014 staat nog
een klein gedeelte van de herstelwerkzaamheden gepland.
Pagina 39
Programma 5
Jaarstukken 2013
2.a.5
2.a.5.1
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Inleiding
Dit programma omvat vier aandachtspunten, namelijk ruimtelijke ontwikkeling, ruimtelijke projecten, wonen en
bouwen en milieu. Ruimtelijk ontwikkeling binnen de gemeente is met name gericht op het mogelijk maken van het
comfortabel en betaalbaar wonen, nieuwbouw in inbreidingslocaties en nieuwe uitleg. Ook bestemmingsplannen
vallen onder dit aandachtspunt. Ruimtelijke projecten bevat onder andere de bouwgrondexploitatie. Bouwen en
wonen is vooral gericht op de woningbehoefte van de inwoners. Het woonbeleid valt hieronder, maar ook de
uitvoering en toetsing van vergunningaanvragen. Tenslotte omvat het aandachtspunt milieu alles wat met
duurzaamheid en milieu te maken heeft.
Dit programma bestaat uit vier deelprogramma’s:
 Ruimtelijke Ontwikkeling
 Ruimtelijke Projecten
 Wonen en Bouwen
 Milieu
2.a.5.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Ruimtelijke Ontwikkeling
Algemeen Een integrale en efficiënte aanpak van de ruimtelijke en stedelijke
Doel
ontwikkeling die het woon-, werk en leefklimaat van Rhenen verbeteren
Deelprogramma Ruimtelijke Projecten
Algemeen Rhenen staat voor een projectmatige aanpak en haalbare
Doel
grondexploitaties van ruimtelijke ontwikkelingen
Deelprogramma Wonen en Bouwen
Algemeen In Rhenen woont men veilig, comfortabel en betaalbaar
Doel
Deelprogramma Milieu
Algemeen Rhenen is een duurzame en leefbare gemeente
Doel
2.a.5.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Ruimtelijke Ontwikkeling
Specifiek
Doel 18
Een efficiënte organisatie rondom initiatieven voor ruimtelijke ontwikkeling
door:
18-1 Welstandscommissie afschaffen en interne toetsingscommissie instellen
2013 Het welstandsbeleid van de gemeente is beschreven in de (geactualiseerde)
Welstandsnota 2013. De gemeenteraad heeft deze op 23 april 2013
vastgesteld. Met deze vaststelling is gekozen de huidige werkwijze van
welstandstoetsing te continueren.
Pagina 40
Jaarstukken 2013
Programma 5
18-2 Bestemmingsplannen verruimen
18-3 Criteria voor de toetsing van aanvragen van mantelzorgwoningen worden
verruimd
2013 In 2013 zijn de 3 bestemmingsplannen voor de kernen vastgesteld en
(inmiddels) onherroepelijk geworden. Hiermee zijn de bouwmogelijkheden
voor de burger op een aantal punten verruimd.
Tevens is de partiële herziening 2012 (opname archeologische
dubbelbestemming op bouwvlakken) van het bestemmingsplan buitengebied
2010 vastgesteld en onherroepelijk geworden.
18-4 Nadere uitwerking van project Machinistenschool
2013 De procedure voor het bestemmingsplan is in 2013 afgerond en
onherroepelijk geworden. Tevens is de bijbehorende omgevingsvergunning
verstrekt (inclusief gedeeltelijke sloop schoorsteen steenfabriek).
De saneringswerkzaamheden lopen nog door in 2014 waarna het project
afgerond zal worden. Daarna zal een andere partij het gebied gaan beheren.
18-5 Nadere uitwerking van project Uiterwaarden bij de stad Rhenen
2013 In 2009 heeft de gemeenteraad het inrichtingsplan vastgesteld, waarin
recreatie & toerisme, landschap en natuur een plaats hebben gekregen. De
natuurtoets is in 2013 afgerond. Daarna zijn de procedures voor het
bestemmingsplan (voor het totale plangebied) en het projectbesluit (voor de
parkeerplaats) gestart.
De omgevingsvergunning voor de aanleg van de nieuwe parkeerplaats is in
oktober 2013 verleend. In december vond de aanbesteding plaats. Tegen de
omgevingsvergunning en tegen de Natuurbeschermingswetvergunning van
de provincie is beroep aangetekend. Zodra het juridisch mogelijk is, start de
aanleg van de parkeerplaats. De eerste groene compenserende maatregelen
voor de parkeerplaats zijn in 2013 uitgevoerd, de rest volgt in 2014.
Voor het totale plangebied is de bestemmingsplanprocedure gestart.
Vaststelling door de gemeenteraad wordt verwacht februari 2014. Daarna
kan het inrichtingsplan verder uitgewerkt en uitgevoerd worden.
Deelprogramma Wonen en Bouwen
Specifiek
Doel 19
Voldoende kwalitatieve woningen naar behoefte van de inwoners door:
19-1 Het bepalen van de woningbehoefte van de Rhenense inwoners en dit
concretiseren naar locaties
2013 Er is in 2013 een woningmarktanalyse uitgevoerd die is verwerkt in de
geactualiseerde woonvisie die door de raad op 15 oktober 2013 is
vastgesteld.
19-2 Formuleren van randvoorwaarden voor externen om inbreidingslocaties te
realiseren
2013 De ontwikkeling van diverse inbreidingslocaties (o.a. vrijkomende locaties in
Elst, Het Bosje, locatie Schuilenburg en Rhenen-Noord) is voortgezet. Collectief
Particulier Opdrachtgeverschap wordt hierbij gestimuleerd.
Pagina 41
Programma 5
Jaarstukken 2013
19-3 Nadere uitwerking omtrent potentiële uitbreidingslocaties in lijn met de
vastgestelde stedenbouwkundige structuurvisie
2013 In 2013 heeft de gemeente afspraken gemaakt met een
zorgvastgoedontwikkelaar over de realisatie van het woonzorgcomplex op
een gemeentelijk perceel in Achterberg West 2. Dit heeft geresulteerd in
overeenstemming over de verkoop van de benodigde gemeentegrond. De
gemeente heeft daarnaast in 2013 een concept gebiedsvisie opgesteld. De
koopovereenkomst en gebiedsvisie worden in 2014 voorgelegd aan college en
raad.
Specifiek
Doel 20
Versnelde realisatie van (ver)nieuw(d)e woningen in Vreewijk door:
20-1 Realisatie van minimaal 92 woningen in Vreewijk in 2013
2013 Eind juni 2013 hebben de gemeente en de Rhenense Woningstichting (RWs)
een exploitatieovereenkomst getekend voor de uitvoering van Vreewijk Fase
1 (56 woningen in het gebied ten oosten van de Domineesbergweg). De RWs
heeft hiervoor een bijdrage betaald waarmee een deel van de te verwachten
plankosten zijn gedekt. De gemeenteraad heeft het restant bedrag middels
een krediet ter beschikking gesteld (ten laste van de algemene reserve).
Alle onderzoeken en overige voorbereidingen voor het
ontwerpbestemminsgplan zijn in 2013 afgerond zodat het college in januari
2014 hierover kan besluiten.
In het voorlopig ontwerp Fase 1 van de RWs is rekening gehouden met het
Politiekeurmerk Veilig Wonen Nieuwbouw. Dit ontwerp is positief getoetst
(aan het handboek voor duurzame herstructurering Vreewijk) door de
gemeente en de welstandscommissie.
Ter voorbereiding op de sloop en nieuwbouw in Fase 1 en 2 is de RWs
gevorderd met het creëren van leegstand. Er is een verhuisregeling van kracht
conform het sociaal statuut.
In 2014 wordt gestart met de planontwikkeling van Fase 2 (het resterende
plangebied). Vervolgens gaan de gemeente en de RWs met de provincie in
gesprek over de mogelijkheden van een provinciale bijdrage.
Pagina 42
Jaarstukken 2013
Programma 5
Deelprogramma Milieu
Specifiek
Doel 21
Een duurzaam Rhenen, waarbij aandacht is voor energiebesparing en een
schoon leefklimaat door:
21-1 Implementeren en actualiseren milieuprogramma
2013 De evaluatie van het Milieubeleidsplan 2009 – 2012 is in december 2012 door
de raad vastgesteld en het Milieujaarverslag 2012 in mei 2013. Eind 2013 is
geen Milieuprogramma 2014 vastgesteld:
Door een wijziging van de Crisis- en Herstelwet is in de Wet milieubeheer de
verplichting vervallen van het jaarlijks opstellen van een gemeentelijk
Milieuprogramma. In de landelijke praktijk was het milieuprogramma al
vervangen door werkprogramma’s en door opname in de
programmabegroting. Als gevolg van deze wetswijziging worden het
Milieuprogramma (het plan voor de uitvoering van milieutaken voor het
komende jaar) en het verplichte Milieujaarverslag (de realisatie van het
afgelopen jaar) in één document samengevoegd. Dit document
“Milieujaarverslag 2013 met vooruitblik 2014” wordt met ingang van 2014
jaarlijks in het tweede kwartaal aan de raad aangeboden.
2.a.5.4
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
Deelprogramma Ruimtelijke Ontwikkelingen
511 Archeologie
513 Ruimtelijke Ordening
514 Ruimtelijke Ontwikkelingen
Totaal Ruimtelijke Ontwikkelingen
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
A-D = E
1.884 N
504.731 N
16.050 N
522.665 N
882 N
13.517 V
9.690 N
2.945 V
Nee
Ja
Nee
Verschil Toelichting
1.002
508.491
6.360
515.853 N
1.002
518.248
6.360
525.610 N
124.917 V
1.884
629.648
16.050
647.582 N
26.597
29.910
56.507 N
22.277
19.352
41.629 N
-2.303.383
-126.517
2.429.900 V
1.965.022
127.428
2.092.450 N
338.361 V
911 N
337.450 V
360.638 V
18.441 V
379.079 V
Ja
Nee
Deelprogramma Wonen en Bouwen
531 Bouwen
532 Wonen
Totaal Wonen en Bouwen
281.326
155.339
436.665 N
592.402
170.467
762.869 N
-461.031
-82.147
543.178 V
783.104
252.924
1.036.028 N
322.073 N
170.777 N
492.850 N
270.329 V
310 N
270.019 V
Ja
Nee
Deelprogramma Milieu
541 Milieu
Totaal Milieu
522.594
522.594 N
507.078
507.078 N
-190.498
190.498 V
653.878
653.878 N
463.380 N
463.380 N
43.698 V
43.698 V
Ja
1.531.619 N
1.837.186 N
3.288.493 V
4.429.938 N
1.141.445 N
695.741 V
-38%
Deelprogramma Ruimtelijke Projecten
521 Bouwgrondexploitatie
522 Grondzaken
Totaal Ruimtelijke Projecten
Saldo na bestemming
-124.917
Pagina 43
Programma 5
2.a.5.5
Jaarstukken 2013
Toelichting verschillen
Product 513 — Ruimtelijke ordening
De stedenbouwkundige structuurvisie van september 2008 dient als kader voor de plannen op het gebied van
ruimtelijke ordening. De visie geeft richting aan de gewenste bouwinitiatieven passend bij de schaal en het karakter
van de drie kernen Elst, Achterberg en Rhenen. Het is een toetsingsinstrument voor individuele bouwaanvragen,
basis voor het opstellen van gebiedsvisies met beeldkwaliteitplannen, en basis voor het opstellen van (herziening)
bestemmingsplannen en projectbesluiten. Plannen die niet zijn opgenomen in de structuurvisie worden in beginsel
ter beoordeling voorgelegd aan een stedenbouwkundig adviseur.
Voor ruimtelijke ordening was in de begroting 2013 een budget beschikbaar van € 518.200 (na aftrek van de legesinkomsten). Bij de jaarrekening blijkt een bedrag van € 504.700 te zijn uitgegeven. De lasten vallen lager uit doordat
voor € 38.500 minder aan uren zijn besteed dan verwacht. Het betreft:
Urenafwijking
in euro's
2013
1. Vergunningverlening
56.300 N
2. Ruimtelijke Ordening
60.900 V
3. Overig
33.900 V
Totaal
ad 1.
ad 2.
38.500 V
Bij vergunningverlening zijn meer uren besteed aan met name informatievoorziening aan klanten.
Dit is ten koste gegaan van het product 531 bouwen.
Lagere productiviteit als gevolg van studieverlof en zwanger/ouderschapsverlof. Betreft een
administratieve verschuiving van het programma “Ontwikkeling en Wonen” naar het hoofdstuk
“Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien”.
Product 521 — Grondexploitatie
Grondexploitatie is een middel om uitvoering te geven aan andere gemeentelijke beleidsdoeleinden zoals
bijvoorbeeld doelen op het gebied van wonen, werken, welzijn, infrastructuur, recreatie, milieu en landschapsontwikkeling. Deze doelen kan de gemeente ondermeer bereiken door aankoop, exploitatie en uitgifte van gronden
of het verlenen van medewerking aan ontwikkeling van plannen door private personen, bedrijven en instellingen.
In het collegeprogramma Zakelijk en Sociaal heeft het college afgesproken om de bestaande bouwprojecten en
plannen uit te voeren, zodat de voortgang hiervan niet in het geding komt. Voldoende huurwoningen en starterswoningen vormen een uitgangspunt. Het college laat zich hierin leiden door de woningbehoefte.
In de jaarrekening 2013 is in vergelijking met de begroting sprake van een verschil van € 365.400. Dit verschil wordt
hoofdzakelijk veroorzaakt door de tussentijdse winstneming van het project Binnenstad Oost (plandeel 1, 2 en 4)
van € 341.800.
Pagina 44
Jaarstukken 2013
Programma 5
Product 541 — Milieu
De basis voor het gemeentelijk milieubeleid staat beschreven in het mileubeleidsplan 2009-2012. Daarin staan voor
onze gemeente de volgende doelen geformuleerd:
a.
een hoogwaardig woon- en leefmilieu in de verschillende woonwijken;
b.
overlast van geluid en lucht, voornamelijk veroorzaakt door verkeer, moet tot een aanvaardbaar
niveau worden teruggebracht;
c.
voldoende groen aanwezig zijn; en
d.
meewerken aan een duurzame maatschappij.
Belangrijke projecten die in 2013 invulling geven aan de doelen van de gemeente zijn:
1.
Project Sanering weg- en railverkeerslawaai. Onze gemeente heeft 164 woningen die volledig op
kosten van het rijk akoestisch worden gesaneerd. Tot op heden is circa 90% hiervan gerealiseerd;
2.
Plaatsing van oplaadpalen elektrische auto’s; en
3.
Start project energielabeling gemeentelijke gebouwen.
Voor milieu is in de begroting 2013 een budget beschikbaar van € 507.100. Bij de jaarrekening blijkt een bedrag van
€ 420.200 te zijn uitgegeven. De lasten vallen lager uit doordat voor € 118.200 minder aan uren zijn besteed dan
verwacht. Het betreft:
Urenafwijking
in euro's
1. Milieubeleid
2. Handhaving
3. Overig
ad 1.
ad 2.
2013
24.200 V
74.000 V
20.000 V
Totaal 118.200 V
In het milieuprogramma 2013 is aangegeven dat voor de jaren na 2012 geen nieuw milieubeleidsplan
wordt opgesteld. De voornaamste reden hiervoor is het ontbreken van voldoende financiële middelen voor
de onmisbare inhuur van een adviseur hierbij. Daarnaast bestaat er voor gemeenten geen wettelijke plicht
om een dergelijk plan te hebben. In de begroting 2013 was gedeeltelijk rekening gehouden met het
opstellen daarvan.
Om capaciteit vrij te maken om de Rhenense Publieks Balie op te zetten en door de ziekte van een
medewerker is er minder tijd besteed aan handhaving op Milieukundig gebied.
Tegenover het hierboven genoemde voordeel in de uren staat een nadelig effect van de legesopbrengsten van
€ 14.500.
Daarnaast heeft de OdrU een verlies geleden in zowel 2012 als 2013 en is er een reorganisatie gepland. De raad is
hierover op de verschillende momenten geïnformeerd. Op 6 maart 2014 heeft het Algemeen Bestuur van de OdrU de
totale kosten en de verdeelsleutel over de deelnemende gemeenten van deze kosten vastgesteld. De bijdragen die
van Rhenen worden verwacht zijn:
Kosten OdrU
in euro's
Verlies 2012
Verlies 2013
Reorganisatiekosten
Totaal
2013
8.204 N
15.871 N
47.612 N
71.687 N
Het Rhenense gedeelte over het verlies van 2012 (€ 8.204) is in 2013 ten laste van de exploitatie gegaan. Voor het
overige treffen we een voorziening van € 63.483. De dekking van deze voorziening bestaat uit:
Voorziening OdrU
in euro's
Beschikbare RUD gelden
Ten laste van de exploitatie
Totaal
2013
20.324 N
43.159 N
63.483 N
Pagina 45
Programma 6
Jaarstukken 2013
2.a.6
2.a.6.1
Maatschappelijke Ondersteuning
Inleiding
De gemeentelijke taken rondom maatschappelijke ontwikkeling zijn de laatste jaren enorm toegenomen. Concreet
is de gemeente het eerste loket waar inwoners voor informatie en verwijzingen terecht kunnen. Maar ook voor
individuele (zoals gehandicaptenvoorzieningen, huishoudelijk hulp en zorg) en collectieve voorzieningen (zoals
ouderenwerk, en mantelzorg) is de gemeente verantwoordelijk. Naast informatie en voorzieningen valt
maatschappelijk werk, schuldhulpverlening, bijstandverlening, werkgelegenheid, opvoedingsondersteuning en
gezondheidszorg ook onder het programmamaatschappelijke ontwikkeling.
Dit programma bestaat uit vijf deelprogramma’s:
 Maatschappelijke Zorg
 Welzijnsvoorzieningen
 Minima
 Participatie
 Gezondheidszorg
2.a.6.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Maatschappelijke zorg
Algemeen Iedereen, ongeacht leeftijd, achtergrond of beperking, moet kunnen
Doel
deelnemen aan de samenleving
Deelprogramma Welzijnsvoorzieningen
Algemeen De welzijnsvoorzieningen in Rhenen bieden een divers pakket van
Doel
voorzieningen en activiteiten aan, en de bijbehorende panden zijn goed
onderhouden
Deelprogramma Minima
Algemeen De minima doen, bij voorkeur, met werk mee aan de samenleving, anders
Doel
door andere vormen van participatie
Deelprogramma Participatie
Algemeen Rhenen werkt aan het vergroten van de arbeidsparticipatie, inburgering en
Doel
maatschappelijke participatie
Deelprogramma Gezondheidszorg
Algemeen De gemeente Rhenen streeft ernaar, dat zoveel mogelijk inwoners kunnen
Doel
kiezen voor een gezonde leefstijl
Pagina 46
Jaarstukken 2013
2.a.6.3
Programma 6
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Maatschappelijke Zorg
Specifiek
Doel 22
Doelgroepen van het sociaal en maatschappelijk beleid dienen gestimuleerd
te worden om vrijwilligerswerk te doen door:
22-1 Het promoten en initiëren van vrijwilligersbeleid bij maatschappelijke
organisaties. De gemeente faciliteert hierbij
2013 In de begroting 2013 van Alleman zijn onder andere activiteiten opgenomen
inzake vrijwilligerswerk (vrijwilligerscentrale en burenhulp). Begin 2013 is een
start gemaakt met het transitieproces van het Sociaal Domein. Hierbij wordt
opnieuw nagedacht over de plek van het vrijwilligersbeleid bij
maatschappelijke organisaties en hierover zal in 2014 door de gemeenteraad
een besluit worden genomen. Alleman is gedurende het jaar hierbij betrokken
geweest en heeft op ons verzoek het vrijwilligerswerk aangepast.
Er zijn in 2013 voorbereidingen getroffen voor het beleidsplan
'Maatschappelijke ondersteuning' waarin ook vrijwilligerswerk is opgenomen.
Dit beleidsplan wordt in het eerste kwartaal 2014 aan de gemeenteraad
aangeboden.
22-2 Versterken en verbreden van de positie van de vrijwilligerscentrale voor
alle maatschappelijke sectoren
2013 De vrijwilligerscentrale heeft in 2013 vrijwilligers geworven voor het
seniorenbezoek aan huis voor 75+. Verder zijn de banden met
zorgvrijwilligersorganisaties en kerken ('schilpartners') aangehaald in
bijvoorbeeld de maandelijkse netwerkbijeenkomsten tussen de gemeente,
kernpartners (professionele zorgaanbieders) en schilpartners.
De vrijwilligerscentrale is in december 2013 uitgebreid met een digitale
vrijwilligersvacaturebank in de vorm van een website "Rhenen voor elkaar".
22-3 Actief deelnemen aan de jaarlijkse vrijwilligersdag (NL Doet)
2013 In maart is NL Doet georganiseerd om het vrijwilligerwerk in Rhenen te
promoten. In december zijn bovendien alle vrijwilligers in het zonnetje gezet.
Specifiek
Doel 23
Eén aantrekkelijke en toegankelijke locatie voor alle maatschappelijke
activiteiten door:
23-1 Het realiseren van betere & efficiëntere huisvesting voor Stichting Alleman
met een betere spreiding van de activiteiten over de kernen en wijken
2013 Deze activiteit is doorgeschoven naar 2014.
23-2 Uitbreiding accommodatiegebonden activiteiten voor de jeugd met
20% per jaar
2013 De activiteiten in de Jongerenwerkplaats aan de Populierenlaan zijn na de
zomer niet meer op gang gekomen als gevolg van het vertrek van de
jongerenwerkers van Alleman. In oktober zijn er nieuwe jongerenwerkers aan
de slag gegaan. Zij hebben prioriteit gegeven aan het ambulante werk om de
Rhenense jongeren te kunnen ontmoeten, maar ook omdat hier vanuit
gemeente en politie -uit het oogpunt van openbare orde en veiligheidbehoefte aan was. Wel hebben zij in in samenwerking met gemeente en
politie in Elst accommodatiegebonden jongerenwerk gerealiseerd in het oude
postkantoor.
Pagina 47
Programma 6
Jaarstukken 2013
Specifiek
Doel 24
Inwoners van de gemeente Rhenen gaan integer, sociaal en respectvol met
elkaar om door:
24-1 Nadere uitwerking omtrent het instellen van stadsetiquette
2013 Deze activiteit is vervallen binnen het Collegeprogramma 2010-2014. Het
restantbudget is vervallen bij de extra bezuinigingen 2013-2014.
Specifiek
Doel 25
Een efficiënt en toegankelijk WMO-loket voor de inwoners van Rhenen door:
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Specifiek
Doel 26
In de gemeente Rhenen kan iedere instelling, ongeacht achtergrond, die zich
inzet voor het algemeen maatschappelijk belang beroep doen op een subsidie
van de gemeente door:
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Deelprogramma Minima
Specifiek
Doel 27
De uitkeringen worden alleen uitgekeerd aan de inwoners die er recht op
hebben door:
27-1 Het realiseren van uitstroom van min. 10 bijstandgerechtigden per jaar
2013 Door het jaar heen komen continu mensen in en uit de bijstand. In 2013 zijn
in totaal 84 mensen de bijstand uitgestroomd. De grootste uistroomredenen
zijn: 23 mensen voldoende inkomen uit arbeid, 18 mensen zijn verhuisd, 10
mensen zijn een studie begonnen en 5 mensen zijn gestart als zelfstandige.
Tegenover de uitstroom stond een instroom van 119, waardoor het bestand
per saldo met 35 uitkeringen is gestegen (peildatum 31-12-2013).
27-2 Actualiseren van Maatregelverordening WWB
2013 In 2013 zijn naar aanleiding van de aanscherping handhaving WWB, een
nieuwe maatregelenverordening en een verordening verrekening bestuurlijke
boete door de raad vastgesteld.
De Wet Werk en Bijstand wordt vervangen door de Participatiewet. De
bedoeling is dat deze met ingang van 1 januari 2015 in werking treedt. In
2013 is gestart met de voorbereiding voor de invoering van de
Participatiewet. Daar waar nodig worden verordeningen opnieuw
vastgesteld in 2014.
27-3 Nadere uitwerking van inkomensdeel Wet Werk en Bijstand (WWB-1)
2013 In 2013 is het klantenaantal aanzienlijk gestegen. De raad is hier op 2 juli
over geïnformeerd door middel van een informatienota.
Per saldo is het aantal uitkeringen met ongeveer 35 gestegen ten opzichte
van eind 2012. Het totaal komt daarmee op zo'n 210. Van de overbesteding
van het budget is een bedrag ter grote van 10% van het rijksbudget in ieder
geval voor rekening van de gemeente. Voor het overige zal een Incidentele
Aanvullende Uitkering (IAU) aangevraagd worden.
Pagina 48
Jaarstukken 2013
2.a.6.4
Programma 6
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
Deelprogramma Maatschappelijke Zorg
611 WMO: Individuele Voorzieningen
612 WMO: Collectieve Voorzieningen
613 Maatschappelijk Werk
Totaal Maatschappelijke Zorg
2.418.508
463.614
251.005
3.133.127 N
2.462.821
395.108
251.005
3.108.934 N
-339.522
100
2.041.073 N
496.297 N
244.269 N
2.781.639 N
421.748 V
101.189 N
6.736 V
327.295 V
Ja
Ja
Nee
339.422 V
2.380.595
496.197
244.269
3.121.061 N
Deelprogramma Welzijnsvoorzieningen
621 Sociaal Cultureel Werk
Totaal Welzijnsvoorzieningen
676.454
676.454 N
698.196
698.196 N
-75.791
75.791 V
727.136
727.136 N
651.345 N
651.345 N
46.851 V
46.851 V
Ja
1.171.666
105.478
263.120
1.540.264 N
960.374
105.478
263.120
1.328.972 N
-3.916.018
-2.136.189
932.832 N
106.785 N
276.359 N
1.315.976 N
27.542 V
1.307 N
13.239 N
12.996 V
Ja
Ja
Ja
6.052.207 V
4.848.850
2.242.974
276.359
7.368.183 N
0
25.476
25.476 N
0
25.476
25.476 N
-9.307
-269.664
278.971 V
9.003
275.971
284.974 N
304 V
6.307 N
6.003 N
304 V
19.169 V
19.473 V
Nee
Ja
59.888
768.805
63.563
0
892.256 N
59.550
724.089
63.563
108.150
955.352 N
-8.711
28.740
737.168
49.922
108.448
924.278 N
20.029 N
737.168 N
49.922 N
113.818 N
920.937 N
39.521 V
13.079 N
13.641 V
5.668 N
34.415 V
Nee
Nee
Nee
Ja
0
0
0
0
0N
-38.375
80.000
20.000
20.000
81.625 N
216.846
84.780
8.400
5.883
315.909 N
17.438 V
84.780 N
8.400 N
5.883 N
81.625 N
20.937 N
4.780 N
11.600 V
14.117 V
0N
Nee
Nee
Nee
Nee
6.267.577 N
6.198.555 N
6.984.016 V 12.741.541 N
5.757.525 N
441.030 V
-7%
Deelprogramma Minima
631 Bijstandverlening
632 Werkgelegenheid
634 Gemeentelijk Minimabeleid
Totaal Minima
Deelprogramma Participatie
641 Naturalisaties
642 Participatiebudget
Totaal Participatie
Deelprogramma Gezondheidszorg
651 Openbare Gezondheidszorg
652 Jeugdgezondheidszorg; Uniform Deel
653 Jeugdgezondheidszorg; Maatwerk Deel
654 Jeugdzorg
Totaal Gezondheidszorg
Deelprogramma Decentralisaties
661 Decentralisaties algemeen
662 Decentralisatie Jeugdzorg
663 Decentralisatie Participatie
664 Decentralisatie WMO
Totaal Gezondheidszorg
Saldo na bestemming
2.a.6.5
5.370
3.341 V
-234.284
234.284 V
A-D = E
Verschil Toelichting
Toelichting verschillen
Product 611 — WMO: Individuele Voorzieningen
De centrale doelstelling van de Wet Maatschappelijke ondersteuning (WMO) is het stimuleren van participatie en
zelfredzaamheid van alle inwoners. Als gemeente willen we ondersteuning bieden aan mensen in kwetsbare
situaties. Om dit te kunnen realiseren is in 2012 het WMO beleidsplan 2012-2015 vastgesteld. Ook de decentralisaties (Jeugdzorg, AWBZ en Participatiewet) hebben dit als uitgangspunt. De voortgang van deze decentralisaties
worden besproken in paragraaf 9.
Binnen de WMO speelt het compensatiebeginsel een centrale rol. Het compensatiebeginsel geeft gemeenten de
verplichting om beperkingen te compenseren die iemand ervaart bij het voeren van een huishouden, bij het
ontmoeten van mensen of in het vervoer. De gemeente kijkt samen met de cliënt welke voorzieningen en hulpmiddelen nodig zijn om de hindernissen weg te nemen. Het gaat daarbij om hindernissen in en om het huis, in het
plaatselijk vervoer en in het sociale verkeer.
Pagina 49
Programma 6
Jaarstukken 2013
In Rhenen zijn er voor de voorzieningen en hulpmiddelen in 2013 de volgende financiële resultaten te melden:
Financiële resultaten voorzieningen en hulpmiddelen
in euro's
2013
Vervoersvoorzieningen
127.232 V
Overschot bij het huishouden
95.989 V
CVV (regio-taxi)
79.553 V
Subtotaal Informatienota financiën WMO, 3 februari 2014 302.774 V
Terugkoop
5.000 N
Rolstoelen
1.982 N
Trivium / scholing
41.465 V
Extra rijksbijdrage, gemeld in informatienota Septembercirulaire 2013, 29 oktober 2013
43.798 V
Woningaanpassing
48.152 V
Aflossingscapaciteit Algemene Reserve (AR) ivm huur/koop 429.206 V
Voorgenomen toevoeging aan Algemene Reserve
97.500 N
Beschikbaar voor resultaatbestemming 331.706 V
Het overschot van € 429.206 wordt gedeeltelijk gebruikt om de schuld aan de Algemene Reserve af te lossen. Deze
schuld is ontstaan doordat in 2008 besloten is individuele voorzieningen te kopen aangezien dit goedkoper bleek te
zijn dan huren. Voor de aanschaf van deze middelen is er geld “geleend” uit de Algemene Reserve. Conform het
voornemen bij de begroting wordt er € 97.500 afgelost/toegevoegd aan de Algemene Reserve. De schuld aan de
Algemene Reserve bedraagt na deze aflossing € 222.399 en zal na 2017 afgelost zijn.
Product 612 — WMO: Collectieve Voorzieningen
Het wijkgericht werken is weer opgepakt en de vacature is ingevuld. Daarom zijn er meer uren gemaakt door het
team Leefbaarheid. Daarnaast is er ten bate van de decentralisaties dit jaar veel tijd besteed aan het schrijven aan
het beleidsplan Maatsschappelijke ondersteuning. Bij het opzetten van de decentralisaties is afgesproken dat eigen
medewerkers vrijgemaakt worden om deze taken op te pakken. Hierdoor is er in totaal voor € 93.627 meer uren
gemaakt door het team leefbaarheid.
Vrijwilligersbeleid laat een voordeel zien van € 47.500. Dit maakt deel uit van de activiteiten uit het collegeprogramma. Dit vrijwilligersbeleid is echter gefaseerd en via de reserve beschikbaar gehouden.
Product 621 — Sociaal Cultureel Werk
De decentralisaties hebben meer tijd gekost dan bij het opstellen van de begroting was ingeschat. Er zijn vooral
meer uren ten bate van het beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning gemaakt, zie ook product 612. Dit is door
middel van het schuiven van uren opgevangen. Hierdoor is voor een bedrag van € 53.302 minder tijd besteed aan
sociaal cultureel werk.
Product 631 — Bijstandsverlening
Sinds 1 januari 2011 is de uitvoering van de Wwb en aanverwante regelingen uitbesteed aan de gemeente
Veenendaal. In 2013 is er veel tijd en energie gestopt in het op orde krijgen van de informatievoorziening aan de
gemeente Rhenen zodat onverwachte overschrijdingen zoals in 2012 niet meer voor kunnen komen.
Gezien de daling van het rijksbudget voor participatie zijn er in 2013 minder en vooral andere trajecten ingezet om
mensen naar werk te begeleiden. Trajecten die in 2012 gestart zijn liepen voor een deel nog door in 2013. Zo waren
er op 1 juli nog 85 mensen in traject; op 31 december waren dat er 35. In plaats van het inkopen van trajecten die
door derden worden uitgevoerd, doet Veenendaal nu veel zelf door mensen deel te laten nemen in de Digitale
Werkplaats. Cijfers over het aantal deelnemers hieraan moeten nog worden opgenomen in de managementinformatie. In 2013 zijn 94 nieuwe WWB uitkeringen toegekend en zijn 84 mensen uitgestroomd, waarvan 13 naar
arbeid uit dienstbetrekking, 5 naar een zelfstandig beroep of bedrijf en 10 mensen zijn aan een studie begonnen en
krijgen nu studiefinanciering.
Er is in 2013 € 436.604 meer aan het inkomstendeel WWB uitgegeven dan begroot. Daar staat tegenover dat er hiervoor € 432.585 meer inkomsten van het rijk zijn ontvangen dan begroot. Per saldo is het verschil in de rekening
€ 4.019. Daarnaast is de afrekening van de oude wet inburgeringscohorten afgesloten en valt in 2013 vrij. Dit
voordeel bedraagt € 63.727. Tevens viel de afrekening van 2012 voor het Budget Advies Centrum (BAC) die de
schuldhulpverlening voor Rhenen uitvoert met € 16.170 mee.
Pagina 50
Jaarstukken 2013
Programma 6
Product 642 — Participatiebudget
Er zijn meer uitgaven gedaan voor de inburgering (€ 17.558). Het rijk heeft minder geld ter beschikking gesteld voor
de inkoop van trajecten voor het werkdeel WWB. Daarom hebben we ook minder trajecten ingekocht voor het
werkdeel WWB. Per saldo hebben we € 36.680 voordeel dat meegenomen wordt naar 2014.
Wet Maatschappelijke Ondersteuning en eigen bijdragen van het Centraal administratiekantoor
In 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) van kracht geworden bij gemeenten. De WMO brengt het
volgende rechtmatigheidsvraagstuk met zich mee.
Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden
budget) is op grond van de WMO een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening,
oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het Centraal administratiekantoor (CAK). Het
CAK verstrekt aan de gemeenten een totaaloverzicht waarbij maandelijks afstorting plaatsvindt van de
geïncasseerde bijdragen.
Gemeenten kunnen op deze overzichten van het CAK wel de aantallen personen, soort en omvang van de zorgverlening beoordelen met de eigen WMO-administratie. Probleempunt is dat door het ontbreken van inkomensgegevens op deze overzichten de informatie over de eigen bijdrage ontoereikend is om als gemeente de juistheid op
persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen.
Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite
bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke
verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de
eigen bijdragen kunnen worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht.
In 2013 gaat het om een bedrag van € 302.240.
Pagina 51
Programma 7
Jaarstukken 2013
2.a.7
2.a.7.1
Onderwijs en Jeugd
Inleiding
De gemeente heeft de regiefunctie in het lokaal onderwijsbeleid. Dit betekent dat zij zich richt op (het onderhoud
van) de huisvesting van de scholen, en op kinderen met (onderwijs)achterstanden. Bovendien draagt de gemeente
zorg voor het gymnastiek- en zwemonderwijs en het bestrijden van schooluitval. In regionaal verband biedt de
gemeente mogelijkheden voor volwasseneneducatie.
Daarnaast richt de gemeente zich bij de jeugd op kinderopvang en jeugd- en jongerenwerk. In het bijzonder
motiveren wij de instanties om activiteiten voor de jeugd te organiseren.
Dit programma bestaat uit twee deelprogramma’s:
 Onderwijs
 Jeugd
2.a.7.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Onderwijs
Algemeen De leerlingen in Rhenen zijn gehuisvest in functionele onderwijsgebouwen.
Doel
Deelprogramma Jeugd
Algemeen De jeugd heeft voldoende mogelijkheden om zich te ontwikkelen en is in
staat actief aan de samenleving mee te doen
Doel
2.a.7.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Onderwijs
Specifiek
Doel 28
De huisvesting van scholen voldoet aan de vastgestelde normen. Leegstand
en/of overbezetting in onderwijsgebouwen voorkomen door:
28-1 Het onderhoudsprogramma voor onderwijshuisvesting actueel houden
2013 Het meerjarenonderhoudsprogramma is in 2013 geactualiseerd. In 2014 zal
opdracht worden gegeveven voor het opstellen van een nieuwe
leerlingenprognose.
In juli 2013 is gestart met de vervangende nieuwbouw van basisschool De
Springplank. Deze wordt in het 2e kwartaal van 2014 opgeleverd. Direct
hieraansluitend wordt gestart met de vervangende nieuwbouw van
basisschool de Cuneraschool.
Deelprogramma Jeugd
Specifiek
Doel 29
De jeugd heeft zijn eigen plek in alle drie de kernen, waardoor de overlast
wordt verminderd en het veiligheidsgevoel wordt bevorderd door:
29-1 Het creëren van een eigen plek voor jongeren in elke kern binnen de
openbare ruimte
2013 In 2013 is alleen in de kern Elst een tijdelijk jeugdhonk gerealiseerd dat begin
2014 officieel in gebruik wordt genomen. Voor Rhenen gaat de gemeente in
2014 met jongeren naar mogelijke locaties kijken.
Tevens is eind 2013 de nota "Overlast van Jongeren in de Openbare Ruimte
2013" vastgesteld. Onderdeel hiervan is het Jongeren Op Straat-overleg dat
dit jaar een doorstart heeft ondergaan. Hierin worden overlastgevende
groepen jongeren besproken en worden individuele-, groeps- en
domeinaanpakken toegekend (shortlistaanpak).
Pagina 52
Jaarstukken 2013
Specifiek
Doel 30
Programma 7
De jeugd krijgt de mogelijkheid om zich te ontwikkelen door:
30-1 Creëren van stageplaatsen bij Rhenense bedrijven
2013 In de laatste maanden van 2013 is een projectvoorstel gemaakt voor het
creëren van ten minste 10 leerwerkplekken. Dit gezien het hoge aantal
werkeloze jongeren tot 27 jaar waarbij een aanzienlijk deel steeds verder van
de arbeidsmarkt komt te staan door gebrek aan ervaring. In het eerste
kwartaal van 2014 zullen het bedrijfsleven en de gemeente Rhenen
werkplekken aanbieden aan deze jongeren (met behoud van uitkering).
2.a.7.4
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
Deelprogramma Onderwijs
711 Openbaar Basisonderwijs
712 Bijzonder Basisonderwijs
713 Op. Voortgezet Onderwijs, Onderwijshuisv.
714 Gemeenschappelijke u/i onderwijs
Totaal Onderwijs
96.316
536.163
109.690
795.472
1.537.641 N
107.376
625.539
109.690
768.875
1.611.480 N
197.454
201.842
399.296 N
1.936.937 N
Deelprogramma Jeugd
721 Kinderopvang
722 Jeugd- en Jongerenwerk
Totaal Jeugd
Saldo na bestemming
2.a.7.5
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
-238.527
592.659 V
72.593
974.589
113.984
980.163
2.141.329 N
72.593 N
620.457 N
113.984 N
741.636 N
1.548.670 N
34.783 V
5.082 V
4.294 N
27.239 V
62.810 V
Nee
Ja
Nee
Ja
197.454
182.847
380.301 N
173.873 N
110.355 N
284.228 N
23.581 V
72.492 V
96.073 V
Nee
Ja
0N
173.873
110.355
284.228 N
1.991.781 N
592.659 V
2.425.557 N
1.832.898 N
158.883 V
-8%
-354.132
A-D = E
Verschil Toelichting
Toelichting verschillen
Product 712 — Bijzonder basisonderwijs
In juli 2008 heeft de raad ingestemd met de vervangende nieuwbouw van de Springplank en de Cuneraschool.
De nieuwbouwplannen zijn voortgekomen uit de noodzaak van grondige renovatie van beide scholen. De kapitaallasten van de investeringen die in het verleden zijn gedaan zouden in het jaar van sloop van de voormalige schoolgebouwen grotendeels worden afgeboekt ten laste van de algemene reserve vrij besteedbaar. De accountant heeft
de gemeente echter aangegeven dat de boekwaarde die op 1-1-2013 nog op de beide scholen rust verdeeld dient te
worden over de nog resterende looptijd van de scholen (tot aan het moment van sloop). Voor 2013 is
hierdoor sprake van hogere kapitaallasten ad € 230.000 en een hogere dekking uit de algemene reserve dan
oorspronkelijk in 2013 was begroot.
Product 722 — Jeugd– en Jongerenwerk
De decentralisaties hebben meer tijd gekost dan bij het opstellen van de begroting vanuit is gegaan. Met name ten
bate van het beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning, zie ook product 612. Dit is door middel van het schuiven
van uren opgevangen. Hierdoor is er minder tijd besteed voor een bedrag van € 56.109 op Jeugd en Jongerenwerk.
Pagina 53
Programma 8
Jaarstukken 2013
2.a.8
2.a.8.1
Cultuur en Sport
Inleiding
De gemeente zorgt voor een veelzijdig aanbod op het gebied van cultuur en sport en stimuleert actieve deelname
door onze inwoners. In de eerste plaats zijn deze voorzieningen voornamelijk op de eigen inwoners gericht. Zo is er
een bibliotheek, een voorziening voor muziekonderwijs en een aantal sportvoorzieningen. Naast deze voorzieningen
stimuleert de gemeente ook de samenwerking tussen de diverse culturele instellingen.
Ten slotte is de gemeente eigenaar van de sportvelden en huisvesting. Dit betekent dat het onderhoud ervan ook tot
onze verantwoordelijkheden hoort.
Dit programma bestaat uit twee deelprogramma’s:
 Cultuur
 Sport
2.a.8.2
Wat wilden we bereiken?
Deelprogramma Cultuur
Algemeen Versterken van het cultuurhistorisch karakter van Rhenen
Doel
Deelprogramma Sport
Algemeen De burgers in Rhenen en in de omgeving wordt de gelegenheid geboden om
veelzijdig te sporten
Doel
2.a.8.3
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Cultuur
Specifiek
Doel 31
Bekendheid van Rhenen vergroten op cultureel gebied door:
31-2 Stimuleren van nieuwe culturele activiteiten ieder jaar
2013 In 2013 is de cultuurcoördinator van start gegaan als opvolger van de
kwartiermaker. Tevens zijn in 2013 voor het eerst, mede met behulp van een
bijdrage van de gemeente Rhenen, (nieuwe) culturele activiteiten
ondersteund, o.a. culturele cafés, een kunstmarkt, de kunstatelierroute, een
kunstveiling en kerst met koren.
Deelprogramma Sport
Specifiek
Doel 32
De gemeente ondersteunt de huidige sportverenigingen door:
Alle activiteiten van dit specifieke doel zijn afgerond voor 01-01-2013.
Specifiek
Doel 33
Sportverenigingen in Rhenen die geen locatie hebben worden gefaciliteerd
door:
33-1 Nadere uitwerking omtrent een voortvarende behandeling van ruimtelijke
procedures
2013 In 2013 is de ruimtelijke procedure voor de huisvesting van de
hengelsportvereniging 'De voorn' afgehandeld. Andere sportverenigingen
hebben geen verzoek ingediend.
Pagina 54
Jaarstukken 2013
2.a.8.4
Programma 8
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
A
Begroting
2013 na wijz.
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
A-D = E
24.778 N
832 N
25.610 N
4.375 V
3.984 V
8.359 V
Nee
Nee
Verschil Toelichting
Deelprogramma Cultuur
811 Kunst
812 Oudheidkunde
Totaal Cultuur
42.325
5.270
47.595 N
29.153
4.816
33.969 N
0N
24.778
832
25.610 N
Deelprogramma Sport
821 Sport
822 Groene Sportvelden
Totaal Sport
630.687
317.788
948.475 N
551.178
300.063
851.241 N
-110.546
-60.174
170.720 V
636.261
359.259
995.520 N
525.715 N
299.085 N
824.800 N
25.463 V
978 V
26.441 V
Nee
Nee
Saldo na bestemming
996.070 N
885.210 N
170.720 V
1.021.130 N
850.410 N
34.800 V
-4%
2.a.8.5
Toelichting verschillen
De verschillen op dit programma en zijn producten blijven binnen de toelichtingsgrens van € 50.000 per product en
zijn derhalve niet toegelicht.
Pagina 55
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
2.a.9
2.a.9.1
Jaarstukken 2013
Algemene Dekkingsmiddelen
en Onvoorzien
Algemene dekkingsmiddelen
De algemene dekkingsmiddelen worden niet als baten in de diverse programma’s opgenomen. Inzicht in de
algemene dekkingsmiddelen is echter essentieel en daarom zijn de volgende onderdelen verplicht voorgeschreven:
1. lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is;
2. algemene uitkeringen;
3. dividend;
4. saldo van de financieringsfunctie; en
5. overige algemene dekkingsmiddelen.
1. Lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is
Bij de lokale heffingen gaat het om die heffingen waarvan de besteding niet gebonden is. Voorbeelden hiervan zijn
de Onroerend Zaak Belasting (OZB), de hondenbelasting en de toeristenbelasting. In de begroting 2013 na wijziging
gaat het hierbij om een bedrag van € 3,9 miljoen, waarvan € 3,3 miljoen aan OZB-opbrengsten. De kosten van
heffing en invordering bedragen ruim € 500.000.
Voorbeelden van lokale heffingen, waarvan de besteding wel is gebonden zijn het rioolrecht en de
afvalstoffenheffing. Deze opbrengsten zijn verantwoord in het programma Bereikbaarheid en Openbare Ruimte.
De opbrengst afvalstoffenheffing en rioolheffing bedragen bij elkaar ruim € 2,8 miljoen.
2. Algemene uitkering
Aan de hand van de meicirculaire 2013 is de algemene uitkering uit het gemeentefonds van het rijk voor 2013
vastgesteld op een bedrag van € 14.868.134. Na de meicirculaire 2013 zijn er nog twee circulaires verschenen, te
weten de september- en de decembercirculaire 2013. Over beide circulaires zijn informatienota’s verschenen.
Uiteindelijk is in 2013 een bedrag aan algemene uitkering ontvangen van in totaal € 15.213.267. Het voordelig
verschil van € 345.133 wordt verderop in dit hoofdstuk toegelicht.
3. Dividend
De gemeente Rhenen heeft deelnemingen in Vitens en de Bank Nederlandse Gemeente (BNG). In 2013 is in totaal
een bedrag van € 133.247 aan dividend ontvangen dat is verwoord bij product 911 “Leningen en Beleggingen”.
4. Saldo van de financieringsfunctie
Onder het saldo van de financieringsfunctie wordt verstaan:
1. het saldo van de werkelijk betaalde rentelast over de aangegane leningen en over de aangetrokken middelen
in rekening-courant; en
2. de ontvangen rente over de uitzettingen.
Het saldo van de financieringsfunctie bedroeg in 2013 ruim € 1 miljoen en maakt net als dividend onderdeel uit van
product 911 “Leningen en Beleggingen”. Binnen het product 911 wordt ook de rente die de gemeente bespaart, door
bij de financiering van de activa gebruik te maken van de eigen financieringsmiddelen, verantwoord. In 2013 is dit
bedrag € 958.448 voordelig. De werkelijke baten over 2013 bedroegen € 1.012.477 (zie tabel product 911 “Leningen
en Beleggingen”).
5. Overige algemene dekkingsmiddelen
Onder de overige algemene dekkingsmiddelen worden de verschillen tussen de geraamde en gerealiseerde kosten
van de bedrijfsvoering (indirecte kosten) verantwoord.
Ook worden de gebouwen die aan hun oorspronkelijke bestemming zijn onttrokken en nog geen andere
bestemming hebben gekregen binnen de overige algemene dekkingsmiddelen verantwoord. Hierbij valt te denken
aan het Oude Raadhuis. De overige algemene dekkingsmiddelen vallen in Rhenen onder de producten 914 en 915
(zie tabel 2.a.9.3).
Pagina 56
Jaarstukken 2013
2.a.9.2
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Deelprogramma Algemene Dekkingsmiddelen
Specifiek
Doel 34
Bezuinigen doorvoeren zodat de organisatie financieel gezond blijft (het te
bezuinigen bedrag is afhankelijk van de algemene uitkering van het Rijk)
door:
34-1 Nadere uitwerking van de gevoerde kerntakendiscussie
2013 In de VJR2013 en de NJR2013 is de raad geïnfomeerd over de voortgang van
de bezuinigingen.
Tevens is de bezuiniging "Verhoging huur sportvelden/ in rekening brengen
van energiekosten 2013" gerealiseerd. De bezuinigingstaakstellingen voor
2013 zijn daarmee geheel gerealiseerd.
34-2 Continue zoektocht naar bezuinigingen
2013 De voorbereidingen zijn getroffen voor het procesvoorstel voor de
bezuinigingen 2014-2017. De bezuinigingen worden gezocht langs drie lijnen:
slim samenwerken, slim huisvesten en slim oganiseren. Het college zal begin
2014 hier over in gesprek gaan met de gemeenteraad.
2.a.9.3
Wat mocht het kosten?
Verschillen werkelijk 2013 t.o.v. begroting 2013 na wijz. (in €)
Prod.
Begroting
nr: Omschrijving product:
Primitief
Deelprogr. Algemene Dekkingsmiddelen
911 Leningen en Beleggingen
912 Algemene Uitkering Gemeentefonds
913 Lokale Heffingen (ongebonden besteding)
914 Vastgoed algemeen
915 Overige algemene dekkingsmiddelen
Totaal Algemene Dekkingsmiddelen
Deelprogramma Reserves
921 Reserves
Totaal Reserves
Saldo na bestemming
2.a.9.4
B
Werkelijke
Baten
C
Werkelijke
Lasten
B-C = D
Werkelijk
2013
-901.033
-1.037.506
-1.431.071
-15.029.647
-14.868.134
-15.213.267
-3.234.882
-3.307.902
-3.904.625
155.590
240.539
-60.903
1.579.893
1.417.367
-959.100
17.430.079 V 17.555.636 V 21.568.966 V
418.594
536.340
273.909
2.831.105
4.059.948 N
1.012.477 V
15.213.267 V
3.368.285 V
213.006 N
1.872.005 N
17.509.018 V
25.029 N
345.133 V
60.383 V
27.533 V
454.638 N
46.618 N
Nee
Ja
Ja
Nee
Ja
147.343
147.343 N
616.137 V
616.137 V
17.070 N
17.070 N
Nee
4.207.291 N 18.125.155 V
63.688 N
0%
-614.116
614.116 V
A
Begroting
2013 na wijz.
-633.207
633.207 V
-763.480
763.480 V
18.044.195 V 18.188.843 V 22.332.446 V
A-D = E
Verschil Toelichting
Toelichting verschillen
Product 912 — Algemene Uitkering Gemeentefonds
De algemene uitkering uit het gemeentefonds van het rijk vormt met een bedrag van ruim € 15 miljoen de grootste
inkomstenbron van de gemeente Rhenen. Op grond van maatstaven kan berekend worden welk bedrag de
algemene uitkering voor de gemeente bedraagt. Doel is een verdeling van de beschikbare financiële middelen te
realiseren die elk van de gemeenten in staat stelt om hun inwoners een gelijkwaardig voorzieningenpakket tegen
globaal gelijke lastendruk te kunnen leveren. Met de algemene uitkering krijgen gemeenten vrij besteedbare
middelen beschikbaar om zelf te beslissen welke taken worden verricht.
Na de najaarsrapportage 2013 is het bedrag aan algemene uitkering nog gewijzigd als gevolg van de september- en
decembercirculaire 2013 (voor meer informatie verwijzen wij naar de hierover verschenen informatienota’s:
2013bis 567 en 2013bis707). Over 2013 is een bedrag ontvangen van € 15.213.266. Ten opzichte van de begroting
na wijziging is dit een verschil van € 345.133.
Pagina 57
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Jaarstukken 2013
Dit verschil kan als volgt worden verklaard:
Toelichting verschillen algemene Algemene Uitkering
in euro's
1. Effecten van de septembercirculaire 2013
2. Effecten van de decembercirculaire 2013
3. Verrekeningen uit 2011 en 2012
2013
31.440 V
262.029 V
51.663 V
Totaal 345.132 V
Na verrekening van de taakmutaties is het effect op het financieel perspectief € 295.758 V.
ad 1.
Effecten van de septembercirculaire 2013
De belangrijkste wijzigingen bij de septembercirculaire 2013 die zorgen voor een hogere algemene uitkering zijn:
 een mutatie als gevolg van groei van het gemeentefonds voor een bedrag van ongeveer € 9.346 nadelig;
 een verhoging van de WMO-uitkering van € 28.812 als gevolg van actualisatie van de maatstaven en een
verhoging van de uitkering voor Centra voor Jeugd en gezin van € 2.259; en
 een toevoeging van € 9.715 voor de intensivering van het armoede- en schuldenbeleid.
Per saldo een bedrag van € 31.440 voordelig.
ad 2.
Effecten van de decembercirculaire 2013
De belangrijkste wijzigingen bij de decembercirculaire 2013 die zorgen voor een wijziging van de algemene uitkering
zijn:
 een mutatie als gevolg van groei van het gemeentefonds voor een bedrag van € 82.346;
 een verhoging van de algemene uitkering van € 178.848 als gevolg van bijstelling van maatstaven aan de
meest actuele gegevens van ministerie van Binnenlandse Zaken. Het gaat om bijstelling van het aantal
bijstandsontvangers, de lage inkomens, het klantenpotentieel lokaal en regionaal en oppervlakte bebouwing;
 een vergoeding van € 8.588 voor handhaving van een groep van 51.000 inburgeraars (per 1 oktober 2013) die
nog niet aan hun inburgeringplicht hebben voldaan; en
 een verlaging van € 7.753 voor overige mutaties.
Per saldo een bedrag van € 262.029 voordelig.
ad 3.
Bijstelling overige effecten
Afrekeningen over de jaren 2011 en 2012 worden verrekend in 2013. Na wijziging van de begroting hebben er nog
verrekeningen plaatsgevonden. Voor 2013 gaat het om een bedrag van € 51.663 voordelig.
Product 913 — Lokale heffingen, waarvan besteding niet gebonden is
Bij de lokale heffingen gaat het om die heffingen waarvan de besteding niet gebonden is. Voorbeelden hiervan zijn
de OZB, de hondenbelasting en toeristenbelasting.
Voorbeelden van lokale heffingen, waarvan de besteding wel gebonden is zijn de rioolheffing en de
afvalstoffenheffing. Deze opbrengsten zijn verantwoord in het programma Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
Een overzicht van de opbrengst van alle lokale heffingen is opgenomen in de paragraaf lokale heffingen. Hier is ook
een overzicht van de afwijkingen te vinden. Binnen de lokale heffingen is sprake van een voordeel van € 60.383. Dit
voordeel wordt veroorzaak door vacatureruimte die niet is opgevuld.
Product 915 — Overige algemene dekkingsmiddelen
Onder de overige algemene dekkingsmiddelen worden de baten en lasten verantwoord die niet aan een programma
kunnen worden toegerekend. Ook de kosten van de organisatie (indirecte kosten) worden in eerste instantie op
kostenplaatsen verantwoord en vervolgens doorbelast naar de verschillende producten. Een resterend saldo op de
kostenplaatsen wordt ook onder de overige algemene dekkingsmiddelen verantwoord onder saldo kosten
bedrijfsvoering (zie tabel product 915) De overige algemene dekkingsmiddelen bestaan uit vijf onderdelen, te
weten:
1. Algemene Baten & Lasten
2. Saldo kosten bedrijfsvoering
3. Diversen
4. Voormalig personeel
5. Mutaties reserves
Hierna worden de verschillen tussen de begroting 2013 na wijziging en de jaarrekening 2013 van de hierboven
genoemde categorieën toegelicht.
Pagina 58
Jaarstukken 2013
1.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Algemene Baten & Lasten
Collegeprogramma 2010-2014
Voor de uitvoering van de activiteiten uit het collegeprogramma was in de begroting 2013 een bedrag beschikbaar
van € 155.300 beschikbaar. Een deel van deze activiteiten is in 2013 gestart en/of afgerond bijvoorbeeld:
a. Vrijwilligersbeleid (Programma 6)
: € 47.500
b. Cultuur (Programma 8)
: € 30.000
c. Bepalen woningbehoefte (Programma 5)
: € 20.000
d. Herijking beleidsplan recreatie en toerisme (Programma 4)
: € 15.000
De stand van zaken met betrekking tot de actiepunten kunt u terugvinden binnen de verschillende programma’s.
Het budget van de actiepunten waarop in 2013 geen financiële claim is gelegd is toegevoegd aan de reserve
collegeprogramma (€ 33.800).
Realisatie bezuinigingen
Bij de behandeling van de Perspectiefnota 2013 en verder heeft de gemeenteraad een enorm pakket aan (extra/
aanvullende) bezuinigingsmaatregelen voor 2013-2015 vastgesteld. Twee maal per jaar, bij de voor- en najaarsnota,
is verantwoording afgelegd over de realisatie van deze bezuinigingen.
Voor de bezuiniging “korting op verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen” geldt dat deze in 2013 niet
volledig gerealiseerd is. De oorspronkelijke taakstelling was € 47.500; gerealiseerd is
€ 22.600. Het tekort van € 24.900 wordt gecompenseerd doordat er voor € 24.000 meer bezuinigd is op de
bezuinigingen: besparing peuterspeelzaalwerk en vermindering formatie / budget financieel beheer. Dit was
mogelijk door de middelen die in de begroting beschikbaar waren voor een kwaliteitsimpuls binnen het
peuterspeelzaalwerk te laten vervallen (zie voorjaarsrapportage 2013, pagina 54).
Bij de najaarsrapportage 2013 kon nog geen definitief uitsluitsel worden gegeven over de daadwerkelijke realisatie
van de bezuiniging verhoging huur sportvelden en het in rekening brengen van energiekosten ad € 15.000 in 2013.
Deze bezuiniging is in 2013 volledig gerealiseerd.
Dienstverlening – projectleider Rhenense Publieks Balie (RPB)
Om in 2015 te komen tot een Rhenense Publieksbalie waarbij de burger kan rekenen op een eenduidige,
transparante behandeling en betrouwbare levering van diensten en producten is in 2013 een interne projectleider
aangesteld voor 16 uur per week. De kosten die hiermee gemoeid zijn bedragen € 50.000 en worden gedekt uit het
incidentele budget voor dienstverlening (restant 2013: € 194.700) dat de raad in 2008 beschikbaar heeft gesteld. De
administratieve verschuiving die hiermee samenhangt is bij de najaarsrapportage 2013 niet volledig verwerkt
waardoor er bij de jaarrekening 2013 sprake is van een incidenteel voordeel van € 50.000. Van het incidentele
dienstverleningsbudget resteert ultimo 2013 een bedrag van € 144.700. Dit zorgt voor een voordeel op de lasten.
Echter de bijhorende dekking in de vorm van een onttrekking uit de reserve collegeprogramma blijft ook
achterwege, waardoor het per saldo geen effect heeft op het resultaat van de jaarrekening.
Waterleidingmaatschappij Rhenen
Op 11 juni 2013 is de NV Waterleidingmaatschappij Rhenen ambtshalve ontbonden omdat de Kamer van
Koophandel constateerde dat de NV niet meer voldeed aan een aantal wettelijke voorwaarden om bestaansrecht te
hebben. De NV was in 1992 volledig opgegaan in de Waterleidingmaatschappij Midden Nederland, waarbij alleen de
naam NV Waterleidingmaatschappij Rhenen bleef bestaan als lege NV. De ontbinding zorgt voor een financieel
voordeel van € 19.600 in de jaarrekening.
2.
Kosten bedrijfsvoering
De kosten van de organisatie (indirecte kosten) worden in eerste instantie op kostenplaatsen verantwoord en
vervolgens doorbelast naar de verschillende producten. Een resterend saldo op de kostenplaatsen wordt onder de
overige algemene dekkingsmiddelen verantwoord onder saldo kosten bedrijfsvoering.
De verschillen die binnen saldo kosten bedrijfsvoering optreden tussen begroting en jaarrekening zijn over het
algemeen administratief van aard en kunnen grofweg in vier categorieën worden ingedeeld:
1. Een verschil op de kostenplaatsen tussen de begroting en de realisatie zoals bijvoorbeeld lagere
huisvestingskosten (van invloed op het resultaat van de jaarrekening).
2. De kosten van de overhead van vacatures die niet worden opgevuld. Deze kosten kunnen niet worden
afgewenteld op de programma’s, waardoor ze bij de jaarrekening terechtkomen bij de overige algemene
dekkingsmiddelen. Het betreft een administratieve verschuiving, die het saldo van de jaarrekening niet
nadelig beïnvloed.
Pagina 59
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Jaarstukken 2013
3.
Personele “uitbreidingen” als gevolg van inhuur of payroll-constructies waarbij het interne uurtarief
waartegen de inhuur wordt doorbelast aan de programma’s niet gelijk is aan het tarief waartegen wordt
ingehuurd. Op dat moment vindt een administratieve correctie plaats via de overige algemene
dekkingsmiddelen. Het betreft ook hier een administratieve verschuiving van de programma’s naar de
overige algemene dekkingsmiddelen, die administratief van aard is en het saldo van de jaarrekening niet
nadelig beïnvloed. Voorbeeld: Kosten inhuur € 50.000 (1.000 uren x € 50). Het interne rekentarief bedraagt
€ 75 per uur. Dit betekent dat € 75.000 wordt doorbelast aan programma X. Het verschil dat teveel is
doorbelast aan het programma wordt gecorrigeerd via de overige algemene dekkingsmiddelen: € 25.000 V.
Uitgangspunt voor de dekking in de begroting is het bedrag van € 50.000 omdat dat feitelijk wordt betaald.
4. Kosten die verbonden zijn aan de indirect en niet productieve uren zoals studie, overleg,
zwangerschapsverlof en ziekte. Als er meer indirecte productieve / niet productieve uren worden
verantwoord dan ontstaat een voordeel op de programma’s (minder productief), maar een nadeel binnen de
overige algemene dekkingsmiddelen. Het betreft ook hier een administratieve verschuiving, die het saldo
van de jaarrekening niet nadelig beïnvloed.
Hieronder worden de grootste verschillen toegelicht aan de hand van de hierboven genoemde indeling.
Ad 1.
Er is sprake van een voordelig saldo van ruim € 20.000 binnen de kosten gemeentehuis als gevolg van voordelen op
de energie- en schoonmaakkosten.
In 2013 was er sprake van een vacaturestop. Als gevolg hiervan zijn er, in tegenstelling tot vorige jaren, minder
vacatures via kranten en vakbladen uitgezet. En zijn er minder kosten voor assessments en /of
aanstellingskeuringen geweest. Dit levert een voordeel op van € 14.000.
Ook is er sprake van een voordeel op het arbo budget van ruim € 15.000. Onder arbo kosten verstaan we aankopen
voor speciale stoelen, toetsenborden, muizen en dergelijke. Maar ook veiligheids- en computerbrillen en
aanpassingen aan de zitplaats van een vrachtwagen. Tevens worden ten laste van dit budget de werkplekonderzoeken en werkplekaanpassingen bekostigd. In 2013 is hier minder gebruik van gemaakt dan begroot.
Om arbeidsongeschiktheidsregelingen zoals WAO en WIA te financieren draagt de Gemeente Rhenen maandelijks
WAO-WIA basispremie af. In de Rijksbegroting 2014, die met Prinsjesdag (september 2013) is ingeleverd, heeft het
ministerie van Sociale Zaken een voorstel ingediend om werkgevers een eenmalige teruggaaf te geven van
28,82% over de WAO-WIA basispremie die is aangegeven in de loonaangifte van de periode van 1 januari 2013 tot en
met 30 juni 2013. Deze eenmalige teruggaaf van de WAO-WIA basispremie levert voor Rhenen een voordeel op van
€ 30.170.
Voor opleiding en trainingen van het personeel is jaarlijks een budget beschikbaar van € 202.700 (incl. budget voor
organisatieontwikkeling). Dit betreft ruim 2% van de loonsom. Op basis van de notitie reserves en voorzieningen uit
2008 wordt het jaarlijks overschot/tekort verrekend met de reserve opleidingen en trainingen. In 2013 heeft een
toevoeging aan de reserve opleidingen plaatsgevonden van € 75.900 voordelig (zie onder 5. “mutaties reserves”).
Voor dienstverlening is jaarlijks een budget beschikbaar van € 85.000. Bij de jaarrekening is middels een toevoeging
aan de reserve budgetoverheveling € 58.300 overgeheveld van 2013 naar 2014. Dit budget is bestemd voor de
website en de (door)ontwikkeling van de Rhenense publieksbalie inclusief ICT investeringen zoals klant contact/
volgsystemen. De reden dat in 2013 niet is geïnvesteerd in een nieuwe website is omdat voor de start van de RPB is
gekozen zodat gaandeweg bezien kan worden welke systemen nodig/ wenselijk zijn en welke vereisten we moeten
stellen aan onze nieuwe website .
Tenslotte is er sprake van lagere rentelasten van de opgenomen BNG-geldleningen wat een voordeel geeft van ruim
€ 86.000. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat het aantrekken van een additionele lening uiteindelijk niet heeft
plaatsgevonden, vanwege met name uitgestelde investeringen.
Ad 2.
In 2013 zijn er vacatures geweest die in de loop van het jaar zijn ontstaan waarvan de beschikbare restformatie niet
of niet volledig is ingevuld of waar sprake is van inhuur waarvan de kosten direct op het product worden
verantwoord.
Dit is het geval geweest bij de vacature WMO waarvoor inhuur heeft plaatsgevonden. Als gevolg hiervan kunnen de
kosten overhead niet worden afgewenteld op het progamma zorg en inkomen. Dit geeft een voordeel te zien van
Pagina 60
Jaarstukken 2013
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
ongeveer € 79.000 en levert een evenredig nadeel op binnen de overige algemene dekkingsmiddelen.
De vacatures van juridisch medewerker en medewerker toezicht en handhaving zijn niet opgevuld. Hierdoor kunnen
de kosten overhead niet worden afgewenteld op het programma Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen waardoor ze
bij de jaarrekening terechtkomen bij de overige algemene dekkingsmiddelen. Het gaat hier om een bedrag van
ongeveer € 151.900.
Er is sprake van vacatures binnen het programma Onderwijs en Jeugd waarvoor inhuur heeft plaatsgevonden. Als
gevolg hiervan kunnen de kosten overhead niet worden afgewenteld op het programma Onderwijs en Jeugd en het
programma Maatschappelijke Ondersteuning, waardoor deze terecht komen bij de Algemene Dekkingsmiddelen.
Binnen de programma’s Onderwijs en Jeugd en Maatschappelijke Ondersteuning geeft dit een voordeel van
ongeveer € 100.000 maar betekent een evenredig nadeel binnen het programma Algemene Dekkingsmiddelen en
Onvoorzien.
Doordat de vacature beleidsmedewerker regionale samenwerking 3 maanden niet is opgevuld zijn de kosten van de
overhead verschoven van het progamma “Bestuur en Dienstverlening” wat een voordeel geeft van € 13.000 maar
een nadeel van € 13.000 binnen de overige algemene dekkingsmiddelen.
Ad 3.
Niet van toepassing.
Ad 4.
Als laatste kunnen financiële verschillen tussen de jaarrekening en begroting worden veroorzaakt door een hogere
productiviteit van medewerkers of door een lagere productiviteit als gevolg van onder andere ziekte, studie en
zwangerschapsverlof. Dit leidt tot voordelen/nadelen binnen de verschillende programma’s die vervolgens tot
uitdrukking komen binnen het programma Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien. Het betreft derhalve een
administratieve verschuiving die geen gevolg heeft voor het resultaat van de jaarrekening. Wel kan de voortgang in
de realisatie van de activiteiten als gevolg hiervan in het gedrang komen.
Onderstaande tabel geeft inzicht in de belangrijkste wijzigingen die zich binnen dit programma hebben voorgedaan.
ad. 4
in euro's
Saldo
Programma 2 Integrale Veiligheid: Openbare orde en veiligheid
25.000 N
Programma 3 Bereikbaarheid en openbare ruimte: Openbaar groen
32.000 N
Bereikbaarheid en openbare ruimte: Afvalwijdering en -verwerking
Programma 4 Recreatie en Toerisme: Museum
Programma 5 Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen: Bouwen
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen: Handhaving
Programma7
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen: Wonen
Onderwijs en Jeugd: Gem. uitgaven/inkomsten onderwijs
62.800 N
16.000 V
77.000 N
109.000 N
60.900 V
25.000 N
3.
Diversen
Om de bedrijfsvoering in geval van ziekte en bij moeilijk op te vullen vacatures op het gewenste niveau te kunnen
handhaven is in de begroting 2013 een inhuurbudget beschikbaar. Ultimo 2013 is het restant van € 230.900
toegevoegd aan de reserve budgetoverheveling zodat de middelen in 2014 beschikbaar zijn. Overheveling van dit
budget is noodzakelijk door de sterke vermindering van het budget in 2014. Het budget wordt in 2014 onder andere
ingezet voor: uitwerking en implementatie van de organisatievisie 2020, voor personele situaties (zoals vertrek
manager en opschorting projectleiderschap jeugdzorg). De overheveling was reeds aangekondigd in de
programmabegroting 2014.
Pagina 61
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Jaarstukken 2013
4.
Voormalig personeel
De totale kosten van voormalig personeel/wethouders zijn begroot op € 649.791. De werkelijke kosten van
voormalig personeel/wethouders bedragen bij de jaarrekening € 615.460. Het voordelig verschil van ongeveer
€ 34.000 wordt grotendeels veroorzaakt door het feit dat er sprake is van neveninkomsten van voormalig personeel.
Dekking van bovengenoemde uitgaven vindt in 2013 plaats ten laste van de algemene reserve vrij besteedbaar
binnen product 921 voor een bedrag van € 349.821. Maar ook door een onttrekking uit de voorziening APPA* voor
een bedrag van € 251.629. Deze voorziening dient ter dekking van de kosten van de APPA-pensioenregeling van
(voormalige) wethouders.
Daarnaast is op basis van een bestaande afspraak met de gemeente Veenendaal in 2014 een afrekening ontvangen
over de inzet van een voormalig medewerker bij de Veiligheidsregio Utrecht gedurende de jaren 2011 tot en met
2013. De kosten van € 81.800 zijn verwerkt in de jaarrekening en konden worden opgevangen binnen de bestaande
personele budgetten.
5.
Mutaties Reserves
Hier worden de mutaties aan de reserve “opleidingen en trainingen” van € 75.900 en de reserve
“budgetoverheveling” van € 58.300 verantwoord (zie hiervoor de toelichting bij saldo kosten bedrijfsvoering).
mutatie reserve opleidingen en trainingen 2013
€ 75.900
mutatie reserve budgetoverheveling
€ 58.300
2.a.9.5
Onvoorzien
In de begroting nemen wij een bedrag op voor onvoorziene, onvermijdbare en onuitstelbare lasten. Voor 2013 was
een bedrag beschikbaar van in totaal € 63.000. Dit bedrag is als volgt opgebouwd:
Reservering onvoorziene structurele lasten
: € 23.000
Reservering onvoorziene incidentele lasten
: € 40.000
Totaal
€ 63.000
In 2013 zijn de posten onvoorzien niet ingezet voor uitgaven die voldoen aan de criteria van de 3-O’s
(onvoorzienbaar, onvermijdbaar en onuitstelbaar). De budgetten zijn respectievelijk bij de aanvullende
bezuinigingen 2013-2014 en de najaarsrapportage 2013 afgeraamd naar € 0.
*
Appa is de afkorting van Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers. Deze wet regelt de sociale zekerheid van ministers, staatssecretarissen, Tweede Kamerleden, burgemeesters en wethouders, gedeputeerden bij provincies, commissarissen van de koningin, leden en
voorzitter van het dagelijkse bestuur van een waterschap.
Pagina 62
Jaarstukken 2013
Inleiding Paragrafen
2.b — Paragrafen
2.b
Inleiding
De paragrafen vormen een belangrijke informatiebron en beogen een “dwarsdoorsnede” van de programma’s te
geven. In de paragrafen zijn beleidslijnen vastgelegd over de beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. Het
doel van de paragrafen is om informatie die voorheen op meerdere plekken in de begroting stond bijeen te brengen.
Hierdoor is het mogelijk om sneller en beter inzicht en overzicht te krijgen in deze onderwerpen. De raad heeft
hiermee een extra instrument in handen om de beleidskaders vast te stellen en om de uitvoering te kunnen
controleren.
In de programmarekening worden de resultaten weergegeven van de in de begroting opgenomen paragrafen. De
volgende paragrafen zijn opgenomen:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Lokale heffingen
Weerstandsvermogen
Onderhoud kapitaalgoederen
Financiering
Bedrijfsvoering
Verbonden partijen
Grondbeleid
Subsidieverlening
3 Decentralisaties
Pagina 63
§1 — Lokale heffingen
2.b.1
2.b.1.1
Jaarstukken 2013
§1 — Lokale heffingen
Inleiding
De gemeentelijke belastingen en heffingen worden
gelegitimeerd door de belastingverordening, die door de
gemeenteraad is vastgesteld.
De uitgangspunten bij het bepalen van de verschillende
2.b.1.2
tarieven zijn:

aanpassing met de inflatiecorrectie

100% kostendekkend
In de begroting 2013 is rekening gehouden met een
inflatiecorrectie van 1,63%.
Tarieven 2013
Hieronder worden de belangrijkste gemeentelijke heffingen van 2013 in een overzicht weergegeven.
Belastingen / Heffingen
Tarieven
2013
Onroerende + roerende zaakbelasting
- eigendom woningen
- eigendom niet-woningen
- gebruiker niet-woningen
Totaal
0,1256%
0,1965%
0,1539%
Afvalstoffenheffing
- meerpersoonshuishoudens
- eenpersoonshuishoudens (=75% van tarief)
Totaal
€ 196,50
€ 147,50
Rioolheffing
- vastrecht per aansluiting
- per m3 afvalwater
Totaal
Hondenbelasting
- 1e hond
- 2e hond
- 3e en volgende hond
- per kennel
Totaal
Begrote
inkomsten
Werkelijke
inkomsten
Verschil
in €
Verschil
in %
€ 2.579.626 € 2.595.688
€ 599.518
€ 610.651
€ 401.818
€ 399.582
€ 3.580.962 € 3.605.921
16.062 V
11.133 V
2.236 N
24.959 V
1%
2%
-1%
1%
€ 1.386.878 € 1.376.715
10.163 N
-1%
€ 1.452.336 € 1.454.606
2.270 V
0%
603 V
0%
€ 88,50
€ 0,69
€ 80,00
€ 125,00
€ 140,00
€ 350,00
€ 154.220
€ 154.823
Uitvoering Wet WOZ
Voor het jaar 2013 zijn de waarden van de (on)roerende zaken weer opnieuw vastgesteld met als
waardepeildatum 1-1-2012. Naar aanleiding van deze herwaardering zijn er 394 bezwaarschriften
ontvangen, waarvan er 167 zijn toegekend. De meeste bezwaren zijn in 2013 afgehandeld. Over de
taxatieronde 2013 zijn er 12 beroepszaken ontvangen, die op 1 januari 2014 allemaal nog liepen.
In 2013 zijn diverse werkzaamheden verricht ter verbetering van de kwaliteit van de gegevens van de
belastingobjecten. Het Woz-bestand is bijvoorbeeld gekoppeld aan de basisregistratie adressen en
gebouwen (BAG). Voor de nieuwe herwaardering naar waardepeildatum 1 januari 2013 zijn de
verkoopprijzen van de verkochte woningen geanalyseerd. Deze verkoopprijzen zijn de basis geweest voor de
nieuwe waardering van de woningen voor 2014.
De niet-woningen zijn, net als de afgelopen jaren, getaxeerd door de gemeente Ede.
Pagina 64
Jaarstukken 2013
§1 — Lokale heffingen
Gemeentelijke belastingen
Aantal WOZ ‐ bezwaarschriften
In februari 2013 zijn de aanslagbiljetten/WOZbeschikkingen betreffende de gemeentelijke belastingen
voor het belastingjaar 2013 verzonden. Daarna zijn aan
het eind van ieder kwartaal in 2013 de nakohieren over
2013 vastgesteld, om de heffing zoveel mogelijk in
hetzelfde jaar plaats te laten vinden.
1.400 1.200 1.000 800 600 400 200 Hondenbelasting
‐
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Aantal WOZ ‐ beroepschriften
16 14 12 Er heeft in november 2013 een deelcontrole op het
hondenbezit plaatsgevonden. Dit onderzoek is gedaan
door een huis- aan huiscontrole door een extern bureau
in een gedeelte van de gemeente. Deze controle heeft
geleid tot ongeveer 60 nieuwe aanmeldingen van
honden. Hierdoor is de opbrengst van de hondenbelasting voor 2013 met ongeveer € 4.800 toegenomen.
Deze deelcontrole zal in 2014 weer plaatsvinden.
10 8 6 Invordering en kwijtschelding
4 2 ‐
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Aantal (verzoeken om) kwijtscheldingen
350 300 250 146 149 138 200 113 113 90 150 100 110 164 160 2007
2008
50 134 135 117 133 2009
2010
2011
2012
162 Verzoek om kwijtschelding
Automatische kwijtscheldingen
‐
2013
Er is in 2013, zoals gebruikelijk, kritisch gekeken naar het
invorderingstraject. Duidelijkheid richting de burger
stond net als de voorgaande jaren hoog op de agenda.
Het schema van innen van de belastingen en het draaien
van restituties en verrekeningen is bijgesteld. Hierdoor
ontvangt de burger, wanneer men daar recht op heeft,
eerder zijn geld en worden te veel betaalde bedragen
eerder verrekend met nog openstaande posten.
In 2013 zijn er 162 automatische kwijtscheldingen
geweest. Daarnaast zijn er 113 verzoeken om
kwijtschelding ontvangen. Van deze 113 verzoeken zijn
er 20 volledig afgewezen. Van de rest zijn er
30 gedeeltelijk en 63 geheel toegekend.
Naar aanleiding van de (gedeeltelijke) afwijzingen zijn er
13 administratieve beroepschriften ontvangen. Hiervan
zijn er alsnog 6 verzoeken (gedeeltelijk) toegekend en
7 beroepschriften zijn wederom afgewezen.
Aantal en afwikkeling beroepschriften kwijtschelding
Afwikkeling verzoeken om kwijtschelding
16 160 140 120 100 32 27 80 51 56 16 17 26 11 12 7 30 11 20 30 60 40 87 82 65 76 71 69 20 63 ‐
Afgewezen verzoek
14 Gedeeltelijk toegekend verzoek
10 Geheel toegekend verzoek
2008
2009
2010
2011
2012
2013
7 8 6 12 11 9 4 1 2 2 1 2 2007
2008
2009
2010
2 ‐
2007
Afgewezen beroepsschrift
12 5 3 1 1 2011
2012
Geheel/ gedeeltelijk toegekend beroepsschrift
6 2013
Pagina 65
§2 — Weerstandsvermogen
2.b.2
2.b.2.1
Jaarstukken 2013
§2 — Weerstandsvermogen
Algemeen
De gemeente probeert haar doelstellingen te bereiken [1] maar hierbij kunnen zich risico’s voordoen die er voor kunnen zorgen dat het behalen van die doelstellingen negatief wordt beïnvloed [2]. Voor een groot aantal geïdentificeerde risico’s zijn maatregelen getroffen om de kans en/of het gevolg er van te verminderen [3]. Voor een aantal
risico’s is dit om verschillende redenen (bewust) niet en/of gedeeltelijk gedaan, dit zijn de zogenaamde rest risico’s
[4a]. Middels een simulatie [4b] wordt berekend wat het mogelijk nadelige financiële gevolg kan zijn hetgeen dan de
benodigde weerstandscapaciteit wordt genoemd [4c].
De relatie tussen de risico’s waar géén maatregelen voor zijn getroffen, de zogenaamde rest risico’s [4a-b-c] en de
aanwezige beschikbare weerstandscapaciteit [5] die een gemeente heeft om die niet begrote kosten op te vangen
wordt het weerstandsvermogen genoemd [6]. Bovenstaande is in onderstaande figuur schematisch weergegeven:
Figuur 1: Relatie tussen risico’s, weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen
Pagina 66
Jaarstukken 2013
§2 — Weerstandsvermogen
Risicobeleid
Onze gemeente kent op dit moment nog geen beleidskader voor het risicomanagement en het noodzakelijk geachte
weerstandsvermogen waardoor een goed beeld van het risicoprofiel van onze gemeente nog ontbreekt. In de afgelopen tijd is samen met een externe partij dit beleid in concept opgesteld en is dit besproken in de auditcommissie in
oktober 2013. In 2014 zal dit ter vaststelling aan de raad worden aangeboden. Deze paragraaf is al wel op deze
(concept) nota gestoeld.
De 7 onderdelen uit de figuur 1 zijn opgenomen in de concept nota “Weerstandsvermogen & risicobeheersing” en
zullen hieronder elk kort worden toegelicht.
In 2013 is gewerkt aan het kwantificeren van de gemeentelijke risico’s. De uitkomsten hiervan zijn besproken in de
auditcommissie in oktober 2013. De verdere implementatie van het risicobeleid en risicobewustzijn is voorzien in
2014 nadat de gemeenteraad het beleid heeft vastgesteld.
2.b.2.2
Risico’s
Doelstellingen – 1
De maatschappelijke effecten/ doelstellingen in de programmabegroting en het gemeentelijk beleid (en de daarvan
afgeleide processen) zijn het uitgangspunt voor het identificeren van risico’s.
Risico’s – 2
Een risico wordt gedefinieerd als de kans op het optreden van een gebeurtenis met een negatief gevolg voor
het behalen van de doelen van de organisatie en/of team.
Risico = kans x gevolg (in €)
Dit is weergegeven in onderstaande matrix:
Figuur 2: Risicomatrix
Maatregelen – 3
Met geïdentificeerde risico’s kun je verschillend omgaan:
-1- De (inherente) risico’s waar géén interne beheersingsmaatregelen voor zijn getroffen dan wel geen voorziening
voor is gevormd of geen verzekering voor is afgesloten (zie bij 3), komen terug bij de rest risico’s (zie bij 4a).
-2- De (inherente) risico’s, waar maatregelen voor zijn getroffen, maken op grond van art. 11 van het besluit begroting en verantwoording géén deel uit van de rest risico’s.
In het algemeen zijn de (inherente) risico’s afgedekt door:
a. een gevormde voorziening;
b. een verzekering bij een derde;
c. interne beheersingsmaatregelen; of
d. de activiteit te vermijden waar het risico aan verbonden is.
Ad. A Voorzieningen
De gemeente heeft op basis van de meerjarige onderhoudsplannen wegen en gebouwen de onderhoudskosten binnen de meerjarenbegroting afgedekt. Daarnaast zijn voorzieningen getroffen voor verplichtingen die bij de gemeente berusten zoals bijvoorbeeld een voorziening voor het verwachte resultaat 2012 en 2013 en de reorganisatiekosten
2014 van de OdrU. Hieronder volgt een totaaloverzicht van de voorzieningen ultimo boekjaar:
Voorzieningen
in euro's
Onderhoudsegalisatie wegen en gebouwen
Overige voorzieningen
Totaal voorzieningen
2009
1.587.577
373.944
1.961.521
2010
1.813.440
350.965
2.164.405
2011
1.734.745
583.442
2.318.187
2012
1.154.787
315.278
1.470.065
2013
1.187.304
145.438
1.332.742
Pagina 67
§2 — Weerstandsvermogen
Jaarstukken 2013
De voorzieningen weergegeven in een grafiek geeft het volgende beeld:
Voorzieningen ultimo boekjaar
€ 2.500.000
€ 2.000.000
€ 1.500.000
€ 1.000.000
€ 500.000
€0
2009
2010
2011
Onderhoudsegalisatie wegen en gebouwen
2012
2013
Overige voorzieningen
Ad. B
Verzekeringen
Een aantal risico’s is verzekerd. Het gaat dan ondermeer om de volgende zaken:
1. Ongevallen van bestuurders en gemeenteambtenaren;
2. Gemeentelijke aansprakelijkheid voor personen- en zaakschade;
3. Aansprakelijkheid van bestuurders;
4. Rechtsbijstand voor gemeenteambtenaren;
5. Bescherming bestuurders; en
6. Verzekeringen voor gemeentelijke voertuigen en werkmaterieel, gemeentelijke gebouwen, instrumenten en
apparatuur en kunstwerken.
De kosten voor deze verzekeringen zijn gedekt binnen de begroting.
Ad. C
Interne beheersingsmaatregelen (IBM)
Door als organisatie een adequaat intern beheersingssysteem op te zetten kunnen risico’s worden beperkt. Hierbij
valt te denken aan het uitvoeren van interne controleonderzoeken, toepassen van functiescheiding en het werken
met checklisten. Deze aspecten hebben de aandacht van het bestuur en het management. Tevens betrekt de externe
accountant deze onderdelen bij de controle van de jaarrekening en voert de rekenkamer van de gemeente Rhenen
periodiek onderzoeken uit.
Rest risico’s – 4a
De risico’s relevant voor de bepaling van het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet zijn of konden
worden ondervangen met beheersmaatregelen (zogenaamde rest risico’s). Bij de rest risico’s zijn er dus
geen beheersmaatregelen actief of kunnen niet geheel effectief zijn (voor de kans en/of het gevolg).
Dit jaar is voor het eerst een gemeentebrede risico-inventarisatie gemaakt waarbij alle teams hun processen hebben
beoordeeld op mogelijke nog niet afgedekte risico’s. De ‘gevonden’ rest risico’s zijn vervolgens ook gekwantificeerd.
Voor een inschatting van zowel de “kans” als het “gevolg” wordt dezelfde indeling gehanteerd als bij risico’s (zie bij
punt 2 hierboven).
Grondexploitaties
In het rapport van bevindingen 2013 vraagt onze accountant blijvende aandacht voor de ontwikkelingen in het
risicoprofiel van onze gemeente. In het bijzonder worden de risico’s genoemd binnen de grondexploitatie, de effecten van de rijksbezuinigingen en de invulling van de decentralisaties. Het financiële risico binnen de grondexploitatie is in vergelijking tot andere gemeenten lager, aangezien onze gemeente voornamelijk een faciliterende rol in de
planexploitaties heeft en ontwikkeling in eigen beheer op beperkte schaal plaatsvindt. Daarnaast worden de grondexploitaties zoals Binnenstad Oost, Het Bosje fase 3 en de vrijkomende locaties in Elst jaarlijks geactualiseerd.
Pagina 68
Jaarstukken 2013
§2 — Weerstandsvermogen
Verbonden partijen
Ten aanzien van de financiële risico’s bij de verbonden partijen is het van belang dat informatie wordt opgenomen
over de financiële positie, eventuele risico’s en de verantwoording daaromtrent. Op deze wijze kan per partij worden
beoordeeld in welke mate de gemeente Rhenen een financieel risico loopt. In de paragraaf Verbonden Partijen is
informatie opgenomen over het financiële belang/ risico. Om de grip op de verbonden partijen te versterken trekt de
financieel adviseur van de gemeente bij de behandeling van de financiële stukken van de verbonden partij vaker
gezamenlijk op met de inhoudelijk beleidsadviseur.
Monte-Carlosimulatie – 4b
Middels een risicosimulatie (de zogenaamde Monte-Carlosimulatie) wordt de benodigde weerstandscapaciteit
berekend aan de hand van de gekwantificeerde rest risico’s [4a]. Op basis van de risicosimulatie wordt (met een
betrouwbaarheidsinterval) berekend welk bedrag er benodigd is om de geïdentificeerde rest risico’s in financiële zin
af te kunnen dekken.
Benodigde weerstandscapaciteit – 4c
De uitkomsten van de Monte-Carlosimulatie tezamen met de concept nota ‘Weerstandsvermogen & risicobeheersing’ worden eerst met de auditcommissie besproken alvorens deze in deze paragraaf worden vermeld.
2.b.2.3
Weerstandscapaciteit
De middelen waarover de gemeente beschikt om de (rest) risico’s die de gemeente loopt af te dekken
mochten zij zich voordoen, wordt de beschikbare weerstandscapaciteit genoemd.
Omvang weerstandscapaciteit
De totale aanwezige weerstandscapaciteit van de gemeente Rhenen bedraagt eind 2013 € 11,0 miljoen. De
weerstandscapaciteit is opgebouwd uit de structurele componenten en incidentele componenten
(zie figuur 3). In onderstaande tabel is de omvang weergegeven:
Weerstandscapaciteit
In euro's
2009
2010
2011
2012
2013
5.211.430 V
3.670.280 V
8.881.710 V
4.091.091 V
3.683.882 V
7.774.973 V
3.393.363 V
4.482.997 V
7.876.360 V
4.547.476 V
4.932.110 V
9.479.586 V
2.388.946 V
5.890.183 V
8.279.129 V
505.797 V
0N
0N
353.194 V
858.991 V
446.675 N
0N
0N
400.984 V
45.691 N
1.031.245 V
0N
0N
447.270 V
1.478.515 V
785.349 V
0N
0N
655.100 V
1.440.449 V
2.111.303 V
0N
0N
590.900 V
2.702.203 V
Totaal aanwezige weerstandscapaciteit (1 = 1a + 1b)
9.740.701 V
7.729.282 V
9.354.875 V
10.920.035 V
10.981.332 V
Vermogen
5a3 - Beklemde deel bestemmingsreserve (incidenteel)
5a4 - Stille reserves (incidenteel)
5a5 - Algemene reserve geblokkeerd (incidenteel)
Totaal latente weerstandscapaciteit (2)
2.482.083 V
P.M.
6.395.624 V
8.877.707 V
2.804.185 V
P.M.
6.395.624 V
9.199.809 V
3.675.187 V
P.M.
6.395.624 V
10.070.811 V
3.797.854 V
P.M.
6.395.624 V
10.193.478 V
5.887.569 V
P.M.
6.395.624 V
12.283.193 V
18.618.408 V
16.929.091 V
19.425.686 V
21.113.513 V
23.264.525 V
Vermogen (1a)
5a1 - Algemene reserve vrij besteedbaar (incidenteel)
5a2 - Bestemmingsreserves onbeklemd (incidenteel)
Exploitatie (1b)
5b1 - Begrotingssaldo (incidenteel)
5b2 - Onvoorzien incidenteel
5b3 - Onvoorzien structureel
5b4 - Onbenutte belastingcapaciteit structureel
Aanwezige + latente weerstandscapaciteit (3 = 1 + 2)
Figuur 3: Weerstandscapaciteit en haar verschillende onderdelen
Pagina 69
§2 — Weerstandsvermogen
Jaarstukken 2013
De totale weerstandscapaciteit in een grafiek weergegeven geeft:
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit een incidentele en structurele component.
De incidentele capaciteit
De incidentele capaciteit bestaat uit de het vermogen om tegenvallers eenmalig op te vangen zonder dat dit
invloed heeft op het voortzetten van het bestaand beleid. De incidentele capaciteit bestaat uit:
 Vrij aanwendbare deel van de algemene reserve – 5a1
Het vrij aanwendbare deel van de algemene reserve is volledig beschikbaar om onverwachte incidentele tegenvallers
te kunnen opvangen omdat de raad daaraan geen specifieke beleidsbestemming heeft gekoppeld. De algemene
reserve wordt gebruikt voor de egalisatie van exploitatietekorten en exploi-tatie-overschotten. Daarnaast wordt de
algemene reserve ingezet voor ongedekte eenmalige lasten waar een raadsbesluit aan ten grondslag ligt.
 Niet beklemde deel van de bestemmingsreserves – 5a2
Het niet beklemde deel van de bestemmingsreserves is volledig beschikbaar om onverwachte incidentele tegenvallers te kunnen opvangen, omdat deze reserves niet structureel zijn ingezet in de begroting. Over het algemeen
betreft het reserves met een spaar/- egalisatiemotief.
 Beklemde deel van de bestemmingsreserves – 5a3
Het beklemde deel van de bestemmingsreserves is niet beschikbaar om onverwachte incidentele tegenvallers te
kunnen opvangen, omdat deze reserves structureel zijn ingezet in de begroting. Over het algemeen betreft het
reserves met een spaar-/egalisatiemotief.
 Stille reserves – 5a4
Deze reserves zijn meerwaarden van activa die laag of tegen nul zijn gewaardeerd, maar direct verkoopbaar zijn
als dat gewenst is. Van een stille reserve wordt dus pas uitgegaan als activa niet duurzaam aan de bedrijfsuitoefening zijn verbonden. De meeste gemeentelijke eigendommen zoals schoolgebouwen, sportvelden en het
gemeentehuis worden gebruikt voor de uitvoering van gemeentelijke taken (en zijn dus duurzaam verbonden aan
de bedrijfsuitoefening). Als gemeente hebben wij slechts een beperkt aantal activa in bezit die niet duurzaam aan
de bedrijfsuitoefening verbonden zijn (bijvoorbeeld verhuurde gronden, de woning aan de Kerkstraat e.d.). Op dit
moment ontbreekt een volledig inzicht in de stille reserves en daarom zijn bij de berekening van de weerstandscapaciteit deze reserves als p.m. opgenomen. Overigens is het in deze tijd van economische crisis ook nog maar de
vraag of deze eigendommen inderdaad direct verkoopbaar zijn en zo snel voor liquide middelen zorgen.

 Algemene reserve geblokkeerd – 5a5
Een deel van de algemene reserve heeft de gemeente Rhenen geblokkeerd omdat de rente over dit geblokkeerde
deel ten gunste van de exploitatie komt. Deblokkeren van dit deel van de algemene reserve betekent dat deze
betrokken kan worden bij de bepaling van de omvang van de beschikbare weerstandscapaciteit. Dit betekent
echter ook dat er een structureel tekort in de exploitatie ontstaat ter grootte van de rentecomponent. 
Pagina 70
Jaarstukken 2013
§2 — Weerstandsvermogen
 Jaarrekeningresultaat – 5b1
Het resultaat van de jaarrekening 2013 kan incidenteel ingezet worden ter dekking van risico’s.
 Onvoorzien incidenteel – 5b2
De post onvoorzien incidenteel, die in de begroting is opgenomen ter dekking van optredende risico’s, bedraagt
€ 40.000. Deze is post kan incidenteel ingezet worden ter dekking van risico’s. Bij het opstellen van de jaarrekening is
het restant van deze post onderdeel van het jaarrekeningresultaat. Dit jaar is dat € 40.000.
De structurele capaciteit
De structurele capaciteit bestaat uit de middelen die blijvend ingezet kunnen worden om tegenvallers in de
begroting op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van het meerjarig beleid. De structurele capaciteit bestaat uit:
 Onvoorzien structureel – 5b3
De post onvoorzien structureel, die in de begroting is opgenomen ter dekking van optredende risico’s bedraagt
€ 11.500. Deze post kan structureel ingezet worden ter dekking van risico’s. Bij het opstellen van de jaarrekening is
het restant van deze post onderdeel van het jaarrekeningresultaat. Dit jaar is dat € 11.500.
 Onbenutte belastingcapaciteit – 5b4
Hiermee wordt bedoeld de financiële ruimte tussen de feitelijke opbrengsten uit belastingen en heffingen en de
opbrengsten die de gemeente zou ontvangen op basis van de uitgangspunten die het rijk hanteert voor de
zogenaamde artikel 12 status in de Financiële Verhoudingswet. Het rijk hanteert bij het toekennen van de ze status
de volgende uitgangspunten:
 alle rechten, heffingen en leges dienen kostendekkend te zijn vastgesteld; en
 het tarief voor de OZB moet voor 2013 zijn vastgesteld op 0,1540% (tarief wordt jaarlijks gepubliceerd in mei/
junicirculaire). De onbenutte belastingcapaciteit is het verschil tussen dit tarief en het tarief OZB eigendom
woningen zoals dat in de legesverordening van de gemeente is gepubliceerd. Voor 2013 is de onbenutte belastingcapaciteit € 590.900.
2.b.2.4
Weerstandsvermogen
Weerstandsvermogen – 6a
Het weerstandsvermogen geeft de relatie aan tussen de risico’s waar géén maatregelen voor zijn getroffen (rest risico’s) en de capaciteit die de gemeente Rhenen heeft om die niet begrote kosten op te vangen
volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), artikel 11.
Ratio weerstandsvermogen – 6b
Dit wordt als volgt weergegeven:
Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit
Benodigde weerstandscapaciteit
De gemeenteraad zal nog een uitspraak moeten doen over de gewenste ratio. De ratio kan ingedeeld
worden volgens onderstaande waarderingstabel:
Waarderingscijfer
A
B
C
D
E
F
Ratio weerstandsvermogen
1,4
1,0
0,8
0,6
≥ 2,0
≤x<
≤x<
≤x<
≤x<
< 0,6
2,0
1,4
1,0
0,8
Betekenis
Uitstekend
Ruim voldoende
Voldoende
Matig
Onvoldoende
Ruim onvoldoende
Liquiditeiten – 7
Mocht zich overigens een onvoorzien (groot) incident voordoen zullen de daaruit voortvloeiende kosten (vrijwel
direct) betaald moeten worden uit de liquide middelen. Indien de liquide middelen niet toereikend zijn zal er extra
geleend moeten worden hetgeen extra rentelasten met zich meebrengt (waarvoor dekking gevonden dient te
worden) en de solvabiliteit (en ratio weerstandsvermogen) negatief beïnvloedt. Daarbij is het ook de vraag of onze
investeringrsruimte (EMU-saldo) voldoende is en of de regels vanuit de wet Hof ons niet belemmeren. Als er geen
dekking wordt gevonden (of de wet Hof zou knellen), dan dienen andere keuzes gemaakt te worden: bijvoorbeeld
bepaalde investeringen niet doen of vertragen.
Pagina 71
§3 — Onderhoud kapitaalgoederen
2.b.3
2.b.3.1
Jaarstukken 2013
§3 — Onderhoud kapitaalgoederen
Inleiding
Met het onderhoud van kapitaalgoederen is een
substantieel deel van de begroting gemoeid. Aangezien
de uitgaven voor onderhoud van kapitaalgoederen op
diverse beleidsvelden voorkomen, is deze paragraaf van
belang voor een goed inzicht in de financiële positie.
Kapitaalgoederen zijn investeringen met een langdurig
economisch of maatschappelijk nut. Bij kapitaalgoederen kunnen we denken aan wegen, riolering,
water, groen, gebouwen, automatisering en
inventarissen (zgn. materiële activa). Al deze kapitaalgoederen dienen “onderhouden” te worden.
De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud
ervan zijn bepalend voor het voorzieningenniveau en de
jaarlijkse lasten.
In deze paragraaf worden (overeenkomstig het Besluit
Begroting en Verantwoording (BBV) voor de kapitaalgoederen wegen, riolering, water, groen en gebouwen
het beleidskader en de financiële consequenties
aangegeven. Het beleid van de gemeente Rhenen voor
deze kapitaalgoederen is onder andere opgenomen in de
volgende nota’s:
Overzicht beleidsnotities kapitaalgoederen
Nota
(beeld)kwaliteitsplan (herijkt)
Openbare Ruimte
Notitie rationeel wegbeheer
Wegen
Vervolgnotitie wegbeheer
Verkeersstructuurplan
verbreed Gemeentelijk rioleringsplan
Riolering
Groen
Groenvisie
Landschapsbeleidsplan (geevalueerd)
Gebouwen
Voorziening onderhoud gemeentelijke gebouwen
Jaar
2011
2008
2011
2011
2009
2009
2008
2008
2.b.3.2 Wegen
Het beleidskader
Het beleid voor het onderhoud van de wegen is vastgelegd in de notitie Rationeel wegbeheer(2008). Dit
beleid is er op gericht om met als uitgangspunten:
veiligheid, bereikbaarheid, berijdbaarheid en duurzaamheid, de verhardingen in Rhenen op de meest economische manier in stand te houden.
Het onderhoud is gericht op het in stand houden van
verhardingen binnen de bestaande weginrichting.
Door de jaren heen kan de functie/het gebruik van een
weg wijzigen. Dit wordt beschreven in het Verkeersstructuurplan. Bij het plannen van het onderhoud wordt
hiermee rekening gehouden. Dit leidt in die gevallen tot
een projectmatige aanpak.
Integrale projecten
Integrale projecten ontstaan op het moment dat
onderhoud en nieuw beleid op elkaar afgestemd worden. Bij de afstemming van onderhoud aan wegen en
riolering wordt de uitwerking van beleid op gebied van
waterplan en verkeersstructuur plan meegenomen.
Dit leidt tot een meerjarenplanning voor projecten in de
openbare ruimte.
In 2013 zijn de volgende projecten uitgevoerd:
 de rioolvervanging en herinrichting van
de Zuidwal en Bontekoestraat
 Rioolvervanging, inclusief herinrichting
van de Achterbergsestraatweg – Spoorbaanweg
Pagina 72
 Rioolvervanging, inclusief herinrichting
van een gedeelte van de Platanenlaan
 De herinrichting van de Cuneraweg
(2e fase strengstudie) tussen de N233 en
de N416
De voorbereiding van de herinrichting van de
Herenstraat is in 2013 afgerond. Om de overlast te
beperken is besloten de uitvoering hiervan gelijk te laten
lopen met de nieuwbouw van de Cuneraschool in 2014.
In 2013 heeft de voorbereiding plaatsgevonden van de
herinrichting van de Nieuwe Veenendaalseweg.
Financiële consequenties
Voor het groot onderhoud van de infrastructuur is een
voorziening wegonderhoud gevormd. In 2013 wordt in
deze voorziening een bedrag van € 206.120 gestort,
bepaald op basis van het meerjarenplan, waaruit de kosten voor groot onderhoud kunnen worden betaald. Dit
betreft het reguliere groot onderhoud. Reconstructies
worden betaald uit het groot onderhoudsbudget en uit
de vervangingsinvesteringen wegen (herinrichting weg).
Door afstemming van de meerjarenonderhoudsplanning
wegen en riolering en de meerjarenplanning verkeer
worden deze middelen samengevoegd om een
maximaal effect van de aanpassingen/werkzaamheden
te bereiken. Voor 2013 is een gedeelte van het budget
voor groot onderhoud wegen (€110.000) gekoppeld aan
diverse investeringsbudgetten. Omdat de realisatie van
deze projecten later plaatsvindt is er in 2013 minder ten
laste van groot onderhoud gebracht dan begroot.
Jaarstukken 2013
§3 — Onderhoud kapitaalgoederen
Onderstaande tabel geeft een overzicht van:
 de voorgenomen en werkelijke gedane investeringen in projecten wegen;
 de begrote en werkelijke kosten groot onderhoud wegen. De kosten voor groot onderhoud wegen
bedroegen voor 2013 € 107.543; en
 de overige beheers- en onderhoudskosten wegen. Deze kosten zijn alle overige kosten van wegen
waaronder de ambtelijke kosten. Investeringen in wegen
in euro's
Investeringen
Kapitaallasten *
Lasten:
Groot onderhoud
Overige beheers- en onderhoudskosten
2.b.3.3
Begr. 2013 na wijziging
525.000
0
Werkelijk 2013
414.725
0
267.000
335.064
107.543
337.594
Riolering
Het beleidskader
De gemeente is wettelijk verplicht om zorg te dragen
voor de inzameling en het transport van afvalwater
binnen haar grondgebied, hemelwater af te voeren en
overlast van grondwater zoveel mogelijk te beperken.
Deze zorgplichten zijn verder uitgewerkt en verantwoord in het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan
(vGRP). In 2009 is een verbreed GRP vastgesteld voor de
periode 2009-2013. Het huidige vGRP is verlengd voor
een jaar. In 2014 wordt er een nieuw vGRP opgesteld.
De verbeteringen en onderhoud van de riolering heeft in
2013 conform de kaders van het vGRP plaatsgevonden.
In 2013 zijn de volgende projecten voorbereid en/of
afgerond:
 Rioolvervanging en herinrichting Zuidwal/
Bontkoestraat
 Rioolvervanging en herinrichting Platanenlaan
 Rioolvervanging en herinrichting
Achterbergsestraatweg/Spoorbaanweg
 Voorbereidingen rioolvervanging Ribeslaan met
Goudregenplantsoen
 Voorbereidingen rioolvervanging Molenstraat
De uit te voeren maatregelen zoals afgesproken in het
afvalwaterakkoord dat de gemeente Rhenen heeft
ondertekend samen met de waterschappen,
Investeringen in Riolering **
in euro's
Investeringen
Kapitaallasten *
Lasten:
Overige beheers- en onderhoudskosten
gemeente Utrechtse Heuvelrug en Rijkswaterstaat is
grotendeels afgerond. De laatste maatregel is in 2013
herzien en besloten is om deze maatregel niet uit te
voeren omdat het niet het gewenste resultaat zal
opbrengen. Momenteel zijn alternatieve maatregelen
besproken waarbij alleen nog de goedkeuring van
Rijkswaterstaat nodig is. De rioolvervanging Zwarte weg
zal hierin worden meegenomen. Beheersmatig zijn er
onder andere drie minigemalen vervangen.
Financiële consequenties
Onder rioleringszorg valt zowel het dagelijks beheer als
de investeringslasten van de renovaties, vervangingen
en verbeteringen van de rioleringen. De financiering van
de rioleringszorg wordt gedekt uit de rioolheffing.
Voor de investeringen in riolering zijn bedragen
beschikbaar die overeen komen met het bijgestelde
Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP).
Onderstaande tabel geeft een overzicht van:
 de voorgenomen en werkelijke gedane
investeringen in projecten riolering
 de overige beheers- en onderhoudskosten
riolering.
Deze kosten zijn alle overige kosten van riolering,
waaronder de ambtelijke kosten.
Begr. 2013 na wijziging
1.068.500
0
Werkelijk 2013
548.500
0
546.433
512.577
*
De kapitaallasten worden bij het nieuwe investerings- en afschrijvingsbeleid berekend in het jaar volgend op het jaar waarin het actief in
gebruik is genomen. Dat betekent dat er van wordt uitgegaan dat de voorgenomen investeringen in 2013 in 2014 tot kapitaallasten leiden
** De bedragen zijn in verband met het BTW-compensatiefonds, voor zover van toepassing, exclusief BTW. Het tarief van de rioolheffing is
echter gebaseerd op bedragen inclusief BTW
Pagina 73
§3 — Onderhoud kapitaalgoederen
2.b.3.4
Jaarstukken 2013
Water
Het beleidskader
Financiële consequenties
In het waterplan van de gemeente Rhenen “Een berg
water” wordt het watersysteem en de waterketen
behandeld. Een belangrijke uitgangspunt van het
waterplan is het afkoppelen van hemelwater. Het doel
van dit plan is het realiseren van een gezond en
veerkrachtig watersysteem in de gemeente met het oog
op een aantrekkelijke en gezonde leefomgeving. In het
verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan worden de
zorgplichten voor afvalwater, hemelwater en
grondwater geconcretiseerd. In het vGRP zijn ook de
uitgangspunten van het waterplan meegenomen.
De kosten die voortvloeien uit het waterplan worden
vanuit de rioolheffing gefinancierd. Dit is mogelijk
geworden door dat de rioolheffing gebruikt mag worden
om ook grondwater- en hemelwaterproblematiek aan te
pakken. Daarnaast worden veel maatregelen die in het
plan genoemd worden, direct vanuit andere beleidsplannen gefinancierd.
2.b.3.5
Groen
Het beleidskader
Financiële consequenties
In de groenvisie 2009 staat verwoord hoe we in de
komende 10 jaar omgaan met het openbaar groen
binnen de gemeente Rhenen. De groenvisie dient een
beleid- en beheerinstrument te zijn waarin aangegeven
wordt op welke wijze het gemeentelijk groen in de
komende jaren verder ontwikkeld en beheerd kan
worden. Dit met de huidige inzichten en wet- en
regelgeving. Het groen binnen de gemeente Rhenen
wordt op beeldkwaliteit beheerd. Het beheer van alle
beheerelementen, bijvoorbeeld bomen, gras, bodembedekkers, vindt plaats op het niveau basis. Het beheerelement wordt op laag niveau beheerd.
De investeringsbedragen zijn gebaseerd op de groenvisie
2009. Voor 2013 waren er een aantal vervangingen van
lanen, Platanenlaan en Eikenlaan, voorbereid.
Vervanging van laanbeplanting worden integraal met
een reconstructie van de weg of rioolvervanging
opgepakt. In 2013 zijn, bij wegen en riolering, projecten
uitgevoerd aan wegen waar geen bomen staan.
Waardoor er geen investeringen in laanbeplantingen
hebben plaatsgevonden. In 2013 is het project renovatie
aan de Donderberg voorbereid en gestart.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van:
 de voorgenomen en werkelijke gedane
investeringen in projecten groen
 de overige beheers- en onderhoudskosten wegen
De kosten voor groen bestaan uit de kosten bossen,
bomen, gras en bermen, beplanting, groenafval en
overige natuurbescherming en ambtelijke kosten.
Investeringen in Groen
in euro's
Investeringen
Kapitaallasten *
Lasten:
Overige beheers- en onderhoudskosten
*
Begr. 2013 na wijziging
77.870
0
Werkelijk 2013
19.015
0
831.598
792.290
De kapitaallasten worden bij het nieuwe investerings- en afschrijvingsbeleid berekend in het jaar volgend op het jaar waarin het actief in
gebruik is genomen. Dat betekent dat er van wordt uitgegaan dat de voorgenomen investeringen in 2013 in 2014 tot kapitaallasten leiden
Pagina 74
Jaarstukken 2013
2.b.3.6
§3 — Onderhoud kapitaalgoederen
Gebouwen
Het beleidskader
Financiële consequenties
Voor het groot onderhoud aan de gemeentelijke
gebouwen ligt een beheerplan gebouwen ten grondslag.
In dit beheerplan staan de jaarlijkse onderhoudsactiviteiten per gebouw die tot doel hebben om het
gebouw en de installaties in een toestand te houden die
voor het dagelijks functioneren noodzakelijk is. Voor het
beheer en onderhoud van deze gemeentelijke gebouwen
is een meerjarenonderhoudsplan (mjop) aanwezig.
De kosten voor groot onderhoud van alle gebouwen
zijn berekend in het mjop. Vanaf 2013 zijn deze
kosten berekend voor een periode van 20 jaar. Het
gemiddelde van de totale kosten over een periode van
20 jaar bedroeg in 2013 € 384.263. Dit bedrag is in
2013 aan de voorziening groot onderhoud gebouwen
toegevoegd.
Voor de periode 2013 stonden meerdere projecten in
planning. Deze projecten waren onder andere:
 Groot onderhoud aan de Cuneratoren. In 2013 is
de steiger rondom de Cuneratoren geplaatst. Dit
was noodzakelijk om de veiligheid in de omgeving
te garanderen in verband met omlaag vallende
stenen en het vaststellen van de exacte schade
aan de toren. Ook is in 2013 het restauratieplan
opgesteld en heeft er een aanbesteding
plaatsgevonden ten behoeve van het formeren
van een bouwteam
 In 2013 heeft het merendeel van de werkzaamheden aan de stadsmuren plaatsgevonden. In
2014 staat nog een klein gedeelte van de
herstelwerkzaamheden gepland.
De werkelijke onderhoudskosten bedroegen voor
2013 € 428.976. Begroot was een bedrag van
€ 797.308. Het verschil van € 368.332 wordt met
name veroorzaakt door de uitgaven aan de
Cuneratoren. In 2013 is er nog geen daadwerkelijke
start gemaakt met de restauratie van de Cuneratoren.
De niet gemaakte kosten voor de Cuneratoren in 2013
worden doorgeschoven naar 2014 voor de huur
danwel koop van de steiger in de komende jaren.
Pagina 75
§4 — Financiering
2.b.4
2.b.4.1
Jaarstukken 2013
§4 — Financiering
Inleiding
Treasury is een bedrijfsproces dat erop is gericht de
financiering- en het kasstroommanagement (cashflow)
te optimaliseren, en te waarborgen dat het bedrijf
tegemoet kan komen aan zijn verplichtingen aan
schuldeisers. De uitvoering van de treasury vindt zijn
weerslag in de paragraaf financiering die in de begroting
en de jaarrekening wordt opgenomen. In de begroting
behandelt de paragraaf de plannen van het treasurybeleid. In de jaarrekening gaat de paragraaf in op de
resultaten van het treasurybeleid.
2.b.4.2
Door middel van de kasgeldlimiet wordt een grens
gesteld aan de mogelijkheid om lopende uitgaven kort
te financieren, en daarmee wordt dan het risico beperkt.
De kasgeldlimiet wordt bepaald op basis van een vastgesteld percentage door het Rijk (8,5%) van het
begrotingstotaal. De provincie houdt hierop toezicht.
Renterisiconorm
Lange financiering vormt een integraal onderdeel van
het lange termijn investeringsbeleid. Het toezicht op de
renterisico’s is van te voren goed beheersbaar. Dit kan
worden bereikt door informatie over rente en leningen
actueel en transparant te krijgen. Verder is het van groot
belang om een spreiding van looptijden in de leningenportefeuille te realiseren. Het renterisico uit hoofde van
renteherzieningen en herfinanciering van leningen
wordt dan in voldoende mate beperkt.
Het volgende overzicht geeft inzicht in de samenstelling,
grootte en rentegevoeligheid van de opgenomen
leningen.
Leningenportefeuille 2013
a) Stand per 1 januari
b) Nieuwe leningen
c) Reguliere aflossingen
d) Vervroegde aflossingen
e) Renteaanpassingen
f) Stand per 31 december (a+b-c-d)
Bedrag (in €)
Gemiddelde
rentevoet
29.235.641
4,82%
0
1.199.395
0
0
0,00%
4,91%
28.036.246
4,82%
Uit dit overzicht blijkt dat er geen renteherzieningen
hebben plaatsgevonden in 2013. Bij de herstructurering
van de leningenportefeuille van de BNG in 2006 is
gekozen voor een rentevastperiode van 30 jaar
waardoor er geen renteherzieningen meer zullen
plaatsvinden in deze portefeuille gedurende de looptijd.
De gemiddelde rentevoet blijft gedurende de restlooptijd 4,82%.
Pagina 76
De Wet Fido (Financiering Decentrale Overheden) geeft
twee verplichte richtlijnen voor de bewaking en
beheersing van renterisico’s: de kasgeldlimiet voor korte
financiering (< 1 jaar) en de renterisiconorm voor de
lange financiering.
Kasgeldlimiet
Juist voor korte financiering (tijdelijke liquiditeitstekorten voor lopende uitgaven opvangen) geldt dat het
renterisico aanzienlijk kan zijn. Fluctuaties in de korte
rente hebben direct een relatief grote impact op de
rentelasten.
2.b.4.3
Onder renterisico wordt verstaan de mate waarin het
saldo van rentelasten en rentebaten veranderd door
wijzigingen in het rentepercentage voor zowel de korte
als voor de lange financiering. Het is de bedoeling grote
fluctuaties in de rentelasten, die mogelijk consequenties
hebben voor de financiële positie, te vermijden.
Verder heeft de gemeente een SVn Plus Lening bij het
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting. De looptijd van
deze lening bedraagt maximaal 10 jaar. De eerste
aflossing op deze lening vindt plaats in 2015.
Met behulp van de renterisiconorm wordt bepaald welk
renterisico de gemeente loopt op haar vaste schuld
(leningen met een looptijd van langer dan één jaar). De
Renterisiconorm is bepaald op 20% van het begrotingstotaal. Dat wil zeggen dat de jaarlijkse verplichte
aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen
bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Hierbij is
een minimumbedrag bepaald van € 2,5 miljoen. Het
uitgangspunt van de renterisiconorm is het beheersen
van de renterisico’s op langlopende schulden.
Renterisico
in euro's
2013
2014
2015
2016
1a) Renteherziening op vaste schuld o/g
0
0
0
0
1b) Renteherziening op vaste schuld u/g
0
0
0
0
1c) Netto renteherziening (1a - 1b)
0
0
0
0
2) Aflossingen
1.199.395
1.199.395
1.285.225
1.303.815
3) Renterisico (1c + 2)
1.199.395
1.199.395
1.285.225
1.303.815
Renterisiconorm
Begrotingstotaal
Vastgesteld percentage (20%)
33.189.569
33.309.757 33.637.750 33.616.915
20%
20%
20%
20%
6.637.914
6.661.951
6.727.550
6.723.383
5) Renterisiconorm (minimum € 2.500.000)
6.637.914
6.661.951
6.727.550
6.723.383
Renterisico
1.199.395
1.199.395
1.285.225
1.303.815
Ruimte (+) / Overschrijding (-) (4 - 3)
5.438.519
5.462.556
5.442.325
5.419.568
4) Renterisiconorm
Toets Renterisiconorm
Het renterisico op de vaste schuld is gedurende 2013
ruim onder de renterisiconorm gebleven.
Jaarstukken 2013
2.b.4.4
§4 — Financiering
Schatkist bankieren
Op 15 december 2013 is voor de gemeente Rhenen
schatkistbankieren van kracht geworden. De Wet Fido is
hiervoor aangepast. Onderdeel van deze verplichte wet
is dat de gemeente Rhenen een rekeningcourantovereenkomst met de Staat der Nederlanden
moet aangegaan (schatkist).
financieringsbehoefte van het Rijk, omdat zij minder
hoeven te financieren op de markt. Dit vertaalt zich
direct in een lagere staatsschuld. Een ander belangrijk
gevolg van deelname aan schatkistbankieren is een
verdere vermindering van de beleggingsrisico’s waaraan
decentrale overheden worden blootgesteld.
De wet verplicht dat alle decentrale overheden hun
overtollige (liquide) middelen aan te houden in deze
schatkist. Het woord ‘overtollig’ verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig
hebben voor de publieke taak.
Overigens de gemeente Rhenen behoudt, op basis van
de wet Fido, de mogelijkheid om leningen te verstrekken
en uitzettingen te verrichten uit hoofde van haar
publieke taak. De deelname aan schatkistbankieren
verandert daar niets aan.
Deelname van de decentrale overheden aan schatkistbankieren draagt bij aan een lagere EMU-schuld van de
collectieve sector (Rijk en decentrale overheden
gezamenlijk). Schatkist bankieren vermindert de externe
2.b.4.5
Financieringspositie
Financieringspositie 2013
in euro's
1-1-2013
31-12-2013
52.214.706
53.253.130
Te financieren
Boekwaarde vaste activa
Boekwaarde voorraad gronden
675.557
2.556.737
52.890.263
55.809.867
Stand van reserves
19.673.065
20.582.646
Saldo jaarrekening
2.111.207
1.566.493
Stand van voorzieningen
1.470.064
1.269.258
Totale boekwaarde
Financieringsmiddelen
Stand vreemd vermogen lang
Beschikbare financieringsmiddelen
Financieringsoverschot resp. -tekort
2.b.4.6
29.235.641
28.036.246
52.489.977
51.454.643
-400.286
-4.355.224
Solvabiliteit
De solvabiliteit is de mate waarin een organisatie
(gemeente) op langere termijn aan haar totale
verplichtingen kan voldoen. Dit wordt uitgedrukt als een
percentage van het eigen vermogen ten opzichte van
het totaal vermogen.
Solvabiliteit per 1-1-2013
In het bedrijfsleven ligt de kritische grens bij 10%. Voor
de (lokale) overheid is dat anders. Gemeenten zijn in
principe altijd in staat om aan haar verplichtingen te
voldoen.
Solvabiliteit per 31-12-2013
Eigen vermogen
Totaal vermogen
Eigen vermogen
Totaal vermogen
=
=
21.784.272
x 100%
57.886.499
22.149.139
x 100%
59.520.385
=
38%
=
37%
Pagina 77
Pagina 78
Jaarstukken 2013
2.b.5
§5 — Bedrijfsvoering
2.b.5.1
Algemeen
Met bedrijfsvoering worden alle ondersteunende
activiteiten bedoeld die nodig zijn om de inzet in de
inhoudelijk programma's mogelijk te maken. De
bedrijfsvoering bestaat o.a. uit de onderdelen personeel
en organisatie, informatisering en automatisering,
communicatie en financieel beheer. De bedrijfsvoering
was traditioneel een intern gericht organisatieonderdeel. Aangezien burgers tegenwoordig andere
eisen stellen aan de overheid hebben wij de bedrijfsvoering meer extern gericht. Zo kan de burger rekenen
op een gemeente die betrouwbaar, transparant en
2.b.5.2
§5 — Bedrijfsvoering
responsief is. Die eisen vragen een bepaalde cultuur,
organisatiestructuur, niveau van automatisering en
communicatie.
Hieronder staan de speerpunten van bedrijfsvoering in
de komende jaren, onderverdeeld in vijf categorieën;
dienstverlening, organisatie, financiën,
(geo)informatisering en automatisering en
human resource management.
Dienstverlening
Dienstverlening
Iedereen in onze organisatie werkt aan één of meerdere
klantvragen. In het visiedocument ‘Wat kan ik voor u
betekenen 2.0?’ wordt uitgegaan van een sortering naar
drie type klantvragen: individuele klantvragen,
collectieve klantvragen en interne klantvragen. Tot 2015
is het noodzakelijk dat de dienstverlening voor elk van
deze drie klantvragen in ontwikkeling is en blijft. Ons
gemeenschappelijk uitgangspunt is de persoonlijke
aandacht van ons voor de klant en onze intentie om het
prettig en goed met en voor hem te regelen.
Ontwikkeling individuele klantvraag:
Rhenense publieksvraag
Bij de individuele klantvraag gaat het om transacties of
informatievragen over individuele levenssituaties. Wij
noemen dit de Rhenense publieksbalie (= het Rhenens
antwoord op het concept van het klantcontactcentrum).
De gemeente Rhenen is in 2008 gestart met de
verbetering van de dienstverlening. Dit is tot uiting
gekomen in de documenten “Rhenen, dat ben ik” en
“Wat kan ik voor u betekenen 1.0 en 2.0?”. We slaan dus
eigenlijk geen nieuwe weg in, maar ontwikkelen de
dienstverlening door naar één centrale ingang voor alle
vragen, producten en diensten. Het gaat hier om drie
kanalen: telefonie, balie en digitale dienstverlening. Bij
de frontoffice komen alle vragen van de burgers en
bedrijven binnen. Bij de frontoffice is informatie
beschikbaar die nodig is voor de afhandeling van 80%
van het klantcontact. Deze informatie komt uit één
gegevensbron. De frontofficemedewerker kan zien of de
burger al eerder contact heeft gehad met de gemeente.
Het maakt voor de burger niet uit welk kanaal hij kiest;
de vraag hoeft maar één keer te worden gesteld en het
antwoord is juist en volledig.
In dit project zijn twee begrippen van belang:
“Waardevol en persoonlijk”.
Het jaar 2013 heeft in het teken gestaan van de
voorbereiding en implementatie van de Rhenense
Publieksbalie: begin 2014 is de balie operationeel.
Collectieve klantvraag:
In Actie Met Rhenen
De wereld om ons heen verandert. Door de economische
crisis doen we noodgedwongen meer met minder. De
participatiesamenleving, waarin burgers voor elkaar
klaar staan, groeit. De nieuwe plannen over het Sociaal
Domein zijn daar goede voorbeelden van. De
verzorgingsstaat ontwikkelt zich door naar een
doe-het-zelf-benadering, waarbij de mensen niet langer
de dragers van problemen zijn, maar vooral de eigenaars
van de oplossingen. Van burgers die zorg of
ondersteuning nodig hebben wordt verlangd dat ze in
eerste instantie zelf bedenken hoe ze hun gezondheid
en welzijn zo goed mogelijk op peil houden. Dit vraagt
om een nieuwe rol van de ambtenaren. Aansluiting
zoeken bij bestaande netwerken zoals de wijkcomités,
de ondernemersvereniging of de sportvereniging. Weten
wat er bij mensen in de buurt leeft! We zijn hard bezig
met, met name in het sociaal domein, het verkennen
van interactieve besluitvormingsprocessen met de
maatschappij. Dit heeft geresulteerd in wereldcafés met
professionals zoals huisartsen en verpleegkundigen,
maar ook met inwoners en jongeren. Kennisdeling en
contact maken zijn hier de belangrijkste doelen. Om de
buitenwereld te bereiken hebben we intensief gebruik
gemaakt van social media, zoals Twitter en Facebook. In
een half jaar tijd zijn onze volgers op beiden platforms
met grote aantallen vermeerderd, waardoor ons bereik
groter is geworden.
Interne klantvraag:
Ondersteuning, gewoon goed!
Bij “Ondersteuning, gewoon goed!” draait het erom dat
de interne dienstverlening zodanig is, dat alle andere
spelers hun aandacht op hun primaire taak kunnen
blijven richten. Op deze manier leveren de interne teams
een indirecte bijdrage aan een goede externe dienstverlening. Het gaat om o.a. werkwijze en gebruik van
software, applicaties, kennissystemen, hulpmiddelen,
administratie, planning en verantwoording,
werkplannen, ondersteuning en advisering.
Pagina 79
§5 — Bedrijfsvoering
2.b.5.3
Jaarstukken 2013
Organisatie
Teamgericht werken
Het teamgericht werken is een continue proces en
wordt, onder externe begeleiding, als coproductie tussen
de manager en de teamleden (het team) vormgegeven.
In 2013 tekende zich een omslag in vormgeving aan; er
ontstond de behoefte om de teamontwikkeling te
koppelen aan de organisatievisie 2020 en de Rhenense
publieksbalie. Een groep medewerkers heeft dit
opgepakt en een advies aan het IMT voorbereid. Door
middel van de wereldcafé methode zijn zo’n
20 medewerkers en het management gevraagd naar
hun ervaringen en beleving met teamontwikkeling.
Hieruit is een bijstelling van de aanpak naar voren
gekomen. Meer maatwerk per team is de wens; de
ontwikkeling naar meer richting procesgerichte
activiteiten , zoals workshops waarop ingeschreven kan
worden.
Binnen deze taakvelden is bijvoorbeeld recentelijk een
regionale gebiedsvisie vastgesteld. Het mobiliteitsfonds
is opgericht, waaruit onder andere de verkeerssituatie
rond de Rijnbrug mede wordt gefinancierd. Daarnaast
zijn er nog tal van projecten waar Rhenen in meer of
mindere mate (financieel) in participeert. Ook is er een
convenant gesloten met het overgrote deel van de
gemeenten in de Food Valley waarin afgesproken is dat
er sprake is van 1 interne arbeidsmarkt. Dit om de
mobiliteit van medewerkers te bevorderen en talent
voor de regio te behouden. We geven hiermee ook
invulling aan de term goed werkgeverschap.
Samenwerking met andere gemeenten
Samenwerken op het gebied van belastingen
In 2013 is in 2 ronden verkennend onderzoek gedaan
naar een mogelijke verdergaande samenwerking op het
gebied van belastingen tussen de gemeenten Ede,
Renswoude, Rhenen en Veenendaal (ERRV).
Het betreft met name het gezamenlijk uitvoeren van het
heffen en innen van gemeentelijke belastingen en de
uitvoering van de WOZ. In het verkennende onderzoek
wordt ook gekeken naar een mogelijke gezamenlijke
uitbesteding aan een derde partij. Bij het onderzoek zijn
medewerkers actief betrokken. De 2e ronde van het
verkennende onderzoek wordt in februari 2014
afgerond, waarna op bestuurlijk niveau keuzes gemaakt
moeten worden of en hoe samenwerking verder vorm te
geven. Gezamenlijk uitvoering kan op zijn vroegst
gestart worden vanaf 2015.
Samenwerken in de Regio
In steeds hoger tempo komen er ontwikkelingen op ons
af die ervoor zorgen dat wij als organisaties de samenwerking willen en moeten zoeken. Het kabinet heeft
met de gemeenten afgesproken om zoveel mogelijk
congruente (niet overlappende) samenwerkingsverbanden te vormen ter versterking van de uitvoeringskracht. Samenwerken in grotere verbanden is voor onze
gemeenten niet nieuw. We maken onder andere deel uit
van Food Valley.
De regio Food Valley is een samenwerkingsverband op
grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen,
tussen acht gemeenten. Deze gemeenten zijn Barneveld,
Ede, Nijkerk, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel,
Veenendaal en Wageningen. De taakvelden waar we het
afgelopen jaar aan hebben gewerkt zijn:
 Economie en Werkgelegenheid
 Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
 Verkeer en Vervoer
 Duurzaamheid
2.b.5.4
Financiën
De financiële positie van onze gemeente staat, door
bezuinigingen bij het Rijk, nog steeds fors onder druk.
Bezuinigingen zijn daardoor ook voor onze gemeente
onontkoombaar.
Pagina 80
Rhenen is inclusief Food Valley onderdeel van ongeveer
60 samenwerkingsvormen waarvan het overgrote deel
samen met Renswoude en Veenendaal.
Samenwerking op het gebied van ICT
De samenwerking op het gebied van ICT met
Veenendaal en Renswoude is in 2013 goed van de grond
gekomen: de netwerken zijn gekoppeld, datacenters
ingericht en ons SMC-contract (outsourcing) is beëindigd
en gemigreerd naar Rhenen/Veenendaal en is nu in
eigen beheer. De taakstellende besparing ad € 50.000
per jaar is hierdoor gerealiseerd.
Jaarstukken 2013
2.b.5.5
§5 — Bedrijfsvoering
(Geo)Informatisering en automatisering
De invoering van de BGT (basisregistratie grootschalige
topografie) is in 2013 gestart en ligt op schema. De
verplichte aansluit van de WOZ op de BAG
(basisregistratie Adressen en gebouwen) is uitgesteld,
omdat we een nieuw belastingpakket gaan invoeren.
In 2013 is actief gestart om de informatievoorziening
rondom het sociaal domein samen met de Food Valleygemeenten op te pakken. Er zijn keuzes gemaakt voor
het gezamenlijk aanschaffen van de benodigde
softwarepakketten.
2.b.5.6
Human Resource Management (HRM)
Uitwerking sociaal plan bezuinigingstaakstelling
Om de personele gevolgen met betrekking tot de
bezuinigingstaakstelling tot 1 januari 2015 op een
sociaal verantwoorden wijze te laten verlopen is een
sociaal plan opgesteld. Dit sociaal plan is een aanvulling
op het doorlopende sociaal statuut van de gemeente
Rhenen. Gedurende de looptijd van dit sociaal plan
(tot 1 januari 2015) zullen er geen gedwongen ontslagen
plaatsvinden. De gemeente Rhenen streeft naar een
goede facilitering van de noodzakelijke mobiliteit als
gevolg van de bezuinigingen. Een herplaatsingskandidaat is verplicht om een passende functie die
intern wordt aangeboden te accepteren.
Binnen enkele teams zijn alle medewerkers aangewezen
als herplaatsingkandidaat. In totaal gaat het om 19
medewerkers. Met hen is in 2013 een persoonlijk
mobiliteitsplan opgesteld. Daarin is per medewerker
vastgelegd op welke interne of externe mobiliteit
gerealiseerd gaat worden.
Gestreefd is steeds om in gezamenlijk overleg een
passende oplossing vinden. Hiermee worden WW
verplichtingen verkomen en wordt goed werkgeverschap getoond. In 2013 heeft dat ertoe geleid dat vier
herplaatsingkandidaten die structureel op een andere
functie zijn terecht gekomen buiten het team waarin zij
werkzaam waren. Voor de overige medewerkers uit de
teams waar de betreffende herplaatsingkandidaten
kwamen, betekende dat hun herplaatsingstatus kwam
te vervallen.
Daarnaast zijn de volgende mobiliteitoplossingen in
2013 gerealiseerd: een medewerker heeft gekozen om
minder uren te gaan werken. Een andere medewerker
heeft geopteerd voor prepensioen. Ook hebben
meerdere herplaatsingkandidaten hun horizon intern
verbreed door (tijdelijke) andere klussen of functies te
gaan doen. Door deze maatregelen is de bezuinigingstaakstelling grotendeels gerealiseerd.
Bij interne vacatures die tot 1 januari 2015 ontstaan
hebben herplaatsingkandidaten een voorkeurspositie.
Op deze wijze kan naar verwachting via natuurlijk
verloop de personele bezuinigingen worden gerealiseerd
Functiewaarderingssysteem HR21
In april 2013 is door B&W ingestemd met de keuze voor
HR21 als nieuwe systematiek van functies waarderen.
Vanaf augustus 2013 is de interne projectgroep HR21
gestart met de implementatie van HR21.
Functiebeschrijvingen zijn geactualiseerd en er zijn
generieke beschrijvingen voor in de plaats gekomen. Op
basis daarvan is een functiematrix opgesteld die bestaat
uit 7 functiereeksen welke zijn onderverdeeld in
maximaal 4 functiegroepen. De functiematrix en de
bijbehorende nieuwe functiebeschrijvingen zullen naar
verwachting medio 2014 zijn vastgesteld, waarna
definitief wordt overgestapt naar HR21. HR21 zal ertoe
bijdragen dat er duidelijkheid in afspraken over inzet en
resultaten onstaat en er duidelijkheid is in loopbaankansen en transparantie in beloningsverhoudingen.
Pagina 81
§6 — Verbonden partijen
2.b.6
2.b.6.1
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Inleiding
Vanwege bestuurlijke, beleidsmatige en financiële
belangen en mogelijke risico’s is het gewenst dat in de
begroting en jaarrekening aandacht wordt besteed aan
de verbonden partijen. Een verbonden partij is een
privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als financieel
belang heeft. Met een financieel belang wordt bedoeld
dat de gemeente middelen ter beschikking stelt die ze
kwijt raakt in het geval van faillissement en/of als
financiële problemen kunnen worden verhaald op de
gemeente. Een bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij
uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur, hetzij
uit hoofde van stemrecht.
2.b.6.2 Verbonden partijen
De gemeente Rhenen neemt deel in 10 verbonden
partijen. Het gaat om 8 publiekrechtelijke partijen, de
gemeenschappelijke regelingen en 2 privaatrechtelijke
partijen.
Publiekrechtelijke verbonden partijen
Uit artikel 10a van de Wet Gemeenschappelijke
Regelingen (WGR) volgt dat de gemeente door het
aangaan van een gemeenschappelijke regeling zichzelf
bindt aan de in de overeenkomst genoemde afspraken.
Deelnemers zijn verplicht om medewerking te verlenen
aan de uitvoering van besluiten die het bestuur neemt in
verband met de overgedragen bevoegdheden. De
democratische controle van de gemeenschappelijke
regeling en de deelnemende gemeenten bestaat door de
verantwoordingsplicht van het lid van het Algemeen
Bestuur naar de gemeenteraad dat het lid heeft aangewezen, maar ook door de verantwoordingsplicht van het
gehele bestuur (Algemeen en Dagelijks Bestuur) aan de
gemeenteraden van de deelnemende gemeenten.
Privaatrechtelijke verbonden partijen
Hierbij kan het gaan om stichtingen, verenigingen, BV’s
en NV’s. Het college van burgemeester en wethouders
kan tot het oprichten van en/of het deelnemen in een
privaatrechtelijke rechtspersoon slechts besluiten indien
dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht
voor de behartiging van het daarmee te dienen
openbaar belang (artikel 160, tweede lid, van de
Gemeentewet). Voor een dergelijk collegebesluit is
goedkeuring van het college van gedeputeerde staten
nodig (artikel 160, derde lid, van de Gemeentewet).
Pagina 82
Hieronder wordt in een overzicht weergegeven in welke
verbonden partijen de gemeente bestuurlijk en
financieel heeft geparticipeerd. In dit overzicht wordt
tevens vermeld wie de gemeente vertegenwoordigt bij
de diverse regelingen.
Toezicht op de financiële positie
Het toezicht op de financiële positie van de gemeenten
en de gemeenschappelijke regelingen is een provinciale
taak. Met het toezicht wordt beoogd een gezonde
financiële situatie bij gemeenten en gemeenschappelijke regelingen te bevorderen. Repressief toezicht
(achteraf) is regel, preventief toezicht (vóóraf) is
uitzondering. Elke gemeente en gemeenschappelijke
regeling krijgt vóór 1 januari bericht over het toezichtregime voor het komende begrotingsjaar.
De gemeenten en de gemeenschappelijke regelingen
zijn wettelijk verplicht om de begroting en de jaarrekening ter beoordeling te zenden aan Gedeputeerde
Staten (GS). Te laat inzenden van de stukken kan, al dan
niet in combinatie met een slechte financiële positie,
leiden tot preventief toezicht. Dit is een strenge vorm
van toezicht waarbij niet alleen de begroting moet
worden goedgekeurd maar de gemeente/ de gemeenschappelijke regeling ook wijzigingen van de begroting
ter goedkeuring moet inzenden. Wanneer de begroting
en jaarrekening op tijd worden ingezonden en de
financiële positie in orde is, valt een begroting onder het
repressief toezicht. Dit is een milde vorm van toezicht
waarbij de gemeente / de gemeenschappelijke regeling
de stukken alleen ter kennisgeving hoeft in te zenden.
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Overzicht verbonden partijen
Bestuurlijke vertegenwoordiger
Publiekrechtelijke Verbonden Partijen, de gemeenschappelijke regelingen
Afvalverwijdering Utrecht
Wethouder Klein Kranenburg
GGD Midden-Nederland
Wethouder Klein Kranenburg
IW4 Bedrijven
Wethouder Klein Kranenburg
Wethouder Van den Berg
Recreatieschap Utrechtse Vallei en Kromme Rijngebied
Burgemeester Van Oostrum
Wethouder Klein Kranenburg
Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht
Burgemeester Van Oostrum
Welstand en Monumenten Midden Nederland (WMMN)
Wethouder Van den Berg
Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU)
Burgemeester Van Oostrum
Veiligheidsregio Utrecht
Burgemeester Van Oostrum
Privaatrechtelijke Verbonden Partijen
Regio Foodvalley
Stichting Vernieuwing Gelderse Vallei
Wethouder Van den Berg
n.v.t.
Deelnemingen
BNG
Vitens
Waterleidingmaatschappij Rhenen N.V.
Wethouder Van den Berg
Wethouder Van den Berg
Wethouder Van den Berg
Financieel belang verbonden partijen
€ 1.200.000 € 1.000.000 € 800.000 € 600.000 € 400.000 € 200.000 €‐
VRU
AVU
GGD MN ODRU
2010
2011
IW4
RHC‐ZU RUVeKR
2012
FV
SVGV
WMMN
2013
Pagina 83
§6 — Verbonden partijen
Jaarstukken 2013
Afvalverwijdering Utrecht (AVU)
Vestigingsplaats
Nieuwegein
Doel
De AVU is een publiekrechtelijke organisatie met een wettelijk geregelde bestuurlijke basis: de
Gemeenschappelijke Regeling, die de belangen behartigt van de Utrechtse gemeenten op het gebied van
afvalbewerking en -verwerking. Op grond van de statuten van de gemeenschappelijke regeling en het door het
Algemeen bestuur vastgestelde Beleidsplan heeft de AVU de zorg voor een goede, reguliere en
milieuverantwoorde verwerking van door de gemeente(n) ingezamelde afvalstromen (restafval, grof huishoudelijk
afval, GFT-afval) en de inzameling en verwerking van glas en papier/karton. Hiervoor heeft de AVU contracten
afgesloten.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Openbaar belang dat
wordt behartigd
3. Bereikbaarheid en openbare ruimte
3.2 Openbare ruimte
Provincie Utrecht en alle in de provincie Utrecht gelegen gemeenten
De AVU bundelt de deskundigheid van de aangesloten gemeenten en de provincie, waardoor er voor beleid en
uitvoering een platform met veel (plaatselijke) kennis beschikbaar is. Ook op dat gebied is de AVU van de
gemeenten en de provincie en werkt zij ten dienste van de gemeenten.
Bestuurlijk belang
De Provincie Utrecht en alle in de provincie Utrecht gelegen gemeenten zijn vertegenwoordigd in het Algemeen
Bestuur. Wethouder Henk Klein Kranenburg vertegenwoordigt de gemeente Rhenen in het Algemeen Bestuur van
de AVU.
Financieel belang
In financiële zin worden alle gemaakte kosten door de AVU doorberekend naar de deelnemende gemeenten. De
kosten voor de gemeente Rhenen bedroegen voor het jaar 2013 € 351.479 (excl. btw).
Vanaf 2015 zijn de gemeenten, naast het inzamelen ervan, ook verantwoordelijk voor de verwerking en
vermarkting van kunststof. In 2013 is de AVU met de voorbereiding hiervan gestart. Eind 2013 heeft dit geleidt tot
een besluit om met meerdere samenwerkingsverbanden tezamen de aanbesteding hiervan in 2014 te gaan
realiseren.
Ontwikkelingen
Overige relevante
gegevens
AVU heeft geen eigen vermogen. De financiële resultaten worden verrekend met de deelnemers. Als er al een
tegenvaller kan ontstaan is dit veelal het gevolg van nieuw Rijksbeleid met name op het belastinggebied
(eventueel toe te passen of in te voeren verbrandingsbelasting of energiebelasting).
Relatie beoogd
Duurzame ontwikkeling gaat ook over milieu en dus over afvalverwijdering. Door te zorgen voor een
maatschappelijk effect milieuverantwoorde verwerking van afval wordt zo min mogelijk schade aangericht aan de natuur.
Risico's
De AVU kent met uitzondering van de reserve voor de communicatiecampagne geen reserves en/of
voorzieningen. Dit betekent dat eventuele tegenvallers direct worden verrekend met de deelnemende
gemeenten. De vraag is dan of er tegenvallers te verwachten zijn. De overslag, transport en afvalverwerking is tot
en met 2018 zeker gesteld. Ook de tarieven kunnnen geen onverwachte tegenvallers opleveren. Deze staan vast
tot eind 2018 en kunnen uitsluitend worden aangepast door middel van een jaarlijkse indexering, terwijl er voor de
verwerking van het restafval en grof huishoudelijk afval een overeenkomst is gesloten die geen indexering kent.
Verder worden bij het sluiten van de overeenkomsten de risico's contractueel bij de opdrachtnemer neergelegd.
Als er al een tegenvallen kan ontstaan is dit veelal het gevolg van nieuw Rijksbeleid met name op het
belastinggebied (eventueel toe te passen of in te voeren verbrandingsbelasting of energiebelasting).
Pagina 84
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
GGD Midden-Nederland
Vestigingsplaats
Zeist
Doel
De ruim 400 Nederlandse gemeenten hebben de wettelijke taak om de gezondheid van burgers te bevorderen en
beschermen tegen ziekten en calamiteiten. Deze taak is neergelegd bij de GGD. De “GGD” zelf staat voor
Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst.
De GGD Midden-Nederland (GGD MN) is als gemeenschappelijke regeling een verbonden partij voor de betrokken
gemeenten (waaronder Rhenen). De GGD MN participeert bestuurlijk en financieel in de TBC-bestrijding regio
Utrecht. Per 1 januari 2009 is de GGD Eemland toegetreden tot GGD Midden-Nederland. Via de Provinciale Ent
Administratie (PEA) wordt uitvoering gegeven aan het rijksvaccinatieprogramma (4-19 jaar). De PEA zorgt voor
doorbetaling van de AWBZ-gelden. Gelet op de omvang beschouwt de GGD ook de PEA als een verbonden partij.
De GGD MN heeft daarnaast als gemeenschappelijk taken het zich bezighouden met/ uitvoeren van de
gezondheidsmonitor, ondersteuning gezondheidsonderwijs, opvang psychotrauma jeugd,
infectieziektenbestrijding, advisering milieuincidenten, sexuele gezondheid, technische hygiënezorg, forensische
zorg, reizigersvaccinaties, GHOR/GROP (psychische hulp bij ongevallen en rampen).
De GGD MN heeft als regionale taken het zich bezighouden met/ uitvoeren van de bevordering van de publieke
gezondheid en de jeugdgezondheidszorg (4-19 jaar).
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
6. Maatschappelijke ondersteuning
6.5 Gezondheidszorg
Alle Utrechtse gemeenten m.u.v. de stad Utrecht (25 gemeenten)
Alle 25 gemeenten namen deel aan het algemeen bestuurlijk overleg. Wethouder Klein Kranenburg zit namens de
gemeente in het algemeen bestuur. De rol van de portefeuillehouder is het verstrekken van inlichtingen en
afleggen van verantwoording aan de gemeenteraad.
Financieel belang
Voor 2013 bedroeg onze bijdrage voor gemeenschappelijke en regionale taken €217.943. Voor lokale taken was
een budget van €8.596 beschikbaar.
Op 17 december 2013 heeft de gemeenteraad ingestemd met de toetreding van de gemeente Utrecht tot de
gemeenschappelijke regeling. Dit wordt dan de gemeenschappelijke regeling GGD regio Utrecht (GGDrU).
Het beleid van de GGD Midden – Nederland voor de komende jaren staat beschreven in diverse
deelbeleidsplannen.
Ontwikkelingen
De GGD helpt gemeenten bij hun taak d.m.v. onderzoek en advies:
Relatie beoogd
maatschappelijk effect - door het voorkomen van ziekten;
- door het bevorderen van gezond gedrag; en
- het scheppen van een gezonde leefomgeving.
De GGD richt zich vooral op preventie. De GGD heeft een relatie met de eerstelijnsgezondheidszorg door het
verstrekken van informatie.
Risico's
Op 1 januari 2012 is de Wet Publieke Gezondheid 2e tranche (WPG) in werking getreden. Om aan deze wet te
voldoen moeten de 26 gemeenten in de veiligheidsregio Utrecht (= provincie Utrecht) met één GGD werken die
geleid wordt door één directeur Publieke Gezondheid. Die ene GGD moet de juridische vorm van een
gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam krijgen. Vanaf 1 januari 2014 is er één regionale
gezondheidsdienst op de schaal van de veiligheidsregio Utrecht.De GGD Midden Nederland heeft zich
doorontwikkeld tot GGD regio Utrecht. De gemeenschappelijke regeling is gewijzigd en de gemeente Utrecht is
toegetreden als deelnemer. De GGDrU voert de wettelijk regionaal te beleggen taken uit voor alle gemeenten in
de veiligheidsregio. Tevens voert zij voor 25 gemeenten (ook Rhenen) alle andere taken uit die voorheen door GGD
Midden Nederland werden uitgevoerd.
Risico is dat door de grotere en complexere problematiek van de Stad Utrecht de kosten van het gezamenlijke
wettelijke deel hoger worden.
Een ander risico is dat bij eventuele tekorten de gemeente Rhenen (naar rato) bij zal moeten dragen (zoals
vastgesteld in de bijdrageverordening).
Pagina 85
§6 — Verbonden partijen
IW4 Bedrijven
Vestigingsplaats
Doel
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
Financieel belang
Ontwikkelingen
Jaarstukken 2013
Veenendaal
In het kader van de wettelijke verplichtingen die voortvloeien uit de Wet Sociale Werkvoorziening is de gemeente
Rhenen een gemeenschappelijke regeling aangegaan met de gemeenten Veenendaal, Renswoude en Utrechtse
heuvelrug. Deze gemeenschappelijke regeling voorziet in de uitvoering van de wettelijke verplichtingen.
6. Maatschappelijke ondersteuning
6.3 Minima
De gemeenten Rhenen, Veenendaal, Renswoude en Utrechtse heuvelrug
De gemeente wordt in het dagelijks bestuur en algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling
vertegenwoordigd door wethouder Klein Kranenburg en wethouder Van den Berg.
In financiële zin zijn de betrokken gemeenten verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van de rijksbijdrage
voor de WSW aan IW4. Deze bijdrage gaat niet meer rechtstreeks naar IW4 maar wordt aan de gemeente
uitgekeerd. Daarnaast is er een vast bedrag per gemeente vastgesteld om het exploitatietekort van IW4 op te
vangen. Voor Rhenen is dit voor 2013 € 82.872.
Met ingang van 1 januari 2015 wordt de Participatiewet ingevoerd. Een van de gevolgen hiervan is dat er vanaf die
datum geen Wsw indicaties meer worden afgegeven. Mensen die dan nog op de wachtlijst voor een Wsw
werkplek staan, gaan dan over naar de gemeente en vallen dan onder de Wet werk en bijstand (WWB). Mensen
die op 1 januari 2014 werkzaam zijn in het kader van de sociale werkvoorziening behouden hun rechten. Dit heeft
grote financiële consequenties aangezien de rijksbijdrage voor de financiering van Wsw werkplekken de komende
jaren verder daalt. Door de GR zal een keuze gemaakt moeten worden over de vorm waarin IW4 verder gaat.
Gedurende 2013 is een eerste aanzet gedaan voor de ontwikkeling van toekomstscenario’s voor IW4.
Relatie beoogd
Mensen die nu nog niet werken, worden geprikkeld om te gaan werken. Gemeenten krijgen meer ruimte om hen
maatschappelijk effect daarbij te ondersteunen. Werkgevers worden ook gestimuleerd om deze mensen in dienst te nemen.
Risico's
Het aantal mensen dat in de Wsw werkzaam is wordt de komende jaren fors afgebouwd, omdat het kabinet van
mening is dat een groot deel van deze wsw-ers ook in een reguliere baan aan de slag kan. Dat betekent dat er
binnen het Wsw-bedrijf straks alleen nog mensen werkzaam zijn die aangewezen zijn op een beschutte werkplek.
Daarbij wordt de rijksbijdrage voor de Wsw de komende jaren ook fors verlaagd. Dat betekent nogal wat voor de
exploitatie van het Wsw-bedrijf. Het risico is dat gemeenten straks steeds meer bij moeten gaan dragen aan de
exploitatie.
Pagina 86
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Recreatieschap Utrechtse Vallei en Kromme Rijngebied (RUVeKR)
Vestigingsplaats
Utrecht
Doel
Het recreatieschap behartigt de belangen van de openluchtrecreatie in het landelijk gebied. De zorg voor natuur
en landschap neemt hierbij een belangrijke plaats in. Het recreatieschap ontwikkelt, beheert en onderhoudt
diverse dagterreinen, paden en routes voor extensief recreatief verkeer. In Rhenen beheert het recreatieschap
het dagrecreatieterrein Kwintelooijen, de passantenhaven aan de Rijn, de kanoroute over de Grift en meerdere
wandel-, fiets- en ruiterroutes.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
4. Economische ontwikkelingen
4.3 Toerisme en recreatie
Het recreatieschap is een samenwerkingsverband van elf gemeenten en de provincie Utrecht
De gemeente wordt in het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling vertegenwoordigd door
Burgemeester Van Oostrum & wethouder Klein Kranenburg. Rhenen behoudt de zetel in het dagelijks bestuur
voor 4 jaar door de verkiezing van de portefeuillehouder tot voorzitter van het recreatieschap.
Financieel belang
Ontwikkelingen
De bekostiging vindt plaats middels de betaling van een jaarlijkse bijdrage
Het recreatieschap wordt gefaseerd, binnen 4 jaar, geliquideerd. Een meerderheid van de deelnemers heeft dat in
februari en maart 2014 besloten. Dat betekent dat voor alle recreatiegebieden en voorzieningen nieuwe
rechtsopvolgers worden gezocht. Het doel hierbij is om de gebieden te blijven openstellen voor publiek. Rhenen is
bestuurlijk trekker van de gebieden Kwintelooijen, Passantenhaven en de Stadssparren. Dat betekent dat Rhenen
verantwoordelijk is voor het vinden van nieuwe rechtsopvolgers.
Relatie beoogd
Het recreatieschap Utrechtse Vallei en Kromme Rijngebied zorgt voor de toegankelijkheid en ontsluiting van
maatschappelijk effect natuur en landschap van met name particuliere terreinen. Dit is een basisvoorwaarde voor zowel een goede
leefomgeving van de burgers in Rhenen als de toeristische ontwikkeling van Rhenen.
Risico's
Het Recreatieschap heeft een sluitende begroting, maar deze is kwetsbaar en krap. Het recreatieschap doet geen
investeringen meer in voorzieningen o.i.d., tenzij dit vanwege de veiligheid noodzakelijk is. Doordat onderhoud van
routes en recreatieterreinen op een minimaal niveau wordt uitgevoerd bestaat de kans op achterstallig
onderhoud. Hierdoor kan ook schade bij recreanten ontstaan die mogelijk op het schap verhaald worden.
Onverwachte kosten vormen een ander risico. Wanneer bijvoorbeeld bodemverontreiniging wordt ontdekt of
zaken worden vernield, zullen hierdoor noodzakelije extra kosten ontstaan, waarvoor nauwelijks een buffer is
opgebouwd. Dit kan direct doorwerken in hogere bijdragen voor de deelnemers.
Het algemeen bestuur heeft op 13 maart 2014 besloten het recreatieschap in 4 jaar op te heffen. Voor terreinen
en andere recreatieve voorzieningen wordt een nieuwe rechtsopvolger gezocht. De provincie Utrecht kwalificeert
Kwintelooijen als regionaal recreatiegebied. De provincie blijft hierdoor een financiële bijdrage leveren aan het
gebied. Ook de gemeente Veenendaal gaat dit naar alle waarschijnlijkheid doen. Hoe groot deze bijdragen zullen
zijn, is niet bekend. Ook zullen er andere partners gezocht moeten worden. Voor de Passantenhaven en de
Stadssparren is duidelijk dat de provincie niet meefinanciert. Ook de financiële toekomst van paden en routes is
onbekend. Een ding staat al wel vast: de jaarlijkse bijdrage die de gemeente Rhenen nu betaalt aan het
recreatieschap zal niet genoeg zijn om alle bovenstaande zaken te financieren. Hoeveel de gemeente Rhenen
"erbij in schiet", is nu nog niet te zeggen.
Pagina 87
§6 — Verbonden partijen
Jaarstukken 2013
Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (RHC)
Vestigingsplaats
Wijk bij Duurstede
Doel
Het in het samenwerkingsgebied uitvoering geven aan de Archiefwet (toezicht en advisering door de
archiefinspecteur en archivaris) en het vervullen van de functie van regionaal kennis- en informatiecentrum op
het gebied van de lokale en regionale geschiedenis door het opbouwen en beheren van een zo breed mogelijke
collectie (regionaal) historische bronnen en deze op een zo actief mogelijke wijze dienstbaar maken voor een
breed publiek.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
Financieel belang
8. Cultuur en sport
8.1 Cultuur
Vijf gemeenten: Bunnik, Houten, Rhenen, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij Duurstede
Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. De
burgemeester vertegenwoordigt de gemeente Rhenen in het Algemeen Bestuur van het RHC.
De gemeentelijke bijdrage wordt bepaald op grond van een drietal componenten:
1. De kosten voor personeel en materieel afgeleid van het aantal inwoners;
2. De kosten voor de archiefbewaarplaats afgeleid van de hoeveelheid openbaar archief; en
3. De kosten voor overhead en overige huisvesting gebaseerd op het aandeel van beide eerste
kostencomponenten in het totaal.
De bijdrage van de gemeente Rhenen aan de totale kosten bedroeg voor het jaar 2013 € 63.923 (excl. btw).
Ontwikkelingen
Begin december 2013 heeft het bestuur van het RHC ingestemd met het verzoek van de gemeente Vianen om per
1 januari 2014 toe te treden tot het samenwerkingsverband. Op dit moment is de toetreding in behandeling bij de
colleges van burgemeester en wethouders en de raden van de gemeenten. Naar verwachting wordt deze
procedure in april 2014 met succes afgerond, waarbij tevens een nieuwe gemeenschappelijke regeling tot stand is
gekomen. De toetreding van Vianen leidt tot een versterking van het samenwerkingsverband:
1. De financiële draagkracht van de GR RHC Zuidoost Utrecht neemt er door toe; en
2. De personeelsformatie kan kwantitatief op sterkte blijven.
Relatie beoogd
Het RHC levert een belangrijke bijdrage aan het culturele erfgoed binnen onze gemeente (o.a. beheren
maatschappelijk effect gemeentelijk archief, tentoonstellingen, lezingen en vraagbaak burgers) en draagt dus bij aan
verbetering van het klimaat op het gebied van kunst en cultuur.
Risico's
Pagina 88
Het RHC heeft ultimo 2012 op de balans alleen vlottende activa. Ten aanzien van materiële eigendommen van de
RHC is in dat opzicht weinig risico aanwezig. Het RHC beheert echter ook het statisch archief van de gemeente
Rhenen (waarvan de waarde niet op de balans van het RHC staat). Ten aanzien van dit archief zijn maatregelen
genomen tegen brand-, rook- en waterschade (conform archiefwet 1995).
Een eventueel negatief exploitatiesaldo wordt door de deelnemende gemeenten afgewikkeld conform de
artikelen 26 tot en met 28 van de gemeenschappelijke regeling. Mocht zich dit voordoen dan heeft dit
waarschijnlijk weinig nadelige gevolgen voor de deelnemende gemeenten omdat het RHC momenteel over
voldoende eigen middelen beschikt om aan verplichtingen te kunnen voldoen.
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Welstand en Monumenten Midden Nederland (WMMN)
Vestigingsplaats
Bunnik
Doel
De commissie adviseert over redelijke eisen van welstand en is belast met zowel wettelijk verplichte als niet
wettelijk verplichte taken. De wettelijke taken van de welstandscommissie worden uitgevoerd op grond van de
Woningwet. De commissie is beleidsmatig gebonden aan het gemeentelijk welstandsbeleid zoals dat is vastgelegd
in de gemeentelijke welstandsnota.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
5. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
5.3 Wonen en bouwen
De meeste gemeenten binnen de provincie zijn aangesloten bij de WMMN middels de Gemeenschappelijke
Regeling Welstand en Monumenten Midden Nederland 2005.
Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling WMMN wordt gevormd uit de kring van
gemeentebestuurders van de betrokken gemeenten. Uit deze kring wordt een voorzitter gekozen. Wethouder Van
den Berg heeft namens onze gemeente zitting in het Algemeen Bestuur.
Financieel belang
Welstand en Monumenten Midden Nederland is een bijzondere verbonden partij. Als gevolg van de
gemeenschappelijke regeling is de gemeente slechts kosten van advies verschuldigd aan deze organisatie. Deze
kosten, in de vorm van leges, worden in beginsel één op één in rekening gebracht bij de aanvragers. Dit proces
verloopt dan ook budgettair neutraal voor de gemeente Rhenen.
Relatie beoogd
Risico's
Het behoud van de ruimtelijke kwaliteit.
De gemeenschappelijke regeling WMMN heeft, door een aantal landelijke ontwikkelingen, geen bestaansrecht
meer. Exploitatie van de regeling staat zwaar onder druk waardoor ongewijzigde voortzetting ervan financieel
gezien niet meer in de rede ligt. Uit oogpunt van risicobeheersing is het niet langer verantwoord om deze
exploitatieproblemen vooruit te schuiven. Om WMMN een toekomstbestendige organisatie te maken is het
noodzakelijk om de gemeenschappelijke regeling op te heffen en de organisatie onder te brengen in een stichting.
Hierdoor hebben gemeenten meer vrijheid en keuzemogelijkheid in het af te nemen product. Tevens biedt dit
nieuwe kansen voor een breder takenpakket dat de gemeente/ de burger kan afnemen.
In de raadsvergadering van 17 december 2013 heeft de gemeenteraad daarom besloten de gemeenschappelijke
regeling Welstand en Monumenten Midden Nederland 2005 op te heffen.
Voor het opheffen van de gemeenschappelijke regeling is een liquidatieactieplan opgesteld. In dat plan is
opgenomen dat een algehele liquidatie van de gemeenschappelijke regeling per 1 januari 2017 voor de
aangesloten gemeenten voordeliger is dan een liquidatie per 1 januari 2014. In het liquidatieactieplan wordt
uitgegaan van een liquidatie per 1 januari 2017. Op basis van de gemiddelde omzet 2010-2012 levert de uittreding
per 1 januari 2017 de gemeente een verwachte extra inkomstenpost van circa € 14.000.
Pagina 89
§6 — Verbonden partijen
Jaarstukken 2013
Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU)
Vestigingsplaats
Zeist
Doel
De OdrU is actief op het gebied van duurzame stedelijke ontwikkeling, integrale handhaving, bodem en water,
geluid, lucht en gezondheid, vergunningverlening, juridische zaken en beleid, bouwtaken en archeologie,
milieueducatie, milieucommunicatie en recreatie.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Bestuurlijk belang
5. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
5.4 Milieu
De gemeenten Bunnik, De Bilt, Renswoude, Rhenen, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Wijk bij Duurstede,
Zeist, Montfoort, Oudewater, Ronde Venen, Stichtse Vecht en Woerden.
Alle 14 gemeenten nemen deel aan het algemeen bestuurlijk overleg. Burgemeester Van Oostrum zit namens de
gemeente Rhenen in het algemeen bestuur. De rol van de burgemeester is het verstrekken van inlichtingen en
afleggen van verantwoording aan de gemeenteraad.
Financieel belang
De werkzaamheden die de OdrU voor de gemeente Rhenen levert zijn vastgelegd in een uitvoeringsprogramma
dat jaarlijks wordt geactualiseerd. Structureel is hier een bedrag van € 101.427 in de begroting voor opgenomen.
Voor de meer afgenomen uren (in 2013 voor ongeveer € 28.000) is een separate dekking gevonden (projecten en
leges).
Tevens is in 2013 een last opgenomen voor het negatieve OdrU resultaat van 2012 (€ 8.204) en het negatieve
OdrU resultaat van 2013 (€15.871) alsmede de incidentele kosten van de reorganisatie (€ 47.612).
Ontwikkelingen
De OdrU is in 2012 ontstaan uit de twee bestaande milieudiensten. Na de fusie zijn in 2012 en 2013 tekorten
ontstaan. Naar aanleiding daarvan vindt een reorganisatie plaats in 2014. De verwachting is dat de OdrU zal
aansluiten bij de rest van de RUD in de provincie Utrecht.
De OdrU helpt gemeenten bij hun taak om mensen prettig en duurzaam te laten wonen, te leven en te werken.
Relatie beoogd
maatschappelijk effect - Het opstellen van adviezen voor milieuvergunningen
- Het toezicht houden bij complexere bedrijven
- Het uitvoeren van archeologische taken
- Het invoeren van bodemonderzoeken in een database
Risico's
Op een deel van het eigen vermogen van de Milieudienst rusten diverse bestemmingen zodat het
weerstandsvermogen van de Milieudienst zich beperkt tot de algemene of egalisatiereserve.
Om het weerstandsvermogen van de Milieudienst te verbeteren is afgesproken dat indien enig jaar een batig
saldo oplevert, dit saldo wordt toegevoegd aan het weerstandsvermogen. Het totale weerstandsvermogen mag
in enig jaar niet meer zijn dan 10% van de jaaromzet. Indien door toevoeging van een batig saldo de 10% wordt
overschreden, dan wordt het meerdere gerestitueerd aan de deelnermers in verhouding tot de door hen
afgenomen uren. Indien enig exploitatiejaar een nadelig saldo oplevert en het weerstandsvermogen ontoereikend
is om dit saldo te dekken, stelt het bestuur een plan vast dat is gericht op het afbouwen en/of dekken van dit
nadelige saldo. Het algemeen bestuur bepaalt dan wat de deelnemende partijen zullen bijdragen.
Het risico is aanwezig dat voor het in de toekomst aansluiten bij de in 2014 op te richten RUD extra kosten
gemaakt moeten worden. Bovendien bestaat het risico dat de aangekondigde reorganisatie niet voldoende blijkt
voor het weer financieel op orde krijgen van de OdrU.
Pagina 90
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Veiligheidsregio Utrecht (VRU)
Vestigingsplaats
Utrecht
Doel
Het doel van de Wet Veiligheidsregio’s is een efficiënte en kwalitatief hoogwaardige organisatie van de
brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisisbeheersing
onder één regionaal bestuur.
Het doel van de ‘Regeling Veiligheidsregio Utrecht’ is het door de Veiligheidsregio Utrecht realiseren van een
gelijkwaardig kwaliteitsniveau van de beheersing van rampen en crises in de Utrechtse gemeenten.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
2. Integrale veiligheid
2.1 Veiligheid
De VRU is op 1 januari 2006 opgericht en vormt één van de 25 veiligheidsregio’s waarin Nederland is opgedeeld.
De VRU is een gemeenschappelijke regeling van de 26 Utrechtse gemeenten. De VRU heeft een Algemeen Bestuur
dat bestaat uit alle 26 burgemeesters. De VRU-organisatie is opgebouwd volgens het directiemodel en kent de
volgende directies: Veiligheidszorg, Risico- & Crisisbeheersing en Bedrijfsvoering. Daarnaast zijn er twee
ondersteunende stafafdelingen: Bestuurlijke, Juridische Zaken & Communicatie en Planning, Kwaliteit & Control.
De regio is verdeeld in vijf brandweerdistricten. Het district vervult een belangrijke rol in de nieuwe organisatie en
heeft als taak de uitvoering van de brandweerzorg. De districtscommandant is adviseur brandweerzorg voor de
gemeenten binnen zijn district.
De VRU bestaat uit een aantal organisatieonderdelen, waarvan de belangrijkste zijn:
- de 26 gemeenten die samen de provincie Utrecht vormen;
- de brandweer met 68 brandweerkazernes; en
- de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR).
Bestuurlijk belang
Elk lid van het Algemeen Bestuur vertegenwoordigt zijn of haar gemeente in het bestuur en fungeert als
intermediair tussen gemeente en het bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht. Dit laatste is van belang omdat,
wanneer er regionale besluiten moeten genomen worden, goedkeuring van alle gemeenteraden nodig is. De
burgemeester is uit hoofde van zijn functie lid van het algemeen bestuur van het openbaar lichaam. Tevens heeft
hij zitting in dit districtsoverleg.
Financieel belang
De rijksoverheid draagt rechtstreeks aan de veiligheidsregio bij in de kosten van de brandweer. De gemeenten
betalen een beperkt bedrag per inwoner voor ondersteunende taken. De bijdrage voor de gemeente Rhenen is
door de VRU geraamd op € 1.087.258 voor 2013.
Het resultaat over 2012 komt voor toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves uit op een onderschrijding van
€ 192.698 (exclusief MKA). Dit is een afwijking van 0,24% ten opzichte van de slotbegroting. Dit saldo komt
voornamelijk door een verschil op de BTW die via de BDUR gecompenseerd wordt. Hierop blijft ongeveer € 150.000
over.
Ontwikkelingen
1. Als gevolg van de Wet Publieke Gezondheid 2e tranche (WPG) zullen de 26 gemeenten van de VRU per 1 januari
2014 gaan samenwerken met één GGD in de vorm van een gemeenschappelijke regeling.
2. Door de bezuinigingen gestimuleerd is de fusie van de brandweerkorpsen Rhenen en Achterberg in gang gezet.
Per 1 maart 2014 zal de samenvoeging een feit zijn.
3. In 2013 is gestart met het project doorontwikkeling crisisbeheersing, waarbij zal worden gewerkt met regionale
expertteams. Deze nieuwe organisatie zal in 2014 van start gaan.
Relatie beoogd
Door deelname aan de Veiligheidsregio Utrecht wordt de samenwerking tussen verschillende instanties bij
maatschappelijk effect rampenbestrijding verbeterd.
Risico's
In de jaarrekening 2013 van de VRU worden de volgende risico's genoemd:
- Schade: VRU personeel veroorzaakt schade aan derden bij repressief optreden hetgeen leidt tot
aansprakelijkheid.
- Rijksbijdrage: er bestaat het risico dat het Rijk de Brede DoelUitkering vermindert.
Pagina 91
§6 — Verbonden partijen
Regio Foodvalley (FV)
Vestigingsplaats
Doel
Jaarstukken 2013
Ede
De regio’s WERV en De Vallei zijn in 2010 samengevoegd in een nieuw gevormde Regio Foodvalley. Regio
FoodValley is een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Rhenen, Wageningen, Ede, Veenendaal,
Renswoude, Scherpenzeel, Barneveld en Nijkerk.
Het Regiobestuur presenteert de gezamenlijke ambitie om Food Valley te ontwikkelen tot hét agrofoodcentrum
van Europa en de internationale topregio voor kennis en innovaties op gebied van gezonde en duurzame voeding in
de Strategische Agenda. Gezamenlijk hebben de 8 gemeenten vertegenwoordigd in de Regio FoodValley 11
belangrijke opgaven geformuleerd: 1) faciliteren van bedrijven, 2) stimuleren van de relatie tussen bedrijven en
onderwijs, 3) toegangspoorten van de regio, 4) regionale afstemming van woningbouwprogramma’s, 5)
promotiecampagne zakelijk toerisme, 6) vernieuwing van de landbouwsector, 7) kwaliteit van de leefomgeving, 8)
beter benutten van afval, 9) regionale aanpak voor jeugdzorg, 10) delen van faciliteiten voor sport en voeding en
11) regionale structuurvisie.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
Openbaar belang dat
wordt behartigd
Bestuurlijk belang
Financieel belang
1. Bestuur en dienstverlening
1.1 Bestuur
De gemeenten Rhenen, Wageningen, Ede, Veenendaal, Renswoude, Scherpenzeel, Barneveld en Nijkerk.
Door regionale samenwerking een goede lobby te kunnen voeren om provinciale, rijks- en Europese cofinanciering
voor regionale projecten vast te leggen.
In het Regiobestuur heeft wethouder Van den Berg zitting.
De bijdrage voor de gemeente Rhenen bedraagt € 1,78 per inwoner per jaar. Voor dit jaar bedroeg onze bijdrage
€33.733. Daarnaast zal ten behoeve van de realisatie van het uitvoeringsprogramma apart geld beschikbaar
moeten worden gesteld.
Ontwikkelingen
In 2013 is er verder focus aangebracht in de beleidsthema’s van de Regio FoodValley. Zij richt zich nu met name op
de gebieden Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen (waaronder mobiliteit) en Economie en Werkgelegenheid. Zo
hoopt de Regio FoodValley een gunstig vestigingsklimaat voor (food)bedrijven te bewerkstelligen in een omgeving
waar het prettig wonen en leven is.
Relatie beoogd
De Regio FoodValley is opgericht om bovengenoemde (zie Doel) gemeenschappelijke doelen te bereiken.
maatschappelijk effect Uiteindelijk moet dit leiden tot een snelle, goede, naar de regio afgestemde dienstverlening voor burgers en
bedrijven in de gemeente Rhenen.
Risico's
Pagina 92
In geval van uittreden zal de uittredende gemeente een bijdrage aan de Regio FoodValley dienen te betalen. De
financiële verplichting wordt opgenomen in het uittredingsplan.
Jaarstukken 2013
§6 — Verbonden partijen
Stichting Vernieuwing Gelderse Vallei (SVGV)
Vestigingsplaats
Scherpenzeel
Doel
De Stichting heeft tot oorspronkelijk doel het reconstructieplan Gelderse Vallei/Utrecht-Oost uit te voeren. Na de
afgelopen jaren doorgevoerde organisatorische veranderingen thans de uitvoering van het Gebiedsprogramma
Vallei, Heuvelrug en Kromme Rijnstreek 2012-2015 en onderdelen Regiocontract Food Valley.
Programma
Deelprogramma
Deelnemende partijen
4. Economische ontwikkeling
4.2 Plattelandsontwikkeling
De provincies Gelderland en Utrecht, de gemeenten Amersfoort, Baarn, Barneveld, Bunschoten, De Bilt, Ede,
Eemnes, Ermelo, Leusden, Nijkerk, Putten, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Soest, Utrechtse Heuvelrug,
Veenendaal, Wageningen, Woudenberg en Zeist, de waterschappen, belangenorganisaties, bedrijven en zakelijke
instellingen (zie ook: www.wantbuitengebeurthet.nl).
Bestuurlijk belang
Het bestuur van de Stichting Vernieuwing Gelderse Vallei, tevens van de Gebiedscommissie Vallei en Heuvelrug,
bestaat uit een lid uit de regio Amersfoort, een lid vanuit De Bilt/Zeist en een lid vanuit Regio Food Valley. De
gemeente Rhenen wordt door laatstgenoemde vertegenwoordigd, i.c. dhr. A. de Kruijf (gemeente Barneveld)/plv.
dhr. R. Kremers (gemeente Ede).
Financieel belang
Ontwikkelingen
Voor 2013 bedroeg onze bijdrage € 15.115.
Vanuit de in het provinciale Kaderdocument Agenda Vitaal Platteland 2012-2015 (AVP) geschetste
sturingsfilosofie is de uitvoering van het AVP bij twee programmabureaus ondergebracht, waarvan het
Programmabureau Vallei, Heuvelrug en Kromme Rijnstreek er één is. Dit Programmabureau omvat de
werkgebieden van Kromme Rijn, heel de Heuvelrug en het Utrechtse deel van het werkgebied van Stichting
Vernieuwing Gelderse Vallei (SVGV).
Ten aanzien van de bestuurlijke organisatie heeft de provincie Utrecht besloten drie Gebiedscommissies in te
stellen, waarvan de Gebiedscommissie Vallei en Heuvelrug en de Gebiedscommissie Kromme Rijnstreek mede het
grondgebied van Rhenen betreffen. De commissie heeft tot taak:
a. het adviseren van gedeputeerde staten op verzoek en uit eigen beweging over de realisatie van het door
gedeputeerde staten vastgestelde AVP-gebiedsprogramma; en
b. het adviseren van gedeputeerde staten op verzoek en uit eigen beweging over de samenhang tussen het
gebiedsprogramma en ontwikkelingen in het gebied en aanvullende ambities van de gebiedspartijen.
Het Programmabureau Vallei, Heuvelrug en Kromme Rijnstreek is ondergebracht bij de SVGV. Vanaf 2011 is een
nauwe samenwerking tot stand gekomen tussen SVGV en Regio FoodValley. De hoofdlijn van deze samenwerking
is dat SVGV in de Regio FoodValley de zogeheten groen-blauwe thema’s programmeert en uitvoert.
Relatie beoogd
Uitvoering geven aan de provinciale Agenda Vitaal Platteland 2012-2015 inzake vernieuwing en vergroting van de
maatschappelijk effect economische kwaliteit van het landelijk gebied in de provincie Utrecht en behartiging van de groen-blauwe
thema’s in het Food Valleygebied. De SVGV fungeert tevens als Programmabureau en biedt ondersteuning bij het
opstarten van projecten en het verkrijgen van subsidies.
Risico's
De gemeente draagt geen risico voor het exploitatieresultaat van de SVGV.
Pagina 93
§7 — Grondbeleid
2.b.7
Jaarstukken 2013
§7 — Grondbeleid
2.b.7.1 Inleiding
In deze paragraaf worden de bouwgrondexploitatie
projecten beschreven. In de paragraaf wordt eerst
ingegaan op de missie van onze gemeente voor het
grondbeleid. Daarna wordt ingegaan op de financiële
positie van de grondexploitaties. Tot slot volgt een
inhoudelijke toelichting per project van zowel de grondexploitaties die in eigen beheer worden uitgevoerd als
de exploitaties die door derden worden uitgevoerd. De
missie van de gemeente Rhenen voor het gemeentelijke
grondbeleid is:
Op basis van haar missie kiest de gemeente Rhenen voor
een actief grondbeleid waar mogelijk, indien dit
onmogelijk/onwenselijk is, dan kiest de gemeente voor
een regisserend grondbeleid. Het college maakt hierbij
steeds een afweging tussen:
het bereiken van maatschappelijke en
bestuurlijke doelstellingen;
winst en risico; en
praktische uitvoerbaarheid.
“Uitgaande van de actieve rol van de gemeente, bereikt
de gemeente haar doelstellingen (o.a. ruimtelijke invulling, milieu, volkshuisvesting, werkgelegenheid) door
aankoop, exploitatie en uitgifte van gronden. Indien dit
niet wenselijk/mogelijk is, bereikt zij haar doelstellingen
door medewerking te verlenen aan ontwikkeling van
plannen door private personen, bedrijven en instellingen”.
2.b.7.2 Financiële positie
Reserves
Grondbeleid gaat gepaard met grote financiële kansen
en risico’s, zeker in de gevallen van actief grondbeleid.
Om de risico’s op te kunnen vangen wordt sinds 2004
gebruik gemaakt van de algemene reserve vrij besteedbaar. Daarvoor was er een afzonderlijke reserve grondbedrijf. Als bekend is dat een complex een negatief
resultaat krijgt, dan dient volgens de financiële
voorschriften een voorziening te worden gevormd om
het tekort af te dekken. Ultimo 2013 is in de
jaarrekening een voorziening van € 347.000 opgenomen
voor het verwachte tekort van project Buitenwal en het
project Vogelenzang wonen.
Pagina 94
Voorbereidings- en plankosten
In de raad van november 2009 is besloten om, met
ingang van 1 januari 2010, voor de financiering van
projectinvesteringen een initieel werkkrediet van
€ 250.000 beschikbaar te stellen. Hiertoe is besloten,
omdat in de praktijk blijkt dat, vooral bij ruimtelijke
ordeningsprojecten, in de eerste fase van een bouwproces kosten worden gemaakt waar de raad geen
budget voor beschikbaar heeft gesteld. Het gaat dan om
voorbereidingskosten zoals de kosten van onderzoek en
haalbaarheid. Door het ontbreken van een budget komt
de rechtmatigheid in het geding. Met het beschikbaar
stellen van een werkkrediet door de raad is het
rechtmatigheidsrisico afgedekt.
Jaarstukken 2013
§7 — Grondbeleid
Actuele prognoses en te verwachten resultaten
In onze gemeente zijn 13 grondexploitaties in
uitvoering. Deze zijn onderverdeeld in exploitaties die in eigen beheer worden uitgevoerd en exploitaties in het beheer van derden. In 2013 is de winst genomen van Binnenstad Oost (plandelen 1, 2 en 4) van € 341.800. De nog te
realiseren winst bedraagt € 5.122.500 en kan als volgt worden gespecificeerd:
Verwachte resultaten grondexploitaties
in euro's
a. Uitvoering in eigen beheer
b. Uitvoering door derden
Totaal
Voorziening negatieve grondexploitaties
Eind-totaal
2013
2.096.218 V
2.679.287 V
4.775.505 V
347.000 V
5.122.505 V
De geprognosticeerde winst wijkt na aftrek van de winstneming Binnenstad Oost € 426.700 af van de resultaten
zoals die gepresenteerd zijn in de begroting 2014. De neerwaartse bijstelling is met name het gevolg van:
a. Bijstelling resultaat Binnenstad Oost
: € 375.000 N
b. Lagere winstprognose Bosje fase 3 en vrijgekomen locaties MFG Elst
: € 107.000 N
In de tabel hieronder treft u het financiële verloop van het projecten in 2013 aan:
Grondexploitaties
Waarde
Boek waarde
in euro's
01-01-2013
Investering
Inkomsten 31-12-13 voor
Rente
2013
2013
0N
0N
67.628 N
11.159 V
208.530 V
13.554 V
winstneming
Winstneming Balanswaarde
JRR2013
31-12-2013
Uitvoering in eigen beheer
A. Remmerden uitbreiding
B. Het Bosje fase 1 en 2
C. Het Bosje fase 3
807.477 N
52.486 N
167.390 N
D. Buitenwal
683.445 N
44.424 N
73.000 N
177.364 N
11.529 N
12.084 N
1.254.426 V
81.538 V
1.123.889 N
3.494 V
56.469 N
56.469 N
222.084 V
222.084 V
1.027.353 N
1.027.353 N
797.375 N
797.375 N
200.977 N
200.977 N
Niet in exploitatie genomen gronden
E. Woon/zorgboerderij Achterberg
Uitvoering door derden
F. Binnenstad Oost plandeel 1,2 & 4
129.700 V
G. Binnenstad Oost plandeel 3
H. Vogelenzang wonen
363.092 N
23.601 N
91.885 N
185.325 V
341.775 V
341.775 V
0N
0N
0N
293.253 N
293.253 N
I. Rhenen - Noord
39.027 V
2.537 V
144.548 N
102.984 N
102.984 N
J. Vreewijk
49.415 N
3.212 N
30.431 N
139.834 V
56.776 V
56.776 V
1.376 V
89 V
5.642 N
3.844 V
333 N
333 N
0N
0N
2.505 N
2.505 N
2.505 N
K. Elsterweg DAMKRO
L. Achterberg Oost
L. Vrijkomende locaties MFG Elst
Totaal
491.124 N
31.923 N
178.304 N
1.068.558 N
69.457 N
1.897.306 N
701.351 N
473.356 V
2.561.965 N
701.351 N
341.775 V
2.903.740 N
Pagina 95
§7 — Grondbeleid
Jaarstukken 2013
2.b.7.3 Gronden in exploitatie (uitvoering in eigen beheer)
Remmerden uitbreiding
Het Bosje fase 3
De uitbreiding van Remmerden
bevat de uitgifte van in totaal
15 kavels, aansluitend aan het
bestaande bedrijventerrein.
Doel van de exploitatie
Remmerden is het stimuleren
van de economische ontwikkeling. Twee kavels zijn
ultimo 2013 nog niet verkocht. Gezien het huidige
economische tij, de minder gunstige ligging van de
kavels en het feit dat banken minder bereidwillig zijn
een lening te verstrekken aan potentiële kopers ziet het
er niet naar uit dat deze kavels op korte termijn
verkocht zullen worden. De prijs van de kavels is, na
taxatie, naar beneden bijgesteld tot € 110 m². Er is een
risico dat deze kavels pas op langere termijn verkocht
zullen worden. De kavels blijven in de verkoop bij de
makelaar.
Dit project omvat de 3e en
laatste fase van de wijk
Het Bosje in Elst. Op de locatie
zijn ca. 50 woningen grondgebonden woningen voorzien,
waarvan ca. 14 in de sociale
sector. Alle gronden zijn in eigendom van de gemeente.
De gemeente maakt de grond zelf bouwrijp en wil de
bouwkavels verkopen.
De civieltechnische werkzaamheden zijn inmiddels
afgerond. Bij de jaarrekening 2012 heeft er een tussentijdse winstneming plaatsgevonden ter grootte van
€ 2.051.000. Doordat twee kavels nog niet verkocht zijn
is binnen het project nog een potentiële winst aanwezig
van bijna € 450.000. Aangaande de vordering op Project
Consult is er ingestemd met een schikkingsvoorstel van
€ 47.500. Dit bedrag zal meegenomen worden bij de
actualisatie van de grondexploitatie bij de jaarrekening
2014.
Eind 2013 is gestart met de verkoop van tussen de 9 en
15 vrije bouwkavels voor (collectief) particulier
opdrachtgeverschap. Er is tot nu 1 kavel verkocht en
1 kavel onder optie. Met de Rhenense Woningstichting
wordt verkend of en zo ja hoe er in het zuidelijk deel van
het plangebied ca. 14 sociale woningen gerealiseerd
kunnen worden. Het oorspronkelijk sociaal programma
van 28 is daarmee gehalveerd vanwege het ontbreken
van behoefte. Over de overige bouwgrond bezint de
gemeente zich op de wijze van grondverkoop en verkent
daarbij de mogelijkheden van grondverkoop aan meer
particulieren en/of een bouwer. Van belang is dat de
voortgang van dit lopende project niet in het geding
komt.
De risico’s die van invloed kunnen zijn op de voortgang
zijn vooral van financiële aard. De factor tijd en de
marktontwikkeling hebben hierop de grootste invloed.
De planologische risico’s zijn minimaal, omdat er al een
onherroepelijk vastgesteld bestemmingsplan ligt. Ook
de inhoudelijk-technische risico’s (bodem, geluid, flora
en fauna, archeologie) zijn minimaal, omdat al die
thema’s in het kader van het bestemmingsplan al uitvoerig zijn onderzocht. In de actualisatie van de grondexploitatie van maart 2014 is ten opzichte van de actualisatie uit 2013 de winstverwachting naar beneden bijgesteld van € 1,96 mln (eindwaarde) in 2013 naar € 1,91
mln (eindwaarde).
Door verdere uitfasering, daling van grondprijzen en
hogere kosten is de winstverwachting met ca. € 60.000
beperkt naar beneden bijgesteld.
Pagina 96
Jaarstukken 2013
Buitenwal
In februari 2012 heeft de
gemeenteraad ingestemd met
de verplaatsing van de zanden grindhandel Schuilenburg uit
de oude stadsrand van Rhenen naar het bedrijventerrein
Remmerden en de herontwikkeling van de vrijkomende
locatie. Met de verhuizing, eind 2012, is een lang
gekoesterde wens van de gemeente vervuld.
Dit is financieel mogelijk gemaakt door een bijdrage van
zowel de gemeente als de provincie Utrecht. De gronden
zijn daarmee eigendom van de gemeente Rhenen.
Een deel van de volkstuinen rondom de westelijke
bedrijfslocatie maken deel uit van het plangebied. In
2013 is geconstateerd dat de bodem van de volkstuinen
ernstig verontreinigd is. Dit heeft tot veel commotie in
de buurt en bij de tuinders geleid. Op grond van de rapportage van RIVM en GGD heeft het college besloten de
volkstuinen op te heffen. Aangezien ook de bodem van
de oostelijke bedrijfslocatie ernstig vervuild is, heeft het
project te maken met een grote, complexe bodemsanering.
In 2012 is in nauw overleg met omwonenden en
toekomstige kopers een stedenbouwkundig plan
uitgewerkt. In 2013 is op basis hiervan het
bestemmingsplan voorbereid. Wanneer de financiële
consequenties van de bodemsanering duidelijk zijn kan
het bestemmingsplan in procedure worden gebracht.
De gemeente beoogt de kavels uit te geven in (collectief)
particulier opdrachtgeverschap uitgegeven. Voor de
uitvoering van het project Bedrijfsverplaatsing
Schuilenburg, inmiddels Buitenwal genoemd, heeft de
raad in februari 2012 een krediet beschikbaar gesteld
van € 2.003.608. Daarnaast heeft de raad een
voorziening gevormd van € 257.000 voor het verwachte
tekort van het project. Deze gemeentelijke bijdrage in de
grondexploitatie is een voorwaarde van de provincie
voor de provinciale bijdrage en noodzakelijk om samen
met de opbrengsten van de uit te geven bouwkavels een
sluitende grondexploitatie te bewerkstelligen. In de
grondexploitatie is rekening gehouden met de kosten
voor onder andere bodemsanering.
§7 — Grondbeleid
Woon- /zorgcomplex
Achterberg
De provincie heeft in de
provinciale structuurvisie de
mogelijkheid gecreëerd voor de realisatie buiten de rode
contour van een woon- /zorgcomplex met woningbouw
onder voorwaarde van onder meer mitigerende ecologische maatregelen. De Rhenense Woningstichting en
enkele zorgaanbieders zijn eind 2011 tot de conclusie
gekomen dat zij het woon- /zorgcomplex niet kunnen
ontwikkelen. Een belangrijke rol speelt daarbij de
nieuwe wet- en regelgeving rond AWBZ en
verpleeghuiszorg en de beperktere mogelijkheden van
woningbouwcorporaties en zorgaanbieders om te
investeren in psychogeriatrische zorgcentra.
Het jaar 2013 stond evenals 2012 in het teken van het
woon- /zorgcomplex en de selectie van en onderhandelingen met enkele serieuze partijen. Dit heeft geleid tot
overeenstemming met een zorgvastgoed ontwikkelaar
die zelf afspraken maakt met zorgaanbieders en beleggers. De Kleine Zorggroep Achterberg is nauw betrokken
bij het proces.
Dit project geeft invulling aan een deel van het
ruimtelijk beleid verwoord in het collegeprogramma en
de stedenbouwkundige structuurvisie. Met dit plan
wordt tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan het
volkshuisvestingsbeleid zoals dit is vastgelegd in de
woonvisie en het daarbij behorende woningbouwprogramma. De kosten die de gemeente tot op heden
heeft gemaakt worden gedekt uit toekomstige
grondverkopen.
Mede gezien het contract met de provincie Utrecht zijn
de financiële risico’s van dit project beperkt. Dit project
geeft invulling aan een deel van het ruimtelijk beleid
verwoord in het collegeprogramma en de stedenbouwkundige structuurvisie.
Pagina 97
Jaarstukken 2013
Jaarstukken 2013
2.b.7.4 Gronden in exploitatie (uitvoering door derden)
Binnenstad Oost
De herstructurering van Binnenstad Oost omvat de realisatie op
een centrumlocatie van ruim 90
koop- en huurappartementen
en grondgebonden koopwoningen, 2.600m² winkelruimte, een
parkeergarage en de herinrichting van de openbare
ruimte. In 2001 heeft de gemeente een samenwerkingsovereenkomst getekend met de ontwikkelaar,
Planoform Vastgoedontwikkeling, nu Volker Wessels
Vastgoed. Daarnaast hebben gemeente en de ontwikkelaar afspraken gemaakt met de Rhenense woningstichting.
Dit project geeft invulling aan een deel van het
ruimtelijk beleid verwoord in het collegeprogramma en
de stedenbouwkundige structuurvisie. Met dit plan
wordt tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan het
volkshuisvestingsbeleid zoals dit is vastgelegd in de
woonvisie en het daarbij behorende woningbouwprogramma.
In 2013 zijn de plandelen 1, 2 en 4 van het project
nagenoeg afgerond. Het project heeft echter vertraging
opgelopen door de woningbouwcrisis doordat de
ontwikkelaar de bouw van plandeel 3 (woningen langs
de Bantuinweg) heeft uitgesteld en de grond van de
gemeente nog niet heeft afgenomen. Afgezien van
plandeel 3 is de herinrichting van de overige openbare
ruimte Binnenstad Oost begin 2014 voltooid. De kosten
die met deze herinrichting zijn gemoeid zijn 30% hoger
uitgevallen dan de met de ontwikkelaar overeengekomen vergoeding in 2001. Deze vergoeding was in de
overeenkomst niet geïndexeerd.
Bij de jaarrekening 2012 werd nog rekening gehouden
met een positief resultaat voor de grondexploitatie
Binnenstad Oost van € 1.018.000. Dit is nu gedaald tot
€ 643.000. Dit verschil van € 375.000 is enerzijds te
verklaren door de hogere kosten voor de herinrichting.
Anderzijds was in het verwachte resultaat 2012 nog
geen rekening gehouden met de vertraging voor
plandeel 3. De plandelen 1, 2 en 4 worden bij de jaarrekening 2013 financieel afgesloten met een winstneming van € 342.000. Voor plandeel 3 wordt een
positief resultaat verwacht van € 301.000.
In het raadsvoorstel over de bestemming van het jaarrekeningresultaat 2013 wordt voorgesteld het resultaat
van de plandelen 1, 2 en 4 van Binnenstad Oost als volgt
te bestemmen:
a.
b.
€ 191.000 toe te voegen aan de reserve sociale
woningbouw voor de realisatie van huurwoningen in de gemeente; en
€ 151.000 toe te voegen aan de algemene
reserve als terugbetaalde rente.
Pagina 98
Vogelenzang wonen
De nieuwbouwwijk
Vogelenzang is een ontwikkeling van Bouwfonds en Van
Wijnen. De rol van de
gemeente is kaderstellend,
toetsend en faciliterend.
Het plan omvat ca.234 woningen (Definitief Stedenbouwkundig Ontwerp 2011). Dit betreft woningen in
alle prijscategorieën, zowel grondgebonden als
appartementen en zowel sociale als vrije sector. Via een
Samenwerkingsovereenkomst (SOK) is geregeld dat de
gemeente haar plankosten krijgt vergoed door de
marktpartijen.
Het bestemmingsplan Vogelenzang is in april 2012
onherroepelijk geworden. Bouwfonds is in de zomer van
2012 gestart met de verkoop van de eerste woningen.
Inmiddels is een flink aantal woningen vergund en in
aanbouw. Het gebied is grotendeels bouwrijp gemaakt.
De eerste woningen (16 sociaal) worden in maart 2014
opgeleverd.
De risico’s voor de gemeente zijn beperkt. De vergoeding
van de plankosten zijn geregeld in de SOK en marktrisico’s liggen bij de marktpartij. In de projectbegroting
werd voorzien in een tekort van € 136.000 aan het einde
van het project in 2016. Voor dit tekort is bij de jaarrekening 2012 een
voorziening gevormd. In de projectbegroting was de
bijdrage van derden voor het ondergronds inzamelen
niet meegenomen. In de jaarrekening 2013 zorgt dit
voor een verlaging van de voorziening ten gunste van de
exploitatie van € 46.000.
Jaarstukken 2013
§7 — Grondbeleid
Rhenen-Noord
Vreewijk
Dit project omvat de integrale
herstructurering van het gebied
Lijsterberg, Valleiweg en Achterbergsestraatweg (LVA). De herinrichting van de
openbare ruimte van het gebied is in 2013 voltooid.
De raad heeft aansluitend op
het collegeprogramma ’10-’14
begin 2011 besloten om
volledige nieuwbouw met aandacht voor cultuurhistorie
toe te staan. De raad heeft in 2012 het programma van
eisen en beeldkwaliteitsplan vastgesteld als toetsingskader voor het ontwerp en de ruimtelijke invulling van
het plangebied Vreewijk.
Twee speelterreinen - voor jongere en oudere kinderen zijn aangelegd en parkeerplaatsen, hekwerken,
beplanting en een deel van de bestrating zijn vernieuwd.
De provincie heeft hieraan bijgedragen met € 300.000 in
het kader van het Fonds Stedelijk Bouwen en Wonen. Na
archeologisch proefsleuvenonderzoek en beperkte
bodemsanering is het gehele plangebied vrijgegeven
voor de gewenste bouwactiviteiten.
De Rhenense Woningstichting (RWs) heeft in 2013 de
eerste van drie appartementengebouwen opgeleverd,
heeft de tweede flat gesloopt en vordert met de
bouwwerkzaamheden. Hier komen 63 grotere senioren
woningen.
Zideris en RWs besloten af te zien van de bouw van 24
niet zelfstandige wooneenheden voor Zideris aan de
Lijsterberg. De gemeente heeft gesprekken gevoerd voor
de ontwikkeling van een andere maatschappelijke
functie op deze locatie.
De plannen voor uitbreiding of verplaatsing van de
supermarkt zijn door de betrokken marktpartijen niet
opgepakt en hebben in 2013 geleid tot leegstand van
het pand van de supermarkt. Voor de locatie op hoek
Achterbergsestraatweg en Lijsterberg is in 2012 door de
raad een kavelpaspoort vastgesteld voor de bouw door
particulieren van circa 6 patiowoningen. Verkoopactiviteiten hebben nog geen resultaat opgeleverd.
In 2013 hebben de Rhenense Woningstichting en de
gemeente besloten om eerst de sloop en nieuwbouw
van 56 woningen in fase 1, het plangebied ten oosten
van de Domineesbergweg, te realiseren. Medio 2013
hebben beide partijen hiertoe een anterieure exploitatieovereenkomst getekend. De plankosten worden
verhaald via de overeenkomst en een maximale bijdrage
van € 90.000 van de gemeente (ten laste van de
algemene reserve).
Eind 2013 heeft het college ingestemd met het concept
ontwerpbestemmingsplan. Partijen hebben afgesproken
om begin 2014 de haalbaarheid van de herstructurering
van fase 2 te onderzoeken.
Dit project geeft invulling aan het specifiek doel in het
collegeprogramma om minimaal 92 woningen te
realiseren in 2013 (conform het handboek is het aantal
woningen bijgesteld naar minimaal 82). Met dit plan
wordt tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan het
volkshuisvestingsbeleid zoals dit is vastgelegd in de
woonvisie en het daarbij behorende woningbouwprogramma.
In 2013 is gestart met de gezamenlijke verkoop van
gemeentelijke bouwkavels “Rheense Waarden”. Dit
project geeft invulling aan een deel van het ruimtelijk
beleid verwoord in het collegeprogramma en de stedenbouwkundige structuurvisie. Met dit plan wordt tevens
een belangrijke bijdrage geleverd aan het volkshuisvestingsbeleid zoals dit is vastgelegd in de woonvisie en
het daarbij behorende woningbouwprogramma.
Pagina 99
§7 — Grondbeleid
Jaarstukken 2013
DAMKRO Elst
Achterberg Oost
Begin 2013 heeft het college
ingestemd met de intentieovereenkomst met DAMKRO BV
voor de herontwikkeling van het gebied ter hoogte van
de Elsterstraatweg 51-71 in Elst, waarbij ter vervanging
van de bedrijvigheid ter plaatse een woningbouwplan is
ontwikkeld voor 32
woningen. De herontwikkeling van het gebied is
opgenomen in de stedenbouwkundige structuurvisie.
Het college heeft besloten in
principe medewerking te
willen verlenen aan de
ontwikkeling van de
inbreidingslocatie Achterberg Oost, met de bouw van in
totaal 39 woningen. Om medewerking te kunnen
verlenen is een herziening van het bestemmingsplan
noodzakelijk. Met de nog uit te voeren onderzoeken ter
onderbouwing van het bestemmingsplan dient de
uitvoerbaarheid van het plan te worden aangetoond.
Damkro heeft in 2013 het stedenbouwkundig plan en
het inrichtingsplan in overeenstemming gebracht met
deze visie en binnen de rode contour. In de intentieovereenkomst is onder meer geregeld dat alle
gemeentelijke kosten voor rekening zijn van Damkro en
dat partijen een anterieure exploitatieovereenkomst
tekenen voorafgaand aan de bestemmingsplanprocedure.
Begin 2014 is daartoe een intentieovereenkomst
getekend door de Achterbergse Ontwikkelingsmaatschappij en de gemeente. Deze overeenkomst omvat het
opstellen, toetsen en zo mogelijk door de raad vast
stellen van het programma van eisen (PVE) en het beeldkwaliteitsplan (BKP). Vervolgens wordt het
bestemmingsplan voorbereid en de anterieure
exploitatieovereenkomst opgesteld. Naar verwachting
kan in de tweede helft van 2014 de bestemmingsplanprocedure starten.
Aangezien het gaat om kostenverhaal stelt de raad geen
grondexploitatie vast. Met de intentieovereenkomst zijn
alle gemeentelijke plankosten tot aan de bestemmingsplanprocedure gedekt.
De op te stellen exploitatieovereenkomst dekt alle
gemeentelijke plankosten na het starten van de
bestemmingsplanprocedure.
Pagina 100
Jaarstukken 2013
Vrijkomende locaties
MFG Elst
Door de ontwikkeling van het
Multifunctioneel Gebouw
(MFG) zijn in Elst vier locaties vrijgekomen. Er zullen naar verwachting op de vier kavels in
totaal ongeveer 70-75 woningen gerealiseerd worden.
De opbrengst van de herontwikkeling op die locaties
was tot 2013 direct bestemd ter dekking van het MFG
Elst en ook als zodanig in de begroting verwerkt. Omdat
zowel omvang als moment van de opbrengst onzeker is
heeft de provincie bij de beoordeling van de begroting
2013 aangegeven dat dit niet is toegestaan. De raad
heeft daarom in 2013 ten laste van de algemene reserve
een bestemmingsreserve MFG Elst gevormd van
€ 1,1 miljoen. Samen met de middelen uit de reserve
sociale woningbouw van € 0,6 miljoen en het toevoegen
van de rente aan de reserve vormt dit de oorspronkelijke
hoogte van de dekking die nodig was. De opbrengst van
de vier locaties zal vervolgens als terugbetalingsverplichting ten goede komen aan de algemene reserve.
De raad heeft in totaal een voorbereidingskrediet
toegekend van € 1.804.762, gebaseerd op de totale
plankosten voor alle vier de locaties samen. De kosten
die de gemeente maakt ten behoeve van de herontwikkeling worden gedekt uit de verkoop.
In november 2011 heeft de raad het kader voor de vier
locaties vastgesteld, bestaande uit de ontwikkelingsstrategie en het programma van eisen. Ook heeft de
raad gekozen voor een woningbouwprogramma van
15% sociale woningbouw en 85% vrije sector.
§7 — Grondbeleid
Voor de locaties Visnet, Woudmees en Dorpshuis is een
wedstrijd uitgeschreven. Dat heeft geleid tot verkoop
van locatie Visnet aan Expo Vastgoed B.V. In januari
2014 is het contract getekend. Voor locaties Woudmees
en Dorpshuis is (nog) geen koper gevonden. Omdat voor
locatie Dorpshuis de hoogste opbrengst wordt verwacht
zonder brandweerpost, is gezocht naar een alternatieve
locatie. Dat heeft nog geen resultaat opgeleverd. De
locatie Gymzaal wordt voor(Collectief) Particulier
Opdrachtgeverschap aangeboden. Eind 2013 is de
verkoop aan particulieren gestart.
De problemen op de woningmarkt betekenen een groot
risico voor dit project. De opbrengstverwachting is in
februari 2014 geactualiseerd. De totale verwachte
opbrengst is ten opzichte van de eerdere prognoses naar
beneden bijgesteld. In voorgaande berekeningen waren
de gemeentelijke uren die in de toekomst nog gemaakt
moeten worden niet volledig meegenomen. Daarnaast is
in de actualisatie rekening gehouden met lagere
verwachte woningprijzen en hogere kosten voor
inrichting en beheer van de huidige terreinen. De
effecten vallen echter mee, omdat enkele kostenposten
(bijv. bouw- en woonrijp maken) naar beneden konden
worden bijgesteld.
Dit project geeft invulling aan een deel van het
ruimtelijk beleid verwoord in het collegeprogramma en
de stedenbouwkundige structuurvisie. Tevens wordt
met dit project een belangrijke bijdrage geleverd aan het
volkshuisvestingsbeleid zoals dit is vastgelegd in de
woonvisie en het daarbij behorende woningbouwprogramma.
Pagina 101
asddddd
Pagina 102
Jaarstukken 2013
§8 — Subsidieverlening
2.b.8
§8 — Subsidieverlening
Juridisch kader
De subsidies voor het jaar 2013 zijn verleend onder de
werking van de Algemene Subsidieverordening (ASV)
2011. Overeenkomstig de overgangsbepalingen van de
nieuwere ASV 2013 worden deze subsidies dan ook nog
verantwoord conform de ASV 2011.
Daarnaast is de Algemene Wet Bestuursrecht van
toepassing op de verleende subsidies.
De organisaties die een jaarlijks subsidie ontvangen die
groter is dan € 5.000 en lager dan € 50.000, dienen deze
te verantwoorden voor 1 juli 2014. Zij dienen hiervoor
een financieel verslag in waaruit blijkt dat de activiteiten
waarvoor subsidie werd ontvangen zijn uitgevoerd.
Instellingen die een subsidie hebben ontvangen groter
dan € 50.000 hebben een uitgebreidere verantwoordingsplicht. Zij dienen voor 1 juli 2014 een inhoudelijk
verslag, een financieel verslag, een balans en een
accountantsverklaring in.
Het college beoordeeld deze verantwoording en stelt
binnen 13 weken na de ontvangst de subsidies vast.
Beleidskaders
De subsidieaanvragen voor 2013 zijn ingediend in het
jaar 2012. Voor de inhoudelijke beoordeling van de
aanvragen waren slechts beperkt beleidskaders
aanwezig. Het WMO-beleidsplan werd in 2012 vastgesteld en het ontwerpbeleidsplan heeft voor een deel
van de subsidies als toetsingskader gediend. Daarnaast
waren er landelijke beleidskaders voor onderwijsachterstanden die toegepast zijn voor de subsides voor
voor- en vroegschoolse educatie. De overige subsidies
zijn toegekend op basis van prioriteiten die in eerdere
beleidsnota’s of beleidsnotities zijn vastgelegd.
Ook al is er geen sprake van vastgesteld beleid, toch
wordt ingespeeld op de actuele opvattingen en
ontwikkelingen in de (lokale) samenleving over wat
belangrijk is, door hierover in contact te blijven met
maatschappelijke organisaties.
dat de verleende subsidies binnen de door de raad
vastgestelde plafonds zijn gebleven. Op basis van de
verantwoording kan het zijn dat er nog subsidie wordt
terugbetaald, indien de subsidie lager wordt vastgesteld
dan het bedrag van de toekenning.
Verleende subsidie 2013
Verleende
in euro's
subsidie 2013
Sociaal Culturele Subsidieontvangers
Regulier peuterspeelzaalwerk
97.736
Vereniging Vrienden Dorpshuis Achterberg
33.077
Stichting Muziekonderwijs Rhenen
25.102
VVV Vallei
24.060
Stichting Vluchtelingenwerk Midden Gelderland
18.885
Regionaal steunpunt Mantelzorg
15.000
Indigo (v/h de Gelderse Roos)
5.022
Humanitas Nederveluwe
4.080
Stichting kunst Centraal
3.920
Stichting Slachtofferhulp
3.823
Muziekvereniging Ons Genoegen
3.215
Christelijke Oratoriumvereniging Euphonia
3.215
Jhr. Schimmelpenninckgroep (scouting)
2.976
Gymnastiekvereniging D.E.S.
2.025
Atletiekvereniging Arena
1.850
Gymnastiekvereniging Wilskracht
1.840
Stichting Speelweek Elst
1.816
Gelders Utrechts Cantantekoor
1.515
Eben-Haëzerkoor Rhenen
1.488
UFC Lions
1.455
Excelsior Volleybal
1.450
Rhenus Cantat
1.380
Oranje Comité Elst
1.160
Comité Open Monumentendag
1.134
Basketballvereniging Black Stars
1.065
Dierenbescherming Rhenen-Veenendaal
695
Volleybalvereniging Musketiers
600
Stichting De Korenwinde
500
S.V. Excelsior (gym)
450
Subtotaal Sociaal Cultureel
260.534
Subsidieplafonds
In 2013 is er gewerkt met een subsidieplafond.
Tegelijkertijd zijn er in dit jaar bezuinigingen doorgevoerd op de voor subsidies beschikbare middelen.
Deze bezuinigingsoperatie beslaat meerdere jaren en
wordt afgerond in 2015. De bezuinigingen vinden hun
oorsprong in het raadsbesluit van 28 augustus 2012
waarbij de raad heeft bepaald welke subsidies worden
beëindigd of verminderd. Voor 2013 werd het
maximumbedrag per subsidievragende organisatie
opgenomen. Met ingang van 2013 wordt op grond van
hetzelfde raadsbesluit niet meer geïndexeerd, ook niet
als de subsidies een looncomponent bevatten.
Regiobibliotheek ZOUT
Verantwoording
De subsidies over 2013 worden voor 1 juli 2014 door de
ontvangende organisaties verantwoord. Over de
besteding van de subsidies kan daarom op dit moment
nog niets worden gezegd. Wel kan worden vastgesteld
373.641
Subtotaal Regiobibliotheek ZOUT
Stichting Alleman Welzijn
373.641
460.295
Subtotaal Alleman Welzijn
460.295
Vitras/CMD (JGZ uniform deel)
256.343
Vitras/CMD (algemeen maatschappelijk werk)
249.927
Vitras/CMD (budget adviescentrum)
50.000
Vitras/CMD (JGZ maatwerk deel)
47.207
Vitras/CMD (jeugdgezondszorg)
22.288
Vitras/CMD (opvoedondersteuning)
21.582
Vitras/CMD (huiselijk geweld)
14.200
Vitras/CMD (preventief jeugdbeleid)
13.791
Subtotaal Vitras/CMD
Subsidieplafond
675.338
1.769.808
Pagina 103
§9 — 3 Decentralisaties
2.b.9
2.b.9.1
Jaarstukken 2013
§9 — 3 Decentralisaties
Invoering 3 decentralisaties t/m 2013
De begroting 2013, die in de zomer van 2012 is opgesteld, was niet ingericht op de taken die het Rijk met ingang van
2015 gaat overhevelen. Daarom volgt de verantwoording over de decentralisaties in een afzonderlijke paragraaf.
Met ingang van 2015 zullen de decentralisaties deel uitmaken van de programma’s in de begroting. Hiermee vervalt
dan de noodzaak van een afzonderlijke paragraaf.
Het kabinet hevelt de taken binnen het sociaal domein (jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning en participatie)
per 1 januari 2015 over naar de gemeenten. Deze decentralisaties hebben veel impact. Ongeveer de helft van de
gemeentelijke begroting bestaat na 1 januari 2015 uit het sociaal domein (breed gezien). Het college heeft ervoor
gekozen om zich in een verbijzonderd traject voor te bereiden op de drie decentralisaties. Vanaf eind 2012 / begin
2013 is er een programma- en projectorganisatie opgezet. Op 24 september 2013 is bij Raadsbesluit een budget
beschikbaar gesteld om de invoering van de 3 decentralisaties voor te kunnen bereiden. Op de volgende pagina is de
begroting en de realisatie van dit budget voor het jaar 2013 te zien.
Het jaar 2013 stond vooral in het teken van strategische beleids- en visievorming. Er is een tweetal belangrijke
documenten door de Raad vastgesteld:
 Contouren Visie Sociaal Domein Rhenen: Op 28 mei 2013 heeft de gemeenteraad de contouren voor de visie
op het sociaal domein vastgesteld. Gericht op de omslag van de verzorgingsstaat naar de netwerksamenleving. Met deze contouren heeft de gemeenteraad toen het ‘speelveld’ afgebakend, waarbinnen de
gemeente de visie en de bijbehorende opgaven in het sociaal domein invulling wil geven. Vervolgens is
aangegeven dat het college het traject zou uitzetten om te komen tot een visie.
 Visie Sociaal Domein Rhenen ‘Een vitale samenleving is nooit blut’: Op 12 november 2013 heeft de
gemeenteraad het visiedocument vastgesteld. Het traject om te komen tot het visiedocument is met diverse
bijeenkomsten en raadplegingen van verschillende bestuurders en professionals doorlopen. De uitgewerkte
visie verdiept de kanteling, verheldert welke spelers op het speelveld staan en geeft een aanzet tot de nieuwe
spelregels. Als inleidend document op de visie is een (journalistiek) essay opgesteld. Dit is bedoeld om een
helder beeld van de maatschappelijke situatie te schetsen, waarbinnen de kanteling van het sociaal domein in
Rhenen gestalte krijgt. De visie zet het streefbeeld neer van de vitale samenleving. Op basis van dit streefbeeld zijn principes, inzichten en uitgangspunten beschreven, die Rhenen wil hanteren om de systeemwisseling naar ‘één gezin, één plan en één regisseur’ met de verschillende betrokkenen in het sociaal domein te bewerk-stelligen.
In 2013 is daarnaast veel werk verzet om in januari 2014 het Integraal Beleidskader Sociaal Domein door de Raad te
kunnen laten vaststellen. Ook voor de beleidsplannen 1e tranche Jeugd, Participatie en Maatschappelijke
Ondersteuning, die in februari 2014 op de Raadsagenda staan, is in 2013 veel werk verzet.
Een toelichting op financiële verschillen
Op de volgende pagina staat een overzicht van de realisatie van het investeringsbudget 3 decentralisaties, dat op 24
september 2013 bij raadsbesluit beschikbaar is gesteld. Hieronder volgt een toelichting op de belangrijkste
verschillen.
 Bij het opstellen van het Raadsbesluit was er nog geen secretaris voor de raadscommissie herstructurering
sociaal domein. De kosten hiervan konden dus niet afzonderlijk worden begroot.
 Communicatieadviseur, projectleider participatie en projectleider AWBZ naar WMO: de kosten zijn lager
doordat de personele invulling later dan voorzien heeft plaatsgevonden.
 Invoeringskosten AWBZ: er is voor de invoeringkosten in 2013 € 54.281 minder ontvangen van het Rijk dan
voorzien. Deze Rijksbijdrage wordt niet in 2013 maar in 2014 ontvangen. Per saldo is dit dus slechts een afwijking over boekjaren en daarmee budgettair neutraal.
 Bbb (staat voor uren binnen de bestaande begroting): doordat medewerkers zijn ingezet op de
voorbereidende werkzaamheden voor de decentralisaties heeft er een herprioritering plaatsgevonden van de
bestaande werkzaamheden. Hierdoor zijn er binnen producten verschuivingen van ureninzet geweest in
2013.
De genoemde verschillen leiden per saldo slechts tot een gering verschil ten opzichte van de begroting.
Uit de reserve “3 decentralisaties (invoeringsbudget)” wordt in 2013 een netto bedrag van € 224.580 onttrokken,
waarmee de stand van de reserve op 31-12-2013 € 740.847 bedraagt.
Pagina 104
Jaarstukken 2013
Kosten voorbereiding decentralisaties gemeente Rhenen 2013
in euro's
Decentralisaties gezamenlijk
- Projectmanager
- Projectsecretaris
- Secretaris commissie herstructurering sociaal domein
- Financieel adviseur
- Communicatie adviseur
- Specifiek communicatie advieswerk en bijeenkomsten
- Onvoorzien
Subtotaal decentralisatie gezamenlijk
Decentralisatie jeugdzorg
Lokale projectorganisatie
- Projectleider
- Lokale werkgroep
- Team Leefbaarheid
- Team advies
Regionale projectorganisatie
- 2 Projectleiders
- Ambtelijke stuurgroep
- Ambtelijk overleg
Bovenregionale projectorganisatie
- Projectleider
- Ambtelijke stuurgroep
- Werkgroepen
Subtotaal decentralisatie jeugdzorg
Decentralisatie Participatiewet
Lokale projectorganisatie
- Projectleider
- Lokale werkgroep
- Team Wmo
- Team Leefbaarheid
- Team advies
Subtotaal decentralisatie participatiewet
Decentralisatie AWBZ naar Wmo
Lokale projectorganisatie
- Projectleider
- Lokale werkgroep
- Team Wmo
- Team Leefbaarheid
- Team advies
Subtotaal decentralisatie AWBZ naar Wmo
§9 — 3 Decentralisaties
Begroot
100.000 N
50.000 N
0N
23.333 N
30.000 N
17.500 N
27.500 N
Saldo kosten en bijdragen (A+B)
111.266 N
43.431 N
1.574 N
24.581 N
13.926 N
22.067 N
0N
248.333 N
216.845 N
80.000 N
bbb
bbb
bbb
84.780 N
33.151 N
bbb
bbb
33.151 N
0N
bbb
bbb
0N
113.151 N
20.000 N
bbb
bbb
bbb
bbb
117.931 N
8.400 N
20.000 N
20.000 N
bbb
bbb
bbb
bbb
Totaal kosten (A)
Bijdragen (in mindering op de kosten)
- Invoeringskosten van het Rijk
- Jeugdzorg
waarvan reeds besteed
- Participatiewet
- AWBZ
waarvan reeds besteed
- Vergoeding voor inzet financieel adviseur
Totaal bijdragen (B)
Werkelijk
8.400 N
5.883 N
20.000 N
5.883 N
401.484 N
349.060 N
66.302 V
500 N
0N
102.755 V
296 N
6.000 V
66.302 V
0N
0N
48.474 V
0N
9.704 V
174.261 V
124.480 V
227.223 N
224.580 N
bbb — binnen bestaande begroting
Pagina 105
§9 — 3 Decentralisaties
2.b.9.2
Jaarstukken 2013
Invoering 3 decentralisaties vanaf 2015
In 2015 wordt het deelfonds sociaal domein binnen het gemeentefonds ingevoerd. In dit deelfonds worden de
budgetten van de 3 decentralisaties op het gebied van jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning en participatie
ondergebracht.
Ook bestaande budgetten als de huidige Wmo, de Wet Sociale Werkvoorziening en het huidige participatiebudget
zullen in het deelfonds sociaal domein worden ondergebracht. Een eigenschap die al deze budgetten gemeen
hebben, is dat ze een financieel risico kennen: tekorten moeten namelijk worden aangevuld vanuit de eigen
algemene middelen. Hierdoor is het wenselijk een buffer aan te leggen en om in de toekomst overschotten en
tekorten te kunnen egaliseren.
Het jaar 2015 wordt naar verwachting een financieel moeilijk jaar voor de nieuwe taken die in het kader van de
decentralisaties naar de gemeenten komen. Het Rijk boekt (aanzienlijke) bezuinigingen in door de overgedragen
budgetten voor de nieuwe gemeentelijke taken te korten met ingang van 1 januari 2015. Dit leidt volgens een
publicatie van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties tot het volgende beeld:
Bron: Financiën en de 3 decentralisaties, ministerie van BZK, pagina 32.
Pagina 106
Jaarstukken 2013
§9 — 3 Decentralisaties
Door overgangsrecht (bestaande cliënten behouden hun rechten) is er maar beperkt ruimte het budget te
beïnvloeden. De onderstaande afbeelding maakt deze ontwikkeling inzichtelijk:
Bron: regionaal beleidsplan Jeugdzorg FoodValley 2015 - 2018, pagina 45.
Gelet op de hiervoor geschetste ontwikkelingen is bij gemeenten een algemene trend zichtbaar waarbij een tekort
van 5% zal worden geaccepteerd. Bij de overheveling van de taken gaat de kost uit voor de baat en zijn er zeker in
het eerste jaar slechts beperkte mogelijkheden om het budget te beïnvloeden. Bij de jaarrekening 2013 wordt daarom voorgesteld om een reserve sociaal deelfonds te vormen van € 500.000. Dit is gebaseerd op een verwachte omvang van het sociaal deelfonds voor onze gemeente van 10 miljoen (ondergrens).
Het voorgaande sluit aan bij onze interne berekeningen die zijn gemaakt voor de jeugdzorg en de nieuwe WMO.
Voor de jeugdzorg wordt een concreet tekort verwacht tussen de €100.000 en €300.000. Bij de nieuwe WMO zijn de
cijfers op dit moment minder hard, maar ook daar wordt met een aanzienlijk tekort rekening gehouden. Voor de korte termijn is de verwachting dat een buffer van €500.000 toereikend is.
Pagina 107
De begroting 2013, die in de zomer van 2012 is opgesteld, was niet ingericht op de taken die het Rijk met ingang van
2015 gaat overhevelen. Daarom volgt de verantwoording over de decentralisaties in een afzonderlijke paragraaf.
Met ingang van 2015 zullen de decentralisaties deel uitmaken van de programma’s in de begroting. Hiermee vervalt
de noodzaak van een afzonderlijke paragraaf.
Het kabinet hevelt de taken binnen het sociaal domein (jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning en participatie)
per 1 januari 2015 over naar de gemeenten. Deze decentralisaties hebben veel impact. Ongeveer de helft van de
gemeentelijke begroting bestaat na 1 januari 2015 uit het sociaal domein (breed gezien). Het college heeft ervoor
gekozen om zich in een verbijzonderd traject voor te bereiden op de drie decentralisaties. Vanaf eind 2012 / begin
2013 is er een programma- en projectorganisatie opgezet. Op 24 september 2013 is bij Raadsbesluit een budget
beschikbaar gesteld om de invoering van de 3 decentralisaties voor te kunnen bereiden. Op de volgende pagina is de
begroting en de realisatie van dit budget voor het jaar 2013 te zien.
Het jaar 2013 stond vooral in het teken van strategische beleids- en visievorming
Er zijn een tweetal belangrijke documenten door de Raad vastgesteld:
 Contouren Visie Sociaal Domein Rhenen: Op 28 mei 2013 heeft de gemeenteraad de contouren voor de visie
op het sociaal domein vastgesteld. Gericht op de omslag van de verzorgingsstaat naar de netwerksamenleving. Met deze contouren heeft de gemeenteraad toen het ‘speelveld’ afgebakend, waarbinnen de
gemeente de visie en de bijbehorende opgaven in het sociaal domein invulling wil geven. Vervolgens is
aangegeven dat het college het traject zou uitzetten om te komen tot een visie.
 Visie Sociaal Domein Rhenen ‘Een vitale samenleving is nooit blut’: Op 12 november 2013 heeft de
gemeenteraad het visiedocument vastgesteld. Het traject om te komen tot het visiedocument is met diverse
bijeenkomsten en raadplegingen van verschillende bestuurders en professionals doorlopen. De uitgewerkte
visie verdiept de kanteling, verheldert welke spelers op het speelveld staan en geeft een aanzet tot de nieuwe
spelregels. Als inleidend document op de visie is een (journalistiek) essay opgesteld. Dit is bedoeld om een
helder beeld van de maatschappelijke te schetsen, waarbinnen de kanteling van het sociaal domein in Rhenen
gestalte krijgt. De visie zet het streefbeeld neer van de vitale samenleving. Op basis van dit streefbeeld zijn
principes, inzichten en uitgangspunten beschreven, die Rhenen wil hanteren om de systeemwisseling naar
‘één gezin, één plan en één regisseur’ met de verschillende betrokkenen in het sociaal domein te bewerkstelligen.
In 2013 is daarnaast veel werk verzet om in januari 2014 het Integraal Beleidskader Sociaal Domein door de Raad te
kunnen laten vaststellen. Ook voor de beleidsplannen 1ste tranche Jeugd, Participatie en Maatschappelijke
Ondersteuning, die in februari 2014 op de Raadsagenda staan, is in 2013 veel werk verzet.
Pagina 108
Hoofdstuk 3
Jaarrekening
Pagina 109
Programmarekening
Jaarstukken 2013
3.a.1 — Rekening van baten en lasten
Rekening van Baten en Lasten 2013
Primitieve begroting
x € 1.000
Begroting na wijziging
Werkelijk
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Bestuur en Dienstverlening
2.126 N
383 V
1.743 N
2.134 N
333 V
1.802 N
2.063 N
322 V
1.741 N
Integrale Veiligheid
1.831 N
12 V
1.819 N
1.844 N
12 V
1.832 N
1.792 N
11 V
1.781 N
Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
7.099 N
4.109 V
2.990 N
6.896 N
4.204 V
2.692 N
6.444 N
4.211 V
2.233 N
Economie
1.183 N
225 V
959 N
1.346 N
157 V
1.189 N
1.339 N
215 V
1.124 N
2.730 N
1.263 V
1.467 N
3.640 N
1.775 V
1.865 N
4.347 N
3.248 V
1.099 N
11.779 N
5.608 V
6.170 N
12.485 N
5.808 V
6.677 N
12.456 N
6.475 V
5.981 N
2.128 N
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Maatschappelijke Ondersteuning
Onderwijs en Jeugd
2.317 N
255 V
2.062 N
2.417 N
255 V
2.162 N
2.366 N
239 V
Cultuur en Sport
1.125 N
128 V
997 N
1.009 N
128 V
881 N
1.012 N
162 V
850 N
Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
2.999 N
20.226 V
17.227 V
3.549 N
20.287 V
16.738 V
3.608 N
20.846 V
17.238 V
Resultaat voor bestemming 33.190 N
32.210 V
980 N 35.320 N
32.959 V
2.361 N 35.428 N
35.729 V
301 V
Mutaties reserves
Bestuur en Dienstverlening
0N
0V
0V
0N
96 V
96 V
81 N
96 V
15 V
Integrale Veiligheid
0N
10 V
10 V
0N
10 V
10 V
33 N
10 V
22 N
Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
5N
224 V
219 V
339 N
280 V
59 N
524 N
268 V
256 N
Economie
2N
0V
1N
2N
94 V
93 V
7N
129 V
122 V
Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
87 N
22 V
65 N
22 N
49 V
27 V
83 N
40 V
42 N
Maatschappelijke Ondersteuning
98 N
0V
97 N
133 N
611 V
478 V
285 N
509 V
223 V
Onderwijs en Jeugd
0N
125 V
125 V
0N
171 V
171 V
59 N
354 V
295 V
Cultuur en Sport
9N
10 V
1V
9N
5V
4N
9N
9V
0N
Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
133 N
922 V
789 V
136 N
1.585 V
1.450 V
599 N
1.487 V
887 V
Totaal mutaties reserves
333 N
1.313 V
980 V
639 N
2.901 V
2.261 V
1.679 N
2.901 V
1.222 V
33.523 N
33.523 V
0 V 35.960 N
35.860 V
100 N 37.106 N
38.630 V
1.523 V
Resultaat na bestemming
Resultaat per programma na bestemming
€ 800.000
€ 700.000
€ 600.000
€ 500.000
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€0
1
€ ‐100.000
€ ‐200.000
Pagina 110
2
3
4
5
6
7
8
9
Jaarstukken 2013
Programmarekening
3.a.2 — Toelichting op de rekening van baten en lasten
Programma 1 — Burgers en Dienstverlening
Analyse verschillen Bestuur en Dienstverlening
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
2.126 N
2.134 N
2.063 N
72 V
Baten
383 V
333 V
322 V
11 N
Saldo
x € 1.000
Lasten
1.743 N
1.802 N
1.741 N
61 V
Toevoeging aan reserves
0N
0N
81 N
81 N
Onttrekking aan reserves
0V
96 V
96 V
0N
1.743 N
1.706 N
1.726 N
20 N
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Werkbudget kerntakendiscussie
Minder besteed ten behoeve van de kerntakendiscussie
Leges
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
62 V
10 V
72 V
Verschillen baten
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
11 N
11 N
Verschillen mutaties reserves
Reserve budgetoverheveling
Toevoeging restant werkbudget kerntakendiscussie
Overige reserve mutaties
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
62 N
20 N
81 N
Pagina 111
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Programma 2 — Integrale Veiligheid
Analyse verschillen Integrale Veiligheid
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
1.831 N
1.844 N
1.792 N
52 V
Baten
12 V
12 V
11 V
1N
Saldo
1.819 N
1.832 N
1.781 N
51 V
x € 1.000
Lasten
Toevoeging aan reserves
0N
0N
33 N
33 N
Onttrekking aan reserves
10 V
10 V
10 V
0N
1.809 N
1.822 N
1.803 N
19 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Doorberekening uren
Minder uren besteed aan crisisbeheersing
62 V
Overige lasten
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
10 N
Totaal
52 V
Verschillen baten
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
1N
1N
Verschillen mutaties reserves
Budgetoverhevelingen
Totaal
Pagina 112
Diverse overhevelingen
33 N
33 N
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Programma 3 — Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
Analyse verschillen Bereikbaarheid en Openbare Ruimte
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
2013
2013 na wijz.
2013
2013
7.099 N
6.896 N
6.444 N
452 V
x € 1.000
Lasten
Afwijking
Baten
4.109 V
4.204 V
4.211 V
6V
Saldo
2.990 N
2.692 N
2.233 N
458 V
Toevoeging aan reserves
5N
339 N
524 N
185 N
Onttrekking aan reserves
224 V
280 V
268 V
12 N
2.772 N
2.750 N
2.489 N
261 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Doorberekening uren
De belangrijkste afwijkingen in de toerekening uren zijn:
Communicatie en voorlichting
64 V
Begraafplaats Larikshof
82 V
Reinigingsverharding
51 V
Overig
2N
195 V
Bereikbaarheid:
Collectief vraagafhankelijk Vervoer
Minder gebruik van Regiotaxi
89 V
Overige voordelen bereikbaarheid
Gezien de geringe afwijking niet toegelicht
22 V
111 V
Openbare ruimte:
Inzameling huishoudelijke afval
Lagere inzameling van huishoudelijke afval in
2012/2013
87 V
Aanbiedstation Remmerden
Minder afval aangeboden dan geraamd
20 V
Overige voordelen openbare ruimte
Gezien de geringe afwijking niet toegelicht
39 V
Totaal
146 V
452 V
Verschillen baten
Overig
Gezien de geringe afwijking niet toegelicht
Totaal
6V
6V
Verschillen mutaties reserves
Reserve afval
Hogere toevoeging aan reserve door lager kosten van afval
Reserve riolering
Hogere toevoeging aan reserve door lager kosten van riolering
Overige reserve mutaties
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
150 N
30 N
17 N
197 N
Pagina 113
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Programma 4 — Economie
Analyse verschillen Economie
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
1.183 N
1.346 N
1.339 N
7V
Baten
225 V
157 V
215 V
58 V
Saldo
65 V
x € 1.000
Lasten
959 N
1.189 N
1.124 N
Toevoeging aan reserves
2N
2N
7N
5N
Onttrekking aan reserves
0V
94 V
129 V
34 V
960 N
1.096 N
1.002 N
95 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
7V
7V
Verschillen baten
Gemeentelijke landerijen
Extra baten uit (erf)pacht en bijdrage van provincie Utrecht
Totaal
58 V
58 V
Verschillen mutaties reserves
Toevoegingen aan reserves:
Overige reserve mutaties
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
5N
Onttrekking aan reserves:
Reserve Binnenstad-West
Bijdrage aan plankosten Palmerswaard
Overige reserve mutaties
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
Pagina 114
30 V
4V
29 V
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Programma 5 — Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Analyse verschillen Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
2013
2013 na wijz.
2013
2013
2.730 N
3.640 N
4.347 N
708 N
x € 1.000
Lasten
Afwijking
Baten
1.263 V
1.775 V
3.248 V
1.473 V
Saldo
1.467 N
1.865 N
1.099 N
765 V
Toevoeging aan reserves
87 N
22 N
83 N
61 N
Onttrekking aan reserves
22 V
49 V
40 V
9N
1.532 N
1.837 N
1.141 N
696 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Doorberekening uren
De belangrijkste afwijkingen in de toerekening uren zijn:
Bouwgrondexploitaties
216 V
Bouwen
245 V
Milieu
118 V
Overig
Grondexploitatie
Plankosten en kosten bouw- en woonrijp maken
ISV Bijdrage
Lagere doorbetaling aan derden ISV 3 Geluid
Milieu
Instellen voorziening tekort Odru
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Vrijval voorziening GREX 'Vogelenzang wonen'
16 N
563 V
1.363 N
46 V
1.317 N
119 V
64 N
9N
Totaal
708 N
Verschillen baten
Grondexploitatie
Exploitatiebijdragen derden
Investeringsbijdragen derden
Overheveling saldi GREX naar onderhandenwerk
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
278 V
177 V
1.045 V
1.500 V
27 N
1.473 V
Verschillen mutaties reserves
Egalisatiereserve BSP 2013
Egalisatie budget bestemmingsplannen 2013
23 N
Reserve bouwleges
Toevoeging overschot bouwleges 2013
40 N
Overige reserve mutaties
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
7N
70 N
Pagina 115
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Programma 6 — Maatschappelijke Ondersteuning
Analyse verschillen Maatschappelijke Ondersteuning
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
11.779 N
12.485 N
12.456 N
28 V
Baten
5.608 V
5.808 V
6.475 V
667 V
Saldo
x € 1.000
Lasten
6.170 N
6.677 N
5.981 N
696 V
Toevoeging aan reserves
98 N
133 N
285 N
152 N
Onttrekking aan reserves
0V
611 V
509 V
103 N
6.267 N
6.199 N
5.758 N
441 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Doorberekening uren
De belangrijkste afwijkingen in de toerekening uren zijn:
Maatschappelijke zorg
33 V
Welzijnsvoorzieningen
46 V
Gezondheidszorg
37 V
Overig
5V
121 V
Maatschappelijke zorg:
Voorziening gehandicapten
Minder uitgaven woningaanpassingen en
vervoersvoorzieningen (scootmobielen)
Vrijwilligers thuis en mantelzorg
178 V
Minder subsidieverstrekking voor mantelzorg
ondersteuning
38 V
Vrijwilligersbeleid
Geen uitgaven aan vrijwilligersbeleid
48 V
WMO
Minder uitgaven aan uitkeringen in natura en
fysiek loket WMO
52 V
316 V
Voor gedetailleerde informatie zie informatienota BIS 14/0058, Besluit B&W 11 februari 2014
Minima:
Inkomensdeel WWB
Meer cliënten i.v.m. groeiende werkeloosheid
437 N
BBZ gevestigd
Hoger aantal aanvragen BBZ
124 N
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
9N
570 N
Participatie:
Werkdeel WWB
Minder aantal trajecten WWB werkdeel i.v.m.
lager budget Rijk
86 V
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
20 N
Jeugdzorg
Lagere uitgaven aan Jeugdgezondheidszorg
Decentralisaties
Minder uitgaven vanwege gefaseerde implementatie
decentralisaties (Participatie/ WMO)
Overig
Totaal
Pagina 116
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
66 V
30 V
53 V
12 V
28 V
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Verschillen baten
Maatschappelijke zorg:
WMO huishoudelijke hulp
Hogere eigen bijdrage
88 V
Minima:
Inkomensdeel WWB
Dekking hogere uitgaven inkomensdeel
WWB vanuit het Rijksbudget
BBZ gevestigd
vanuit het Rijksbudget
Overige opbrengsten
432 V
Dekking hogere uitgaven BBZ
104 V
Afwikkeling algemene uitgaven bijstand
uit voorgaande jaren
72 V
Gezien geringe afwijkingen niet toegelicht
10 V
Werkdeel WWB
Lagere bijdrage vanuit het Rijk
44 N
Overig lasten participatie
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Overig lasten
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Overig
618 V
Participatie:
Totaal
3V
41 N
2V
667 V
Verschillen mutaties reserves
Toevoegingen aan reserves:
Budgetoverheveling
Fysiek loket WMO (i.v.m. licentie WMO NED voorgaande jaren)
Budgetoverheveling
Thuis- en mantelzorg (uitstel herijking WMO beleidsplannen)
26 N
38 N
Budgetoverheveling
Diverse overhevelingen Jeugdgezondheidszorg
35 N
Reserve College programma
Vrijwilligersbeleid (overheveling)
48 N
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
5N
Onttrekkingen aan reserves:
Reserve inkomensdeel WWB
Minder tekort op inkomensdeel WWB
Reserve invoeringskosten 3D's
Minder onttrekking dan voorzien. Voor nadere toelichting zie paragraaf 9
Totaal
46 N
57 N
255 N
Pagina 117
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Programma 7 — Onderwijs en Jeugd
Analyse verschillen Onderwijs en Jeugd
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
2.317 N
2.417 N
2.366 N
51 V
Baten
255 V
255 V
239 V
16 N
Saldo
x € 1.000
Lasten
2.062 N
2.162 N
2.128 N
35 V
Toevoeging aan reserves
0N
0N
59 N
59 N
Onttrekking aan reserves
125 V
171 V
354 V
183 V
1.937 N
1.992 N
1.833 N
159 V
Resultaat na bestemming
Verschillen Lasten
Doorberekening uren
De belangrijkste afwijkingen in de toerekening uren zijn:
Onderwijs
105 V
Kinderopvang
19 V
Jeugd- en jongerenwerk
56 V
180 V
Kapitaallasten schoolgebouwen
Extra afschrijving oude schoolgebouw (Cunera/Springplank)
Subsidies non profit instellingen
Minder subsidieverstrekkingen (Wet Oké en LOB)
49 V
Divers
Minder uitgaven aan kinderopvang en jeugd
52 V
Totaal
230 N
51 V
Verschillen baten
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
16 N
16 N
Verschillen mutaties reserves
Toevoegingen aan de reserves:
Budgetoverheveling
Reserve LOB
Diverse budgetoverhevelingen
(Aanbesteding leerlingenvervoer, herinspecties kinderopvang en dergelijke)
35 N
Divers extra activiteiten op scholen, zoals 'Kom op voor je zelf'
24 N
Onttrekkingen aan de reserves:
Algemene Reserve
Dekking desinvestering oude schoolgebouwen Cunera en Springplank
Reserve Lijsterberg
Verlenging afschrijvingstermijn schoolgebouw Lijsterberg
Totaal
Pagina 118
230 V
47 N
124 V
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Programma 8 — Cultuur en Sport
Analyse verschillen Cultuur en Sport
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
1.125 N
1.009 N
1.012 N
3N
Baten
128 V
128 V
162 V
34 V
Saldo
x € 1.000
Lasten
997 N
881 N
850 N
31 V
Toevoeging aan reserves
9N
9N
9N
0N
Onttrekking aan reserves
10 V
5V
9V
4V
996 N
885 N
850 N
35 V
Resultaat na bestemming
Verschillen lasten
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
3N
3N
Verschillen baten
Huuropbrengsten
Hogere doorbelasting huur en energiekosten
Totaal
34 V
34 V
Verschillen mutaties reserves
Overig
Totaal
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
4V
4V
Pagina 119
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Programma 9 — Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Analyse verschillen Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien
Wat heeft het gekost?
Primitieve begroting
Begroting
Realisatie
Afwijking
2013
2013 na wijz.
2013
2013
Lasten
2.999 N
3.549 N
3.608 N
59 N
Baten
20.226 V
20.287 V
20.846 V
558 V
Saldo
x € 1.000
17.227 V
16.738 V
17.238 V
500 V
Toevoeging aan reserves
133 N
136 N
599 N
464 N
Onttrekking aan reserves
922 V
1.585 V
1.487 V
98 N
18.016 V
18.188 V
18.125 V
63 N
Resultaat na bestemming
Verschillen lasten
Doorberekening uren/
De belangrijkste afwijkingen zijn:
saldo kostenplaatsen
Leefbaarheid (niet doorbelaste kosten door
ziekte, zwangerschapsverlof en vacatureruimtes).
186 N
Ontwikkeling en wonen (studie-, zwangerschapen ouderschapsverlof)
60 N
Handhaving (niet doorbelaste kosten door
ziekte en vacatureruimtes).
260 N
Voordeel teruggave WAO-WIA basispremie en
lagere externe kosten (Arbo aanpassingen, assemen
95 V
Overig
28 N
439 N
Vastgoed Algemeen
Niet ingevulde vacatureruimte en voordeel op verzekeringen
50 V
Algemene baten en lasten
Restant budget collegeprogramma 2013 toegevoegd aan reserve
34 V
Niet ingezet stelpost bezuinigingen
24 V
Incidentele restantbudget vernieuwing dienstverlening
194 V
Beschikbaar van reservering WGA premie (eigen risicodrager)
Kosten inhuur
Betreft voordeel op budget restant inhuur
Voormalig personeel
Het nadeel betreft neveninkomsten van Wethouders en voormalig
41 V
185 V
personeel. Deze zijn verantwoord onder de baten (zie voordeel bij baten)
Overig
143 N
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
5N
Totaal
59 N
Verschillen baten
Algemene uitkering
Het voordeel t.o.v. de begroting is ontstaan door:
Bijstelling september en december circulaire
Afrekening voorgaande jaren
Voormalig personeel
Voordeel door neveninkomsten van Wethouders en voormalig
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
293 V
52 V
345 V
104 V
personeel.
Totaal
10 V
558 V
Verschillen mutaties reserves
Toevoegingen aan de reserves:
Reserve budgetoverheveling
Verwerkte voorstellen inzake budgetoverhevelingen
Reserve collegeprogramma
Niet bestede middelen middelen van collegeprogramma
342 N
34 N
Reserve opleidingen
Niet bestede middelen voor opleidingen
76 N
Overige reserves
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
12 N
Onttrekkingen aan de reserves:
Reserve collegeprogramma
Restantbudget vernieuwing dienstverlening
Overig
Gezien de geringe afwijkingen niet toegelicht
Totaal
Pagina 120
144 N
46 V
562 N
Jaarstukken 2013
Programmarekening
3.a.3 — Analyse saldo jaarrekening
In onderstaande tabel staan de voor- en nadelen uit de toelichtingen op de programma’s en uit het hoofdstuk
algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien genoemd. Het betreft een overzicht van de mutaties die zich tussen het
moment van opstellen van de najaarsrapportage en de jaarrekening hebben voorgedaan.
Analyse saldo jaarrekening 2013
in euro's
Verwachte resultaat begroting na Najaarsrapportage 2013
1 Loonkosten oud medewerker gedetacheerd bij de VRU
99.811 N
81.752 N
2 Toevoeging voorziening tekort ODRU
63.483 N
3 Nadelen repro/telefonie, voordelen post/abonnementen/inventaris
33.700 N
4 Toevoeging voorziening dubieuze debiteuren
31.228 N
5 Btw afval
26.500 N
6 Minder declarabele uren naar projecten
23.000 N
7 Naheffing sociale lasten
18.000 N
8 Winstneming Binnenstad Oost projectdeel 1,2 en 4
341.774 V
9 Resultaat WMO (gemeld in informatie nota)
331.706 V
10 Algemene uitkering (effect op resultaat JRR 2013)
295.758 V
11 Algemene uitgaven bijstand overige opbrengsten
72.379 V
12 Algemene utigaven bijstand, vrijval oud restant voormalige wet inburgering
63.727 V
13 Saldo rentelasten en rentebaten
61.000 V
14 Dienstverlening
50.000 V
15 WMO woningaanpassingen (niet in informatienota)
48.152 V
16 Positieve bijstelling voorziening negatieve grondexploitatie Vogelenzang
46.000 V
17 Restantbudget WGA premie
41.814 V
18 Verloning collegeleden
38.233 V
19 Liquidatie onderlinge verzekeringsmaatschappij
32.800 V
20 Budget functiewaardering
30.000 V
22 Teruggave WAO-WIA/naheffingen
30.000 V
23 Arboaanpassingen/minder werving & selectiekosten
29.000 V
21 Provinciale bijdrage project Kansen voor Boeren
28.628 V
24 Ziektewetuitkeringen
26.793 V
25 Energiekosten gemeentelijke gebouwen
20.000 V
26 Minder kosten klein onderhoud wegen en minder kosten verkeersmaatregelen
20.000 V
27 Verkoop restgroen
19.862 V
28 Liquidatie Waterleidingmaatschappij
19.649 V
29 Verzekeringspremie afrekening 2011
19.500 V
30 Vacatureruimte gebouwenbeheer
17.500 V
31 Pachtopbrengsten
15.597 V
32 Onderzoekskosten raad
14.802 V
33 Overige natuurbescherming
13.000 V
34 Representatiekosten personeel en college
12.500 V
35 ICT
12.500 V
36 Verloning raadsleden
10.046 V
37 Stagevergoeding, koop/verkoop verlof
38 Overig
Resultaat jaarrekening (voor bestemming)
8.600 V
129.287 V
1.523.133 V
Pagina 121
Pagina 122
Jaarstukken 2013
Programmarekening
3.a.4 — Incidentele baten en lasten
Inleiding
Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording
(BBV) is inzicht in de incidentele baten en lasten vereist.
De belangrijkste incidentele baten en lasten hebben wij
hieronder uiteengezet.
De verplichting tot het aangeven van incidentele baten
en lasten vloeit voort uit artikel 19, lid c (begroting) en
28, lid c (rekening). Door een indicatie van de incidentele
baten en lasten te geven wordt informatie gegeven die
relevant is voor het beoordelen van de financiële positie
en de meerjarenraming. Een belangrijk aspect hierbij is
dat structurele lasten zijn gedekt door structurele baten.
Incidentele lasten mogen worden gedekt door incidentele baten, waaronder onttrekkingen aan (de algemene)
reserve(s). Het verschil tussen incidenteel en structureel
is niet altijd even duidelijk te maken. Uit de toelichting
op artikel 19 en 28 BBV blijkt dat baten/lasten
incidenteel zijn als deze zich gedurende maximaal 3 jaar
voordoen.
Als voorbeelden van deze bijzondere baten en lasten
kunnen genoemd worden de incidentele baten vanwege
de verkoop van panden, eventuele bijzondere vrijvallen
van voorzieningen dan wel instelling van voorzieningen.
In onderstaand overzicht zijn de incidentele baten en lasten voor het jaar 2013 opgenomen:
Resultaat incidentele baten en lasten
in euro's
2013
Totaal baten
2.529.416 V
Totaal lasten
1.789.193 N
Saldo (voordelig)
740.223 V
Specificatie incidentele baten
in euro's
Baten Programma
Onttrekking algemene reserve t.b.v. vormen reserve 3-decentralisaties
965.427 V Maatschappelijke Ondersteuning
Winstneming Binnenstad Oost
341.000 V Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
Bijdrage gemeente Veenendaal in tekort sociale zaken
250.000 V Maatschappelijke Ondersteuning
Egalisatie lasten 2013 uit reserve WWB inkomensdeel
249.648 V Maatschappelijke Ondersteuning
Onttrekking voorziening APPA i.v.m. verhoging dekkingsgraad
246.500 V Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Egalisatie lasten 3-decentralisaties uit reserve 3-D's
224.580 V Maatschappelijke Ondersteuning
Afrekening Nedvang 2011 en 2012 (o.a. inkomsten inzameling plastic)
76.400 V Bereikbaarheid en openbare ruimte
Afrekening oude wet inburgering
63.727 V Maatschappelijke Ondersteuning
Liquidatie Onderlinge verzekeringsmaatschappij
32.800 V Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Teruggave WAO-WIA basispremie
30.200 V Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Restant stelpost onderwijshuisvesting
27.234 V Onderwijs en Jeugd
Inruil veegauto
21.900 V Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Totaal
2.529.416 V
Specificatie incidentele lasten
in euro's
Lasten Programma
Toevoeging aan reserve 3-decentralisaties
965.427 N Maatschappelijke Ondersteuning
Uitgaven WWB inkomensdeel 2013 (dekking uit reserve)
249.648 N Maatschappelijke Ondersteuning
Bijstorting APPA-pensioen i.v.m. verhoging dekkingsgraad
246.500 N Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Uitgaven 3-decentralisaties t.l.v. reserve 3-D's
224.580 N Maatschappelijke Ondersteuning
Instellen voorziening Odru
63.483 N Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
Toevoeging aan de reserve bouwleges
39.555 N Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
Totaal
1.789.193 N
Pagina 123
Programmarekening
Jaarstukken 2013
3.a.5 — Begrotingsrechtmatigheid
Algemeen
Op grond van artikel 213 van de Gemeentewet onderzoekt de externe accountant ook de rechtmatigheid van de in
de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Een van de toetsingscriteria in dit kader betreft de
begrotingsrechtmatigheid. In hoofdlijnen zijn overschrijdingen ten opzichte van de begroting onrechtmatig tenzij de
uitgaven passen binnen het bestaande beleid of gecompenseerd worden door inkomsten. In de tabel hieronder
staan de precieze uitzonderingen opgesomd.
Overigens heeft de raad de reikwijdte van het onderzoek naar de rechtmatigheid afgebakend middels aanwijzingen
in het controleprotocol.
Bij de toetsing van begrotingsafwijkingen kunnen tenminste de volgende
"soorten" begrotingsafwijkingen worden onderkend:
Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct
gerelateerde inkomsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet
Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar die niet tijdig
konden worden gesignaleerd. Bijvoorbeeld vanwege een open-einde
(subsidie)regeling. Vaak blijke dergelijke zaken pas in het kader van het opmaken van
de jaarrekening.
Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarbij de
accountant ondubbelzinnig vaststelt dat die ten oprechte niet tijdig zijn gesignaleerd.
Bijvoorbeeld: de verwachte kostenoverschrijding op jaarbasis was via tussentijdse
informatie al wel bekend, maar men heeft geen voorstel tot begrotingsaanpassing
ingediend en dit is in strijd met de budgetregels zoals afgesproken met de raad.
Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten die niet passen binnen het bestaande
beleid en waarvoor men tegen beter weten in geen voorstel tot begrotingsaanpassing
heeft ingediend.
Bijvoorbeeld de doelgroep c.q. de activiteiten zijn in de praktijk aantoonbaar ruimer
geïnterpreteerd dan in regelgeving (subsidieregeling, - verordening) was gedefinieerd.
Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten, welke achteraf als onrechtmatig moeten
worden beschouwd, omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de
subsidieverstrekker, belastingdienst of een toezichthouder blijkt (bijvoorbeeld een
belastingheffing).
Het zal hier in de praktijk vaak gaan om interpretatieverschillen bij de uitleg van weten regelgeving die na het verantwoordingsjaar aan het licht komen. Er zijn dan geen
rechtmatigheidgevolgen voor dat verantwoordingsjaar.
Wel zal de gemeente er voor moeten zorgen dat de overschrijdingen getrouw in de
jaarrekening worden weergegeven. Ook kunnen er gevolgen zijn voor het lopende jaar.
- geconstateerd tijdens het verantwoordingsjaar
- geconstateerd na verantwoordingsjaar
Kostenoverschrijding op activeerbare activiteiten (investeringen) waarvan de
gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere afschrijvings- en
financieringslasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren.
- jaar van investeren
- afschrijvings- en financieringslasten in latere jaren
Rechtmatig
Onrechtmatig
X
X
X
X
X
X
X
X
Beoordeling
Bij de toetsing op begrotingsrechtmatigheid is eerst gekeken of er sprake is van een overschrijding van de uitgaven
op programmaniveau (zie onderstaande tabel). Bij de analyse van de overschrijding heeft een verdere beoordeling
plaatsgevonden van de (deel)producten. De overschrijdingen zijn alleen toegelicht als de overschrijding groter was
dan de rapporteringtolerantie van € 50.000. Van deze overschrijdingen is vervolgens aangegeven of ze passen binnen het bestaande beleid van de gemeente en/of voldoen aan de wettelijke kaders.
Pagina 124
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Begrotingsrechtmatigheid
in euro's (x 1.000)
Bestuur en dienstverlening
Begrote
lasten
Begrote
lasten
reserves
Totaal
begrote
lasten
Werkelijke
lasten
Afwijking
2.134 N
0N
2.134 N
2.143 N
9N
Integrale veiligheid
1.844 N
0N
1.844 N
1.825 N
20 V
Bereikbaarheid en opbenbare ruimte
6.896 N
339 N
7.234 N
6.968 N
267 V
Economie
1.346 N
2N
1.347 N
1.345 N
2V
Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
Maatschappelijke ondersteuning
3.640 N
22 N
3.661 N
4.430 N
768 N
J
12.485 N
133 N
12.618 N
12.742 N
124 N
J
Onderwijs en jeugd
2.417 N
0N
2.417 N
2.426 N
8N
Cultuur en sport
1.009 N
9N
1.018 N
1.021 N
3N
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Totaal
Overschrijding
toelichten?
3.549 N
136 N
3.685 N
4.207 N
523 N
35.320 N
639 N
35.960 N
37.106 N
1.147 N
J
Programma 5: Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen
De overschrijding op het programma Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen van € 764.000 wordt in belangrijke mate
veroorzaakt door het nadeel binnen de bouwgrondexploitatie (€ 1.171.000). De jaarlijks verwachte kosten van de
grondexploitaties zijn maar zeer beperkt opgenomen in de begroting. Zo is er bijvoorbeeld geen raming opgenomen
voor de kosten van planvorming en bouw- en woonrijp maken. De uitgaven zijn echter wel getoetst aan de
exploitatie opzetten en aan de overeenkomsten die met ontwikkelaars zijn gesloten. De verantwoorde uitgaven
worden dus gedekt door direct gerelateerde inkomsten. De overschrijding binnen de grondexploitatie valt daardoor
buiten de beoordeling van de begrotingsrechtmatigheid.
Programma 6: Maatschappelijke ondersteuning
De overschrijding op het programma maatschappelijke ondersteuning van € 124.000 wordt met name veroorzaakt
door het nadeel inkomensdeel WWB. Tegenover dit nadeel staat het voordeel van hogere bijdragen en inkomsten
zodat een negatief saldo van € 4.000 resulteert. De overschrijding valt daardoor buiten de beoordeling van de begrotingsrechtmatigheid.
Programma 9: Algemene dekkingsmiddelen en Onvoorzien
De overschrijding binnen de algemene dekkingsmiddelen van € 523.000 wordt in belangrijke mate veroorzaakt door:
- een nadeel op de kosten voormalig personeel van bijna € 80.000. Daartegenover staan binnen dit programma
neveninkomsten van voormalig personeel zodat de overschrijding van de uitgaven buiten de beoordeling van de
begrotingsrechtmatigheid blijft.
- een nadeel op saldo kostenplaats van ongeveer € 459.000. Dit zijn kosten van de organisatie (indirecte kosten)
die in eerste instantie op kostenplaatsen verantwoord worden en vervolgens worden doorbelast naar de verschillende producten. Een resterend saldo op de kostenplaatsen wordt onder de overige algemene dekkingsmiddelen
verantwoord onder saldo kosten bedrijfsvoering. Het nadeel binnen saldo kostenplaatsen wordt in belangrijke
mate veroorzaakt doordat meer uren als indirect productief zijn verantwoord als gevolg van onder andere
vacatures, ziekte en zwangerschapsverlof. Zoals bijvoorbeeld op het gebied van ruimtelijke ordening. Hier is als
gevolg van studie, zwanger- en ouderschapsverlof sprake van een lagere productiviteit dan de begrotingsnorm.
Dit betreft een administratieve verschuiving tussen het programma “Ontwikkeling en Wonen” (€ 60.900 V) en
algemene dekkingsmiddelen (€ 60.900 N). Tegenover dit nadeel staan voordelen binnen de programma’s. Per
saldo betreffen het budgettair neutrale mutaties.
Binnen de overige indirecte kosten (bijv. kosten gemeentehuis , kosten werving & selectie) is geen sprake van
nadelen van € 50.000 of meer. Overschrijding van de uitgaven binnen saldo kostenplaatsen vallen daarom buiten
de beoordeling van de begrotingsrechtmatigheid.
- in 2013 zijn de uitgaven verantwoord van de inzet van een voormalig medewerker bij de Veiligheidsregio Utrecht
gedurende de periode 2011 tot en met 2013. Deze zijn opgevangen binnen de personele budgetten, waardoor er
per saldo geen sprake is van een overschrijding.
- Tenslotte is in 2013 via de algemene dekkingsmiddelen een bedrag van ruim € 460.000 meer toegevoegd aan de
(bestemmings)reserves dan begroot. Deze mutaties vallen binnen het vastgestelde beleid van de raad. Het
betreft onder andere:
Pagina 125
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Mutaties reserves
in euro's
1. Toevoeging restantbudget coll.programma aan bestemmingsreserve
2. Toevoeging restantbudget opleidingen aan bestemmingsreserve
3. Toevoeging aan reserve budgetoverheveling*
2013
33.800 N
75.900 N
339.400 N
* Waaronder € 230.900 overheveling restant inhuurbudget 2013 door de sterke
vermindering van het budget 2014
Rechtmatigheid kredieten
De begrotingsrechtmatigheid omvat ook de overschrijding op kredieten. In 2013 is een krediet met een bedrag van
€ 50.000 of meer overschreden. Het betreft de overschrijding van de 2e Fase Strengstudie (krediet A04017) met een
nadeel van € 568.251. Deze overschrijding wordt als volgt uitgelegd:
Voor de strengstudie fase 2 is door de raad een krediet beschikbaar gesteld van € 465.000 voor de uitvoering van de
reconstructie van de Cuneraweg. De hoogte van het krediet was bepaald op basis van een raming die is vastgesteld
in samenwerking met de gemeente Veenendaal en de provincie Utrecht. Voor alle partijen afzonderlijk was een
raming opgesteld waarvoor ze zelf krediet beschikbaar dienden te stellen. Tijdens de uitvoering van het project is
gekozen voor een gemeenschappelijke administratie uitgevoerd door de gemeente Rhenen. Dit betreft zowel de
werkzaamheden voor de gemeente Veenendaal als de gemeente Rhenen. Dit betekent dat er uiteindelijk meer
kosten zijn gemaakt die leiden tot de bovengenoemde overschrijding. Daartegenover staat de er meer inkomsten
zijn dan begroot waardoor de kostenoverschrijding wordt gecompenseerd en daarom buiten de beoordeling valt van
de begrotingsrechtmatigheid. Inmiddels is het college voorgesteld het krediet te wijzigen.
Pagina 126
Jaarstukken 2013
Programmarekening
3.b.1 — Balans
Balans
31-12-13 31-12-12
x € 1.000 x € 1.000 PASSIVA
ACTIVA
Vaste activa
31-12-13
x € 1.000
31-12-12
x € 1.000
Vaste passiva
Eigen vermogen
Immateriële vaste activa
Kosten onderzoek en ontwikkeling
173
194 Algemene reserves
173
194 Bestemmingsreserves
8.785
10.943
11.778
8.730
20.563
19.673
1.523
2.111
1.332
1.470
28.037
29.236
Materiele vaste activa
Investeringen
g met een
p economisch nut
met een maatschappelijk nut
37.981
4.318
42.299
36.277 Saldo Jaarrekening
4.107
40.384 Voorzieningen
Financiële vaste activa
Vaste schulden met een rentetypische
Deelnemingen
167
Overige langlopende leningen
Bijdrage activa in eigendom derden
10.353
266 Looptijd van een jaar of langer
11.100 Binnenlandse banken
262
270
10.782
11.636
Vlottende activa
Vlottende passiva
Voorraden
Kortlopende schulden
Onderhanden werk
2.557
676 Banksaldi
2.534
416
2.557
676 Overige schulden
5.963
4.569
8.497
4.985
1.437
1.367
872
677
62.261
59.519
688
798
19.876
20.380
1.499
1.543
Uitzettingen met een rentetypische
looptijd van een jaar of minder
Overlopende passiva
Openbare lichamen
2.867
2.243 Te besteden bestemmingsmiddelen
Overige
1.560
1.127
4.427
3.370
1.583
1.403
440
1.856
62.261
59.519
Overlopende activa
Liquide middelen
Kas/Bank/Giro
Totaal activa
Totaal passiva
Gewaarborgde geldleningen
Gegarandeerde geldleningen
achtervangpositie (WSW)
Gegarandeerde leningen woningen
Pagina 127
Programmarekening
Jaarstukken 2013
3.b.2 — Waarderingsgrondslagen
4.3.1 Grondslagen voor waardering van activa en passiva
Algemeen
 De Jaarrekening is opgesteld met inachtneming van het “Besluit begroting en verantwoording provincies en
gemeenten”.
 De lasten en baten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Alle lasten en baten, die
betrekking hebben op het boekjaar en ten tijde van het opstellen van de Jaarrekening bekend zijn worden in
het betreffende verslagjaar verwerkt.
4.3.2 Vaste activa
Immateriële activa
Het betreft kosten verbonden aan het sluiten van
geldleningen en kosten van onderzoek en ontwikkeling
ten behoeve van een bepaald actief.
Wijze van afschrijving
De afschrijvingstermijn van immateriële activa is 5 jaar.
De gemeente Rhenen verantwoordt kosten verbonden
aan het sluiten van geldleningen direct als een last of
baat in de rekening van baten en lasten. In afwijking van
bovenstaande is de afschrijvingstermijn van boetes op
geldleningen 10 jaar.
Materiële activa
Het betreffen investeringen met een meerjarig economisch nut en met een meerjarig maatschappelijk nut.
Activa met een meerjarig economisch nut zijn
opgenomen tegen de boekwaarde. De boekwaarde
betreft de verkrijgingprijs of historische kostprijs na
aftrek van ontvangen subsidies en verminderd met de
reeds vervallen afschrijvingstermijnen. Dit betekent, dat
onttrekkingen uit bestemmingsreserves geen deel
uitmaken van de verkrijgingprijs of historische kostprijs,
maar over de gehele looptijd (lineair) worden
gecorrigeerd op de berekende (afschrijvings)lasten.
Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de
openbare ruimte wordt in onze gemeente alleen in
uitzonderingsgevallen geactiveerd. In geval van activering bij raadbesluit wordt het actief lineair afgeschreven
in een bij het besluit aan te geven tijdsduur.
Waardering vindt plaats tegen de boekwaarde. De
boekwaarde betreft de verkrijgingprijs of historische
kostprijs verminderd met de reeds vervallen
Financiële activa
Onder financiële activa vallen de kapitaalverstrekkingen,
verstrekte leningen, overige uitzettingen
(verstrekkingen) met een looptijd langer dan een jaar en
bijdragen aan activa in eigendom van derden.
De waardering is tegen nominale waarde (verstrekte
waarde, verminderd met aflossingen en andere
terugontvangsten).
Pagina 128
Op de kosten van ontwikkeling voor een bepaald
materieel actief, de zogenaamde voorbereidingskosten,
wordt niet onder deze noemer afgeschreven.
Het gehele bedrag zal worden beschouwd als onderdeel
van de verkrijgingprijs van materiële activa. De
afschrijvingstermijn van het geactiveerde materiële
actief is geldend voor het totale bedrag.
Onderzoekskosten in de vorm van de samenstelling van
een plan worden in beginsel direct ten laste van de
rekening van baten en lasten gebracht.
afschrijvingstermijnen. Activering vindt plaats tegen de
netto verkrijgingprijs of historische kostprijs.
Dit betekent dat ontvangen subsidies en onttrekkingen
uit bestemmingsreserves in mindering zijn gebracht op
de verkrijgingprijs of historische kostprijs.
Onder activa met een meerjarig maatschappelijk nut,
zoals bedoeld in artikel 35 van het "Besluit begroting en
verantwoording provincies en gemeenten”, wordt
verstaan investeringen in aanleg en onderhoud van
waterwegen, waterbouwkundige werken, wegen,
straten, pleinen, fietspaden, voetpaden, bruggen,
viaducten, tunnels, verkeerslichtinstallaties, openbare
verlichting, straatmeubilair, reconstructie openbare
ruimte en openbaar groen.
Wijze van afschrijving
De wijze van afschrijving is gehanteerd zoals opgenomen in onze nota investerings- en afschrijvingsbeleid
2008.
Activa met een verkrijgingprijs van minder dan € 5.000
worden niet geactiveerd.
Jaarstukken 2013
Programmarekening
4.3.3 Vlottende activa
Voorraden
Nog niet in exploitatie genomen gronden worden
gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, vermeerderd met de
toegerekende algemene beheerskosten.
De onderhanden werken zijn opgenomen tegen de verkrijgingprijs vermeerderd met de vervaardigingkosten
verminderd met de opbrengsten wegens gerealiseerde
verkopen en ontvangen (rijks)subsidies.
Er wordt een voorziening gevormd voor grondexploitatieplannen die naar verwachting verliesgevend
zullen sluiten.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd van
een jaar of minder
Vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde
onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen
voor het risico van oninbaarheid.
4.3.4 Vaste passiva
Reserves
De reserves zijn onderverdeeld in de algemene reserve
en bestemmingsreserves. Aan de reserves wordt geen
rente toegevoegd.
Vaste schulden met een rentetypische looptijd
van een jaar of langer
De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen nominale
waarde.
Voorzieningen
De voorzieningen zijn gewaardeerd tegen nominale
waarde.
2.3.5 Vlottende passiva
Te besteden bestemmingsmiddelen
Vlottende schulden < 1 jaar
Vanaf 2008 worden de van Europese en Nederlandse
overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen, die
ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een
specifiek bestedingsdoel, niet meer gestort in de voorzieningen, maar gerubriceerd als vooruitontvangen
bedragen onder de overlopende passiva.
De schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Pagina 129
sdedddddddd
Pagina 130
Jaarstukken 2013
Programmarekening
3.b.3 — Toelichting op de balans
3.b.3.1
Inleiding
De balans is een financieel overzicht dat op een bepaald tijdstip de bezittingen en vorderingen (de activa), de
schulden (het vreemd vermogen, de passiva) en (als saldo) het eigen vermogen weergeeft. De balans is een
financieel overzicht waarop enerzijds staat op welke wijze het geïnvesteerde vermogen is verkregen (vreemd en
eigen vermogen) en anderzijds op welke wijze het vermogen is aangewend (de activacomponenten).
3.b.3.2
Vaste Activa
Immateriële vaste activa
Immateriële vaste activa
Kosten sluiten Kosten van onderz.
x € 1.000
van geldleningen
en ontwikkeling
Totaal
63
196
259
-63
-2
-65
0
194
194
Aanschafwaarde 01-01-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2012
Boekwaarde 01-01-2013
Investeringen 2013
0
19
19
Ten laste van bijdragen van derden
0
-39
-39
Afschrijvingen 2013
0
-1
-1
239
Aanschafwaarde 31-12-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2013
63
176
-63
-3
-66
0
173
173
Boekwaarde 31-12-2013
Materiële vaste activa
Investeringen met een economisch nut
Investeringen met een economisch nut zijn alle investeringen die bijdragen aan de mogelijkheid om middelen te
verwerven, bijvoorbeeld door het vragen van rechten, heffingen, leges of prijzen en/of doordat deze verhandelbaar
zijn.
Materiële vaste activa - Investeringen met een economisch nut
Machines, Grond-, weg-,
apparaten, waterbouwk.
Vervoer- Woonruimten Overige mat.
gebouwen
installaties
werken
middelen
2.049
32.088
1.029
16.479
693
35
2.372
54.745
-79
-10.653
-383
-5.400
-435
0
-1.518
-18.468
1.970
21.435
646
11.079
258
35
854
36.277
Investeringen 2013
0
1.738
13
1.154
183
0
392
3.480
Ten laste van bijdragen van derden
0
0
0
-56
0
0
0
-56
Ten laste van voorzieningen
0
0
0
0
0
0
0
0
-3
-940
-90
-429
-81
0
-177
-1.720
2.049
33.826
1.042
17.577
876
35
2.764
58.169
-82
-11.593
-473
-5.829
-516
0
-1.695
-20.188
1.967
22.233
569
11.748
360
35
1.069
37.981
x € 1.000
Aanschafwaarde 01-01-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2012
Boekwaarde 01-01-2013
Afschrijvingen 2013
Aanschafwaarde 31-12-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2013
Boekwaarde 31-12-2013
Gronden en
Bedrijfs-
terreinen
De belangrijkste investeringen zijn:
 Nieuwbouw Springplank
 Riool Achterbergsestraatweg-Spoorbaanweg
 Nieuwbouw Cuneraschool
 Riool Zuidwal/Bontekoestraat
 Riool Platanenlaan
vaste activa
Totaal
vaste activa
€ 1.305.836
€ 436.610
€ 246.312
€ 233.810
€ 230.525
Pagina 131
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut
Overheden kennen investeringen die geen middelen genereren, maar wel duidelijk een publieke taak vervullen.
Het gaat daarbij bijvoorbeeld om investeringen in water, wegen en pleinen.
Materiële vaste activa - Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut
Overige
Grond-, weg-,
materiële
waterbouwk.
vaste activa
werken
13
8.491
8.504
-13
-4.384
-4.397
Boekwaarde 01-01-2013
0
4.107
4.107
Investeringen 2013
0
1.278
1.278
Ten laste van voorzieningen
0
-49
-49
Ten laste van bijdragen van derden
0
-784
-784
Afschrijvingen 2013
0
-234
-234
x € 1.000
Aanschafwaarde 01-01-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2012
Aanschafwaarde 31-12-2013
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2013
Boekwaarde 31-12-2013
Totaal
13
8.936
8.949
-13
-4.618
-4.631
0
4.318
4.318
Zie voor het totaal van investeringen in 2013, 3.e.3 — Investeringen 2013.
Financiële vaste activa
Financiële vaste activa
x € 1.000
Aanschafwaarde 01-01-2013
Overige
Activa in
langlopende
eigendom
Deel-
geldleningen
van derden
nemingen
Totaal
20.991
300
297
21.588
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2012
-9.891
-30
-31
-9.952
Boekwaarde 01-01-2013
11.100
270
266
11.636
Investeringen 2013
Verkoop vaste activa
Aflossingen 2013
Aanschafwaarde 31-12-2013
51
0
51
0
-99
-99
-806
-798
-8
0
21.042
300
198
21.540
Cumulatieve afschrijvingen t/m 2013
-10.689
-38
-31
-10.758
Boekwaarde 31-12-2013
10.353
262
167
10.782
In belangrijke mate wordt de post overige langlopende geldleningen bepaald door de aflopende hypotheekregeling ambtenaren. De waarde van de uitgezette leningen bedraagt per balansdatum
€ 8.402.000. Verder valt hieronder de verstrekte lening aan ‘t Gastland voor een bedrag van € 1.670.000.
Pagina 132
Jaarstukken 2013
3.b.3.3
Programmarekening
Vlottende Activa
Voorraden
Voorraden
x € 1.000
31-12-2013
31-12-2012
Onderhanden werken (netto)
2.557
676
Boekwaarde nog in exploitatie te nemen gronden
0
0
2.557
676
Boekwaarde grondexploitaties
In de loop van 2013 hebben de volgende mutaties in de voorraad onderhanden werk plaatsgevonden:
Voorraden
x € 1.000
Boekwaarde 01.01.2013
Toegerekende rentelasten
Investeringen
Baten
Mutaties reserves
Winsteneming project Binnenstad Oost plandeel 1, 2 en 4
Boekwaarde 31.12.2013 (A)
Voorziening negatieve grondexploitaties
Mutaties voorzieningen 2013
Totaal voorziening negatieve grondexploitaties (B)
1.069
69
1.892
-469
0
343
2.904
-393
46
-347
Bestaat uit:
Onderhanden werken (A+B)
Saldo totaal te realiseren investeringen en opbrengsten
Totaal te verwachten positief resultaat
2.557
2.566
5.123
Pagina 133
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of minder
Uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of minder
x € 1.000
31-12-2013
31-12-2012
2.867
2.243
Vorderingen op publiekrechtelijk lichamen
Algemene debiteuren
812
478
Belastingdebiteuren
208
154
Debiteuren sociale zaken
540
493
Overige vorderingen
Totaal
0
2
4.427
3.370
2.560
2.166
50
16
Specificatie:
Vorderingen op publiekrechtelijk lichamen
Vorderingen op belastingdienst
Vorderingen op de provincie
Vorderingen op gemeente
Totaal vorderingen op publiekrechtelijke lichamen
257
61
2.867
2.243
Algemene debiteuren
Debiteuren algemeen
901
747
Af: voorziening voor dubieus
-89
-269
812
478
Belastingdebiteuren
269
214
Af: voorziening voor dubieus
-61
-60
Totaal belastingdebiteuren
208
154
Totaal algemene debiteuren
Belastingdebiteuren
Debiteuren sociale zaken
Debiteuren sociale zaken
1.051
1.004
Af: voorziening voor dubieus
-511
-511
Totaal debiteuren sociale zaken
540
493
Overige vorderingen
Voorschot sociale zaken
0
2
Totaal overige vorderingen
0
2
4.427
3.370
Totaal
Ouderdomsanalyse debiteuren
Ouderdomsanalyse debiteuren 2013 per maart 2014
x € 1.000
Lopende (dwang)invorderingen
Openstaande vorderingen Provincies
Openstaande vorderingen Gemeenten
Aantal dagen openstaand
x =< 30 30 < x <= 60 60 < x <= 90
572
9
-2
254
Totaal vordering op publiekrechtelijke lichamen en algemene debiteuren
Vermelding van grootste specifieke openstaande vorderingen ouder dan 90 dagen:
1. Diverse verleende vergunningen
€ 194.400
2. Dwangsom
€ 72.600
3. Subsidies
€ 52.000
4. Erfpacht/ huur
€ 35.200
5. Exploitatiebijdrage
€ 31.000
6. Overig
€ 9.600
Pagina 134
17
x > 90
Totaal
340
938
52
3
50
257
1.245
Jaarstukken 2013
3.b.3.4
Programmarekening
Overlopende Activa
Deze post bestaat hoofdzakelijk uit nog in de rekening te brengen vorderingen 2013 en betalingen die in 2013
hebben plaatsgevonden en ten laste van de exploitatie 2014 gebracht zullen worden. Deze post is als volgt
gespecificeerd:
Overlopende activa
x € 1.000
31-12-2013 31-12-2012
Te ontvangen opbrengsten
833
1.027
Vooruitbetaalde kosten
overig
738
12
376
0
1.583
1.403
Totaal
3.b.3.5
Liquide middelen
Liquide middelen
x € 1.000
31-12-2013 31-12-2012
Kas
2
Postbank algemene dienst
5
9
13
35
30
18
Postbank Burgerzaken
Rabobank
2
Bank Nederlandse Gemeenten (Belastingen)
390
0
Rabobank (variabel sparen/vrij opneembaar)
0
1.792
440
1.856
Totaal
Pagina 135
Programmarekening
3.b.3.6
Jaarstukken 2013
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het saldo van de rekening van
baten en lasten. Hieronder zijn deze categorieën nader gespecificeerd:
Algemene reserve en bestemmingsreserve
Algemene reserve en bestemmingsreserve
Algemene
Algemene
reserve
reserve
Vrij bstdbr. Geblokkeerd
x € 1.000
Saldo 01.01.2013
4.547
6.396
Bestem.reserves
Totaal
8.730
19.673
2.927
2.065
3.045
2.111
4.992
5.156
Vermeerderingen
- ten laste van de rekening van baten en lasten
- resultaat vorig boekjaar
Totaal vermeerderingen
118
46
164
0
Verminderingen
- resultaat vorig boekjaar / andere reserve
- ten gunste van bestemmingsreserves
- ten gunste van de rekening van baten en lasten
2.321
0
0
0
1.944
0
4.265
Totaal verminderingen
2.321
0
1.944
4.265
Saldo 31.12.2013
2.389
6.396
11.778
20.563
Totaal algemene reserve
8.785
Het saldo van de rekening van baten en lasten, zijnde het nog te bestemmen resultaat 2013,
bedraagt € 1.523.133 (2012: € 2.111.207).
Voor een specificatie van het doel en de mutaties van deze reserves verwijzen wij u naar 3.e.1 .
3.b.3.7
Voorzieningen
Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen. Zij bevatten voorziene lasten in verband met risico’s en
verplichtingen waarvan de omvang min of meer onzeker is. Voorzieningen kunnen ook betrekking hebben op
verplichtingen van bepaalde kosten die in de tijd onregelmatig gespreid zijn.
Voorzieningen
x € 1.000
Saldo 01.01.2013
Vermeerderingen
- ten laste van de rekening van baten en lasten
Totaal vermeerderingen
Verminderingen
- ten gunste van de rekening van baten en lasten
Risico's en
verplichtingen
315
Egalisatie
Totaal
1.155
1.470
63
615
678
63
615
678
258
558
816
Totaal verminderingen
258
558
816
Saldo 31.12.2013
120
1.212
1.332
Voor een specificatie van het doel en de mutaties van deze voorzieningen verwijzen wij u naar 3.e.1.
Pagina 136
Jaarstukken 2013
3.b.3.8
Programmarekening
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer
Onderhandse
Onderhandse
geldleningen
geldleningen
x € 1.000
Saldo 01-01
Vermeerderingen
Aflossingen
Saldo 31-12
2013
2012
29.236
29.685
0
750
-1.199
-1.199
28.037
29.236
De rentelast van de opgenomen geldleningen door de gemeente is in 2013 € 1.380.742.
Het gemiddelde rentepercentage over 2013 bedroeg 4,82%.
3.b.3.9
Vlottende passiva
Kortlopende schulden
De kortlopende schulden kunnen als volgt worden gerubriceerd:
Kortlopende schulden
x € 1.000
Waterleidingmaatschappij Rhenen
Bank Nederlandse Gemeenten
Bank Nederlandse Gemeenten (belastingen)
31-12-2013
31-12-2012
0
119
2.534
416
0
1
Kasgeldlening
3.000
0
Algemene crediteuren
2.226
3.528
Netto salarissen
0
7
Loonbelasting en premieheffing
317
320
Pensioenpremie
106
97
Premie ziektekosten
0
33
Bijdrage personeelsvereniging / raadsleden
1
1
Loonbelasting Sociale Zaken
0
2
Premie ziektekostenverzekering sociale zaken
0
20
308
429
Algemeen verschil
Te betalen crediteuren Sociale Zaken
0
2
Leges burgerzaken
0
5
Waarborgsommen
5
5
8.497
4.985
Totaal
Ultimo 2013 hadden we een negatief saldo op de lopende rekening van € 2.534.108.
Medio maart is € 2.199.835 (99%) van de post “Algemene crediteuren” betaald.
De loonbelasting en premieheffing van december 2013 is in januari 2014 betaald.
De “Te betalen crediteuren Sociale Zaken” zijn bepaald aan de hand van de 75% terugbetalingsregeling aan
het Rijk.
Pagina 137
Programmarekening
Jaarstukken 2013
Overlopende passiva
Deze post bestaat uit per balansdatum nog te betalen kosten en rente 2013 en vooruit ontvangen
opbrengsten 2014. De specificatie van deze post is als volgt:
Overlopende passiva
x € 1.000
Te betalen rente
Te betalen kosten
Vooruitontvangen opbrengsten
Totaal
31-12-2013
31-12-2012
324
338
1.082
1.002
31
27
1.437
1.367
Van de te betalen kosten zijn de grootste posten:
- Diverse kosten Sociale zaken/ WMO
- Facturen ontvangen in 2014 met kosten 2013
- Subsidieverstrekkingen
- Diverse (Ministeriële) terugbetalingsverplichtingen specifieke bestedingsdoelen
- Pensioen stortingen
€
€
€
€
€
368.000
268.000
169.000
113.000
72.000
Gewaarborgde en gegarandeerde geldleningen
Gewaarborgde geldleningen
x € 1.000
Saldo 01-01-2013
Garantstellingen 2013
Aflossingen 2013
Vervallen garantstellingen 2013
Saldo 31-12-2013
798
0
-110
0
688
In 2013 is geen aanspraak gemaakt op de verleende garantstellingen.
Voor een specificatie verwijzen wij naar 3.e.4.
Gegarandeerde geldleningen achtervang Waarborgfonds Sociale Woningbouw
Dit betreft afgesloten geldleningen door de Rhenense Woningstichting, waarvoor de gemeente Rhenen een
achtervangfunctie heeft. Garantstelling in 2013 bedraagt € 19.876.000 (2012: € 20.380.000).
Gegarandeerde leningen woningen
Dit betreft afgesloten geldleningen voor woningen, waarbij de gemeente Rhenen garant staat.
Garantstelling in 2013 bedraagt € 1.499.000 (2012: € 1.543.000).
Pagina 138
Jaarstukken 2013
Programmarekening
Nog te besteden bestemmingsmiddelen
Vanaf 2008 worden de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen, die
ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, niet meer gestort in de
voorzieningen, maar gerubriceerd als vooruit ontvangen bedragen onder de overlopende passiva. Deze zijn
als volgt:
Nog te besteden bestemmingsmiddelen
Beginsaldo
Vermeerder.
Vermind.
Eindsaldo
1-1-2013
baten
Lasten
31-12-2013
0
x € 1.000
Inburgering
82
-82
Tijdelijke regeling schuldhulpverlening
64
-64
Participatiebudget
46
0
46
Bodemsanering
315
Wet Oke
130
273
-234
169
0
632
-330
302
905
-710
872
Geluid
SLOK (Stimulering Lokale Klimaat
Initiatieven)
Totaal
315
40
40
677
De vermeerderingen zijn ontvangen rijksbijdragen van het ministerie of geoormerkte middelen uit de
algemene uitkering. Deze middelen moeten worden ingezet voor specifieke uitgaven (de verminderingen).
De ISV3-bestedingen (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) zijn gedaan ten behoeve van
(geluids)aanpassingen aan woningen in de Herenstraat en F. van de Paltshof. Aangezien het project nog niet
is afgerond kunnen nog geen aantallen aangepaste woningen vermeld worden (per beschikking).
Hieronder treft u de financiële ISV3-specificatie:
Specificatie nog te besteden bestemmingsmiddelen geluid - ISV3
x € 1.000
Geluid
ISV3
Overige
50
252
Totaal Geluid
302
Beschikking 1
200
Beschikking 2
500
700
Beschikkingen ISV3
Besteding 2011
-45
Besteding 2012
-308
Besteding 2013
Bestedingen ISV3
-297
-650
50
Nog te besteden bestemmingsmiddelen geluid
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
x € 1.000
Niet uit balans blijkende verplichtingen
2014
2015
2016
2017
2.288
1.441
617
564
De top 5 van de grootste toekomstige verplichtingen in 2014 ziet er als volgt uit:
1. Beschikte subsidies 2014
€ 766.000
2. Energielevering
€ 420.000
3. Regiotaxi
€ 330.000
4. Openbare verlichting
€ 263.000
5. ‘t Gastland
€ 250.000
Pagina 139
Single Information Single Audit (SiSa)
Jaarstukken 2013
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa
Ontvanger
D9
Juridische
grondslag
Nummer
OCW
Specifieke
uitkering
Departement
3.c — Single Information Single Audit (SISA)
Onderwijsachterstanden Besteding (jaar T) aan
beleid 2011-2014 (OAB) voorzieningen voor
voorschoolse educatie die
voldoen aan de wettelijke
kwaliteitseisen (conform artikel
166, eerste lid WPO)
Gemeenten
I
Besteding (jaar T) aan overige
activiteiten (naast VVE) voor
leerlingen met een grote
achterstand in de Nederlandse
taal (conform artikel 165 WPO)
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 01
I&M
E3
€ 213.597
Hieronder per regel één
beschikkingsnummer en in de
kolommen ernaast de
verantwoordingsinformatie
Subsidieregeling
sanering
verkeerslawaai
(inclusief bestrijding
spoorweglawaai)
N D I C A T O R E N
Besteding (jaar T) aan
Opgebouwde reserve ultimo
afspraken over voor- en
(jaar T-1)
vroegschoolse educatie met
bevoegde gezagsorganen van
scholen, houders van
kindcentra en
peuterspeelzalen (conform
artikel 167 WPO)
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 02
€ 20.740
Besteding (jaar T) ten laste
van rijksmiddelen
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 03
€0
Overige bestedingen (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 04
€ 129.939
Eindverantwoording Ja/Nee
Kosten ProRail (jaar T) als
bedoeld in artikel 25 lid 4 van
deze regeling ten laste van
rijksmiddelen
Subsidieregeling
sanering verkeerslawaai
Provincies, gemeenten
en gemeenschappelijke
regelingen (Wgr)
SZW
SZW
G1
G1A
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 01
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 02
1 111.382.00
Het totaal aantal geïndiceerde
inwoners van uw gemeente dat
een dienstbetrekking heeft of
op de wachtlijst staat en
beschikbaar is om een
Wet sociale
werkvoorziening (Wsw) dienstbetrekking als bedoeld
in artikel 2, eerste lid, of artikel
7 van de wet te aanvaarden op
Alle gemeenten
verantwoorden hier het 31 december (jaar T)
gemeentedeel over
(jaar T), ongeacht of er
in (jaar T) geen, enkele
of alle inwoners
Aard controle R
werkzaam waren bij
Indicatornummer: G1 / 01
een Openbaar lichaam
o.g.v. de Wgr.
0,00
Hieronder per regel één
Wet sociale
gemeente(code) uit (jaar T-1)
werkvoorziening
selecteren en in de kolommen
(Wsw)_totaal 2012
ernaast de
verantwoordingsinformatie voor
Wet sociale
werkvoorziening (Wsw) die gemeente invullen
€0
Het totaal aantal inwoners dat
is uitgestroomd uit het
werknemersbestand in (jaar T),
uitgedrukt in arbeidsjaren
Wet sociale
werkvoorziening
(Wsw)_gemeente 2013
Alle gemeenten
verantwoorden hier het
totaal (jaar T-1). (Dus:
deel Openbaar lichaam
uit SiSa (jaar T-1)
regeling G1B + deel
gemeente uit (jaar T-1)
regeling G1C-1) na
controle door de
gemeente.
0,00
Het totaal aantal geïndiceerde
inwoners per gemeente dat
een dienstbetrekking heeft of
op de wachtlijst staat en
beschikbaar is om een
dienstbetrekking als bedoeld
in artikel 2, eerste lid, of artikel
7 van de wet te aanvaarden op
31 december (T-1);
G2
Gebundelde uitkering
op grond van artikel 69
WWB_gemeente 2013
Alle gemeenten
verantwoorden hier het
gemeentedeel over
(jaar T), ongeacht of de
gemeente in (jaar T)
geen, enkele of alle
taken heeft uitbesteed
aan een Openbaar
lichaam opgericht op
grond van de Wgr.
€0
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G1 / 03
Nee
Het totaal aantal inwoners dat
is uitgestroomd uit het
werknemersbestand in
(jaar T-1), uitgedrukt in
arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R
Indicatornummer: G1A / 02
Het totaal aantal gerealiseerde
arbeidsplaatsen voor
geïndiceerde inwoners in (jaar
T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal
gerealiseerde begeleid
werkenplekken voor
geïndiceerde inwoners in
(jaar T-1), uitgedrukt in
arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar
lichaam
Aard controle R
Indicatornummer: G1A / 03
Aard controle R
Indicatornummer: G1A / 04
Aard controle R
Indicatornummer: G1A / 05
106,25
Baten (jaar T) algemene
bijstand (exclusief Rijk)
3,59
Besteding (jaar T) IOAW
80,47
5,00
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Besteding (jaar T) IOAZ
Rijk)
Baten (jaar T) IOAZ
(exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.1 Wet werk en bijstand
(WWB)
I.1 Wet werk en bijstand
(WWB)
I.2 Wet inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk
arbeidsongeschikte werkloze
werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk
arbeidsongeschikte werkloze
werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk
arbeidsongeschikte gewezen
zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet
inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk
arbeidsongeschikte
gewezen zelfstandigen
(IOAZ)
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 01
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 02
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 03
€ 3.121.149
Besteding (jaar T) Bbz 2004
levensonderhoud beginnende
zelfstandigen
€ 97.951
Baten (jaar T) Bbz 2004
levensonderhoud beginnende
zelfstandigen
€ 142.976
Baten (jaar T) WWIK
(exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.4 Besluit bijstandverlening
zelfstandigen 2004
(levensonderhoud beginnende
zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening
zelfstandigen 2004
(levensonderhoud beginnende
zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.6 Wet werk en inkomen
kunstenaars (WWIK)
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 07
€ 68.214
Pagina 140
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 05
Zie de toelichting in de
invulwijzer voor hulp bij het
invullen en de mogelijke
consequenties van een
verkeerde keuze
inclusief deel openbaar lichaam
1 0340 (Rhenen)
Besteding (jaar T) algemene
bijstand
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 04
€0
Nee
Volledig zelfstandige uitvoering
Ja/Nee
Aard controle R
Indicatornummer: G1 / 02
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G1A / 01
SZW
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 03
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 08
€0
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 04
€ 124
-€ 4
Volledig zelfstandige uitvoering
Ja/Nee
Zie de toelichting in de
invulwijzer voor hulp bij het
invullen en de mogelijke
consequenties van een
verkeerde keuze.
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 09
€0
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G2 / 10
Ja
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 05
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 06
€ 50
Jaarstukken 2013
SZW
G3
Single Information Single Audit (SiSa)
Besteding (jaar T)
Besluit
levensonderhoud gevestigde
bijstandverlening
zelfstandigen (exclusief Bob)
zelfstandigen 2004
(exclusief
levensonderhoud
beginnende
zelfstandigen)_gemeent
e 2013
Besluit
bijstandverlening
zelfstandigen (Bbz) 2004
Alle gemeenten
verantwoorden hier het
gemeentedeel over
(jaar T), ongeacht of de
gemeente in (jaar T)
geen, enkele of alle
taken heeft uitbesteed
aan een Openbaar
lichaam opgericht op
grond van de Wgr.
SZW
G5
Wet participatiebudget
(WPB)_gemeente 2013
Wet participatiebudget
(WPB)
Alle gemeenten
verantwoorden hier het
gemeentedeel over
(jaar T), ongeacht of de
gemeente in (jaar T)
geen, enkele of alle
taken heeft uitbesteed
aan een Openbaar
lichaam opgericht op
grond van de Wgr.
Besteding (jaar T)
kapitaalverstrekking (exclusief
Bob)
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 01
€ 133.144
Baten (jaar T) Bob (exclusief
Rijk)
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 02
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 03
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 08
Besteding (jaar T) aan
onderzoek als bedoeld in
artikel 56 Bbz 2004
(exclusief Bob)
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 04
€ 2.300
€ 49.723
€ 29.906
Volledig zelfstandige uitvoering
Besteding (jaar T) aan
Ja/Nee
uitvoeringskosten Bob als
bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
Zie de toelichting in de
invulwijzer voor hulp bij het
invullen en de mogelijke
consequenties van een
verkeerde keuze.
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 07
€0
Het aantal in (jaar T) bij een
ROC ingekochte contacturen
Baten (jaar T) levensonderhoud Baten (jaar T)
gevestigde zelfstandigen
kapitaalverstrekking (exclusief
(exclusief Bob) (exclusief Rijk) Bob) (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 05
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 06
€ 23.624
€0
Waarvan baten (jaar T) van
educatie bij roc’s
Besteding (jaar T) Regelluw
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G3 / 09
Ja
€0
Let op: Dit is de enige
gelegenheid om
verantwoording af te leggen
over deze taakuitvoering
Let op: Deze verantwoording
kan niet door een
gemeenschappelijke regeling
worden uitgevoerd, ongeacht
de keuze van de gemeente bij
indicator G5/02
Aard controle D1
Indicatornummer: G5 / 01
173
Volledig zelfstandige uitvoering Besteding (jaar T)
participatiebudget
Ja/Nee
Waarvan besteding (jaar T) van Baten (jaar T) (niet-Rijk)
educatie bij roc's
participatiebudget
Dit onderdeel is uitsluitend
van toepassing op
gemeenten die in (jaar T-1)
duurzame plaatsingen van
inactieven naar werk
hebben gerealiseerd en
verantwoord aan het Rijk
De zelfstandige uitvoering
betreft de indicatoren G5/03
tot en met G5/07
Zie de toelichting in de
invulwijzer voor hulp bij het
invullen en de mogelijke
consequenties van een
verkeerde keuze
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G5 / 02
Ja
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 03
€ 249.764
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 04
€ 33.682
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 05
€0
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 06
€0
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 07
€0
Pagina 141
Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband is voor deze groep niet van toepassing
Pagina 142
Jaarstukken 2013
Wet Normering Topinkomens (WNT)
3.d — Wet Normering Topinkomens (WNT)
3.d.1 Topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen en toezichthouders
Het normenkader rondom de ‘’Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Publieke en Semipublieke
Sector (hierna: WNT) is bekrachtigd in het Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000106049 en de Regeling van de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000 104920. De Aanpassingswet WNT is als
onderdeel van dit normenkader nog niet formeel aangenomen door de Eerste Kamer. Voor het opmaken
van de jaarrekening is in lijn met de mededeling van de minister van BZK d.d. 12 februari 2014,
gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 18 februari 2014, de Aanpassingswet WNT wel als onderdeel van het
normenkader gehanteerd.
Naam orgaan of instelling waar functie wordt
bekleed
Gemeente Rhenen
Functie(s)1
Aard van de functie 2
Naam
Gemeente Rhenen
Gemeente Rhenen
Gemeentesecretaris
Griffier
Griffier
Topfunctionaris
Topfunctionaris
Topfunctionaris
P. Bonthuis
J. van Beem
C. Apell
Beloning
€
93.275 €
62.385 €
57.105
Sociale verzekeringspremies
€
6.957 €
6.957 €
6.957
Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding
€
518 €
Werkgeversdeel van voorzieningen ten
€
behoeve van beloningen betaalbaar op termijn
€
352
15.720 €
10.159 €
8.538
Datum aanvang dienstverband in het boekjaar
(indien van toepassing)
n.v.t.
n.v.t.
1-9-2013
Datum einde dienstverband in het boekjaar
(indien van toepassing)
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
1
0,8889
0,8889
Nee
Nee
Nee
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Omvang dienstverband
(in FTE)
Interim3
Motivering overschrijding norm
(indien van toepassing)
-
3.d.2 Overige functionarissen van wie de bezoldiging boven het WNT-maximum ligt
Ten aanzien van interim-functionarissen die geen topfunctie vervullen heeft gemeente Rhenen gebruik
gemaakt van de mogelijkheid die paragraaf 6 van de Beleidsregels toepassing WNT biedt inzake de volledige openbaarmaking van deze interim niet topfunctionarissen. Op basis van de Beleidsregels toepassing
WNT (inclusief de wijziging van paragraaf 6 volgens besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties van 12 maart 2014, nr 2014-0000142706 kán en hoeft gemeente Rhenen niet volledig
te voldoen aan de verplichting voor openbaarmaking van deze interim niet topfunctionarissen zoals voorgeschreven in artikel 4.2 lid 2c van de WNT (inclusief verwerking Aanpassingswet).
3.d.3 Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband
Voor deze rechtspersoon of instelling heeft de publicatieplicht betrekking op de onderstaande
topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen en functionarissen.
Topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen en toezichthouders
Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband boven het WNT-maximum is voor deze groep niet van
toepassing.
Overige functionarissen
Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband boven het WNT-maximum is voor deze groep niet van
toepassing.
1. Gebruik hierbij voor iedere functie een aparte regel. Alleen bij opeenvolgende vervulling van verschillende functies van dezelfde aard worden
deze op dezelfde regel vermeld en wordt de beloning gesommeerd.
2. Topfunctionaris, gewezen topfunctionaris of toezichthouder.
3. Ofwel nee, niet op interim-basis werkzaam, of ja, korter dan zes maanden, binnen een aaneengesloten termijn van 18 maanden
(ja, < 6 maanden); of ja, langer dan zes maanden binnen een aaneengesloten termijn van 18 maanden (ja, > 6 maanden).
Pagina 143
Reserves & Voorzieningen
3.e.1
Jaarstukken 2013
Reserves en voorzieningen 2013
Staat van reserves en voorzieningen
in euro's
A
Algemene reserves
R00001 Algemene reserve vrij besteedbaar
R00037 Algemene reserve geblokkeerd
Totaal algemene reserve (A)
B
R00002
R00003
R00004
R00005
R00009
R00010
R00012
R00013
R00014
R00016
R00017
R00018
R00020
R00022
R00023
R00024
R00026
R00027
R00028
R00029
R00031
R00032
R00034
R00035
R00036
R00040
R00042
R00043
R00044
R00045
R00046
R00048
R00049
R00050
R00052
R00053
R00054
R00055
R00056
R00057
R00058
R00059
Bestemmingsreserves
Uitvoering collegeprogramma
BTW compensatiefonds
Opvang garantieverliezen
Bovenwijkse voorzieningen
Opleidingen en trainingen
Vervanging personeel
Veiligheidskleding
Inrichting rampenstaf
Restauratiefonds museum
Wet werk en bijstand (inkomensdeel)
Groot gymmateriaal
WMO
Sportaccomodaties
Renovatie gymzaal A'berg
Vervanging gemeentelijke gebouwen
Energiebeperking
Bodemsanering
Reserve riolering
Reserve afval
Dekking kapitaallasten Remmerden
Begraafplaatsen < € 5,000
Werkmaterieel BOR < € 5.000,Inrichting Binnenstad Oost en West
Sociale woningbouw
Bestemmingsplannen
Reserve bouwleges
Reserve woninggebonden subsidies
Lokaal onderwijsbeleid
Lijsterberg
Armoedebestrijding
Nieuwbouw Gemeentehuis
Projectenreserve
Reserve budgetoverheveling
NUP
Functiewaardering
FoodValley
Vrijkomende locaties MFG
Ruimen graven
Mobiliteit Foodvalley
Ecologische Verbindingszone
Binnenstad-West
Invoeringskosten 3D's
Totaal bestemmingsreserves (B)
Totaal reserves (A+B)
Pagina 144
Beginstand
1-1-2013
4.547.476
6.395.624
10.943.100
529.237
396.690
25.268
183.645
186.251
208.612
979
71.802
3.202
556.313
34.244
54.624
224.862
1.852
130.928
40.870
133.461
1.050.108
1.148.945
245.423
25.978
50.145
47.556
471.112
13.992
0
84.700
83.879
255.741
46.880
1.192.189
262.293
634.198
36.293
30.000
30.000
0
237.692
0
0
0
0
8.729.964
19.673.064
Resultaat Vermeerderingen Verminderingen
2013
2013
vorig boekjaar
46.148
117.872
2.322.550
46.148
117.872
2.322.550
81.301
104.635
69.328
75.877
75.000
75.000
15.418
10.231
1.237
249.648
3.618
Eindstand
31-12-2013
2.388.946
6.395.624
8.784.570
2.065.155
965.427
2.926.382
30.000
224.580
1.943.749
505.903
327.362
25.268
183.645
187.128
133.612
0
61.571
3.490
342.365
39.576
54.624
219.682
1.108
130.928
40.870
125.383
1.238.787
1.301.081
232.179
34.197
67.638
40.408
489.940
36.583
39.555
84.700
107.591
766.521
46.880
1.134.048
169.125
734.440
73.827
37.276
40.000
1.031.495
187.224
350.000
240.896
170.000
740.847
11.777.751
2.111.303
3.044.254
4.266.299
20.562.321
14.439
1.525
35.700
8.950
5.180
744
8.078
188.679
324.062
10.820
23.490
171.926
13.244
2.602
5.997
7.148
18.828
22.591
39.555
23.712
534.259
23.479
53.052
600.840
37.534
30.000
10.000
700.000
111.193
93.168
500.598
22.724
400.000
350.000
240.896
200.000
68.505
50.468
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
Staat van Reserves & Voorzieningen
in euro's
C
V00001
V00002
V00005
V00006
V00008
V00008
V00010
V00011
V00013
Beginstand
1-1-2013
Voorzieningen
Onderhoud oude archief
Eerstelijns gezondheidszorg
Onderhoud gebouwen
Onderhoud wegen
Toekomstige verliezen grondexploitatie
Corr. toekomstige verlies grondexpl.
APPA-pensioen
Grondexploitaties
ODRU
Totaal voorzieningen (C)
Totaal (A+B+C)
38.315
25.333
928.233
226.553
393.000
-393.000
251.629
0
0
1.470.064
21.143.128
Resultaat Vermeerderingen Verminderingen
vorig boekjaar
2013
2013
Eindstand
31-12-2013
0
25.000
63.483
678.866
816.188
38.315
18.640
883.521
303.783
347.000
-347.000
0
25.000
63.483
1.332.742
2.111.303
3.723.120
5.082.488
21.895.063
384.263
206.120
6.693
428.976
128.890
46.000
-46.000
251.629
€ 25.000.000 € 20.000.000 € 15.000.000 € 10.000.000 € 5.000.000 €‐
2009
AR geblokkeerd
2010
AR vrij besteedbaar
2011
2012
Bestemmingsreservers
2013
Voorzieningen
Pagina 145
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
A — Algemene reserve
De algemene reserve wordt beschouwd als de belangrijkste component van het financiële weerstandsvermogen, als
onderdeel van het risicomanagement. Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als de middelen die nodig zijn
om niet in financiële problemen te komen als zich tegenvallers voordoen.
Algemene reserves
A
Algemene reserves
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
10.943.100
164.020
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
2.322.550
8.784.570
De reservemutaties liggen vast in de Nota reserves & voorzieningen of zijn onderbouwd door een afzonderlijk
raadsbesluit.
R00001 — Algemene reserve vrij besteedbaar
De algemene reserve vrij besteedbaar dient ter egalisatie van de jaarlijkse rekening uitkomsten; is bruikbaar
als dekkingsmiddel voor niet structurele begrotingstekorten, eenmalige uitgaven en als dekking voor risico’s
in het kader van het weerstandvermogen.
Algemene reserve vrij besteedbaar
R00001
Algemene reserve vrij besteedbaar
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
4.547.476
164.020
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging vanuit resultaatbestemming 2012
Grondverkopen
Terugbetaling rolstoelen WVG
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Planschade
Gebiedsvisie Food Valley
Onttrekking rente-effect Binnenstad Oost
(tijdelijke leenconstructie)
Dekking kosten herplaatsing 2013
Dekking kapitaallasten Cunera Springplank
Dekking kosten voormalig personeel
Toevoeging aan reserve vrijkomende locaties MFG
Onttrekking ten gunste van de 3 decentralisaties
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
2.322.550
2.388.946
€ 46.148
€ 20.372
€ 97.500
€ 5.405
€ 6.316
€ 100.339
€ 164.589
€ 330.653
€ 349.821
€ 400.000
€ 965.427
R00037 — Algemene reserve geblokkeerd
Het betreft een algemene reserve die overigens niet vrij besteedbaar is, omdat de rente in de begroting wordt
ingezet als algemeen dekkingsmiddel. De reserve kan ook worden beschouwd als eigen kapitaal van de
gemeente dat als buffervermogen kan worden gebruikt in geval van extreme financiële noodsituaties cq.
calamiteiten.
Algemene reserve geblokkeerd
R00037
Algemene reserve geblokkeerd
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
6.395.624
0
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
Pagina 146
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
6.395.624
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
B — Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserves zijn reserves waaraan een bepaalde bestemming is gegeven en hebben een expliciet
karakter.
Bestemmingsreserves
B
Bestemmingsreserves
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
8.729.964
5.011.861
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
1.943.749
11.798.075
R00002 - Reserve uitvoering collegeprogramma
Deze reserve wordt gebruikt voor de uitvoering van het collegeprogramma.
Uitvoering collegeprogramma
R00002
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
529.237
81.301
Uitvoering collegeprogramma
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging collegeprogramma
Terugstorting activiteiten vrijwilligers
€ 33.801
€ 47.500
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Inzet voor aanvullende bezuinigingen 2013
Personele inzet communicatie
Onttrekking inzet projectleider Rhenense Publieksbalie
€ 25.000
€ 29.635
€ 50.000
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
104.635
505.903
R00003 - BTW Compensatiefonds
Deze reserve dient ter dekking van de BTW uit oude activa (ultimo 2002). Op basis van de resterende
gemiddelde looptijd van de oude activa valt jaarlijks 1/15 deel vrij ten gunste van de exploitatie.
BTW compensatiefonds
R00003
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
396.690
0
BTW compensatiefonds
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse vrijval van BTW in oude activa
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
69.328
327.362
€ 69.328
R00004 - Opvang garantieverliezen
Deze reserve wordt gebruikt voor het opvangen van verliezen als gevolg van garantie van geldleningen
verstrekt aan particulieren voor eigen woningen. Het saldo is voldoende voor het opvangen van het te lopen
risico.
Opvang garantieverliezen
R00004
Opvang garantieverliezen
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
25.268
0
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
25.268
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
R00005 - Bovenwijkse voorzieningen
In 2007 is een bedrag van € 183.645 van een projectontwikkelaar ontvangen voor het project Achterberg
West. Voor dit bedrag is de reserve bovenwijkse voorzieningen gevormd.
Bovenwijkse voorzieningen
R00005
Bovenwijkse voorzieningen
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
183.645
0
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
183.645
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
Pagina 147
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
R00009 - Opleidingen en trainingen
Deze reserve wordt gebruikt voor opleidingen en trainingen van het personeel. Indien het jaarlijks
beschikbare budget niet wordt uitgegeven, wordt het restant aan deze reserve toegevoegd.
Opleidingen en trainingen
R00009
Opleidingen en trainingen
Beginstand
1-1-2013
186.251
Toev.
2013
75.877
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging aan de reserve opleidingen
€ 75.877
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Bezuiniging 2013
€ 75.000
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
75.000
187.128
R00010 - Vervanging personeel
Deze reserve wordt gebruikt voor vervanging wegens: langdurige ziekte, zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof, inhuur wegens vervanging bij vacatures, etc.
Vervanging personeel
R00010
Vervanging personeel
Beginstand
1-1-2013
208.612
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Bezuiniging 2013
Toev.
2013
0
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
75.000
133.612
€ 75.000
R00012 — Veiligheidskleding
Deze reserve wordt gebruikt voor vervanging van de aanschaf van veiligheidskleding.
Veiligheidskleding
R00012
Veiligheidskleding
Beginstand
1-1-2013
979
Toev.
2013
14.439
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse vrijval
€ 14.439
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kosten bedrijfs- en veiligheidskleding
€ 15.418
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
15.418
0
R00013 - Inrichting rampenstaf
Deze reserve is ter dekking van de kapitaallasten van de inrichting van de rampenstaf waaronder inventaris,
automatisering en installaties.
Inrichting rampenstaf
R00013
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
71.802
0
Inrichting rampenstaf
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten rampenbestrijding
Pagina 148
€ 10.231
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
10.231
61.571
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
R00014 - Restauratiefonds museum
Deze reserve wordt gebruikt voor de restauratie van het museumbezit.
Restauratiefonds museum
R00014
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
3.202
1.525
Restauratiefonds museum
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse storting
€ 1.525
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Inventaris museum
€ 1.237
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
1.237
3.490
R00016 - Wet werk en bijstand (inkomensdeel)
De inwoners van de gemeente Rhenen zoveel mogelijk voorzien in de middelen van bestaan. Deze reserve
fungeert als buffer voor de financiële risico’s die aan de Wet Werk en Bijstand (WWB) verbonden zijn.
Wet werk en bijstand (inkomensdeel)
R00016
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
556.313
35.700
Wet werk en bijstand (inkomensdeel)
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging tbv inzet bezuinigingen 2014
€ 35.700
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Egalisatie resultaat WWB Inkomensdeel
€ 249.648
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
249.648
342.365
R00017 - Groot gymmateriaal
Deze reserve is bestemd voor de vervanging van de aanschaf van groot gymmateriaal.
Groot gymmateriaal
R00017
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
34.244
8.950
Groot gymmateriaal
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse storting
€ 8.950
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Aanschaf gymmaterialen
€ 3.618
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
3.618
39.576
R00018 - WMO
Deze reserve wordt gebruikt voor de bekostiging van de invoeringskosten van de WMO.
WMO
R00018
WMO
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
54.624
0
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
54.624
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
Pagina 149
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
R00020 - Sportaccommodaties
Deze reserve is bestemd om knelpunten bij bestaande sportaccommodaties op te lossen.
Sportaccomodaties
R00020
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
224.862
0
Sportaccomodaties
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
5.180
219.682
€ 5.180
R00022 - Renovatie gymzaal Achterberg
Deze reserve wordt gebruikt voor de dekking van de afschrijvingslast die voorvloeit uit de kosten van de
renovatie.
Renovatie gymzaal A'berg
R00022
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
1.852
0
Renovatie gymzaal A'berg
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten gymzaal Achterberg
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
744
1.108
€ 744
R00023 - Vervanging gemeentelijke gebouwen
Deze reserve wordt gebruikt voor de vervanging van gemeentelijke gebouwen die in het verleden vanuit de
reserves zijn betaald.
Vervanging gemeentelijke gebouwen
R00023
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
130.928
0
Vervanging gemeentelijke gebouwen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
130.928
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
R00024 - Energiebeperking
Deze reserve dient ter stimulering van energiebeperkende maatregelen van de gemeentelijke gebouwen in
het kader van het gemeentelijk milieubeleid.
Energiebeperking
R00024
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
40.870
0
Energiebeperking
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
40.870
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
R00026 - Bodemsanering
Deze reserve dient als buffer voor onverwachte bodemsaneringen.
Bodemsanering
R00026
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
133.461
0
Bodemsanering
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Bodemsanering Veerwei
Pagina 150
€ 8.078
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
8.078
125.383
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
R00027 - Riolering
Deze reserve is bedoeld om schommelingen in de baten en lasten lopende het begrotingsjaar op te vangen.
Hierbij komen op de langere termijn de financiële mee- en tegenvallers volledig ten gunste en ten laste van
de burgers.
Reserve riolering
R00027
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
1.050.108
188.679
Reserve riolering
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Egalisatie resultaat riolering
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
1.238.787
€ 188.679
R00028 - Afval
Deze reserve is bedoeld schommelingen in de baten en lasten lopende het begrotingsjaar op te vangen.
Hierbij komen op de langere termijn de financiële mee- en tegenvallers volledig ten gunste en ten laste van
de burgers.
Reserve afval
R00028
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
1.148.945
324.062
Reserve afval
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Egalisatie resultaat afval
€ 324.062
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Onderzoekskosten Diftar
Uitruil OZB
€ 21.926
€ 150.000
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
171.926
1.301.081
R00029 - Dekking kapitaallasten Remmerden
Deze reserve wordt gebruikt voor de dekking van een deel van de afschrijving van de nieuwbouw van de
gemeentewerf op Remmerden.
Dekking kapitaallasten Remmerden
R00029
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
245.423
0
Dekking kapitaallasten Remmerden
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
13.244
232.179
€ 13.244
R00031 - Begraafplaatsen < € 5.000
Deze reserve wordt gebruikt voor de vervanging van materieel begraafplaatsen.
Begraafplaatsen < € 5.000
R00031
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
25.978
10.820
Begraafplaatsen < € 5.000
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse storting
€ 10.820
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking exploitatie begraafplaatsen
€ 2.602
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
2.602
34.197
Pagina 151
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
R00032 - Werkmaterieel BOR < € 5.000
Deze reserve wordt gebruikt voor de vervanging van de aanschaf van werkmaterieel voor BOR.
Werkmaterieel BOR < € 5.000,-
R00032
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
50.145
23.490
Werkmaterieel BOR < € 5.000,-
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Jaarlijkse storting
€ 23.490
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking aanschaf materiaal
€ 5.997
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
5.997
67.638
R00034 - Inrichting Binnenstad Oost en West
In de komende vier jaar zal Binnenstad Oost zijn gerealiseerd. De reserve is bedoeld om activiteiten en
inspanningen te bekostigen die de ruimtelijke samenhang tussen oost en west versterken, zodat wordt
voorkomen dat Binnenstad Oost een te sterke aanzuigende werking krijgt en de huidige winkelgebieden hun
gezellige karakter behouden.
Inrichting Binnenstad Oost en West
R00034
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
47.556
0
Inrichting Binnenstad Oost en West
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kosten inrichting Binnenstad
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
7.148
40.408
€ 7.148
R00035 — Sociale woningbouw
Stimulering van sociale woningbouw. De wijze waarop deze reserve wordt ingezet en gevuld wordt
uitgewerkt in de op te stellen woonvisie.
Sociale woningbouw
R00035
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
471.112
18.828
Sociale woningbouw
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging conform begroting
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
489.940
€ 18.828
R00036 - Bestemmingsplannen
In de komende 10 jaar worden alle bestemmingsplannen herzien. De uitgaven die hiervoor moeten worden
gedaan kunnen per jaar behoorlijk verschillen.
Bestemmingsplannen
R00036
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
13.992
22.591
Bestemmingsplannen
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Egalisatie reserve BSP 2013
Pagina 152
€ 22.591
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
36.583
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
R00040 - Reserve bouwleges
Deze reserve dient om de schommelingen tussen de raming en de daadwerkelijk ontvangen bouwleges te
egaliseren.
Reserve bouwleges
R00040
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
39.555
Reserve bouwleges
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Overschot op opbrengsten bouwleges
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
39.555
€ 39.555
R00042 - Reserve woninggebonden subsidies
Deze reserve dient om de uitgaven voor het woonbeleid te dekken.
Woninggebonden subsidies
R00042
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
84.700
0
Woninggebonden subsidies
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
84.700
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
R00043 - Lokaal Onderwijs Beleid
Deze reserve is ingesteld om gemeentelijke middelen beschikbaar te houden voor lokaal onderwijsbeleid. Op
deze wijze kunnen de scholen sparen voor grotere projecten. In een bestuurlijk overleg met de scholen is
overeenstemming bereikt over de inzet van deze middelen voor het vergroten van de sociale weerbaarheid
van de kinderen in Rhenen.
Lokaal onderwijsbeleid
R00043
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
83.879
23.712
Lokaal onderwijsbeleid
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Bijdrage Gemeentelijk deel Lokaal Onderwijs Beleid
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
107.591
€ 23.712
R00044 - Lijsterberg
Deze reserve wordt gebruikt voor de dekking van een deel van de kapitaallasten van MFC Lijsterberg.
Lijsterberg
R00044
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
255.741
534.259
Lijsterberg
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging vanuit resultaatbestemming 2012
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten MFC Lijsterberg
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
23.479
766.521
€ 534.259
€ 23.479
Pagina 153
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
R00045 - Armoedebestrijding
Door het rijk zijn voor de jaren 2007-2010 voor Rhenen middelen beschikbaar gesteld voor activiteiten op het
terrein van armoedebeleid, schuldhulpsanering en om kinderen van minder draagkrachtige ouders gelijke
kansen te geven, de zogenaamde Aboutaleb gelden.
Armoedebestrijding
R00045
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
46.880
0
Armoedebestrijding
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
46.880
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze reserve.
R00046 — Nieuwbouw Gemeentehuis
Deze reserve dient ter dekking van een deel van de kapitaallasten van de nieuwbouw van het gemeentehuis
aan de Nieuwe Veenendaalseweg.
Nieuwbouw gemeentehuis
R00046
Nieuwbouw gemeentehuis
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
1.192.189
53.052
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging bespaarde rente
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
111.193
1.134.048
€ 53.052
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking kapitaallasten nieuwbouw gemeentehuis
€ 111.193
R00048 - Projectenreserve
Deze reserve is ingesteld om de middelen die beschikbaar zijn voor (exploitatie)projecten, zoals bijvoorbeeld
Machinistenschool en Uiterwaarden voor de stad Rhenen, beschikbaar te houden tot aan de afronding van de
projecten.
Projectenreserve
R00048
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
262.293
0
Projectenreserve
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
93.168
169.125
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking / egalisatie diverse project waaronder Museumkwartier en Palmerswaard
€ 93.168
R00049 - Reserve budgetoverheveling
Deze reserve is ingesteld om middelen die in 2013 niet besteed zijn en die voldoen aan de criteria voor
budgetoverheveling mee te nemen naar 2014. Hier tegenover staan in het jaar 2014 verplichte uitgaven.
Budgetoverheveling
R00049
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
634.198
600.840
Budgetoverheveling
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Voorgestelde budgetoverhevelingen 2013
€ 600.840
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Budgetoverheveling 2012 overgebracht naar de exploitatie
€ 500.598
Pagina 154
500.598
734.440
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
R00050 - Nationaal Uitvoeringsprogramma (NUP)
Deze reserve is ingesteld ter dekking van de uitgaven inzake de invoering van het Nationaal UitvoeringsProgamma (NUP).
NUP
R00050
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
36.293
37.534
NUP
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve in 3 jaar
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
73.827
€ 37.534
R00052 — Functiewaardering
Deze reserve is ingesteld ter dekking van de kosten van functiewaarderingstrajecten.
Functiewaardering
R00052
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
30.000
30.000
Functiewaardering
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
€ 30.000
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking exploitatiekosten Functiewaardering
€ 22.724
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
22.724
37.276
R00053 - FoodValley
Deze reserve is ingesteld ter dekking van uitgaven voor het project FoodValley.
FoodValley
R00053
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
30.000
10.000
FoodValley
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
40.000
€ 10.000
R00054 - Vrijkomende locaties MFG Elst
Deze reserve is ingesteld voor de gedeeltelijke dekking van de kapitaallasten van het Bestegoed in Elst.
Vrijkomende Locaties MFG
R00054
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
1.100.000
Vrijkomende Locaties MFG
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming vanuit de Algmene Reserve
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking exploitatiekosten
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
68.505
1.031.495
€ 400.000
€ 700.000
€ 68.505
Pagina 155
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
R00055 - Ruimen graven
Deze reserve wordt gebruikt ter dekking van de kapitaallasten en de ruimingskosten van graven.
Ruimen graven
R00055
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
237.692
0
Ruimen graven
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking exploitatiekosten
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
50.468
187.224
€ 22.979
R00056 — Mobiliteit Foodvalley
Deze reserve wordt gebruikt voor tijdelijke opvang van de kosten van tussentijdse kleine aanpassingen en
onderhoud dat in de eerste jaren na overdracht nodig is.
Mobiliteit Foodvalley
R00056
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
350.000
Mobiliteit Foodvalley
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
350.000
€ 350.000
R00057 - Ecologische Verbindingszone
Deze reserve is ingesteld voor de dekking van de afschrijvingslasten van de ecologische Verbindingszone
nabij Vogelenzang.
Ecologische Verbindingszone
R00057
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
240.896
Ecologische Verbindingszone
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
240.896
€ 240.896
R00058 - Binnenstad-West
Deze reserve is ingesteld voor de extra impuls aan de kwaliteitsverbetering van de publieke ruimte in
Binnenstad-West
Binnenstad-West
R00058
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
200.000
Binnenstad-West
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit resultaatbestemming 2012
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Bestemmingsplanprocedure Project uiterwaarden bij Rhenen
Pagina 156
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
€ 200.000
€ 30.000
30.000
170.000
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
R00059 - Invoeringskosten 3 Decentralisaties
Bij raadsbesluit van 24 september 2013 is deze bestemmingsreserve gevormd. Het doel van deze reserve is
om tekorten of overschotten, van het beschikbaar gestelde budget voor invoering van de 3 decentralisaties,
over de periode 2013 - 2015 te kunnen egaliseren.
Invoeringskosten 3D's
R00059
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
965.427
Invoeringskosten 3D's
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Vorming reserve vanuit de Algemene Reserve
€ 965.427
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking exploitatiekosten
€ 224.580
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
224.580
740.847
Pagina 157
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
C — Voorzieningen
Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen. Zij bevatten voorziene lasten in verband met risico’s en
verplichtingen waarvan de omvang min of meer onzeker is. Voorzieningen kunnen ook betrekking hebben op
verplichtingen van bepaalde kosten die in de tijd onregelmatig gespreid zijn.
Voorzieningen
C
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
1.863.064
615.383
Voorzieningen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
862.188
1.616.259
V00001 - Onderhoud oude archief
Deze voorziening wordt gebruikt voor de restauratie van het oude archief.
Onderhoud oude archief
V00001
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
38.315
0
Onderhoud oude archief
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
38.315
Er heeft in 2013 geen mutatie plaatsgevonden in deze voorziening.
V00002 - Eerstelijns gezondheidszorg
De voorziening is in 2008 gevormd uit een gift van de Stichting Gezondheidscentrum Rhenen. De gift wordt
besteed aan activiteiten op het gebied van de eerstelijns gezondheidszorg conform de doelstelling van de
statuten.
Eerstelijns gezondheidszorg
V00002
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
25.333
0
Eerstelijns gezondheidszorg
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking uitgaven FrisValley
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
6.693
18.640
€ 6.693
V00005 - Onderhoud gebouwen
Het gelijkmatig verdelen van kosten van onderhoud van de gemeentelijke gebouwen
over de jaren. Voor deze voorziening worden de bedragen gereserveerd die op grond van de onderhoudsmeerjarenplanning nodig zijn. De planperiode is van 2010 tot en met 2019.
Onderhoud gebouwen
V00005
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
928.233
384.263
Onderhoud gebouwen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
428.976
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging onderhoudsvoorziening op basis van onderhoudsplan
€ 384.263
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Uitgaven aan onderhoud gebouwen
€ 428.976
883.521
Voor het onderhoud aan de gebouwen is een meerjarenonderhoudsplan gebouwen opgesteld. Dit plan vormt
de basis voor de omvang van de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening. Een nadere toelichting op de
werkelijke uitgaven in 2013 kunt u terugvinden in paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen.
Pagina 158
Jaarstukken 2013
Reserves & Voorzieningen
V00006 — Onderhoud wegen
Het gelijkmatig verdelen van kosten van onderhoud van de gemeentelijke wegen over de jaren. Voor deze
voorziening worden de bedragen gereserveerd die op grond van de onderhoudsmeerjarenplanning nodig zijn.
De planperiode is van 2010 tot en met 2014.
Onderhoud wegen
V00006
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
226.553
206.120
Onderhoud wegen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
128.890
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging onderhoudsvoorziening op basis van onderhoudsplan
€ 206.120
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Uitgaven aan onderhoud wegen
€ 128.890
303.783
Voor het onderhoud is een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. Dit plan vormt de basis voor de omvang van
de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening. Een toelichting op de werkelijke uitgaven in 2013 kunt u
terugvinden in paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen.
V00008 — Toekomstige verliezen grondexploitatie
Dekking van een verwacht tekort van de grondexploitaties.
Toekomstige verliezen grondexploitatie
V00008
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
393.000
0
Toekomstige verliezen grondexploitatie
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Dekking van toekomstige verliezen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
46.000
347.000
€ 46.000
V00010 — APPA-pensioen
Ter dekking van de kosten van de APPA-pensioenregeling van (voormalige) wethouders.
APPA-pensioen
V00010
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
251.629
0
APPA-pensioen
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
251.629
0
De volgende verminderingen hebben plaatsgevonden:
Overdracht beheer APPA pensioen ( eigen beheer) naar Loyalis (Pensioenbeheerder)
€ 251.629
V00011 - Grondexploitaties
Voorziening voor nog te maken civiele kosten van het project Binnenstad-Oost.
Grondexploitaties
V00011
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
25.000
Grondexploitaties
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging vanuit de exploitatie
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
25.000
€ 25.000
Pagina 159
Reserves & Voorzieningen
Jaarstukken 2013
V00013 - ODRU
Het dekken van de verliezen voorgaande jaren en incidentele kosten reorganisatie.
ODRU
V00013
Beginstand
1-1-2013
Toev.
2013
0
63.483
ODRU
De volgende vermeerderingen hebben plaatsgevonden:
Toevoeging aan de voorziening
Pagina 160
€ 63.483
Onttrekk.
Eindstand
2013 31-12-2013
0
63.483
Overname panden woningstichting
Grond lijstereng
Landerijen gronden donderberg
Aankoop gronden Ouwehands Dierenpark
Grondkosten eben h. school
Grond onder MFG Elst
1.761.283
20.423
1.278.320
61.600
202.125
82.791
417.614
55.865
59.074
38.361
390.447
263.058
179.259
171.562
7.382
3.097
0
59.046
60.840
34.441
44.320
38.994
52.328
56.996
105.116
409.290
246.312
1.305.836
84.539
0
0
15.623
0
18.606
18.606
0
Nieuwe
investering /
rest. krediet
0
0
39.263
39.263
0
35.180
15.623
5.496
44.256
54.019
166.302
0
16.919
0
32.295
19.034
17.554
230
0
74.751
69.196
31.490
0
0
1.761.283
20.423
1.278.320
61.600
202.125
82.791
417.614
55.865
59.074
38.361
390.447
263.058
179.259
256.101
7.382
3.097
0
305.359
1.366.676
34.441
44.320
38.994
52.328
56.996
105.116
409.290
1.970.008
35.180
173.694
53.607
2.916
924.315
31.622
957.548
0
43.454
130.239
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
0
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,00%
4,45%
4,45%
4,45%
0
0
0
0
Rekenrente
2010 e.v.
12.524
16.620
155.975
49.554
196.322
50.611
302.518
66.440
9.807
382.452
4.159
4.784
11.994
5.513
23.057
8.229
390.886
7.873
46.184
120.505
511.342
183.814
318.682
15.400
42.875
28.549
104.403
130.349
65.293
115.083
187.993
126.657
86.310
1.374
4.917
6.002
11.879
34.204
0
79.585
0
65.673
0
2.287
0
13.912
63.497
2.287
63.497
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
17.221
22.160
19.497
52.328
28.498
52.558
136.430
3.691
1.549
0
0
646
476
1.170
230
0
2.076
11.533
7.873
0
0
34.535
5.106
24.583
1.867
6.125
2.855
13.050
4.655
3.109
3.836
14.461
9.743
6.639
0
0
458
2.459
1.501
5.939
0
2.918
0
1.144
0
486
0
2.432
0
0
1.144
0
Afschrijvings
bedrag
2013
0
1.565
0
245
1.969
2.404
7.400
0
753
0
1.437
847
781
10
0
3.326
3.079
1.401
0
0
78.377
909
56.885
2.741
8.995
3.684
18.584
2.486
2.629
1.707
17.375
11.706
7.977
7.635
329
138
0
2.628
2.707
1.533
1.972
1.735
2.329
2.536
4.678
18.213
83.356
1.565
8.649
2.386
130
41.132
1.407
38.302
0
1.934
6.715
1.565
0
703
4.428
3.904
13.340
0
753
0
2.083
1.323
1.951
240
0
5.403
14.612
9.274
0
0
112.912
6.015
81.468
4.608
15.120
6.539
31.634
7.141
5.738
5.543
31.836
21.449
14.616
7.635
4.020
1.687
0
2.628
2.707
18.753
24.132
21.232
54.657
31.034
57.236
154.644
86.275
1.565
9.792
2.386
616
41.132
3.840
38.302
0
3.077
6.715
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
0
0
3.e.2
5.496
44.256
54.019
166.302
0
16.919
0
32.295
19.034
17.554
230
0
74.751
69.196
31.490
0
35.180
Totaal 0210 ; Woonruimten
Aanpassing brandweerkazerne Rhenen
Aanpassing brandweerkazerne Elst
Aanpassing brandweerkazerne Achterberg
Zoutsilo's gemeentewerf
Aanpassing Larikshof (aula)
2e verbouwing streekmuseum
Voorbereidingskrediet aanp. Oude Raadhuis/museum
Cuneratoren restaureren
Gewelfschade in de Cuneratoren
Herstel Beiaard
Onderhoud klokkenstoel
Alarmapparatuur zelfst. oud
Reconstructie dak 't trefpunt
Vernieuwing Dorpshuis Achterberg
Bouw de westpoort
CJG jeugdgezondheid (interne verbouwing)
Bantuinschool interne verb.
Bouwkst valleisch. kl/school
Bouw montessorischool incl. gymzaal
Bouwkst eben haezer kl/school
Nieuwbouw WT-school incl. voorbereidingskrediet
Onderwijskundige vernieuwingen Driesprong-Bantuin
Onderwijskundige vernieuwingen Eben Haëzer
Tijdelijke huisvesting Willem Teekinckschool 9e grp.
Uitbr. 12e en 13e groep Ericaschool HVP 2004 incl. onderw. Vern.
Uitbr. groepsr. eben h. school
Uitbreiden eh school
Uitbreiding eben h. school
Uitbreiding eben Haezerschool
Uitbreiding Ericaschool
Verbouw W. Teellinckschool
Bijkomende kosten Cunera/Springplank (11/45)
Bouwkst st cunera kl/school
Ged verv dakbed cunerasch
HVP 2009-2010 (Uitbr. nieuwbouw Cuneraschool, 12e lok.)
Nieuwbouw Cuneraschool (11/45)
Nieuwbouw Springplank (11/45)
Noodlokaal huisvesting 11e groep Cuneraschool
Noodlokaal huisvesting 12e groep Cuneraschool
Tijdelijke huisv. 8e/9e/10e groep Cuneraschool (HVP 04/05)
Tijdelijke huisvesting groep 10 Springplank (HVP '06)
Uitbreiding st. cuneraschool
Verbouw Cuneraschool
Vergroting c.a. de springplank
E21106
E21107
E21108
E31205
E32704
E43109
E43109
E43111
E43111
E43111
E43111
E61202
E61202
E62102
E62103
E65202
E71102
E71102
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
1.970.008
35.180
E53209
0210
Totaal 0200 ; Gronden en terreinen
E42101
E42101
E52201
E71202
K30013
0200
0200
0200
0200
0200
194.350
53.607
2.916
924.315
31.622
957.548
Verkeersstructuurplan
Ecologische verbindingszone
Totaal 0110 ; Kosten van onderzoek en ontwikkeling
E31203
E32206
0110
0110
0
0
43.454
150.896
0100
Boekwaarde
1-1-2013
Totaal 0100 ; Kosten sluiten van geldleningen
Deelproduct Naam/omschrijving
Boete aflossing leningen 2002
E91101
Balans
code
Staat van vaste activa
Jaarstukken 2013
Activastaat
Activastaat
Pagina 161
E71202
E71401
E71401
E72201
E82102
E82103
E82105
E82105
E82105
E82105
E82105
E82105
E82105
E82105
E82201
E82201
E82201
E82202
E82203
E91403
E91403
E91403
K10001
K10002
K10002
K10002
K10002
K30001
K30001
K30013
P87011
P87011
P87011
P87011
P87011
E21103
E32301
E32301
E32401
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
Pagina 162
Totaal 0220 ; Bedrijfsgebouwen
Brandput snijdersteeg
Ombouw speelplaatsen fase 10 / uitvoering speelbeleidsplan
Ombouw speelplaatsen fase 12 / uitvoering speelbeleidsplan
Aanbiedstation/bouwkosten prim.invest. incl.voorber.krediet
Aansl. 3 woningen op riolering
Achterbergsestraatweg/Spoorbaanweg 2e fase
Bergbezinkbassin De Opslag
Bergbezinkbassin Rhenen
Bergingsriool Uiterwaarden
Gemaalrenovatie Heimerstein
Herinrichting Domineesberg Oost fase 1
Herinrichting kern Achterberg tot 30 km gebied
Herinrichting Nwe V'daalseweg - Groeneweg
Herinrichting schoolweg 30 km
Koppel / bergingsriool
Koppelriool trambaanweg
Koppelriool zw weg/buitenomme
Maatregelen aanpassing riool Lijnweg/Trambaanweg
Riolering achterb.straatweg 30 km zone
Riolering binnenstad 1e fase
Riolering bontekoestraat
Vervangen schoolplein Cunera (HVP 2002)
Aanpassing HVP 2001 (brandpreventieve voorzieningen)
Begeleiding Verkeer en Werken (HVP 2002/uren)
Locatie jeugdhonk
Bouw gymzaal elst
Verbouwing gymzaal Achterberg
Aanp. kassavoorz. gastland
Aanpassing/renovatie entree/kleedruimten
Gastland aanpassingen
Gastland bouw sporthal
Gastland bouw zwembad
Onderhoudswerkzaamheden 't gastland
Veiligheidsmaatregelen sportcentrum
Verv. scheidingswand 't gastland
Kleedkamers Candia
Fundering visclub "de Voorn"
Bestuurskamer Candia
Nieuwbouw kleedgebouw sportpark Elst
Kleedkamers VVA
Onderhoud buitengevel oude raadhuis
Oude raadhuis restaureren
Restauratie wnd oude raadhuis
Nieuwbouw gemeentehuis incl. voorbereidingskrediet
Aanpassing gebouw gemeentewerf '99
Nieuwbouw gw
Opslagruimte remmerden
Veiligheidsmaatregelen gemeentewerf
Huisvesting plantsoenendienst
Wijkonderkomen Larikslaan
MFG Elst
Integratie verb woudmees
Tijdelijke huisvesting 14e groep Het Visnet
Veiligheidsglas 't Visnet (HVP 2002)
Verbouw Driesprong
Verv. Dakbedekking 't Visnet
Deelproduct Naam/omschrijving
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
0220
Balans
code
Staat van vaste activa
21.434.853
4.405
13.362
48.886
230.015
10.045
139.341
779.053
1.565.371
47.394
25.947
10.749
146.660
14.700
163.282
81.915
0
21.932
104.122
15.812
9.609
8.074
25.000
298.418
80.461
31.398
29.615
5.428
4.203.325
18.146
509.296
25.006
2.210
1.703
122.824
8.914.037
14.944
30.071
3.925
9.226
12.231
28.263
7.442
317.388
0
95.688
174.354
5.074
3.241
7.838
73.125
Boekwaarde
1-1-2013
8.066
15.092
1.738.094
60.877
0
24.906
0
Nieuwe
investering /
rest. krediet
0
23.172.947
4.405
13.362
48.886
230.015
10.045
139.341
787.119
1.580.463
47.394
25.947
10.749
146.660
14.700
163.282
81.915
0
21.932
104.122
15.812
9.609
8.074
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
14.944
30.071
3.925
9.226
12.231
28.263
7.442
317.388
0
95.688
174.354
5.074
3.241
7.838
73.125
0
49.906
298.418
80.461
31.398
29.615
5.428
4.203.325
18.146
509.296
25.006
2.210
1.703
122.824
8.974.915
0
0
0
0
0
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,00%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
5.997
3.313
38.126
5.266
1.853
4.078
34.852
3.300
21.985
1.546.679
30.288
269.893
10.392.842
3.257
5.727
5.432
257.749
3.645
25.111
90.907
2.063
46.159
564.041
39.753
1.249.936
9.903
437.826
173.343
8.788
24.008
9.959
269.171
234.042
1.488
66.315
289.333
90.371
1.190.826
1.578.784
9.423
12.938
31.352
1.875
5.668
110.363
3.075
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
940.190
192
1.909
5.432
25.557
228
2.787
12.984
26.090
1.317
1.853
371
3.055
300
3.081
40.957
0
7.311
2.603
545
331
1.153
9.947
2.063
3.140
14.807
1.809
84.067
698
24.252
5.001
553
852
3.320
151.085
0
0
0
0
0
12.231
744
3.721
24.414
0
31.896
43.589
725
810
1.959
1.875
Afschrijvings
bedrag
2013
7.472
10.024
280
913.738
196
595
2.175
10.236
447
6.201
35.780
70.771
2.109
1.155
478
6.526
654
7.266
3.645
0
976
4.633
704
428
359
1.853.928
388
2.504
7.607
35.793
675
8.988
48.765
96.861
3.426
3.008
849
9.582
954
10.347
44.603
0
8.287
7.236
1.249
759
1.513
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
665
8.137
1.338
11.362
175
455
411
411
544
12.775
1.258
2.001
331
4.052
14.124
38.538
0
0
4.258
36.154
7.759
51.347
226
951
144
955
349
2.308
3.254
5.129
0
0
1.113
1.113
13.280
23.227
3.581
5.644
1.397
4.537
1.318
16.125
242
2.051
187.048
271.114
807
1.505
22.664
46.916
1.113
6.114
98
651
76
928
5.466
8.785
356.561
507.647
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Activastaat
Jaarstukken 2013
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
Balans
code
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32602
E32603
E32702
E32702
E32702
E32702
E32702
E32702
E32704
Riolering bremlaan/spijnderstoren
Riolering de dijk
Riolering dennenweg
Riolering eikenlaan-zuid
Riolering grebbeweg cand/kast
Riolering kerkstraat
Riolering n.v. weg
Riolering populierenlaan
Riolering prunuslaan
Riolering reconstructie N225 Elst
Riolering remmerden II
Riolering rhenen centrum
Riolering thv rijksstraatweg 5-13
Riolering torenstraat
Riolering wilhelminastraat
Riolering zwijnsbergen
Rioolrenovatie Grebbeweg
Rioolstelsel Cuneraweg t.h.v. Brinkersteeg
Rioolstelsel Veeneind (ter hoogte ambulancepost)
Rioolvervanging Beatrixstraat
Rioolvervanging Herenstraat
Rioolvervanging Vissersweg - Oranjestraat
Stelsel donderberg
Uitvoeringskrediet Markt 79
Utrechtsestr.weg 6-26
Verbeteren infiltratieputten HWA
Voorbereiding 3 rioolproj. (2002) N.O. kern Rhenen
Aanleg drukriolering 1998
Aanleg drukriolering 1999 buitengebied
Aanleg drukriolering 2000 buitengebied
Aanleg drukriolering 2001 buitengebied
Aanleg drukriolering 2005
Aanleg drukriolering 2008:Sanering Laatste ongezuiverde lozing
Aanleg drukriolering 2009:Sanering Laatste ongezuiverde lozing
Bergbezinkbassin Bergweg-Beukenlaan
Bovengrondse inrichting Friesesteeg
Drukriolering Binnenveld
Drukriolering cuneraweg
Meet- en Telemetrieplan (fase 1&2)
Overstortleiding pompstation Elst
Randvoorzieningen riolering
Randvoorzieningen Zwarte Weg
Riolering buitengebied
Riolering buitengebied fase 1996
Riolering koesteeg
Stelselgemalen Achterberg
Telemetrie-systeem riolering
Verleggen drukriolering parallelweg\N233
Verleggen rioolpersleiding N233
Molenberg 30 km 2e fase (afkoppelen regenwater)
Aanschaf 36 Urnen Larikshof
Afrastering/hekwerken
Begraafplaats larikshof
Uitbreiding larikshof oost
Uitbreiding larikshof west
Verharden paden larikshof
Aanpassing Larikshof (aula)
Deelproduct Naam/omschrijving
Staat van vaste activa
51.524
39.066
7.249
5.880
45.920
7.982
11.521
16.387
2.777
219.980
9.146
49.916
20.675
8.559
6.303
20.430
172.577
9.249
14.976
156.276
58.567
638.367
21.910
126.495
52.683
17.913
60.945
94.766
180.864
117.451
153.713
87.272
137.721
517.447
377.781
236.259
386.909
7.067
14.865
2.260
1.046.110
72.953
0
260.774
11.865
76.601
8.370
14.438
11.440
65.991
22.598
8.065
87.732
64.565
35.549
5.759
135.419
Boekwaarde
1-1-2013
1.009
109
Nieuwe
investering /
rest. krediet
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
51.524
39.066
7.249
5.880
45.920
7.982
11.521
16.387
2.777
219.980
9.146
49.916
20.675
8.559
6.303
20.430
172.686
9.249
14.976
156.276
58.567
53.000
585.367
21.910
126.495
52.683
17.913
60.945
94.766
180.864
117.451
153.713
87.272
137.721
517.447
377.781
236.259
386.909
7.067
14.865
2.260
1.046.110
73.962
0
260.774
11.865
76.601
8.370
14.438
11.440
65.991
22.598
8.065
87.732
64.565
35.549
5.759
135.419
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
56.277
985
15.253
14.851
41.360
26.984
4.004
96.458
4.341
22.297
4.640
119.379
2.466
39.984
185.923
7.120
11.785
58.739
6.215
3.180
8.716
2.511
2.688
504.227
24.948
25.672
10.136
14.776
5.749
56.620
87.747
60.211
20.830
1.565
988
1.817
3.633
3.924
17.472
30.915
117.280
8.860
4.915
55.532
24.038
45.382
20.028
20.366
51.455
27.577
49.916
4.180
49.403
55.612
186.275
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
Afschrijvings
bedrag
2013
2.061
3.907
403
267
2.551
798
1.440
910
926
4.680
915
2.496
414
1.426
1.576
5.107
2.876
330
312
2.894
993
11.006
1.565
2.144
908
299
1.150
3.791
6.699
4.350
5.490
2.567
3.826
13.985
6.746
4.004
12.481
283
7.432
452
19.372
1.258
0
11.338
475
5.892
4.185
516
243
1.245
628
269
14.622
1.793
1.226
640
7.523
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
2.293
4.354
1.738
5.645
323
725
262
529
2.043
4.595
355
1.153
513
1.953
729
1.640
124
1.049
9.789
14.470
407
1.322
2.221
4.717
920
1.334
381
1.807
280
1.856
909
6.017
7.680
10.556
412
742
666
978
6.954
9.848
2.606
3.599
28.407
39.414
975
2.540
5.629
7.773
2.344
3.253
797
1.096
2.712
3.862
4.217
8.008
8.048
14.747
5.227
9.577
6.840
12.330
3.884
6.450
6.129
9.954
23.026
37.011
16.811
23.557
10.514
14.518
17.217
29.698
314
597
661
8.094
101
552
46.552
65.924
3.246
4.504
0
0
11.604
22.942
528
1.003
3.409
9.301
372
4.557
642
1.158
509
752
2.937
4.182
1.006
1.633
359
628
3.904
18.526
2.873
4.667
1.582
2.808
256
896
6.026
13.549
Jaarstukken 2013
Activastaat
Pagina 163
E53210
E53210
E53210
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82201
E82202
E82202
E82202
E82202
E82202
E82202
E82202
E82203
E82203
E82203
E82203
E82203
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32601
E32602
E32602
E32602
E32702
E32601
E31201
E31201
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
Pagina 164
Totaal 0230 ; Grond, weg en waterbouwkundige werken (Econo. nut)
Bushalte Paardenveld
Toegankelijkheid bushaltes
30 km zone achterbergsestraatwg. fase1
30 km zone Zwijnsbergen
60km Binnenveld, 30km Achterberg, 30km Bosweg
Achterbergsestraatweg/spoorbaanweg 2e fase
Achterbergsestraatweg/spoorbaanweg 3e fase
Afrondende maatregelen n225
Bereikbaarheid Cuneraschool
Bergbezinkbassin Bergweg-Beukenlaan
Binnenveld 3e fase 60 km zone
Binnenveld inrichting 60 km zone
Renovatie woonwagenkamp
Verkleinen woonwagenkamp
Wegsleepterrein woonwagens
Afrastering en ballenv. candia f1
Afrastering en ballenv. candia f2
Afrastering en ballenv. candia f3
Candia herinrichting
Electr voorz candia
Herstellen atletiekhoek Candia
Kunstgrasveld Candia - Onderlaag
Kunstgrasveld Candia - Toplaag
Kunstgrasveld Korfbal
Renovatie bijveld Candia
Renovatie hoofdveld Candia
Renovatie trainingsveld Candia
Vervanging afrastering / hekwerken Candia
Renovatie hoofd- & middenveld Elst
Renovatie trainingsveld Sp. Elst (toplaagrenovatie)
Sp elst aankoop grond
Sp elst aanleg voetbalveld
Sp elst parkeervoorzieningen
Sp elst uitbr terrein
Vervanging 3e veld Oranje Wit 8066 m2
Kunstgrasveld VVA - Onderlaag
Kunstgrasveld VVA - Toplaag
Renovatie hoofdveld vva
Vervanging afrastering/hekwerken 2002
Wedstrijd-Trainingsveld VVA
Aanleg riolering parallelweg Nieuwe Veenendaalseweg
HDSR aanp. Gemaal Elst en vervangen gemaal Rhenen
Herinrichting Achterbergsestraatweg/Spoorbaanweg 3e fase
Krediet stelselgemalen
Krediet minigemalen
Rioolbeschadiging Zwarteweg
Voorbereidingskrediet Domineesberg 2e fase
Voorbereidingskrediet Ericalaan
Voorbereidingskrediet Ribeslaan
Plantanenlaan
Zuidwal/bontekoestraat
Drukriolering Cuneraweg
VK Rioolaanpassing Vogelenzang
Meet- en Telemetrieplan (fase 1&2)
Knekelputten diverse begraafplaatsen
Herinrichting ged. Herenstraat
Deelproduct Naam/omschrijving
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
0230
Balans
code
Staat van vaste activa
11.079.905
19.404
30.679
33.065
62.075
63.525
45.410
-51.496
522
73.741
34.960
22.135
36.458
21.246
0
33.442
98.026
5.998
23.685
14.211
197.910
1.893
570
5.727
5.499
4.574
77.714
25.160
4.969
137.878
190.773
86.667
6.303
3.699
2.361
6.611
35.389
5.026
44.385
5.142
18.427
0
18.978
147.273
203.817
2.042
3.449
35.300
11.290
25.972
8.961
22.987
Boekwaarde
1-1-2013
695
1.153.476
41.375
545
10.000
8.644
49.009
41.794
439.510
31.203
18.675
4.798
0
1.963
17.349
230.525
233.810
Nieuwe
investering /
rest. krediet
55.900
12.177.481
19.404
30.679
33.065
62.075
63.525
45.410
-51.496
522
74.436
34.960
22.135
36.458
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
197.910
1.893
570
5.727
5.499
4.574
77.714
25.160
4.969
137.878
190.773
86.667
6.303
3.699
2.361
6.611
35.389
5.026
44.385
5.142
18.427
0
18.978
147.273
203.817
2.042
3.449
35.300
60.299
67.766
2.900
445.571
54.190
18.675
28.483
14.211
1.963
17.349
263.967
331.836
5.998
41.375
21.791
10.000
8.644
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
5.399.587
498
787
14.583
29.800
7.058
15.721
80.538
9.028
1.783
3.884
4.005
10.625
10.464
31.292
18.243
2.709
42.961
291.746
9.476
4.899
9.892
7.191
5.982
118.178
19.961
1.944
9.842
29.428
13.333
700
1.596
9.430
3.305
1.863
4.640
28.206
46.440
73.645
7.465
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
429.145
498
787
1.225
2.299
1.765
1.566
-1.430
130
1.891
971
651
1.176
Afschrijvings
bedrag
2013
21.990
473
285
521
423
352
4.857
899
276
4.924
14.675
6.667
350
264
787
413
1.863
387
1.138
1.714
3.071
0
949
5.260
15.678
1.021
246
3.922
495.281
863
1.365
1.471
2.762
2.827
2.021
-2.292
23
3.281
1.556
985
1.622
924.426
1.361
2.152
2.696
5.061
4.591
3.587
-3.722
154
5.172
2.527
1.636
2.798
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
8.807
30.797
84
557
25
310
255
775
245
668
204
555
3.458
8.315
1.120
2.018
221
497
6.136
11.060
8.489
23.164
3.857
10.523
280
631
165
429
105
892
294
707
1.575
3.437
224
610
1.975
3.113
229
1.943
820
3.891
0
0
845
1.793
6.554
11.813
9.070
24.748
91
1.112
153
400
1.571
5.493
502
502
1.156
1.156
399
399
1.023
1.023
0
0
1.054
1.054
632
632
0
0
0
0
1.488
1.488
4.362
4.362
267
267
0
0
945
945
0
0
0
0
Activastaat
Jaarstukken 2013
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
Balans
code
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
Binnenveld inrichting 60 km zone (2e fase)
Fietspad Utrechtsestraatweg
Fietsstroken a bergsestr
Fietsvoorz nv weg zuid
Fietsvoorz utr str/paard
Fietsvoorziening geertesteeg
Fys./aanv. verk. binnenveld
Grebbedijk 60 km
Grondaankopen sportweg Elst (tbv aanleg fietspad)
Herinr. Nwe V'daalseweg - Groeneweg tot 30 km zone
Herinrichting Beatrixstraat
Herinrichting Domineesberg West fase 1
Herinrichting kern Achterberg tot 30 km gebied
Herinrichting Nwe Veenendaalseweg/Bergweg
Herinrichting Oude Veensegrintweg tot 60 km zone
Herinrichting Roghairweg
Herinrichting schoolweg 30 km
Herinrichting Utrechtsestraatweg
Herinrichting valleiweg 1e fase
Herinrichting valleiweg 2e fase
Herinrichting Vissersweg
Herinrichtingsk.wijk Domineesberg Oost fase 1
Herinrichtingskosten binnenstad 1e fase
Herinrichtingskosten binnenstad 2e fase
Herinrichtingskosten binnenstad 3e fase
Herinrichtingskosten markt
Incidentele maatregelen Franseweg 30 km
Inrichting wijk Donderberg tot 30 km gebied
Molenberg 30 km 2e fase
Ontsluiting Willem Teelinckschool
Punaises op De Dijk, Achterberg
Rec beatrixstraat 1e fase
Rec beatrixstraat 2e fase
Rec fred. v.d. paltshof
Rec fred. v.d. paltshof
Rec kastanjelaan/levend weg
Rec muntstraat
Rec. dennenweg
Rec. domineesbergweg
Rec. eikenlaan noord
Rec. eikenlaan-zuid
Rec. esdoornlaan
Rec. kruising herenstr/nv weg
Rec. populierenlaan
Rec. radboudweg
Rec. rijnstraat
Rec. schoolweg/irenestraat
Rec. teldersweg
Reconstructie acacial/van suylenpl
Reconstructie bantuinweg
Reconstructie bisschop davidweg
Reconstructie bruine engseweg
Reconstructie candialaan c.a.
Reconstructie dr. wallerstraat
Reconstructie dr. wallerstraat
Reconstructie eikenlaan zuid
Reconstructie f.v.d. paltshof
Deelproduct Naam/omschrijving
Staat van vaste activa
55.022
139.593
10.658
14.064
12.765
28.794
17.616
35.999
13.653
101.795
20.625
9.907
115.812
44.937
40.158
16.051
61.468
29.744
54.395
15.717
45.000
64.899
144.708
12.848
72.834
2.863
13.753
46.130
207.607
8.875
8.820
1.050
20.464
2.945
229.487
89.217
20.869
11.150
50.386
20.996
23.872
34.324
59.429
14.294
5.821
8.031
61.604
37.548
25.575
20.366
5.847
41.670
35.774
0
12.572
17.315
9.014
Boekwaarde
1-1-2013
Nieuwe
investering /
rest. krediet
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
55.022
139.593
10.658
14.064
12.765
28.794
17.616
35.999
13.653
101.795
20.625
9.907
115.812
44.937
40.158
16.051
61.468
29.744
54.395
15.717
45.000
64.899
144.708
12.848
72.834
2.863
13.753
46.130
207.607
8.875
8.820
1.050
20.464
2.945
229.487
89.217
20.869
11.150
50.386
20.996
23.872
34.324
59.429
14.294
5.821
8.031
61.604
37.548
25.575
20.366
5.847
41.670
35.774
0
12.572
17.315
9.014
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
18.516
6.761
24.412
8.099
234.218
109.858
18.395
30.983
37.242
23.206
19.993
24.304
134.730
38.959
19.118
6.008
44.200
25.000
166.066
68.557
37.992
96.908
29.269
114.905
41.251
60.657
80.939
7.788
13.760
4.785
32.079
12.702
0
31.539
79.533
6.438
34.053
2.863
3.953
17.626
44.038
2.218
20.178
26.677
25.530
60.050
20.132
12.516
0
42.655
9.516
2.477
43.721
8.311
11.671
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
Afschrijvings
bedrag
2013
1.667
3.490
1.066
1.406
1.276
2.879
1.258
1.241
0
3.510
625
310
4.136
1.322
1.487
594
1.863
875
2.266
629
1.125
2.404
5.566
476
2.698
143
458
1.591
6.291
277
882
263
1.077
368
11.474
4.956
1.043
1.394
2.191
1.105
1.085
1.492
7.429
1.787
832
349
2.678
1.565
6.394
2.909
1.462
3.472
1.626
0
1.796
1.924
3.005
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
2.448
4.116
6.212
9.702
474
1.540
626
2.032
568
1.845
1.281
4.161
784
2.042
1.602
2.843
608
608
4.530
8.040
918
1.543
441
750
5.154
9.290
2.000
3.321
1.787
3.274
714
1.309
2.735
4.598
1.324
2.198
2.421
4.687
699
1.328
2.003
3.128
2.888
5.292
6.440
12.005
572
1.048
3.241
5.939
127
271
612
1.070
2.053
3.643
9.239
15.530
395
672
392
1.274
47
309
911
1.988
131
499
10.212
21.687
3.970
8.927
929
1.972
496
1.890
2.242
4.433
934
2.039
1.062
2.147
1.527
3.020
2.645
10.073
636
2.423
259
1.091
357
707
2.741
5.420
1.671
3.235
1.138
7.532
906
3.816
260
1.722
1.854
5.327
1.592
3.218
0
0
559
2.356
771
2.694
401
3.406
Jaarstukken 2013
Activastaat
Pagina 165
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
Balans
code
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31203
E31301
E31301
E31301
E31301
E31301
E31401
E32101
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32204
E32503
E32601
E43108
E43108
E43108
E43108
E43108
E43108
E91503
Reconstructie groeneweg
Reconstructie herenstraat-oost
Reconstructie julianastraat
Reconstructie k.e. plantsoen 1
Reconstructie k.e. plantsoen 2
Reconstructie meidoornlaan
Reconstructie molenstr/ke pl.
Reconstructie molenstraat 1
Reconstructie n.v. weg
Reconstructie n.v. weg fase 2
Reconstructie n.v. weg. gr/ac
Reconstructie n.v.weg groene bk.
Reconstructie N225 Elst
Reconstructie omg lijsterb.flat
Reconstructie oude veenend. weg
Reconstructie pr. bernhardstraat
Reconstructie schoolweg
Reconstructie spoorbaanweg 1
Reconstructie weteringsteeg
Reconstructie z. meentsteeg
Sanering verkeers -en straatnaamborden
Schoolroute beveiligen
Spoorwegovergang Kampjesweg / N. Meentsteeg
Verbeteren duistereweg
Verbeteren weversstraat
Verbeteren woudweg
Verbreden fietspad cuneraweg
Verk. plein utrechtsestr./paardenv.
Verkeersmaatr. driftseweg
Verkeersmaatregelen Binnenhof
Parkeerpl ke plantsoen
Parkeerplaatsen VVA '71
Parkeerschijfzone Zwarte Weg
Parkeervoorziening Buitenomme (t.b.v. binnenstad Oost)
Parkeren Koerheuvelweg
Bijdr. kadeverbetering. -aanleg
Hekwerk beweiding schapen Buitenomme
Aanpassing plantenbakken fase 2 en 3
Aanpassing plantenbakken fase 4
Aanpassing plantenbakken fase 6
Groenomgeving Dr. Wallerstraat
Maatregelen beheerplan buitengebied fase 3
Omb. middenberm bergweg
Ombouw plantsoen heideweg
Ombouw plantsoenen fase 2
Ombouw plantsoenen fase 3
Ombouw plantsoenen fase 4
Ombouw plantsoenonderhoud
Aanleg hondenvoorzieningen
Integraal waterbeheer: verhelpen overlast
Aanleg parkeervoorziening Leemkuil
Fietspad langs de grift
Fietspad Let de Stigterpad
Fietspad levendaalseweg
Herinrichting palmerswaard
Wandelpaden langs de rijn
Aansl onr perc waterl
Deelproduct Naam/omschrijving
Staat van vaste activa
20.733
34.209
13.390
9.836
8.639
4.652
46.203
15.328
33.722
30.184
39.572
5.283
57.125
9.625
30.793
32.068
23.748
54.103
15.432
17.503
4.502
575
29.492
8.739
20.969
921
10.954
49.938
3.876
6.182
0
86.540
36.350
175.616
15.654
115.514
2.123
7.437
6.082
9.763
16.509
6.500
9.217
14.708
775
9.089
3.791
18.762
1.540
55.729
3.664
14.081
17.584
1.978
9.356
758
0
Boekwaarde
1-1-2013
Nieuwe
investering /
rest. krediet
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
20.733
34.209
13.390
9.836
8.639
4.652
46.203
15.328
33.722
30.184
39.572
5.283
57.125
9.625
30.793
32.068
23.748
54.103
15.432
17.503
4.502
575
29.492
8.739
20.969
921
10.954
49.938
3.876
6.182
0
86.540
36.350
175.616
15.654
115.514
2.123
7.437
6.082
9.763
16.509
6.500
9.217
14.708
775
9.089
3.791
18.762
1.540
55.729
3.664
14.081
17.584
1.978
9.356
758
0
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
419
669
388
3.030
542
1.876
257
1.548
193
414
488
396
2.339
758
0
7.119
11.807
6.909
41.135
10.234
37.713
4.089
6.192
125
8.576
1.939
10.070
43.959
14.513
26.197
97.571
59.782
34.630
88.266
55.944
41.090
109.462
40.348
88.718
69.670
65.056
33.593
27.505
38.360
51.323
107.101
56.556
142.479
71.517
53.145
17.508
14.058
11.696
107.834
63.283
26.758
4.155
74.901
8.236
325
156.109
13.255
918
52.795
401
40.586
8.479
11.430
6.679
1.085
2.913
Afschrijvings
bedrag
2013
2.962
3.110
1.217
3.279
2.160
1.551
3.850
1.393
3.066
2.515
2.638
1.321
2.116
1.604
2.053
4.581
2.639
4.918
2.205
1.750
1.501
575
1.053
2.913
2.097
921
378
4.161
484
163
0
3.328
932
14.635
401
3.122
708
930
676
542
971
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
923
3.884
1.522
4.632
596
1.813
438
3.716
384
2.544
207
1.758
2.056
5.906
682
2.076
1.501
4.566
1.343
3.859
1.761
4.399
235
1.556
2.542
4.658
428
2.032
1.370
3.423
1.427
6.008
1.057
3.695
2.408
7.326
687
2.891
779
2.529
200
1.701
26
601
1.312
2.366
389
3.302
933
3.030
41
962
487
865
2.222
6.384
172
657
275
438
0
0
3.851
7.180
1.618
2.550
7.815
22.450
697
1.098
5.140
8.262
94
802
331
1.261
271
946
434
977
735
1.706
289
289
410
829
654
1.323
34
422
404
3.434
169
710
835
2.711
69
325
2.480
4.028
163
356
627
1.041
782
1.271
88
484
416
2.755
34
791
0
0
Activastaat
Pagina 166
Jaarstukken 2013
E31203
E31203
E31301
E31301
E31301
E31203
E32204
E32601
E31203
E31203
E31203
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10005
K10005
K10005
K10005
K10005
K10004
E12101
E12102
E12102
E21104
E32702
E43111
E82201
E82202
E82203
E82204
E91503
K10002
K10002
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K10004
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0250
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
0260
4.105.502
5.510
35.000
8.368
14.202
44.349
25.568
27.388
6.430
0
91.058
257.872
1.226
7.973
1.445
52.253
66.428
51.681
3.649
4.583
9.504
78.989
603
1.815
53.589
50.466
0
879
11.102
8.100
2.693
0
54.212
11.578
8.302
0
22.597
666
19.704
14.851
7.900
724
3.527
87.736
Totaal 0250 ; Vervoersmiddelen
Vervanging Pin-apparaten
Verkiezingen (Stemhokken, stembussen en materiaal)
Verkiezingspanelen
Inrichting rampenstaf: installaties
Grafdelfmachine incl. werktuigen
Sprinklerinstallatie cuneratoren
Beregeningspomp Candia
Beregeningsinstallatie Sp. Elst
Drainagesysteem VVA
Lichtmasten Kunstgrasvelden
Aanpassen alarminstallaties gemeentelijke gebouwen
Luchtbehandelingsinstallatie Remmerden
Zonnepanelen gemeentewerf
2 Zoutstrooiers en 2 sneeuwploegen
Armklepelmaaier
Beregeningshaspel 1
Beregeningshaspel 2 en 3
Beregeningshaspel 4
Chasis t.b.v. watertank
Combi veeg verticuteermachine
NIMOS DM-TRAC 305 werktuigdrager (p-35a)
NIMOS ECO-70
Nimos maaier
Sneeuwploeg (s1-14) Nido HYL240
Trilo Bladzuiger
Vervanging Sturdey-maaiers (p-5/5a)
Watertank
A0-scanner
Couverteermachine (Dekking semi-statisch archief)
Enveloppenvuller
Geluids- en opnameapparatuur
Telefooncentrale gemeentehuis
40.725
32.817
57.335
0
0
0
0
0
Boekwaarde
1-1-2013
Totaal 0240 ; Grond, weg en waterbouwkundige werken (maatsch. nut)
Daf gladheid aanpassen (1-14)
Shovel VENIERI 563 D
Ssang Young (1-5)
Tractor Deutz incl. voorlader
Volkswagen Crafter (incl. zware kraan)
Volkswagen Crafter 50 TDI Pick-Up
Mercedes Benz Econic 2629LL (1-7)
Revisie reserve-huisvuilauto Mercedes Econic (1-3)
Veegauto
Vrachtauto incl. afzetsysteem + kraan (1-2)
(1-1) Veegauto
(1-6) Veegvuilauto incl. huif
Herinrichting Achterbergsestraatweg/Spoorbaanweg 3e fase
Plantanenlaan
Parkeerplaats Paardenmarkt
Schoolzone Springplank
Voetpad veerweg
Zuidwal/bontekoestraat
Ombouw groen Donderberg
Herinrichting ged. Herenstraat
Strengstudie 2e Fase
Herinrichting Nieuwe Veenendaalseweg
Herinrichting Paardenveld
Deelproduct Naam/omschrijving
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
0240
Balans
code
Staat van vaste activa
183.464
160.220
23.244
1.278.319
48.650
46.970
0
0
2.102
29.641
15.375
26.843
1.033.251
74.792
Nieuwe
investering /
rest. krediet
0
832.420
0
783.770
0
48.650
Bijdrage
441.336
1.226
7.973
1.445
52.253
66.428
51.681
3.649
4.583
9.504
78.989
603
1.815
53.589
50.466
0
879
11.102
8.100
2.693
0
54.212
11.578
8.302
0
22.597
666
19.704
14.851
7.900
724
3.527
87.736
4.551.401
5.510
35.000
8.368
14.202
44.349
25.568
27.388
6.430
0
91.058
160.220
23.244
Boekwaarde op
31-12-2013
0
46.970
0
0
2.102
29.641
15.375
84.178
249.481
115.517
32.817
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
5.989
13.875
3.005
6.336
5.064
5.290
4.281
9.901
11.880
3.515
8.379
900
1.347
6.092
18.071
1.654
49.815
6.653
5.642
5.780
11.861
435.109
4.905
3.417
5.782
34.836
8.303
120.565
4.395
10.662
19.176
174.904
40.232
110.808
45.529
6.276
29.094
4.461.767
2.755
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
81.013
1.226
1.139
723
5.806
8.303
8.614
405
764
500
5.642
603
908
2.144
7.209
0
440
1.850
900
673
0
9.035
1.654
8.302
0
2.825
666
2.463
2.475
790
724
882
12.534
233.750
1.378
3.500
2.092
4.734
6.336
6.392
27.388
6.430
0
22.764
Afschrijvings
bedrag
2013
11.475
55
355
64
2.325
2.956
2.300
162
204
423
3.515
27
81
2.385
2.246
0
39
494
360
120
0
2.412
515
369
0
1.006
30
877
661
352
32
157
3.904
182.695
245
1.558
372
632
1.974
1.138
1.219
286
0
4.052
0
0
92.488
1.281
1.494
787
8.131
11.259
10.913
568
968
923
9.157
630
988
4.528
9.455
0
479
2.344
1.260
793
0
11.448
2.169
8.672
0
3.830
695
3.340
3.136
1.142
756
1.039
16.438
416.444
1.623
5.058
2.464
5.366
8.309
7.530
28.607
6.716
0
26.816
0
0
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2.551
2.551
0
0
1.812
1.812
1.460
1.460
Jaarstukken 2013
Activastaat
Pagina 167
E82203
Pagina 168
E12103
E21104
E32204
E32401
E32401
E32401
E32406
E32406
E32702
E32702
E32704
E32704
E32796
E51401
E63101
E65101
E65202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E71202
E91301
E91301
E91301
E91301
E91301
K10004
K10004
K10008
K10008
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
K20001
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
Totaal 0260 ; Machines, apparaten en installaties
Aanschaf grootschalige basisk. nl.
Inrichting rampenstaf: inventaris
Groenbeheersysteem
1 st. containerbakken 1,75 hoog
Aanbiedstation / aanschaf 4+2 containers
Rolcontainers
Aanschaf papierkliko's
Aanschaf papierkliko's Rhenen&A'berg
Aanpassing Larikshof (urnenmuur)
Uitbreiding Larikshof (columbarium)
Aanpassing Larikshof (aula)
Aanpassing Larikshof (interieur aula)
Programma gravenadministratie
WABO
GWS4all
Legionella-preventie
CJG jeugdgezondheid (inventaris)
1e inrichting Cuneraschool groep 12 (HVP 2008-2009)
1e inrichting groep 13 Eben Haezer
1e inrichting groep 4 montessori
Aanv 1e onderw leerpakket
Aanvullende 1e inrichting Erica (HVP 2002)
Aanvullende 1e inrichting groep 11 Cuneraschool (HVP 07)
Aanvullende 1e inrichting groep 11 Springplank (HVP 07)
Aanvullende 1e inrichting groep 14 Ericaschool (HVP 07)
Aanvullende 1e inrichting groep 9 Springplank (HVP '06)
Aanvullende 1e inrichting Visnet (HVP 2002)
Cuneraschool aanv.1e inr. grp. 8 HVP 2003
Eben Haëzer eerste inrichting grp 14-16 (HVP 2001)
Eerste inrichting 10e groep Cuneraschool
Eerste inrichting 13e groep Ericaschool (HVP 2004)
Eerste inrichting 14e groep Het Visnet
Eerste inrichting 15e groep Het Visnet
Eerste inrichting 9e groep Cuneraschool (HVP 2004)
Ericaschool aanv.1e inr. grp. 12 HVP 2003
Visnet aanv.1e inr. grp. 12/13 HVP 2003
Visnet eerste inrichting groep 9 (HVP 2001)
Aanschaf GIS
Geografisch informatie systeem
Informatie systeem Geobasis/Geoweb
VGS (module 2008)
VGS (module 2009)
Containerbakken (6x) (1-2a en 1-2c)
Hefbrug (g-20)
Klantgeleidingsysteem G-BOS
Realisatie website
Aanpassingen Decos
Aanpassingen Decos
CODA
DDS4all
Informatiseringsplan 2005
PIV4all, LLA4all, BPA4all
Straalverbinding BOR
Vervanging hard- en software algemeen
Vervanging PC's 2011
Beregeningsinstallatie De Meent
Deelproduct Naam/omschrijving
0260
Balans
code
Staat van vaste activa
646.355
40.895
7.130
25.242
5.647
0
46.845
47.916
129.860
6.294
10.898
81.931
8.112
5.226
11.680
5.226
4.285
8.495
7.343
3.871
7.532
4.710
0
4.896
3.083
4.896
5.121
0
0
0
2.320
1.274
1.287
2.316
1.145
0
0
0
0
27.733
15.430
1.550
8.049
15.515
26.170
12.867
0
16.163
10.591
74.930
0
0
40.937
12.119
13.835
57.046
7.580
Boekwaarde
1-1-2013
12.696
12.696
Nieuwe
investering /
rest. krediet
0
659.051
40.895
7.130
25.242
5.647
0
46.845
47.916
129.860
6.294
10.898
81.931
8.112
5.226
11.680
5.226
4.285
8.495
7.343
3.871
7.532
4.710
0
4.896
3.083
4.896
5.121
0
0
0
2.320
1.274
1.287
2.316
1.145
0
0
0
0
27.733
15.430
1.550
8.049
15.515
26.170
12.867
0
16.163
10.591
74.930
0
0
40.937
12.119
13.835
57.046
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
20.276
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
8.578
3.785
49.953
35.300
415.123
61.405
18.178
20.752
14.261
65.186
4.041
10.286
6.201
12.073
5.642
6.543
3.962
20.284
22.763
7.839
17.520
7.839
15.682
2.124
4.896
9.032
5.567
4.709
10.966
7.343
5.531
7.343
12.349
22.091
11.464
37.504
9.280
10.190
10.293
9.264
10.319
14.439
22.696
16.510
56.316
371.859
69.582
7.958
16.828
403
38.847
187.484
3.423
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
90.198
3.718
1.782
2.104
403
0
9.369
3.423
9.276
331
495
10.241
2.028
2.613
5.840
2.613
1.428
2.124
1.224
645
327
236
0
1.224
771
1.224
1.707
0
0
0
1.160
1.274
1.287
1.158
1.145
0
0
0
0
5.547
5.143
1.550
4.024
1.410
1.636
4.289
0
4.041
2.118
24.977
0
0
20.468
6.059
6.917
14.261
Afschrijvings
bedrag
2013
28.763
1.820
317
1.123
251
0
2.085
2.132
5.779
280
485
3.646
361
233
520
233
191
378
327
172
335
210
0
218
137
218
228
0
0
0
103
57
57
103
51
0
0
0
0
1.234
687
69
358
690
1.165
573
0
719
471
3.334
0
0
1.822
539
616
2.539
118.961
5.538
2.100
3.227
655
0
11.454
5.555
15.054
611
980
13.887
2.389
2.846
6.360
2.846
1.619
2.502
1.551
817
663
445
0
1.442
908
1.442
1.935
0
0
0
1.263
1.330
1.344
1.261
1.196
0
0
0
0
6.781
5.830
1.619
4.383
2.101
2.800
4.861
0
4.760
2.589
28.311
0
0
22.290
6.599
7.533
16.800
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
337
337
Activastaat
Jaarstukken 2013
K30002
K30003
K30012
E63101
K20001
K20001
E32406
E32406
K20001
E91301
K20001
E91104
E91104
E91104
E91104
E53210
E61202
E62106
E82105
E82105
E82105
E82105
E82105
E91102
E91102
E91102
E91102
E71301
E52198
0290
0310
0310
0310
0310
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0320
0330
3000
0
1.835.180
1.835.180
136.721
5.174
8.998.386
0
11.100.442
270.000
270.000
1.068.557
1.068.557
53.283.255
Totaal 0320 ; Overige langlopende geldleningen
Bouwkundige aanpassing Pantarijn
Totaal 0330 ; Activa in eigendom van derden
Totaal 3000 ; Grondexploitaties
Totaal
Boekwaarde grondexploitaties
266.308
41.246
25.355
135.000
977.639
44.172
633.409
103.339
Totaal 0310 ; Deelnemingen
Overname woonwagens woningstichting
Hypotheekverstrekking SWOR
Fusie Swor - Westpoort
Bouwkundige aanpassingen 't-Gastland
Inrichting 't-Gastland
Installaties 't-Gastland
Verstrekte lening 2011 koolfilter en bouwdepot
Verstrekte lening 2013 bouwkundige voorzieningen / technische installaties
Achtergestelde geldlening fusie Vitens/Hydron
Fietsregeling
Hypotheken ambtenaren
P.C. prive project
6.562.770
50.916
8.780
42.136
-99.650
-99.650
0
0
132.091
99.650
18.106
16.461
Totaal 0290 ; Overige materiele vaste activa (Maatschappelijk nut)
Aandelen bng
Aandelen waterl/mij rhenen
Belegd kapitaal
Deelneming aandelenkap wmn
391.669
0
14.757
209.243
113.515
8.040
32.697
13.417
Nieuwe
investering /
rest. krediet
853.923
0
4.926
605
0
19.984
0
Boekwaarde
1-1-2013
Totaal 0280 ; Overige materiele vaste activa (Economisch nut)
Overbrengen semi-stat. Archief 2002
Aanschaf marktkramen / aanhangwagen
CAD-tekenen
Uitzenden Raadsvergaderingen
GWS4all
Aanpassingen Decos
ICT samenwerking Veenendaal
Ondergronds inzamelen
Ondergronds inzamelen Vogelenzang
ICT-Investeringen
Procesapplicatie Belastingen
Deelproduct Naam/omschrijving
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
0280
Balans
code
Staat van vaste activa
1.726.308
0
0
798.725
25.355
22.500
26.335
21.651
79.348
2.806
417
14.500
9.253
596.560
0
0
0
58.119.718
2.903.737
270.000
2.903.737
10.352.633
270.000
166.658
41.246
0
112.500
951.304
22.521
554.061
100.533
41.719
122.221
4.702
8.401.826
0
0
132.091
0
18.106
16.461
1.245.592
0
Boekwaarde op
Bijdrage
31-12-2013
605
0
19.984
0
14.757
209.243
0
113.515
0
8.040
32.697
18.343
6,50%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
4,45%
Rekenrente
2010 e.v.
32.708.149
0
30.000
9.881.248
30.000
30.982
11.294
93.989
90.000
425.531
1.692
475.245
2.712
0
87.444
67.787
8.505.839
119.715
12.706
0
30.982
0
0
1.546.680
12.706
28.693
5.285
46.612
8.143
Cumm.
Afschrijving
t/m 2012
1.962.928
0
7.500
0
7.500
0
0
0
0
0
0
0
0
0
177.070
0
0
0
Afschrijvings
bedrag
2013
605
0
2.855
2.350.813
69.456
12.015
69.456
493.970
12.015
11.851
1.835
1.128
6.008
43.505
1.966
28.187
4.599
0
6.084
230
400.428
0
0
5.878
4.434
806
733
38.000
0
4.313.741
69.456
19.515
69.456
493.970
19.515
11.851
1.835
1.128
6.008
43.505
1.966
28.187
4.599
0
6.084
230
400.428
0
0
5.878
4.434
806
733
215.070
0
Rente bedrag Kapitaallasten
2013
2013
27
631
0
0
889
3.744
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
219
219
Jaarstukken 2013
Activastaat
Pagina 169
Investeringen 2013
3.e.3
Jaarstukken 2013
Investeringen 2013
Staat van vaste activa
Activa
coda
Verleend
krediet
A01000
Investering
Naam/omschrijving
€ 36.001
€ 57.500
A+B=C
D
E
Totaal
Investering
Bijdrage
2013
2013
op 1-1-2013 Krediet 2013 Krediet 2013
Ecologische verbindingszone
150.896
150.896
0
59.046
2.398.188
VK aanp. Oude Raadhuis/museum
A03014 € 9.424.285 MFG Elst
A03016
B
Nieuw
Kosten onderzoek en ontwikkeling
A03011 € 2.457.234 Nieuwbouw Cuneraschool
A03012
t/m 2012
A
Restant
Locatie jeugdhonk
A03020 € 2.456.081 Nieuwbouw Springplank
0
Restant
Vrijval bij
Restant
18.606
39.263
20.657
-20.657
18.606
39.263
20.657
-20.657
2.398.188
246.312
16.919
19.082
19.082
9.369.285
55.000
55.000
2.151.876
19.082
48.274
48.274
1.305.836
1.089.405
1.089.405
48.274
48.274
2.395.241
2.395.241
171.562
513.184
513.184
84.539
428.645
25.000
24.906
24.906
24.906
0
15.623
€ 49.906
Bestuurskamer Candia
A03027
€ 27.500
Aanpassing brandweerkazerne Rhenen
27.500
27.500
A03028
€ 31.000
Fundering visclub "de Voorn"
31.000
31.000
A04001
€ 370.000 Herinr Achterbergsestraatweg-spoorbaanweg
A04009
€ 290.000 Herinr Herenstraat
A04500
€ 37.838
A04503
A04504
19.082
-5.877
9.226
€ 684.746 Bijkomende kosten Cunera/Springplank
-5.877
428.645
0
11.877
11.877
31.000
31.000
9.707.878
5.453.875
58.500
5.512.375
1.738.093
0
3.774.282
-5.877
8.961
291.039
70.000
361.039
439.510
2.900
-75.571
-75.571
290.000
290.000
8.644
281.356
21.246
16.592
16.592
545
16.047
€ 671.068 Rioolvervanging Vissersweg - Oranjestraat
0
0
€ 73.551
Randvoorzieningen Zwarte Weg
0
A04506
€ 49.000
Pomp- & stelselgemalen
22.987
26.013
A04508
€ 272.500 Plantanenlaan
33.442
239.058
A04509
€ 320.000 Zuidwal/bontekoestraat
98.026
221.974
221.974
A04510
€ 20.000
Meet- en Telemetrieplan (fase 1&2)
0
2.151.876
60.877
56.840
A03023
Toe-
31-12-2013 Jaarrekening Krediet 2014 lichting
0
A03021
Gebouwen
C-D+E=F
53.000
3.780.159
281.356
16.047
53.000
53.000
1.009
-1.009
-1.009
26.013
31.203
-5.190
-5.190
239.058
230.525
8.533
8.533
233.810
-11.836
-11.836
JA
VK Domineesberg 2e fase
14.211
5.789
5.789
0
5.789
A04511 € 1.433.250 Bergbezinkbassin Rhenen
1.408.250
25.000
25.000
15.092
9.908
5.789
9.908
A04512 € 1.160.750 Bergbezinkbassin De Opslag
1.135.750
25.000
25.000
8.066
16.934
16.934
25.972
383.528
383.528
41.794
341.734
0
109
-109
A04513
€ 409.500 HDSR aanp. Gemaal Elst en vervangen gemaal Rhenen
A04519
€ 160.000 Riool Grebbeweg
341.734
A04522
€ 67.500
Knekelputten
0
67.500
67.500
10.000
57.500
57.500
A04523
€ 40.000
VK Rioolbeschadiging Zwarteweg
23.685
16.315
16.315
4.798
11.517
11.517
11.290
48.710
-109
A04525
€ 60.000
Rioolaanpassing Nieuwe Veenendaalseweg
A04526
€ 40.000
Riool Vogelenzang
A04527
€ 60.000
Riool Ericalaan
60.000
60.000
1.963
58.037
58.037
A04528
€ 60.000
Herinrichting Ribeslaan
60.000
60.000
17.349
42.651
42.651
A04529
€ 18.500
40.000
Minigemalen
Grond-weg- en waterbouw
2.803.820
48.710
49.009
-299
-299
40.000
41.375
-1.375
-1.375
18.500
18.500
18.675
-175
-175
1.366.518
538.500
1.905.018
1.153.476
55.900
807.442
-34.031
50.000
5.000
55.000
48.650
48.650
55.000
55.000
105.000
A04001
€ 105.000 Herinrichting Achterbergsestraatweg-Spoorbaanweg
A04009
€ 130.000 Herinrichting ged. Herenstraat
57.335
-32.335
72.665
26.843
45.822
A04010
€ 55.000
71.336
535
535
695
-160
A04017
€ 220.000 2e fase strengstudie
220.000
220.000
220.000
A04018
€ 80.000
40.725
39.275
39.275
A04020
€ 165.000 Parkeerplaats Paardenmarkt
A04021
€ 55.000
Voetpad veerweg
55.000
55.000
A04022
€ 18.000
Ombouw groen Donderberg
18.000
18.000
A04023
€ 20.000
Schoolzone Springplank
20.000
20.000
Bereikbaarheid Cuneraschool
Herinrichting Nwe Veenendaalseweg
165.000
1.033.251 783.770
74.792
45.822
-160
-29.481
-29.481
-35.517
-35.517
165.000
165.000
2.102
52.898
52.898
15.375
2.625
2.625
20.000
20.000
165.000
A04508
€ 37.500
Herinrichting Platanenlaan
37.500
37.500
46.970
-9.470
A04509
€ 30.000
Herinrichting Zuidwal/bontekoestraat
30.000
30.000
29.641
359
359
267.076
45.729
-515
-515
Grond-weg- en waterbouw maatschappelijk nut
A06007
€ 159.705 (1-1) Veegauto
A06008
€ 25.012
389.396
344.975
(1-6) Veegvuilauto incl. huif
Vervoermiddelen
0
0
Beregeningsinstallatie De Meent
7.580
9.920
Machines, apparaten en installaties
7.580
A07005
€ 17.500
A08002
€ 69.497
A08003
€ 100.000 Vervanging hard -en software algemeen (2012)
A08004
€ 58.500
Procesapplicatie Belastingen
A08010
€ 17.500
Decos uitbreiding
A08013
A08016
A08017
€ 74.000
GWS4all
9.920
368.000
712.975
159.705
159.705
1.278.319 832.420
160.220
25.012
25.012
23.244
25.012
25.012
23.244
9.920
12.696
9.920
12.696
0
69.947
841.473
0
0
69.947
-9.470
1.768
1.768
1.768
1.253
-2.776
-2.776
-2.776
-2.776
69.947
221.347
0
0
69.947
71.307
28.693
28.693
32.697
-4.004
4.926
53.574
53.574
13.417
40.157
17.500
17.500
14.757
2.743
€ 141.898 Ondergronds inzamelen
148.000
148.000
113.515
34.485
€ 300.000 ICT Samenwerking Veenendaal
300.000
300.000
209.243
90.757
90.757
74.000
74.000
8.040
65.960
65.960
391.669
Ondergronds inzamelen Vogelenzang
Overig
76.233
152.214
539.500
691.714
Totaal
13.135.803
7.327.502
1.689.217
9.016.719
-4.004
40.157
2.743
34.485
0
300.045
-1.261
301.306
4.776.323 927.583
5.167.979
-17.620
5.144.285
A04503 — Rioolvervanging Vissersweg — Oranjestraat:
In 2011 is het rioleringsproject Vissersweg-Oranjestraat afgerond. Het project werd afgesloten met een
overschrijding. Over de afrondng van dit project is het college geinformeerd. Aangegeven werd dat de overschrijding
werd veroorzaakt in afwachting van een nog te ontvangen subsidie van € 53.000 van de Hoogheemraadschap de
Stichtse Rijnlanden (HDSR). De subsidie van € 53.000 is in 2013 ontvangen en inmiddels ten gunste geboekt van het
project Vissersweg-Oranjestraat.
Pagina 170
Jaarstukken 2013
3.e.4
Staat van gewaarborgde geldleningen
Staat van gewaarborgde geldleningen
Staat van gewaarborgde geldleningen
Oorspronkelijk
Restantbedrag
bedrag van de
Nr.
geldlening
Doel van de geldlening
Naam van de geldnemer
Nr. raadsbesluit
Datum en nummer
en datum
goedk. besluit
Rente
Totaalbedrag
Restantbedrag
geldlening (buiten)gewone
geldlening
% begin dienstjaar
aflossing einde dienstjaar
3
€ 544.536
Bouw kinderdagverblijf
St. Kinderopvang Rhenen
2.4/29.06.99
€ 344.874
€ 18.151
4
€ 90.756
Verbouw verenigingsgebouw
Muziekvereniging O.B.K.
2.2/21.12.99 opname 15-01-2001
6,59
€ 82.956
€ 1.019
€ 81.937
5
€ 536.547
Gebouw Bantuinweg
St. Rhenense Bibliotheek
2.2/12.09.00 opname 05-01-2001
5,89
€ 300.465
€ 21.462
€ 279.003
6
€ 761.715
Gebouw Hollandseweg
€ 1.933.554
Stg. Openb voortg
206848/14.11.02 opname 15-12-2002
onderwijs Wageningen e.o.
€ 326.723
4,52
€ 69.246
€ 69.246
€0
Totalen
€ 797.541
€ 109.878
€ 687.663
Pagina 171
ccccccccccccccc
Pagina 172
Jaarstukken 2013
3.e.5
Overzicht kapitaallasten
Overzicht kapitaallasten
In deze bijlage treft u een overzicht aan van de kapitaallasten (rente en afschrijving). Deze lasten worden doorbelast
aan de programma’s. Een restantsaldo wordt ten laste gebracht van de algemene dekkingsmiddelen.
Overzicht kapitaallasten
in euro's
Lasten
rente langlopende geldleningen
bespaarde rente eigen financieringsmiddelen
afschrijvingen op activa
Baten
doorberekende kapitaallasten
Saldo
Begroting 2013
na wijziging
Jaarrekening
2013
Verschil
1.465.718 N
958.448 N
1.732.919 N
4.157.085 N
1.379.698 N
958.448 N
1.962.928 N
4.301.074 N
86.020 V
0N
230.009 N
143.989 N
4.083.732 V
4.083.732 V
4.313.744 V
4.313.744 V
230.012 V
230.012 V
73.353 N
12.670 V
86.023 V
Algemeen
De doorberekende kapitaallasten zijn opgebouwd uit een afschrijvings- en rentecomponent en worden doorbelast
aan de verschillende programma's. Voor de doorrekening van de rente in 2013 wordt uitgegaan van de boekwaarde
van de investering op 1/1/2013. De afschrijving wordt voor het eerst berekend in het jaar volgend op het jaar waarin
de investering in gebruik is genomen.
Rente
Er is sprake van lagere rentelasten van de opgenomen BNG-geldleningen wat een voordeel geeft van ruim € 86.000.
Dit wordt veroorzaakt door het feit dat het aantrekken van een additionele lening uiteindelijk niet heeft plaatsgevonden.
Afschrijvingslasten
In juli 2008 heeft de raad ingestemd met de vervangende nieuwbouw van de Springplank en de Cuneraschool. De
nieuwbouwplannen zijn voortgekomen uit de noodzaak van grondige renovatie van beide scholen. De kapitaallasten
van de investeringen die in het verleden zijn gedaan zouden in het jaar van sloop van de voormalige schoolgebouwen grotendeels worden afgeboekt ten laste van de algemene reserve vrij besteedbaar. De accountant heeft
de gemeente echter gewezen op het feit dat de boekwaarde die op 1/1/2013 nog op de beide scholen rust verdeelt
dient te worden over de nog resterende looptijd van de scholen (tot aan het moment van sloop). Hierdoor zijn de
kapitaallasten (afschrijving) in 2013 € 230.000 hoger.
Pagina 173
Controleverklaring
3.e.6
Pagina 174
Jaarstukken 2013
Controleverklaring
Jaarstukken 2013
Controleverklaring
Pagina 175
Akjbklajndc
Pagina 176
Hoofdstuk 4
Vaststelling
Pagina 177
Akjbklajndc
Pagina 178
Jaarstukken 2013
Vaststelling
Vaststelling
Raad sv ergadering
27 mei 2014
Agend ap unt
(besluit)
2014/231
Document / DECO S-nummer
Ambtenaar
Ertug Kosmaci, Team Informatie
Ond erw erp
Intern d oorkiesnummer
Vaststelling jaarstukken 2013
1757
De raad van de gemeente Rhenen,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 april & 6 mei 2014
gelet op hoofdstuk XIII en XIV van de Gemeentewet
besluit:
1.
2.
3.
4.
5.
A.
B.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
In te stemmen met de jaarstukken 2013 met een voordelig resultaat van € 1.523.133 na eerste bestemming.
In te stemmen met het wijzigen van de bestemming van de bestemmingsreserve “Wmo” (stand per 31-122013: € 54.624) in egalisatiereserve “Deelfonds Sociaal Domein”.
Een bedrag van € 500.000 toe te voegen aan de egalisatiereserve “Deelfonds Sociaal Domein”.
Een bedrag van € 9.715 toe te voegen aan de bestemmingsreserve “Armoedebestrijding”.
Het resultaat Binnenstad Oost van € 341.774 als volgt te bestemmen:
een bedrag van € 191.000 toe te voegen aan de bestemmingsreserve “Sociale woningbouw”; en
een bedrag van € 150.774 toe te voegen aan de algemene reserve in het kader van terugbetaling rente aan
de algemene reserve.
Een bedrag van € 5.000 toe te voegen aan de bestemmingsreserve “FoodValley”.
Een bedrag van € 4.050 toe te voegen aan de bestemmingsreserve “Woninggebonden Subsidies”.
Een reserve in te stellen ten bate van de restauratie Cuneratoren.
Een bedrag van € 100.000 toe te voegen aan de bestemmingsreserve “Cuneratoren”
Een bedrag van € 713.368 (inclusief de € 150.774 van voorstel 5B.) toe te voegen aan de algemene reserve
vrij besteedbaar.
Kennis te nemen van het rapport van bevindingen jaarrekening 2013 van de externe accountant en in te
stemmen met de bestuurlijke reactie van het college op het rapport van bevindingen jaarrekening 2013 van
de externe accountant.
Het college decharge te verlenen voor het gevoerde bestuur over 2013.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 27 mei 2014.
de raadsgriffier,
de voorzitter,
C.A.M. Apell
drs. J.H.A. van Oostrum
Pagina 179