Lees hier het artikel

Duurzaamheid & Innovatie
Hier komt
de zon
Met zijn nieuwe bedrijf Solarus wil Leen Zevenbergen zo ongeveer
alle wereldproblemen oplossen. Met een beetje hulp van de zon.
DOOR MARCO VISSCHER
D
E DIRECTEUR WAS OVERGEVLOGEN NAAR
Zweden voor overleg met het team. Met een
man of tien zaten ze bij elkaar. Leen Zevenbergen kwam luisteren om de stand van zaken op te nemen. Iemand merkte op dat de productie
even was komen stil te liggen.
‘Wat? Hoezo?’, wilde Zevenbergen weten.
Tja, de rode siliconenverf was dus niet gekomen.
Twee weken geleden besteld. Nog niet op de fabriek
afgeleverd.
En, informeerde Zevenbergen, had iemand er al achteraan gebeld?
Ze keken elkaar aan. Nou, nee.
Toen stond hij langzaam op, pakte de telefoon en
kreeg de leverancier aan de lijn. Hij schreeuwde. Hij
tierde. Hij schold. ‘Where is my f*cking paint?!’
Toen hij ophing, zaten ze aan tafel met ‘zó’n boei’,
glundert Zevenbergen als hij de herinnering ophaalt.
‘Kijk’, zei hij beheerst tegen zijn brave Zweedse werk-
3 4 T H EO PT I M I ST.NL JULI/AUGUSTUS 2014
nemers, ‘dít is nu wat wij nodig hebben: iemand die hier
de boel verder brengt.’
De anekdote verraadt het ongeduld van een ondernemer die niet langer kan wachten om zijn bedrijf naar een
volgende fase te brengen: van het briljante idee – want
dat is het – naar grootschalige productie. Die stap is essentieel om de belofte van een unieke, gepatenteerde
technologie waar te maken. En die belofte liegt er niet
om, meent Zevenbergen. Met Solarus, dat hij begin dit
jaar overnam, wil hij de zon gebruiken als bron om allerlei grote mondiale uitdagingen aan te pakken: van
het leveren van betaalbare duurzame energie tot schoon
drinkwater.
Het idee is dat een zonnepaneel eigenlijk meer zou
moeten kunnen doen dan zonlicht omzetten in stroom.
Daar zijn de zonnecellen bovendien niet eens erg efvan 25 graden Celsius) schommelt tussen 15 tot 20 procent; de rest gaat verloren. En dat wordt nog erger als
JULI/AUGUSTUS 2014 T HEO PT IM IST.NL 35
het warmer is. U leest het goed. We dénken
dat zonnepanelen het beter doen in warme,
zuidelijke landen, maar de werkelijkheid is
dat ze dan juist minder opbrengen. Zonnecellen hebben namelijk de eigenschap om
bij een stijging van 10 graden, zo’n 5 procent in rendement in te leveren. Dat verlies
kan behoorlijk oplopen op een goede zonnige dag, wanneer de panelen opwarmen tot
wel 80 graden.
Solarus heeft nu een manier gevonden
om de warmte van de zonnepanelen te gebruiken om water op te warmen, waardoor
de zonnecellen kunnen afkoelen en de
stroomproductie gelijk blijft. De winst zit ’m
in de extra diensten die het paneel hierdoor
kan leveren. Want hitte kun je gebruiken
om bijvoorbeeld een ruimte te verkoelen of
water op te warmen, te zuiveren of te ontzilten. Feitelijk wordt de elektriciteit daarmee een bijproduct, want hitte vormt het
hoofdproduct.
‘De integratie van al die diensten in één
systeem ligt niet zo voor de hand’, zegt
Zevenbergen. En dat is volgens hem niets
minder dan een ontregelende vondst – een
gamechanger, zoals hijzelf graag zegt – omdat het meerdere diensten combineert. De
terugverdientijd wordt volgens Zevenbergen
dan ook aanzienlijk teruggebracht tot een
kwestie van een paar jaar, afhankelijk uiteraard van diverse factoren zoals omvang, gebruik, klimaat en lokale energieprijzen.
De combinatie van diensten biedt enorme
mogelijkheden in alles van woningen en
kantoren tot fabrieken en sportcentra. De
Verenigde Naties en het Rode Kruis overwegen de systemen van Solarus te gebruiken
in een pakket van basisbenodigdheden wanneer ergens een ramp uitbreekt.
Productiemanager Tony Björklund straalt
vol trots als hij vertelt over het werk in de
fabriek van Solarus. ‘Ik voel dat we dicht bij
een ultieme oplossing zitten.’ Maar dan toont
hij zich een typische bescheiden Zweed als
hij snel toevoegt: ‘De toekomst zal ons leren
of onze aanpak de juiste is.’
A
LS BROEDPLAATS VAN EEN ONT-
regelende techniek die de wereld
kan veranderen, is het Zweedse
Gävle niet de meest voor de hand liggende
locatie. Een oude stad met een haven waar
al eeuwen geleden hout, koper en ijzer werd
verscheept. Vanuit Stockholm ligt het op
twee uur rijden noordwaarts. Bij het trein-
3 6 T H EO PT I M I ST.NL JULI/AUGUSTUS 2014
Aan de randen van Gävle is de papierindustrie gebleven, met dank aan de uitbundige
naaldbomen uit de nabije omgeving. Er is
een technische hogeschool.
En er is dus Solarus, gevestigd op een
weinig inspirerend industrieterrein. Daar, in
een ruime hal van twee verdiepingen, werken zo’n vijftien mensen aan de revolutie.
Daar is ook een prototype van, van die revolutie, en deze staat tegen de balustrade
aan, in een hoek van dertig graden. Van een
een meter breed. Maar kom dichterbij en je
ziet dat dit megapaneel niet volledig is bedekt met zonnecellen, zoals de panelen die
wij op ons dak leggen.
Op slechts een derde van de oppervlakte
is een aluminium paneel gemonteerd. Aan
de onder- en bovenzijde is deze beplakt met
twee strips met flinterdunne zonnecellen.
Onder het paneel bevindt zich een parabolisch gebogen spiegel, zodat de cellen ook
zonlicht ontvangen via de onderzijde. Vanwege de bolling leidt de spiegel tot een concentratie van licht, net als bij een lachspiegel
of lepel. Vanwege de sterkere lichtintensiteit wordt het ook aanmerkelijk warmer. En
geleiders.
Op dezelfde ruimte als de bekende fotovoltaïsche zonnecellen, levert Solarus
zodoende met minder zonnecellen een vergelijkbare opbrengst in elektriciteit. Omdat
zonnecellen met afstand de duurste componenten van een paneel zijn, levert dat direct
een besparing van materialen en kosten op.
Maar bovendien wordt de inkomende zonne-energie die anders verloren gaat, voor 60
procent benut voor hitte. Juist vanwege die
extra toepassingen verandert Solarus alle bekende terugverdienmodellen in de branche.
Een briljante gedachte. Toch zag het er
een jaar geleden naar uit dat Solarus ten onder zou gaan. Al sinds 2006 was er – onder
leiding van de oprichters Niclas Stenlund,
lang werkzaam bij de marine, en Stefan
Larsson, afkomstig uit het onderzoekslab
van energiegigant Vattenvall – minutieus geWant technische uitdagingen zijn er altijd. Zou een kleine aanpassing in de hoek,
de werking van het systeem optimaliseren?
Hoe kan een klein verschil in temperatuur,
de kwetsbaarheid van de zonnecellen verminderen?
Maar terwijl de techneuten zich bogen
over weer een nieuw plan om een kleine
nanciering op. Er was simpelweg niemand
die de innovatieve systemen naar de markt
kon brengen.
Of nou ja, niemand…
Leen Zevenbergen had al wel twintig bedrijven opgezet of overgenomen en
doorverkocht toen hij vernam van Solarus.
Zijn vriend Gunter Pauli, een opinieleider
op het gebied van duurzaam ondernemen,
had erover geschreven in zijn boek Blauwe
economie. Daarin werd Solarus genoemd
als een voorbeeld van honderd innovatieve
bedrijven die in staat zijn de wereld schoner
Tijdens een ontmoeting opperde Pauli
aan Zevenbergen om eens in Zweden te
gaan kijken. ‘Er is daar alleen research en
development’, had Pauli gezegd, ‘geen
zakelijk leiderschap.’ Nou, moet Zevenbergen hebben gedacht, als Gunter Pauli
iets suggereert, dan doe je dat. ‘Het is een
bewonderend.
Zevenbergen kwam al snel tot dezelfde
conclusie. ‘Als je niet oplet, kunnen ze hier
getallen en metingen.’ Technische details,
meent Zevenbergen, die niet altijd evenveel
bijdragen aan werkelijke verbetering. En
trouwens, zelfs met zoveel technische intelligentie in huis gaat er wel eens iets mis.
João Gomes, de ‘perfectionist uit Portugal’
die rondliep bij prestigieuze instituten als
CERN en MIT, geeft schuchter toe dat hij
eens berekeningen had gemaakt voor ‘een
dak op het noorden’, om zich pas later te realiseren dat de klant zich bevond op het zuidelijk halfrond – en daar is alles natuurlijk
omgedraaid.
Het licht zou uitgaan, in de fabriek van
Solarus, als er niet iemand kwam om alle
opgebouwde kennis te behouden en eindelijk commercieel te benutten. Toen Zevenbergen kwam kijken, besloot hij dat hij die
iemand wilde zijn.
Waarom? Hij laat een korte pauze vallen. ‘Ik ben toch in de wereld om die beter
te maken?’ Het zou pedant kunnen klinken,
maar uit de mond van de kalme, innemende
Zevenbergen klinkt het eerder verontschuldigend. ‘De gave die ik heb, moet ik aan-
‘Ik voel dat we
dichtbij een ultieme
oplossing zitten.’
TONY BJÖRKLUND,
PRODUCTIEMANAGER SOLARUS
JULI/AUGUSTUS 2014 T HEO PT IM IST.NL 37
‘De gave die ik heb,
moet ik aanwenden
in het belang van de
wereld. Anderen
kunnen het niet, of
gaan het niet doen.’
LEEN ZEVENBERGEN,
CEO SOLARUS
3 8 T H EO PT I M I ST.NL JULI/AUGUSTUS 2014
wenden in het belang van de wereld, vind
ik. Anderen kunnen het niet, of gaan het niet
doen.’
Later zal hij nog zeggen: ‘We hebben
haast.’ Daarmee doelt hij op de door hem
gevoelde noodzaak om snel verbeteringen
aan te brengen in het dagelijkse leven van
mensen in arme landen. Dat heeft Zevenbergen dan ook verankerd in de missie van
Solarus: ‘Naast het beantwoorden van het
klimaatvraagstuk en het energietekort, moeten we bovenal ook de armoede oplossen en
de honger, en de gezondheidsproblemen die
daarmee gepaard gaan.’
Ach, je moet érgens beginnen…
Die urgentie heeft hem er ook toe gebracht om een andere persoonlijke ambitie
te laten varen. Nadat hij drie jaar lang de topman was bij de beursgenoteerde IT-dienstverlener Qurius, raakte hij opgebrand. Hij
zat maanden thuis. Was nog nooit gebeurd.
Altijd was hij aan het ondernemen en investeren – en nu ging het even niet meer. Hij
had al wel vaker een boek geschreven. En nu
laat ik mijn baard staan, over ‘creatief ondernemen en sprankelend inspireren’, werd
in 2007 het managementboek van het jaar.
Of Duurzaam @ the speed of passion, over
waarom passie nodig is als je de vergroening
van het bedrijfsleven wilt versnellen. Dat
waren vlotte, toegankelijke boeken. Maar
deze keer wilde hij iets anders.
Nu hij thuiszat, wilde hij meer verdieping
aanbrengen in zijn interesse voor duurzaam
ondernemerschap. Hij was al voorzitter van
het Social Venture Network Europe en hij
was bezig om het Amerikaanse concept van
B Corp in Nederland op te zetten. Maar hij
voelde behoefte aan een meer intellectuele
uitdaging. Hij wilde op het onderwerp promoveren. Hij las stukken, schreef stukken,
was bezig met de Erasmus Universiteit Rotterdam en de Universiteit Utrecht. Het ging
best lekker.
En toen was daar dus Gunter Pauli met
zijn advies om naar Zweden te gaan. Zevenbergen beseft het: ‘Nu sta ik weer met m’n
poten in de modder.’ De promotie is even
uitgesteld.
Die modder moeten we overigens niet
te letterlijk nemen. Zevenbergen reist zich
een slag in de rondte, op zoek naar zowel investeerders als partners om de grootse plannen te kunnen realiseren. Als er eenmaal op
grote schaal kan worden geproduceerd, zullen de systemen van Solarus binnenkort ver-
koeling brengen in zowel de kantoren van
de Bank of Namibia als in de koeienstallen
van een van Mexico’s grootste zuivelboerderijen. Het water in het grote zeeaquarium aan het Waterfront in Kaapstad en een
zwembad in het Duitse Birkenfeld zal worden verwarmd. Er zal stroom worden geleverd aan een toeristengebied in China en aan
wooncomplexen in Denemarken en Katar.
En een aardappelgigant zal Solarus inzetten
voor het zuiveren en ontzilten van water. De
laat volgens Zevenbergen goed zien wat zijn
bedrijf kan betekenen.
En wat dan? Dan komt er een fabriek in
Nederland om massaproductie te draaien.
En nog meer fabrieken op andere plekken,
dicht bij de afnemers. Alle medewerkers
zouden moeten worden uitgekozen omdat
ze dat hogere doel van vooruitgang dienen.
De systemen moeten ook kleiner worden,
zodat mensen ze, net als reguliere zonnepanelen, zelf kunnen vervoeren en installeren.
Er wordt al gewerkt aan de mogelijkheid
opslagplaats) te zetten, zodat kan worden
opgemerkt wanneer een systeem een defect
vertoont, of zodat gebruikers een automatisch berichtje kunnen ontvangen om hun
besparing inzichtelijk te maken.
Op de korte termijn zijn er nog voldoende
obstakels. Om grootschalig te produceren,
is een dure machine nodig, die inmiddels is
besteld en zal worden geleased. Tot nu toe
wordt al het snijden en solderen van de zonnecellen met de hand gedaan in Gävle. En
zo’n lange, smalle strook zonnecellen moet
nauwkeurig worden neergelegd op de siliconenlijm; zit je er een millimetertje naast, dan
is het allemaal voor niets geweest.
Ze maken nu zo’n vijfhonderd systemen per maand; dat moet snel verdubbelen.
Voorlopig is het allemaal handwerk, dat misschien wel moet worden uitbesteed aan een
lageloonland, waarmee ook daar werkgele‘Als ik hier zit’, zegt Zevenbergen op een
bureaustoel in een werkomgeving waar hij
wel de leider is maar geen vaste werkplek
heeft, ‘en zie wat de effecten kunnen zijn en
wat we kunnen bereiken...’
Hij maakt zijn zin niet af. Hij glimlacht
alleen maar.
functioneert zelf ook minder goed als het bloedheet is.
MARCO VISSCHER