FLENDER couplings

FLENDER ARPEX®
lamellenpakketten
met pasboutverbinding
K430 grootten 80 tot 820
ARS-6 grootten 78-6 tot 722-6
Montage­instructies
AN 4200 nl 06/2012
FLENDER couplings
FLENDER ARPEX®
lamellenpakketten
met pasboutverbinding
K430 grootten 80 tot 820
ARS-6 grootten 78-6 tot 722-6
Montage­instructies
Vertaling van de originele montage­instructies
AN 4200 nl 06/2012
2 / 16
Veiligheidstips
1
Leveringstoestand
2
Montage
3
Instellen
4
Inbedrijfstelling
en bedrijf
5
Storingen, oorzaken
en verhelpen
6
Onderhoud en
instandhouding
7
Opmerkingen en symbolen in deze montage­instructies
Opmerking:
Voor de term "montage­instructies" wordt onderstaand ook kort "instructies" of "handboek"
gebruikt.
Rechtelijke opmerkingen
Concept van de waarschuwingen
Dit handboek bevat opmerkingen, die u met het oog op uw persoonlijke veiligheid alsmede ter vermijding van
materiële schade in acht moet nemen. De waarschuwingen met het oog op uw persoonlijke veiligheid worden door
een waarschuwingsdriehoek of een "Ex"­symbool (bij toepassing van de Richtlijn 94/9/EG) benadrukt,
waarschuwingen ingeval er alleen materiële schade dreigt, door een "STOP"­symbool.
WAARSCHUWING, gevaar voor explosie!
De met dit symbool gemarkeerde opmerkingen dienen ter voorkoming van beschadiging door
explosie beslist in acht te worden genomen.
Het niet in acht nemen kan dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING, gevaar voor lichamelijk letsel!
De met dit symbool gemarkeerde opmerkingen dienen ter voorkoming van lichamelijk letsel beslist
in acht te worden genomen.
Het niet in acht nemen kan dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING, gevaar voor beschadiging van het product!
De met dit symbool gemarkeerde opmerkingen dienen ter voorkoming van schade aan het product
beslist in acht te worden genomen.
Het niet in acht nemen kan materiële schade tot gevolg hebben.
OPMERKING!
De met dit symbool gemarkeerde opmerkingen dienen als algemene bedieningsaanwijzingen in acht
te worden genomen.
Het niet in acht nemen kan ongewenste resultaten of toestanden tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING, hete oppervlakken!
De met dit symbool gemarkeerde opmerkingen dient ter voorkoming van gevaar van verbranding bij
hete oppervlakken beslist in acht te worden genomen.
Het niet in acht nemen kan licht of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
Bij het optreden van verscheidene bronnen van gevaar wordt altijd de waarschuwing voor het grootste gevaar
gegeven. Wordt na een waarschuwingsdriehoek wegens gevaar voor persoonlijk letsel gewaarschuwd, kan in
dezelfde waarschuwing bovendien een waarschuwing voor materiële schade opgevoerd zijn.
Gekwalificeerd personeel
Aan het bij deze instructie behorend product of systeem mag uitsluitend door voor de taakstelling gekwalificeerd
personeel worden gewerkt met inachtneming van de bij de betreffende taakstelling behorende documentatie, in
het bijzonder van de daarin beschreven veiligheidstips en waarschuwingen. Gekwalificeerd personeel is door
opleiding en ervaring in staat, in de omgang met deze producten of systemen risico’s te herkennen en mogelijke
gevaren te vermijden.
AN 4200 nl 06/2012
3 / 16
Bedoeld gebruik van Siemens­producten
Neem het volgende in acht:
Siemens­producten mogen uitsluitend voor de in de catalogus en in de bijbehorende technische
documentatie voorziene toepassingen worden gebruikt. Worden vreemde producten en componenten
gebruikt, moeten deze door Siemens aanbevolen of goedgekeurd zijn. Voorwaarde voor het correcte
en veilige gebruik van de producten is juist transport, juiste opslag, opstelling, montage, installatie,
inbedrijfstelling, bediening en instandhouding. Aan de toegestane omgevingsvoorwaarden moet
worden voldaan. Aanwijzingen in de bijbehorende documentatie moeten worden opgevolgd.
Merken
Alle met het copyright­symbool ® gemarkeerde aanduidingen zijn geregistreerde merknamen van Siemens AG.
De overige aanduidingen in dit handboek kunnen merken zijn, en het gebruik ervan door derden voor hun
doeleinden kan de rechten van de merkeigenaar schenden.
Uitsluiting van aansprakelijkheid
Wij hebben de inhoud van de instructies op overeenstemming met de beschreven hard­ en software gecontroleerd.
Desondanks kunnen afwijkingen niet worden uitgesloten, zodat wij voor de algehele overeenstemming geen
aansprakelijkheid aanvaarden. De informatie in dit handboek wordt regelmatig gecontroleerd, nodige correcties
zijn in de latere uitgaven verwerkt.
Toelichting op de EG machinerichtlijn 2006/42/EG
Siemens­koppelingen van het merk "FLENDER couplings" zijn als componenten in de zin van de
EG­machinerichtlijn 2006/42/EG te beschouwen.
Daarom moet Siemens geen inbouwverklaring afgeven.
Informatie ten aanzien van veilige montage, veilige inbedrijfneming an veilig bedrijf zijn onder inachtneming van
het concept van waarschuwingen in dit handboek te vinden.
AN 4200 nl 06/2012
4 / 16
Inhoudsopgave
1.
Veiligheidstips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
1.1
1.2
1.3
Algemene opmerkingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Fundamentele plichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Beschermingsvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
6
6
2.
Leveringstoestand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
2.1
2.2
Beschermingslaag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Markering van de koppelingsdelen conform Richtlijn 94/9/EG . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
7
3.
Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
3.1
3.2
3.3
3.3.1
3.3.2
3.4
Algemene montage-instructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Montage van lamellenpakketten volgens de koppelmethode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Montage van lamellenpakketten volgens de draaiingshoekmethode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Voorbereidende maartregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Voorspannen van de pasbouten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Begrenzing van de axiale speling of verticale steun (geïntegreerd) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
7
9
9
10
12
4.
Uitlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
13
5.
Inbedrijfstelling en bedrijf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
6.
Storingen, oorzaken en verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
7.
Onderhoud en instandhouding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
AN 4200 nl 06/2012
5 / 16
1.
Veiligheidstips
1.1
Algemene opmerkingen
Deze montage­instructies gelden uitsluitend voor de op het dekblad genoemde series en grootten en
uitsluitend in combinatie met de overkoepelende gebruiksaanwijzing BA 8704 voor serie ARS­6 of
BA 8700 voor serie K430.
Alle aanwijzingen en gegevens in deze montage­instructies en in de overkoepelende
gebruiksaanwijzingen BA 8704 (serie ARS­6) en BA 8700 (serie K430) moeten altijd in
acht genomen en nageleefd worden.
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan tot het barsten van de koppeling
leiden. Door rondvliegende brokstukken bestaat levensgevaar.
Het gebruik van de koppeling met beschadigde koppelingsdelen is op plaatsen waar
ontploffingsgevaar heerst conform richtlijn 94/9/EG, niet toegestaan.
1.2
Fundamentele plichten
•
De exploitant moet ervoor zorgen dat iedereen die met werkzaamheden aan de koppeling belast is, de
aanwijzing gelezen en begrepen heeft en ze in alle punten in acht neemt, om:
─ gevaren voor lijf en leven van de gebruiker en derden te verhinderen,
─ de veiligheid tijdens het gebruik van de koppeling te garanderen,
─ uitval en milieuschaden door verkeerd gebruik uit te sluiten.
•
Tijdens het transport, de montage en demontage, de bediening en het onderhoud moeten de
betreffende voorschriften over de veiligheid tijdens het gebruik en over de milieubescherming in acht
worden genomen.
•
De koppeling mag uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden onderhouden en/of gerepareerd
(zie "Gekwalificeerd personeel" op pagina 3 van dit handboek).
•
Het reinigen van de buitenzijde van de koppeling met een hoge-drukreinigingsapparaat is niet
toegestaan.
•
Alle werkzaamheden moeten zorgvuldig en onder het aspect "veiligheid" worden uitgevoerd.
Werkzaamheden aan de koppeling mogen alleen bij stilstand worden uitgevoerd.
Het aandrijfaggregaat moet tegen onopzettelijk inschakelen worden beveiligd
(bij voorbeeld door het afsluiten van de sleutelschakelaar of het verwijderen van de
zekeringen in de stroomtoevoer). Op het inschakelpunt moet een waarschuwingsbord
worden aangebracht, waaruit blijkt, dat aan de koppeling wordt gewerkt.
Het aandrijfaggregaat dient onmiddellijk buiten bedrijf te worden gesteld, wanneer er
tijdens het bedrijf onverklaarbare veranderingen aan de koppeling worden
geconstateerd.
1.3
Beschermingsvoorziening
Draaiende en/of bewegende delen moeten door beschermingsvoorzieningen tegen
aanraken beveiligd zijn.
De werking van de koppeling mag door de beschermingsvoorzieningen niet nadelig worden
beïnvloed.
•
Verwijderde beschermingsvoorzieningen moeten voor de inbedrijfstelling weer worden aangebracht.
AN 4200 nl 06/2012
6 / 16
2.
Leveringstoestand
2.1
Beschermingslaag
De bij deze aanwijzing geleverde ARPEX­koppelingsdelen zijn met antiroestmiddel (tectyl) bedekt.
2.2
Markering van de koppelingsdelen conform Richtlijn 94/9/EG
Koppelingen van de serie ARS-6, die bestemd zijn voor het gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar
heerst conform richtlijn 94/9/EG moeten overeenkomstig aangeduid zijn.
De precieze markering en gegevens over de gebruiksomstandigheden van deze koppelingen vindt u in
de gebruiksaanwijzing BA 8704.
De EG­verklaring van overeenstemming van de fabrikant is daarin eveneens afgedrukt.
3.
Montage
3.1
Algemene montage-instructies
Gegevens over het reinigen van de koppelingsdelen en aseinden, het opspannen van de naafdelen
alsmede het plaatsen van het tussenstuk vindt u in de gebruiksaanwijzing BA 8704 of BA 8700.
3.2
Montage van lamellenpakketten volgens de koppelmethode
(K430: grootten 80 tot 215 en ARS­6: grootten 78­6 tot 240­6)
1
2
3
4
5
6
7
Afb. 1: Opbouw van een ARPEX­schroefbevestigingspunt
1
2
3
4
5
6
7
Kraagpasbout
ARPEX-flens
Bus
Lamel
Ring
ARPEX-flens
Kraagmoer
Opmerking:
Lamellen, bussen en ringen worden als kant­en­klaar gemonteerde, compacte eenheid geleverd. Bij een
sluitschakeluitvoering (optioneel, vanaf grootte 280­6) worden een bus en een ring los bijgeleverd. Deze
moeten bij de montage overeenkomstig worden geplaatst (zie afbeelding 1).
AN 4200 nl 06/2012
7 / 16
1
2
4
3
Afb. 2: Gedetaillleerd aanzicht van de pasboutverbinding
1
2
3
4
Kraagpasbout
Ring
Kraagmoer
ARPEX-flens
Vóór begin van de montage moeten de geruimde boringen en de aansluitvlakken voor de pasbouten
(pos. 1, afbeelding 2), moeren (pos. 3) en ringen (pos. 2) van elke vorm van vuil en roestbescherming
(tectyl, verf etc.) worden ontdaan.
Aanwijzingen van de producent voor de omgang met het oplosmiddel in acht nemen.
Schroef het lamellenpakket beurtelings zo op de koppelingsdelen vast dat de ringen (pos. 2, afb. 2) op
de ARPEX­flens (pos. 4) liggen.
De schroefverbindingselementen moeten in de leveringstoestand worden geplaatst.
Een aanvullend insmeren mag niet plaatsvinden.
Montage van lamellenpakketten met geïntegreerde begrenzing van de axiale speling
of verticale steun, zie punt 3.4.
Monteer de moeren bij voorkeur zo, dat ze ook tegen de flens liggen. Is dit om ruimteredenen niet mogelijk,
dan kan de montage ook andersom plaatsvinden.
Het aanbrengen van de voorspanning moet vanaf de moer plaatsvinden waarbij de boutkop tegen
verdraaien moet worden geborgd. Het ondersteunen van de verdraaibeveiliging (tegenhouder) moet op
de flens plaatsvinden waarop het lamellenpakket wordt vastgeschroefd. De moeren om de beurt met het
opgegeven aanhaalmoment TA (zie tabel 1) vastdraaien.
AN 4200 nl 06/2012
8 / 16
Tabel 1:
Montagewaarden schroefverbinding van het lamellenpakket
(koppelmethode)
Pasbout
Serie / Grootte
Sleutelwijdte
SW
[mm]
Aanhaal­
moment
TA
[Nm]
K430
ARS‐6
M 6 x 23
80
92
102
78‐6
105‐6
10
12
M 8 x 30
128
145
125‐6
140‐6
13
30
M 10 x 35.5
168
165‐6
17
60
M 12 x 42
180
175‐6
19
100
195‐6
21
160
210‐6
24
250
24
250
27
350
M 14 x 41
M 16 x 48
200
M 16 x 50.5
205
215
M 18 x 51
240‐6
De opgegeven aanhaalmomenten (tabel 1) moeten in acht genomen worden.
Afwijkende aanhaalmomenten kunnen een versnelde slijtage en beschadigingen aan
de koppeling tot gevolg hebben.
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan tot het barsten van de koppeling
leiden. Door rondvliegende brokstukken bestaat levensgevaar.
Het gebruik van de koppeling met beschadigde koppelingsdelen is op plaatsen waar
ontploffingsgevaar heerst conform richtlijn 94/9/EG, niet toegestaan.
3.3
Montage van lamellenpakketten volgens de draaiingshoekmethode
(K430: grootten 235 tot 820 en ARS­6: grootten 255­6 tot 722­6)
3.3.1
Voorbereidende maartregelen
Vóór begin van de montage moeten de geruimde boringen en de aansluitvlakken voor de pasbouten
(pos. 1, afbeelding 2), moeren (pos. 3, afbeelding 2) en ringen (pos. 2, afbeelding 2) van elke vorm van
vuil en roestbescherming (tectyl, verf etc.) worden ontdaan.
Aanwijzingen van de producent voor de omgang met het oplosmiddel in acht nemen.
Vet het aansluitvlak van moer en boutkop en de schroefdraad van de pasbout met de bij de
leveringsomvang van een lamellenpakket behorende speciale pasta in.
Schroef het lamellenpakket beurtelings zo op de koppelingsdelen vast dat de ringen (pos. 2,
afbeelding 2) op de ARPEX­flens (pos. 4) liggen. Monteer de moeren bij voorkeur zo, dat ze ook tegen de
flens liggen. Is dit om ruimteredenen niet mogelijk, dan kan de montage ook andersom plaatsvinden.
Montage van lamellenpakketten met geïntegreerde begrenzing van de axiale speling
of verticale steun, zie punt 3.4.
Het aanbrengen van de voorspanning moet vanaf de moer plaatsvinden waarbij de boutkop tegen
verdraaien moet worden geborgd. Het ondersteunen van de verdraaibeveiliging (tegenhouder) moet op
de flens plaatsvinden waarop het lamellenpakket wordt vastgeschroefd. De moeren overeenkomstig
beschrijving in punt 3.3.2 aanhalen.
AN 4200 nl 06/2012
9 / 16
3.3.2
Voorspannen van de pasbouten
Draai de moeren om de beurt met het voorafgaand aanhaalmoment T0 (tabel 2) vast.
Markeer een willekeurige nulstand goed zichtbaar op de kraag van de moer en op de flens
(zie afbeelding 3). Wij raden u aan een hoekpunt van de zeskant als nulstand te kiezen.
Markeer de draaiingshoek (tabel 2) /2 en of /2 en (in de booggraad ­ zie afbeelding 4) uitgaand
van de nulstand, op de omtrek van de kraag van de moer tegen de klok in.
Als alternatief kan de draaiingshoek [graad] ook op de steeksleuteldop worden overgedragen
(zie afbeelding 3), om niet elke afzonderlijke moer, zoals beschreven, te hoeven markeren.
Kopieer in geen geval hiervoor de in tabel 2 (zie ook afbeelding 4) opgegeven hoek in de
booggraad ­ deze hebben uitsluitend betrekking op de radius van de kraag van de moeren!
Draai de moeren om de beurt van de nulstand (op de flens gemarkeerd) tot aan de eerste
hoekmarkering /2 (op de steeksleuteldop of op de kraag van de moer) in aanhaalrichting.
Draai in de tweede doorgang dan de moeren tot aan de tweede hoekmarkering
1
.
3
2
4
2
1
TA
0
5
Afb. 3: Hoekmarkeringen
1
2
3
Eerste hoekmarkering (= /2)
Zweite Winkelmarkierung (= )
Nulstand
4
5
Nulstand op de flens markeren
(bijv. door slag met een center)
Steeksleuteldop
/2
0
1
/2
2
Afb. 4: Hoek in de booggraad op de omtrek van de kraag van de moer
AN 4200 nl 06/2012
10 / 16
Tabel 2:
Montagewaarden schroefverbinding van het lamellenpakket (draaiingshoekmethode)
Pasbout
Serie / Grootte
K430
M 20x 65
235
250
270
M 22 x 66
M 24 x 76
300
320
M 27 x 79
M 30 x 93
350
370
400
M 33 x 94
M 36 x 104
440
460
480
500
M 39 x 112
M 42 x 120
520
540
560
M 45 x 128
M 48 x 137
600
620
660
690
M 52 x 147
M 56 x 158
720
740
770
820
Sleutelwijdte
Vooraf­
gaand aan­
haalmoment
SW
T0
[mm]
[Nm]
[Graden]
[Graden]
[mm]
[mm]
255‐6
30
50
50°
25°
16
8
280‐6
32
70
55°
27.5°
19
10
305‐6
36
90
50°
25°
20
10
335‐6
41
120
55°
27.5°
24
12
372‐6
46
170
50°
25°
26
13
407‐6
50
240
70°
35°
40
20
442‐6
55
310
75°
37.5°
46
23
487‐6
60
400
80°
40°
52
26
522‐6
65
500
85°
42.5°
59
30
572‐6
70
630
90°
45°
71
35
602‐6
75
770
95°
47.5°
79
39
667‐6
80
950
75°
37.5°
65
33
722‐6
85
1200
85°
42.5°
82
41
ARS‐6
Draaiingshoek
Booggraad
/2
/2
De opgegeven voorafgaande aanhaalmomenten en draaiingshoeken (tabelle 2)
moeten altijd in acht worden genomen. Afwijkende voorafgaande aanhaalmomenten
en draaiingshoeken kunnen een versnelde slijtage en beschadigingen aan de
koppeling tot gevolg hebben.
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan tot het barsten van de koppeling
leiden. Door rondvliegende brokstukken bestaat levensgevaar.
Het gebruik van de koppeling met beschadigde koppelingsdelen is op plaatsen waar
ontploffingsgevaar heerst conform richtlijn 94/9/EG, niet toegestaan.
AN 4200 nl 06/2012
11 / 16
3.4
Begrenzing van de axiale speling of verticale steun (geïntegreerd)
Bij de montage van de lamellenpakketten met geïntegreerde begrenzing van de axiale speling of verticale
steun geldt principieel dezelfde werkwijze zoals onder punt 3.2 en punt 3.3 beschreven. Bovendien moet
echter het volgende in acht worden genomen:
Het lamellenpakket moet zo op de koppelingsdelen worden geschroefd, dat de desbetreffende lasplaat
van de sterflens van de geïntegreerde begrenzing van de axiale speling of verticale steun in het
schroefbevestigingspunt op ARPEX­flens ligt (zie afbeelding 5). Uitsluitend in deze inbouwsituatie is de
werking van de begrenzing van de axiale speling of verticale steun gegarandeerd. Bij een verkeerde
montage (lasplaat van de sterflens is niet zoals in afbeelding 5 weergegeven gemonteerd) functioneert de
geïntegreerde begrenzing van de axiale speling of verticale steun niet goed en leidt dit tijdens het gebruik
tot schade aan de koppeling.
1
2
5
6
7
3
4
Afb. 5: Montage van de lamellenpakketten met geïntegreerde begrenzing van de axiale speling of
verticale steun
1
2
3
4
ARPEX-flens
Sterflens
Sterflens
ARPEX-flens
5
6
7
Lasplaat van de sterflens
ARPEX-flens
Sterflens
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan tot het barsten van de koppeling
leiden. Door rondvliegende brokstukken bestaat levensgevaar.
Het gebruik van de koppeling met beschadigde koppelingsdelen is op plaatsen waar
ontploffingsgevaar heerst conform richtlijn 94/9/EG, niet toegestaan.
AN 4200 nl 06/2012
12 / 16
4.
Uitlijnen
ARPEX­koppelingen nemen richtfouten van de te verbinden assen op.
Koppelingen met twee lamellenpakketten nemen axiale, radiale en haakse verplaatsing op.
Koppelingen met één lamellenpakket nemen uitsluitend axiale en haakse verplaatsing op.
Meet tijdens het uitlijnen van de machineonderdelen met een schuifmaat de afstand "S1" (zie afbeelding 6
en tabel 3) tussen de koppelingsflenzen op meerdere plaatsen. Als de gemeten flensafstanden binnen het
aangegeven waardenbereik tussen S1 min. en S1 max. (tabel 3) liggen, dan zijn de machineonderdelen
nauwkeurig genoeg uitgelijnd.
S1 min.
S1 max.
M
M
M
M
M
S1 min.
M
S1 max.
Afb. 6: Uitlijnen van de machineonderdelen
S1
= Afstand van de koppelingsflens
S1 min.
= zie tabel 3
S1 max.
= zie tabel 3
M
= Meetpunt
De voorgeschreven waarden voor montageverplaatsing mogen niet onder of boven
S1 min. en S1 max. (tabel 3) liggen. Wij raden u echter aan, de koppeling zo nauwkeurig
mogelijk in te stellen om voor het gebruik nog aanvullende verplaatsingsreserves te
hebben
Afwijkende montageverplaatsingen kunnen een versnelde slijtage en
beschadigingen aan de koppeling tot gevolg hebben. Het niet in acht nemen van deze
aanwijzingen kan tot het barsten van de koppeling leiden. Door rondvliegende
brokstukken bestaat levensgevaar.
Het gebruik van de koppeling met beschadigde koppelingsdelen is op plaatsen waar
ontploffingsgevaar heerst conform richtlijn 94/9/EG, niet toegestaan.
AN 4200 nl 06/2012
13 / 16
Tabel 3:
Toegestane montageverplaatsing
Pasbout
Serie / Grootte
Flensafstand
K430
ARS‐6
S1
[mm]
S1 min.
[mm]
S1 max.
[mm]
M 6 x 23
80
92
102
78‐6
105‐6
8
7.8
8.2
M 8 x 30
128
145
125‐6
140‐6
11
10.7
11.3
M 10 x 35.5
168
165‐6
14
13.6
14.4
M 12 x 42
180
175‐6
15
14.5
15.5
195‐6
15
14.5
15.5
210‐6
15
14.5
15.5
20
19.6
20.4
240‐6
18
17.4
18.6
255‐6
23
22.4
23.6
280‐6
25
24.3
25.7
305‐6
27
26.3
27.7
335‐6
30
29.2
30.8
372‐6
32
31.2
32.8
407‐6
35
34.1
35.9
442‐6
38
37.0
39.0
487‐6
41
39.9
42.1
522‐6
44
42.8
45.2
572‐6
47
45.7
48.3
602‐6
50
48.6
51.4
667‐6
55
53.4
56.6
722‐6
60
58.3
61.7
M 14 x 41
M 16 x 48
200
M 16 x 50.5
205
215
M 18 x 51
M 20 x 65
235
250
270
M 22 x 66
M 24 x 76
300
320
M 27 x 79
M 30 x 93
350
370
400
M 33 x 94
M 36 x 104
440
460
480
500
M 39 x 112
M 42 x 120
520
540
560
M 45 x 128
M 48 x 137
600
620
660
690
M 52 x 147
M 56 x 158
720
740
770
820
AN 4200 nl 06/2012
14 / 16
5.
Inbedrijfstelling en bedrijf
De aanwijzingen en gegevens over de inbedrijfstelling en voor het bedrijf vindt u in de
gebruiksaanwijzing BA 8704 (serie ARS­6) of BA 8700 (serie K430).
6.
Storingen, oorzaken en verhelpen
Uitvoerige informatie en aanwijzingen over het thema storingen en de oorzaken ervan en het
verhelpen staan in de gebruiksaanwijzing BA 8704 (serie ARS­6) of BA 8700 (serie K430)
vermeld.
7.
Onderhoud en instandhouding
De aanwijzingen en gegevens over onderhoud en instandhouding vindt u in de
gebruiksaanwijzing BA 8704 (serie ARS­6) of BA 8700 (serie K430)!
AN 4200 nl 06/2012
15 / 16
Further Information:
"FLENDER gear units" on the Internet
www.siemens.com/gearunits
"FLENDER couplings" on the Internet
www.siemens.com/couplings
Service & Support:
http://support.automation.siemens.com/WW/view/en/10803928/133300
Lubricants:
http://support.automation.siemens.com/WW/view/en/42961591/133000
Siemens AG
Industry Sector
Mechanical Drives
Alfred-Flender-Straße 77
46395 Bocholt
GERMANY
Subject to modifications
© Siemens AG 2012
www.siemens.com/drivetechnology