Een film van Dennis Bots Distributie Jekino Filmrelease: 23 juli 2014

Jekino bouwt aan een respectvolle kinderfilmcultuur
Een film van Dennis Bots
Distributie Jekino
Filmrelease: 23 juli 2014
www.jekino.be/oorlogsgeheimen
Fotomateriaal: Jekino pro-zone (http://www.jekino.be/nl/pro_zone-1203.html)
Perscontact: Anja Horckmans, [email protected]; Alice Goezu, [email protected]; 02 247 88 61
Synopsis
Zomer 1943. Tuur (Maas Bronkhuyzen) en Lambert (Joes Brauers) zijn al van jongs af
aan onafscheidelijk. De omgeving van hun Zuid-Limburgse dorp kent geen geheimen
voor de vrienden. Van de boerderij van Lambert’s vader (Stefan de Walle), die ook de
burgemeester van het dorp is, tot de spannende grotten in de buurt – het is hun wereld.
Maar de oorlog gaat ook aan hun idyllische dorp niet voorbij.
Tuurs ouders (Loek Peters en Eva Duijvestein) gaan bij het verzet en ook zijn grote
broer (Nils Verkooijen) doet geheimzinnig. Lambert’s familie is lid van de NSB en kiest
juist voor de Duitsers. Dan komt Maartje (Pippa Allen) bij hen in de klas. Zij heeft een
groot geheim en besluit dat alleen met Tuur te delen. Die keuze drijft de jongens uit
elkaar en brengt Maartje in groot gevaar. Tuur dreigt niet alleen z’n vriendschap met
Lambert, maar ook z’n hele familie te verliezen. Hij zal er alles aan moeten doen om
beide te redden.
Regisseur:
Scenario:
Cast:
Genre:
Duur:
Kijkwijzer:
Website:
Release:
Dennis Bots (Het Huis Anubis, Achtste-Groepers Huilen Niet)
Karin van Holst Pellekaan naar het boek van Jacques Vriens
Maas Bronkhuyzen (Dolfje Weerwolfje, De Groeten van Mike!)
Joes Brauers (musicals: Kruimeltje, Dik Trom)
Nils Verkooijen (Achtste-Groepers Huilen Niet, Spijt!)
Pippa Allen (Patatje Oorlog, ‘Van Gogh; een huis voor Vincent’)
Ook met Loek Peters (AGHN, ‘Penoza’), Stefan de Walle (De Marathon),
René van 't Hof (Matterhorn), Faas Wijn (Tony 10), Eva Duijvestein (‘De
co-assistent’) en Beau Schneider (GTST, Spangas)
Jeugd / drama
94 minuten
6+, geweld, angst, grof taalgebruik
www.jekino.be/oorlogsgeheimen; www.oorlogsgeheimendefilm.nl/
23 juli 2014
De bezetting door kinderogen
Vanaf 1976 schrijft Jacques Vriens (1946) al kinderboeken. Eerst naast zijn werk als
onderwijzer, maar vanaf 1993 fulltime. Zijn boeken zijn populair. Van de kleine honderd
titels zijn er in Nederland miljoenen exemplaren verkocht. Vriens won tweemaal een
Zilveren Griffel, maar zegt zelf niet voor critici te schrijven. ‘Ik schrijf ze voor de
kinderen. Maar die mogen niet verslagen achterblijven, er moet altijd hoop zijn. Ik denk
dat ik kinderen op de een of andere manier weet te raken. Een meisje schreef in een
brief dat ze mijn boeken zo mooi vindt omdat je erom kunt lachen én huilen.’ Voor
inspiratie put Vriens uit zijn jaren voor de klas, zoals voor de populaire Meester Jaapboeken, of voor ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET. Hierin verwerkte Vriens de
gebeurtenissen rond een meisje uit zijn klas dat leukemie kreeg. Met 150.000 verkochte
exemplaren is het één van Vriens succesvolste romans.
Regisseur Dennis Bots (ZOOP IN AFRIKA, ANUBIS: HET PAD DER 7 ZONDEN) groeide net als
Jacques Vriens op in het Brabantse Gemert. Hij ontving van de schrijver, wiens TIEN
TORENS DIEP hij had bewerkt voor televisie, een exemplaar van ACHTSTE-GROEPERS HUILEN
NIET, met als opdracht: ‘Een boek is net een film.’ Bots nam de uitdaging aan, en
verfilmde de roman voor producent Bijker Film en TV en Rinkel Film. Het resultaat was
één van de meest bezochte jeugdfilms van de laatste jaren, goed voor 300.000
bezoekers. Niet vreemd dat het team achter Achtste-groepers zich opnieuw tot een boek
van Jacques Vriens wendde: OORLOGSGEHEIMEN (2009).
‘Toen ik OORLOGSGEHEIMEN schreef, wilde ik laten zien hoe oorlog écht is – dat je mensen
van wie je houdt zomaar kwijt kunt raken.’ In het oeuvre van Jacques Vriens is
OORLOGSGEHEIMEN één van de opvallendste titels. Een roman over collaboratie en verzet,
tegen het decor van het Limburg van de mergelgrotten. Een roman ook over leven en
dood. Twaalfjarige Tuur ontdekt dat het nieuwe meisje in zijn klas in werkelijkheid een
Joodse onderduikster is, ontsnapt aan een razzia en gevlucht uit Amsterdam. Haar beide
ouders zijn op transport gesteld, hun lot is ongewis. Vriens: ‘Als meester las ik BORIS van
Jaap ter Haar over een jongen die overleeft tijdens het Duitse beleg van Leningrad. Maar
daarbij raakt hij wel zijn Nadja kwijt. Zo eerlijk schrijven wilde ik ook. Het is niet
toevallig dat mijn oudste zoon Boris heet.’ Voor OORLOGSGEHEIMEN bekeek Jacques Vriens
de bezettingsjaren door de ogen van een nieuwsgierige tiener. Hij won er in 2009 de
Archeon Jeugdboekenprijs mee.
Toen producenten Reinier Selen (Rinkel Film) en Harro van Staverden (Bijker Film en
TV) een follow-up voor hun succesvolle samenwerking met ACHTSTE-GROEPERS HUILEN
NIET (2012) zochten, hoefden ze niet ver te kijken. Met OORLOGSGEHEIMEN konden ze
direct weer aan de slag met de mensen achter hun bioscoophit. Scenariste Karen van
Holst Pellekaan was meteen om. ‘Het werken met Bijker Film en in het bijzonder Harro
was zo goed bevallen, dat ik gelijk instemde. Samen met Dennis vormen we een heel
sterk team.’
Ook Dennis Bots wilde het boek maar wat graag verfilmen. ‘Wat ik aan OORLOGSGEHEIMEN
interessant vond, is het gegeven van kinderen die opgroeien in oorlogstijd. Voor hen is
het aanvankelijk één groot speelterrein, de oorlog is slechts op afstand aanwezig. Dat
vind ik ook mooi aan de scène van Tuur die omhoog kijkt naar de vliegtuigen die
overkomen: hij ziet de oorlog wel, maar er is nog geen directe betrokkenheid. Tegelijk is
dat beeld een speldenprik: er staats iets te gebeuren.’
Van Holst Pellekaan zag een uitdaging in Vriens boek. ‘OORLOGSGEHEIMEN onderscheidt
zich van eerder gemaakte jeugdfilms over WO2 door het feit dat het zich in Zuid
Limburg afspeelt. De oorlog was daar al in 1944 afgelopen, kende geen Hongerwinter en
was een stuk diffuser in ‘goed en kwaad’. Door de geografische ligging was omgang met
Duitsers heel gewoon. Het waren bijna buren, er werd handel mee gedreven, men was
familie of vriend. Dit gaf me de mogelijkheid om heel erg in ‘grijstonen’ te denken en
schrijven. Goed en kwaad is hier niet zwart-wit. Ook het Limburgse landschap speelt in
deze film een rol, zoals de mergelgrotten, die daadwerkelijk onderdak boden aan
vluchtelingen en een doorgangsroute naar België vormden.’
De drie vrienden in een mergelgrot
Natuurlijk waren er obstakels. Producent Harro van Staverden van Bijker Film: ‘We
zaten een tijdje vast in het scriptproces. We wilden in eerste instantie heel dicht bij het
boek blijven, maar toen Karen aan boord was hebben we in overleg met Jacques wat
meer afstand genomen. Toen zijn Tuur en Lambert elkaars beste vrienden geworden.’
Van Holst Pellekaan: ‘Ik vond het zelf sterker wanneer het verraad veel dichter bij de
hoofdpersoon vandaan zou komen, namelijk van z’n beste vriend. En ik vond het ook
interessanter om te laten zien dat kinderen er niks over te zeggen hebben wat hun
ouders zijn of doen. Daarom heb ik van Tuur en Lambert beste vrienden gemaakt. Pas
wanneer het oorlog wordt, gaat het meespelen wat de overtuiging van hun ouders is, en
trekt dit een wissel op hun vriendschap. Ze vinden Maartje allebei leuk en spannend. Het
tijdloze aspect van eerste ontluikende gevoelens voor de andere sekse en de daarbij
opkomende jaloezie vond ik ook mooi voor een coming of age film.’
Wel gehandhaafd bleef de ontwikkeling die Tuur doormaakt. Bij de start van het verhaal
beleeft hij de oorlog nog als een spannend jongensboek, maar de sombere realiteit van
de bezetting dringt zich steeds meer op. Producent Selen: ‘In het boek zit heel sterk het
gegeven dat de oorlog relatief onschuldig begint. Naarmate de personages steeds meer
bij de handelingen betrokken raken, komt het ware gezicht van de oorlog naar voren.’
Dat ware gezicht openbaart zich het meest in de onthulling dat Maartje een gevlucht
Joods meisje is, Tamar. Van Holst Pellekaan was niet bang de gruwelen van de Holocaust
in het script te verwerken. ‘We weten allemaal dat er Joodse mensen afgevoerd werden.
En ook dat ze verraden werden. In deze film zie je hoe zoiets kon gebeuren. Dat dit soms
ook door een vreselijke speling van het lot plaatsvond, die met heel menselijke emoties
als uitsluiting en jaloezie te maken had. Voor mij was het evident dat het niet per se goed
zou aflopen met Maartje/Tamar. Dat was de realiteit, die wilde ik niet verbloemen, ook
niet in een jeugdfilm. Ik neem kinderen graag heel serieus, hou niet van kinderachtige
films.’
Door treinen als een leitmotiv in de film te introduceren, verwerkte Van Holst Pellekaan
op subtiele manier de Jodentransporten in het verhaal. ‘Wanneer Tuur een handje uit
zo’n trein ziet steken en vervolgens een speelgoedbeer tussen de rails vindt, komt hij tot
het besef over de heel andere inhoud van die trein. Ik vind zelf één handje uit een
goederenwagon veel suggestiever en aangrijpender dan het tonen van drommen Joodse
gevangenen.’ Aanzienlijke aanpassingen, maar toch bleef de kern van Vriens’ boek intact.
Van Staverden: Het mooie is dat Jacques heel blij is met de film, en dat hij zijn verhaal
erin herkent. En dat is ook zo: de geest en ziel van het boek zijn bewaard gebleven.’
Tuur rent achter de laatste wagon aan…
Volwassen regisseur met kinderblik
Met OORLOGSGEHEIMEN heeft Dennis Bots zijn zesde bioscoopfilm in tien jaar tijd voltooid.
Een fikse prestatie voor de in Zambia geboren maar in Noord-Brabant getogen cineast,
maar het is slechts een deel van het verhaal. Zijn televisie-oeuvre is namelijk enorm. Als
pas afgestudeerd regisseur schoot Bots afleveringen van praktisch elke bekende
Nederlandse dramaserie, van GTST tot WESTENWIND, van ROZENGEUR & WODKA LIME tot
SPOORLOOS VERDWENEN. Ook voltooide hij een aantal televisiefilms.
Voor Karen van Holst Pellekaan is OORLOGSGEHEIMEN haar tweede samenwerking met
Dennis Bots na ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET. En nummer drie staat al op papier. ‘Als
scenarist vind ik het heel fijn dat Dennis steeds zo blij is met mijn scenario’s. Hij wil ze
dolgraag verfilmen precies zoals ze op papier staan. Dennis is tamelijk egoloos, hij hoeft
er niet perse overheen te plassen. Als hij het mooi vindt zoals het geschreven is, dan gaat
hij daarmee aan de slag met al z’n expertise en z’n grote verbeeldingskracht. Dennis en
ik hebben in veel opzichten dezelfde smaak, dat werkt heel prettig. We zijn inmiddels
alweer een film verder, FALKO: LETTERS VAN VUUR wordt onze derde samenwerking.’
Toen hij nog televisieregisseur was dook Dennis Bots’ naam steeds vaker op bij
jeugdseries: ZOOP, HUIS ANUBIS, SPANGAS. Bots spreekt tegen dat hij specifiek voor
jeugdcinema kiest, maar beaamt dat kinderen hem goed liggen. ‘Ik communiceer
gemakkelijk met kinderen, misschien omdat ik op een bepaalde manier nog zelf een kind
ben. Ik kan me heel goed in hen verplaatsen. De fantasie van kinderen, hun
belevingswereld: ik voel dat goed aan en kan het ook goed verwoorden. En ik neem ze
serieus. Het is ontzettend leuk om met kinderen te werken. Filmmaken moet een
avontuur voor ze zijn. Eigenlijk moet ze hun rol niet spelen. Ze moeten het ervaren, er
middenin zitten.’
Producent Reinier Selen onderstreept deze kwaliteiten. ‘Dennis’ kracht zit er in dat
hijzelf heel dicht bij kinderen kan komen. Hij is geen volwassene die als hij een jeugdfilm
maakt, figuurlijk gesproken door de knieën gaat om oog in oog met de kinderen te
komen. Hij is in bepaald opzicht zelf een kind gebleven.’ Ook Van Holst Pellekaan prijst
Bots’ werk met jeugdige acteurs. ‘Ik ken niemand die dat zo goed kan. Hij geeft ze op een
speelse manier veel vertrouwen en weet ze tot grote hoogte te stuwen. Echt prachtig om
te zien hoe hij dat op de set doet.’
Op de set is het duidelijk waar Bots aandacht ligt. Van Staverden: ‘Tijdens de lunch en
het ontbijt staat Dennis bij de kids, terwijl de volwassenen van de crew en cast elkaar
opzoeken. Dan staan ze samen wat te klooien. En ook in het voorspelen van de scènes is
hij bijna niet te onderscheiden van een van zijn jeugdige hoofdrolspelers. Dat maakt het
voor kinderen heel veilig om op zo’n set te staan, en te spelen wat er van hen verwacht
wordt. Dennis is voor hen een baken op de set. Ik denk dan ook dat zijn kwaliteiten het
beste tot zijn recht komen in een film waarin kinderen een heel belangrijke rol spelen.’
Van Holst Pellekaan: ‘Ik vind Dennis misschien wel de beste jeugdfilm regisseur van
Nederland. Daarnaast heeft hij veel flair en is enorm creatief. Hij denkt altijd mee om
oplossingen te vinden als dingen technisch of budgettair moeilijk zijn.’
Een stel jonge veteranen
Voor de jeugdige hoofdrollen koos de productie voor nieuwe gezichten met ruime
ervaring. Zo had Pippa Allen (Maartje) de hoofdrol in de jeugdfilm PATATJE OORLOG, en
was ze ook nadrukkelijk aanwezig in de serie VAN GOGH: EEN HUIS VOOR VINCENT en de
televisiefilm SWEET LOVE. Joes Brauers (Lambert) heeft zijn sporen ruimschoots verdiend
in de musicalwereld, met hoofdrollen in KRUIMELTJE en DIK TROM. ‘Maar acteren vind ik
toch nog net een beetje leuker dan in een musical staan. Je kunt het op zoveel
verschillende manieren doen.’ Brauers kende de verhalen over de bezetting van thuis. ‘Ik
kom uit Zuid Limburg, en mijn oma had me wel het een en ander over de oorlog verteld.
Ons dorp lag dicht bij de Duitse grens, en er zijn toen best vreselijke dingen gebeurd.
Maar het waren altijd de verhalen over wat grote mensen meemaakten. Het mooie van
OORLOGSGEHEIMEN vind ik dat je leert wat kinderen toen hebben meegemaakt. Ook
kinderen van foute ouders.’
Maas Bronkhuyzen (Tuur) speelde eerder de hoofdrol in Maria Peters’ DE GROETEN VAN
MIKE! Een heel andere ervaring, vond Maas zelf. ‘Bij DE GROETEN VAN MIKE! kon ik ’s
avonds gewoon naar huis, hier sliepen we in een hotel. Maar eigenlijk was dat goed,
omdat we zo een nog betere band met elkaar kregen.’ Hij omschrijft Tuur als
‘avontuurlijk en brutaal, maar ook een goede vriend. Hij neemt het lang voor Lambert
op. Maar als Maartje eenmaal haar geheim aan hem verteld heeft, groeien ze uit elkaar.’
Joes Brauers vindt niet dat Lambert per se zelf fout is. ‘Hij is niet slecht. Zijn vader nam
de beslissing om bij de NSB te gaan, en het gezin moet daar gewoon in mee gaan.
Lambert is eigenlijk een heel gewone jongen. In het begin is hij nog goed bevriend met
Tuur, en zijn ze allebei verliefd op hetzelfde meisje. Maar als Tuur daar dan over liegt,
eigenlijk Maartje inpikt en Lambert buitensluit, dan is het niet zo gek dat hij uit jaloezie
een heel verkeerde beslissing neemt.’
Voor Joes was de rol een enorme uitdaging. ‘Er zitten zoveel kanten aan Lambert, dat is
geweldig om te spelen. Hij is aardig, maar soms ook boos, en dan weer zielig. Wat ik
ervan geleerd heb is dat soms vreselijke dingen heel klein kunnen beginnen. Een
bepaalde keuze kan zulke grote gevolgen hebben. Niet alle Duitsers waren slecht, en ook
sommige kinderen zijn erin gerold. Je moet daarom mensen niet te snel veroordelen.’
Dennis Bots is bijzonder gelukkig met zijn drie hoofdrolspelers. ‘Dit is zo’n ingewikkelde
film voor jonge acteurs om te spelen. Vanwege de gelaagdheid van het verhaal, maar ook
vanwege de ontwikkelingen die alle drie hun personages doormaken. Zowel Maas als
Pippa en Joes zijn er heel goed in geslaagd die ontwikkeling zichtbaar te maken.’ Met
name Brauers rol was niet eenvoudig. ‘De rol van Joes is zo lastig, omdat die emotioneel
zwaar weegt. Die twee jongens zijn totaal verschillend. Tuur is avontuurlijk, heeft een
open vizier, is echt de held. Lambert moet juist een omslag maken. Hij begint als vriend,
pleegt dan verraad, heeft vervolgens spijt en toont berouw. Joes moest al die stappen
zetten, en dat is best een grote acteerboog. Maar hij is iemand met een behoorlijke
binnenwereld, en dus geloof je hem.’
Het onderlinge aantrekken en afstoten van de kids beschouwt Bots als een van de
sterkste elementen van het verhaal. ‘Films over relaties tussen kinderen zijn heel mooi.
Een film die me beïnvloed heeft is Rob Reiners STAND BY ME. Ook daar zie je dat eerst de
wereld nog voor ze open ligt. Er is volop avontuur. Daarna wordt het steeds
benauwender. Je weet niet meer wie je wel en wie je niet kunt vertrouwen.’
Alle drie de hoofdrolspelers beamen dat Bots veel tijd voor ze uittrekt. Joes Brauers:
‘Dennis kan vooral geweldig goed uitleggen. Dat was hier heel belangrijk, omdat het zo
lang geleden speelt. Maar als Dennis er dan met je over praatte, kon je je heel goed
inleven in de personen. Hij deed dat vaak op een heel leuke manier. Zo maakten we ons
de rol eigen. Soms kwamen de goede emoties niet, en nam hij ons apart. Dan stonden we
soms echt te schreeuwen om in de juiste stemming te komen. Hij wist echt het onderste
uit de kan te halen.’ En Maas Bronkhuyzen: ‘Dennis speelt alles voor. En als we ergens
overheen moesten klimmen, ging hij als eerste. Hij is soms zelf net een kind!’
Een van de mooiste scènes is die waarin Maartje aan Tuur haar geheim vertelt. Die duurt
wel zes minuten, en bestaat uit niet meer dan twee kinderen die zittend op een bed met
elkaar praten. Bronkhuyzen: ‘Normaal deden we zo’n vijf speelscènes per dag, maar die
dag deden we bijna alleen maar dat ene moment. Het was niet echt moeilijk, maar wel
lastig om steeds geconcentreerd te blijven, dus laste Dennis pauzes in. Gingen we even
wat drinken of eten, en dan weer verder.’ Het zijn de momenten waarop Bots op zijn
best is. ‘Om zoiets spannend te houden moet je kinderen enorm motiveren. Ik behandel
ze als volwaardige acteurs, neem ze mee in het verhaal en geef ze een achtergrond. Dan
is het een feest als ze het er in één keer opknallen. Daarvoor moet je op de set wel de
juiste atmosfeer creëren. Speels, nooit zwaar. En je moet ze de tijd geven.’
Limburg in Luxemburg
Om optimaal te kunnen profiteren van internationale belastingvoordelen werd besloten
de opnamen grotendeels in België en Luxemburg te laten plaatsvinden. Producent Harro
van Staverden van Bijker Film: ‘Draaien in Luxemburg was wel complex, en dan vooral
om locaties te vinden die toch voldoende op Limburg lijken. De bossen en de trein waren
nog simpel, maar het huisje van tante Anna was bijvoorbeeld echt een crime om te
vinden.’ Voor de exterieurs van het dorp werd gedraaid in het Belgische Mélin. Dennis
Bots: ‘Het juiste dorp vinden viel nog niet mee. Ik wilde geen situatie waarbij je het ene
huis hier filmt, en het andere tien kilometer verderop. Maar in Limburg is het niet
eenvoudig om nog authentieke dorpjes te vinden. Alles is er te netjes, teveel opgeknapt.
Onze briljante locatiescout kwam toen met Mélin aanzetten, waarin alles zat wat we
nodig hadden. De manier waarop de huizen ten opzichte van de kerk stonden, de
kinderhoofdjes op straat, alles was perfect. Slechts één woning klopte niet, en daar
hebben we toen een tijdelijke gevel voor gezet.’
Interieurs werden grotendeels in de Luxemburgse Filmland Studio nagebouwd,
waaronder ook de fameuze mergelgrotten. Bronkuyzen: ‘Het waren eigenlijk maar twee
stukken gangen, maar door steeds van een andere kant te draaien leken het er veel
meer.’ Selen: ‘Dat ging niet anders, want de toegankelijkheid en luchtvochtigheid van de
echte grotten zijn best dramatisch. Wel hebben we een halve dag in Maastricht gedraaid,
omdat we het belangrijk vonden te laten zien dat het oorspronkelijke verhaal hier
vandaan komt.’
Lambert en Tuur rennen langs de neergestorte Dakota
In het boek stort een geallieerd vliegtuig neer. In de film ligt de gecrashte Dakota al
gewoon in de bossen, als stille getuige van het oorlogsgeweld. Een heel bewuste keus,
legt Selen uit: ‘Er is al een aantal Nederlandse oorlogsfilms geweest waarin echt een
vliegtuig neerstort, en die vergelijkingen willen we niet oproepen. Het mooie is nu dat de
kinderen er eerst omheen spelen alsof het een avontuur is, terwijl het vliegtuig later
meer impact krijgt. Die Dakota is speciaal voor dat ene shot naar Luxemburg gereden,
en kwam bij SOLDAAT VAN ORANJE vandaan. Het was precies in de vakantieperiode van de
musical. Op maandag kwam een dieplader om hem op te halen, en die reed
dinsdagavond weer terug.’
Het vliegtuig leverde in elk geval het mooiste shot van de film op. Selen: ‘Voor director of
photography Rolf Dekens geldt: hoe mooier, hoe beter. Van het shot waarbij de kids
langs het vliegtuig lopen kun je gewoon een rijder maken, maar hier hing de camera aan
een kabelbaan van tweehonderd meter lang. Voordat zo’n kabel hangt, de camera
functioneert en je een pad hebt waarop de acteurs langs de Dakota kunnen lopen: dat
heeft heel wat tijd gekost. Maar het levert wel goud op.’
In goed overleg werd besloten voor de film geen Limburgse tongval te hanteren. ‘We
vinden het belangrijk dat kinderen direct in de film komen, en dan is taal daarbij de
sleutel. Dus spreken deze kinderen ABN, en is hun gedrag echt van deze tijd. We vonden
het belangrijk een universeel verhaal te vertellen over de impact van oorlog op het leven
van kinderen, dus is het geen regionaal verhaal wat kinderen nu ook kunnen meemaken.
Oorlog is van alle tijden.’
Toch ligt er een nadrukkelijk Limburgs accent op OORLOGSGEHEIMEN. Zoals de
medewerking die de productie kreeg van mensen uit de regio. Selen:
‘Bijvoorbeeld van Pierre Rieu, de zoon van André. Die heeft zelf een enorme collectie
oorlogsvoertuigen die actief waren in Limburg, en hij heeft ons ontzettend geholpen.
Veel van de voertuigen die je ziet komen bij hem vandaan, ook de Duitse. Maar Pierre
heeft ook dat afweergeschut ergens in België getraceerd, en een heftruck gehuurd om
dat ding op de set te krijgen. Een paar jaar geleden zag ik hem in de TV Show een
rondleiding geven langs zijn collectie en een paar dagen later ben ik met het boek bij
hem langs gegaan. Nu speelt hij een rolletje in de film!’
Een les voor nu
Ongewoon voor een jeugdfilm is de premièredatum van 3 juli, vlak voor het begin van de
zomervakantie. Producent Reinier Selen: ‘Onder exploitanten, maar ook bij het
Filmfonds, groeit het besef om ook tijdens de zomermaanden met Nederlandse
jeugdfilms uit te komen. Je kunt dan lang in de bioscoop blijven. Kinderen die een paar
weken op vakantie zijn, komen daarna terug en hebben dan nog drie weken niks te doen.
SPIJT! was een van eerste films die bewees hoe succesvol dat kan uitpakken.’
Om scholen direct te betrekken bij de thematiek van OORLOGSGEHEIMEN, heeft de
productie speciaal lesmateriaal laten ontwikkelen voor het basisonderwijs en voortgezet
onderwijs. Van Staverden: ‘Dat is inmiddels ruimschoots uitverkocht, ondanks de grote
oplage. Er zijn honderdduizend pakketen besteld door het basisonderwijs en
vijftigduizend door het voortgezet onderwijs.’
En er zijn meer bijzondere activiteiten georganiseerd. ‘In september is het zeventig jaar
geleden dat Zuid-Nederland werd bevrijd, en dat wordt groots gevierd. Wij hebben dan
een primeur. In Margraten ligt de Amerikaanse erebegraafplaats, en we hebben de film
laten zien aan de Amerikanen die daar eigenaar zijn. Die hebben weer overlegd met het
Witte Huis, en nu mogen we tijdens de festiviteiten de film vertonen op de
erebegraafplaats, in aanwezigheid van internationale hoogwaardigheidsbekleders. Bij de
vorige jubileum was George W. Bush daarbij aanwezig, dus we hopen dat er dit jaar
weer hoog bezoek op afkomt. En een film op een erebegraafplaats, dat is nooit eerder
vertoond: een wereldprimeur!’
Cast & crew
Maas Bronkhuyzen (Amsterdam, 2001) stond voor het eerst op een filmset toen hij de
rol kreeg van Tommie, de pleegbroer en beste vriend van DOLFJE WEERWOLFJE (2011). Hij
kwam landelijk onder de aandacht met de titelrol in Maria Peters’ geliefde kinderdrama
DE GROETEN VAN MIKE! In die film speelt hij een jongen die succesvol een zware ziekte
heeft overwonnen, maar bij thuiskomst nieuwe problemen het hoofd moet zien te
bieden. Er was veel lof voor de bravoure en energie waarmee Maas de rol gestalte gaf.
Ook was hij een van de deelnemers aan de improvisatieserie DE VLOER OP JR.
Het was de carnavalsrevue die de vijfjarige Joes Brauers (Bocholtz, 1999) deed beseffen
dat hij graag op een podium stond. Zo kwam hij bij het jeugdtheater terecht. Nadat Joes
de finale van een regionaal talentenshow had bereikt, kreeg hij het verzoek om auditie te
doen voor de musical CISKE DE RAT. Het leidde tot een rol, en een musicalcarrière was
geboren. Joes zou in de jaren daarna nog de hoofdrollen in KRUIMELTJE en (in fat suit!) DIK
TROM spelen.
In 2014 staat Joes op de planken met de theatervoorstelling ON GOLDEN POND, onder regie
van Peter Tuinman. Ook is hij vanaf september te zien in een nieuwe serie van DE VLOER
OP JR. Na de korte films ANATOLE en DE VERBODEN ZOLDER is OORLOGSGEHEIMEN zijn eerste
lange speelfilm.
Pippa Allen (Amsterdam, 2000) maakte een vliegende start met haar rol van Kiek in de
jeugdfilm PATATJE OORLOG (2010). Ze speelt erin de dochter van een arts (Johnny de Mol)
die geregeld wordt uitgezonden naar conflictgebieden. Kiek redeneert dat haar vader
grotere kans heeft heelhuids thuis te komen wanneer zij een van haar huisdieren doodt.
PATATJE OORLOG en Pippa kregen veel lof, en de film werd goed bezocht. Aansluitend was
ze te zien in minimusical SWEET LOVE, waarin kinderen alle volwassen rollen spelen. Hier
moest Pippa ook in zingen. Na een bijrol in de televisiedramareeks VAN GOGH; EEN HUIS
VOOR VINCENT (2012) is OORLOGSGEHEIMEN opnieuw een grote speelfilm voor Allen.
Loek Peters (Papendrecht, 1974) studeerde in 2000 af van de toneelschool Amsterdam.
Hij werd onderdeel van het vaste ensemble van het Noord Nederlands Toneel, waar hij
tot 2009 te zien was in uiteenlopende voorstellingen als OTHELLO, DE GETEMDE FEEKS,
ARTHURO UI en ZONNEKINDEREN.
Peters speelde (gast)rollen in televisieseries als SPANGEN, SPOORLOOS VERDWENEN, IC,
SPRINT, FLIKKEN MAASTRICHT, DE GEHEIMEN VAN BARSLET en TOREN C. Hij is al drie seizoenen
verbonden aan de populaire reeks PENOZA, waarin hij gangster Berry vertolkt. In de
telefilm SEKJOERITIE (Nicole van Kilsdonk, 2010) had hij de hoofdrol. De telelfilm DE
STERKSTE MAN VAN NEDERLAND, waarin Loek de titelrol speelt, was in 2011 goed voor een
Prix Europa in de categorie Beste Televisie Fictie.
Ook in Nederlandse speelfilms is Loek een regelmatige verschijning. We noemen KEES DE
JONGEN, STAATSGEVAARLIJK, TONY 10 en MIJN VADER IS EEN DETECTIVE. Peters speelde de
vaderrol in Boudewijn Koole’s KAUWBOY (2011), een jeugdfilm die zeer veel
internationale prijzen won, waaronder Beste Europese Jeugdfilm op het festival van
Berlijn. Ook in Dennis Bots’ ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET (2012) had Loek een grote rol.
Zijn laatste speelfilm was de hitkomedie MANNENHARTEN.
Het oeuvre van Stefan de Walle (Den Haag, 1965) is een van de breedste uit de
Nederlandse film,- t.v.- en theaterwereld. De Walle studeerde in 1989 af van de
Arnhemse Toneelschool. Hij werd vast lid van het Ro Theater, en stapte in 2001 over
naar het Nationale Toneel. Zijn vertolking van CYRANO DE BERGERAC leidde in 2003 tot een
nominatie voor de Louis d’Or. Voor zijn rol in DE KERSENTUIN won hij in 2010 de
Arlecchio, de toneelprijs voor Beste Mannelijke Bijrol. Dezelfde prijs won hij in 2013
opnieuw voor SPEELDRIFT. In de periode 1993 – 1998 was Stefan te zien als Kees Flodder
in de gelijknamige televisieserie, en werkte hij als dit personage ook mee aan een derde
FLODDER-bioscoopfilm. Het aantal televisierollen waarin De Walle verder te zien is
geweest is te groot om compleet te noemen, maar omvat optredens in series als UNIT 13,
WIJ ALEXANDER, BAANTJER, PARELS & ZWIJNEN, WALTZ en GOOISCHE VROUWEN. Memorabel was
zijn vertolking van Dries van Agt in BEATRIX: ORANJE ONDER VUUR (2012).
De lijst speelfilmrollen is al even lang, maar vermeld dienen te worden KEES DE JONGEN,
IEP!, MAJESTEIT en DE VLIEGENIERSTER VAN KAZBEK. Stefan speelde de memorabele Gerard in
DE MARATHON (2012), de bioscoopfilm over vier bevriende hardlopers tegen wil en dank.
De rol leverde hem op het NFF een Gouden Kalf-nominatie op. DE MARATHON won
uiteindelijk een Gouden Kalf voor actrice Georgina Verbaan, de publieksprijs en de prijs
van Nederlandse filmkritiek.
In 2014 is Stefan naast OORLOGSGEHEIMEN te zien in een nieuw seizoen van DE VLOER OP
JR., alsmede in de tv-serie NIEUWE BUREN.
Nils Verkooijen (Haarlem, 1997) heeft zich in tien jaar tijd weten te ontwikkelen tot
een van de meest ervaren acteurs uit de Nederlandse (jeugd-)cinema. Hij debuteerde in
2004 op zevenjarige leeftijd met een van de titelrollen in de film ENGEL EN BROER. Zijn
grote doorbraak kwam in 2010, toen hij zowel in BRIEFGEHEIM als in DIK TROM dragende
rollen speelde. Sindsdien was hij nog als gezichtsbepalende acteur te zien in ACHTSTEGROEPERS HUILEN NIET, BOBBY EN DE GEESTENJAGERS en SPIJT! Nils is niet bang soms de rol van
slechterik voor zijn rekening te nemen: ‘Een aantal malen speelde ik een vervelende
puber. Maar ja, bijna alle jongens zijn op mijn leeftijd vervelende pubers, dus ik ook!’
Op televisie had Verkooijen rollen in SPANGAS, VAN SPEIJK en KEYZER & DE BOER ADVOCATEN.
Zelf is hij zeer te spreken over zijn optreden in de televisiefilm 20 LEUGENS, 4 OUDERS EN
EEN SCHARRELEI.
Momenteel werkt Nils aan een eigen speelfilmproject, DANSEN OP DE VULKAAN, waarvoor
hij aandacht voor kinderen met een stofwisselingsziekte wil vragen. Nils schreef mee
aan het scenario, doet de productie en speelt de hoofdrol. Deze film, die hij samen met
een klasgenoot van de Havo ontwikkelde, krijgt een bioscooprelease in november 2014.
Rinkel Film werd in 1997 opgericht door Reinier Selen als een onafhankelijke
productiemaatschappij. Het Amsterdamse bedrijf heeft inmiddels een succesvolle
geschiedenis in het ontwikkelen en produceren van speelfilms en televisiedrama met
een grote maatschappelijke betrokkenheid, vaak geïnspireerd op ware gebeurtenissen.
Daarbij wordt altijd naar partners in binnen- en buitenland gezocht, zoals het recent
uitgebrachte LUCIA DE B. en het in 2012 uitgebrachte historisch drama (SÜSKIND).
Jeugdfilms (ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET) zijn nieuwe aanvulling op Rinkel’s track
record, maar ook arthousefilms met een hoge festivalpotentie (NOTHING PERSONAL, THE
OTHER SIDE OF SLEEP, LOVE ETERNAL) behoren tot de speerpunten.
Rinkel Film streeft ernaar om blijvende relaties op te bouwen met gevestigde
scenarioschrijvers, regisseurs en acteurs, maar is ook op zoek naar nieuw talent. Een
wereldwijd netwerk van sales agents, producenten en investeerders
van de
internationale filmwereld helpt daarbij.
Reinier was in 2008 Producer on te Move op het Filmfestival van Cannes, in 2010 de
eerste Nederlandse vertegenwoordiger tijdens Producers Lab Toronto en neemt dit jaar
deel aan het prestigieuze trainingsprogramma INSIDE PICTURES, dat in London en Los
Angeles plaatsvindt.
Productiemaatschappij Bijker Film & TV is gevestigd in Amsterdam en richt zich op
content voor jeugd en familie voor film, televisie, VOD en internet. Producenten DavidJan Bijker en Harro van Staverden sloegen in 2010 de handen ineen met stadgenoten
Rinkel Film voor de totstandkoming van ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET. De door Dennis
Bots geregisseerde jeugdfilm was een bioscoopsucces, en won onder meer de
Publieksprijs op het TIFF Kids International Film Festival Toronto en de Griffon-prijs
voor Beste 13+ film op het Sao Paulo Giffoni Film Festival. Ook was er een Noorse
remake met de titel KULE KIDZ GRÅTER IKKE.
De samenwerking met Dennis Bots en scenarioschrijfster Karen van Holst Pellekaan
wordt vervolgd met Oorlogsgeheimen, en de komende producties HET ZWAARD VAN
D’ARTAGNAN en FALKO – LETTERS VAN VUUR, allemaal Europese coproducties. David Bijker
was in 2014 door European Film Promotion geselecteerd als Producer on the Move op
het Filmfestival van Cannes.
Nadat Dennis Bots in 1996 de Nederlandse Film- en Televisie Academie met succes had
afgerond, was het de televisiewereld waar hij als regisseur aan de slag ging. GOUDKUST,
ROZENGEUR & WODKA LIME, WESTENWIND, TRAUMA 24/7, GOEDE TIJDEN, SLECHTE TIJDEN,
CELBLOK H, SPOORLOOS VERDWENEN: Bots stond er achter de camera. Hij leerde er snel te
werken, zijn aandacht te verdelen en acteurs te inspireren.
Vanaf 2004 specialiseerde hij zich meer en meer in jeugdseries: ZOOP, HET HUIS ANUBIS,
SPANGAS. Bots’ eerste lange speelfilm was Zoop in Afrika (2005), daarna volgden PLOP EN
DE PINGUÏN, ANUBIS: HET PAD DER 7 ZONDEN en ANUBIS EN DE WRAAK VAN ARGHUS. Het leverde
Bots tweemaal een Platina Film en eenmaal een Gouden Film op. In 2012 waagde hij
zich op aanraden van auteur Jacques Vriens aan diens jeugdroman ACHTSTE-GROEPERS
HUILEN NIET. Het werd een doorslaand succes, met een Gouden Film, een Rembrandt, en
Publieksprijzen op het Nederlands Film Festival en het Toronto International Film
Festival for Children.
In vijftien jaar tijd heeft director of photography Rolf Dekens zich weten te ontwikkelen
tot een van de meest veelzijdige cameramannen van Nederland. Zijn carrière is nauw
verbonden met die van regisseur Tim Oliehoek. Ze groeiden beiden op in Brabant,
gingen samen naar de Filmacademie en Rolf was verantwoordelijk voor het camerawerk
van Oliehoeks eerste korte films ISABELLE en THE HORSELESS PRINCE. Dekens bleef voor
Oliehoek eerste keus. VET HARD, SPION VAN ORANJE, PIZZA MAFFIA en CHEZ NOUS werden
allemaal door Rolf gedraaid. Ook was hij verantwoordelijk voor het camerawerk van
ALIBI (Johan Nijenhuis) en USHI MUST MARRY (Paul Ruven).
Naast speelfilms werkt Dekens veel voor televisie. Hij verzorgde het camerawerk voor
SHOUF! SHOUF!, ’T SCHAEP MET DE 5 POOTEN, VOETBALVROUWEN, VAN GOD LOS.
Karen van Holst Pellekaan is een van de meest succesvolle schrijvers uit de
Nederlandse film- en televisiewereld. In duoverband met Marnie Blok heeft ze van tal
van bioscoophits gescoord. Hun samenwerking begon in 2004 met de televisiefilm
ZWIJNEN. Van Holst Pellekaan (1955) had toen al een respectabele acteerloopbaan
opgebouwd. Ze was te zien in de jeugdserie DE FREULES en was een van de drijvende
krachten achter de hitreeks LOENATIK, waar ze ook een twee filmversies van opnam.
Sinds 2004 schreven Van Holst Pellekaan en Blok samen de tv-film DE AVONDBOOT, de
Heleen van Royen-verfilming DE GELUKKIGE HUISVROUW, de dramareeks LIJN 32 en voor
Antoinette Beumer de road movie JACKIE, met de zusters Carice en Jelka van Houten. Hun
meest recente samenwerking was het historisch epos KENAU.
Karen van Holst Pellekaan heeft diverse jeugdboeken op haar naam staan.
Kurt Loyens (Antwerpen, 1968) is een gerenommeerd art director en production
designer die even gemakkelijk hedendaagse actie als historisch drama in een passend
decor plaatst. Hij kwam als assistent prop master midden jaren negentig in aanraking
met de cinema toen hij spullen leverde voor films als ANTONIA en KARAKTER. In 1998
kleedde hij met Patrice Toye’s ROSIE zijn eerste filmset aan. Als art director in
Vlaanderen werkte Loyens voor zowel televisie (MATROESJKA’S, DE PARELVISSERS, VERMIST,
MET MAN EN MACHT) als film (DE VERLOSSING, DE HEL VAN TANGER, BEN X, SMOORVERLIEFD). In
Nederland was hij onlangs nog actief bij de romantische komedie SOOF. Trots is Kurt
vooral op zijn medewerking aan de Vlaamse fictiereeks rond een slagersfamilie, VAN
VLEES EN BLOED (2009). Ook bijzonder mag zijn verbintenis aan LOFT heten. Loyens
verzorgde het production design voor alledrie de versies van Erik van Looy’s fameuze
thriller: de Vlaamse (2008), de Hollandse (2010, regie Antoinette Beumer) en de
Amerikaanse (2014).
Filmmore is een toonaangevend facilitair bedrijf op het gebied van postproductie,
montage en visuele effecten voor de film- en televisiemarkt. Door vanaf de start in 2006
bewust geen commercials aan te nemen, kon Filmmore zich specialiseren in de lange
termijn-afwerking van speelfilms en televisieseries, en on-set supervisie. Dat leidde al
snel tot een significant marktaandeel. Tijdens het afgelopen Nederlands Filmfestival
werden in totaal 42 films vertoond waarvan Filmmore grading, post productie of visual
effects had verzorgd.
Maas Bronkhuyzen en Joes Brauers als Tuur en Lambert, vrienden in oorlogstijd.