BASE catalogus

WANDGOOT SIGNA BASE
EENVOUDIG. VERRASSEND. INSPIREREND
CATALOGUS 2014/2015
Geldig vanaf 01-05-2014
Technische wijzigingen voorbehouden
www.rehau.nl
Bouw
Automotive
Industrie
2
Vanwege een systeemomschakeling naar SAP zijn in 2012 onze artikelnummers in materiaalnummers veranderd.
Deze uitgave vervangt alle voorgaande catalogi. REHAU is niet verantwoordelijk voor eventuele zetfouten.
De voorheen gebruikte artikelnummers zijn vervangen door een materiaalnummer en aangevuld met 2 posities:
oud: 123456-789 (artikelnummer)
nieuw: 11234561789 (materiaalnummer)
Om dit in de catalogus weer te geven, hebben wij de aangevulde posities
optisch gemarkeerd: 1 = 1, bijv.: 11234561789
Levering en berekening conform de bij u bekende REHAU leverings- en
betalingscondities. Deze vindt u onder www.rehau.nl of worden u op aanvraag
toegezonden.
De actuele geldende bruto prijzen en de bijbehorende artikelnummers worden
u op aanvraag toegezonden.
Wij vragen om uw begrip, dat systeemtechnisch alle aanbiedingen, opdrachtbevestigingen, pakbonnen en rekeningen na de omschakeling nog slechts met
de 11-cijferige nummers worden verzonden.
3
DE UNIEKE KUNSTSTOF WANDGOOT
Unieke details voor een bijzonder snelle inbouwtechniek.
De duidelijke plus voor extreem eenvoudig werken.
Tijd besparen
Inbouwdoos zonder gereedschap eenvoudig inbouwen door indrukken met de
duim.
Simpelweg vastklikken
Het gemakkelijk te hanteren deksel met een vingerdruk vastklikken, zonder
veel krachtsinspanning.
Optimale apparatuurinbouw
Wandcontactdoos comfortabel buiten de goot bedraden.
De innovatie aan de buitenkant
Eenvoudig te onderhouden vuilafstotende oppervlakken met gelijkmatige,
homogene structuur zonder oneffenheden.
De nieuwe manier van werken
De wandcontactdoos eenvoudig samen met de aan beide zijden aangesloten
YMVK-kabels van bovenaf in de inbouwdoos plaatsen.
Inbouwdoos als multitalent voor datatechniek
Eenvoudig de beide voorste hoekdelen lostrekken. Dat schept ruimte en maakt
moeilijke buigradii mogelijk.
4
Verbluffende en slimme hoekoplossing
De verstelbare hoeken kunnen ondanks de starre hoekrand traploos worden
bewogen. De blik valt op een rechte hoeklijn.
WANDCONTACTDOZEN VOOR EEN SNELLE MONTAGE
Installeer razendsnel:
De nieuwe manier van werken dankzij innovatieve optimalisatie.
Willekeurig samensteken:
De meervoudige wandcontactdoos via steekverbinding met SIGNA IN.
-Snel inbouwen in drie stappen:
aansluiten – vastklikken – fixeren.
-Schroefloze steekaansluitingen links en rechts in de gootrichting.
-Met slechts één klik het afdekraam plaatsen.
-Zonder demontage klik-fix uitbreiden en geen extra kabels aansluiten!
-De wandcontactdozen SIGNA IN zonder gereedschap onderling combineren.
-Geen extra bedrading dankzij directe steekverbinding.
-Eenvoudig samensteken – klaar is de SIGNA IN meervoudige
wandcontactdoos.
De innovatieve wandcontactdoostechniek voor uitstekend montagegemak.
Meer dan een wandcontactdoos: één plus X plus X plus X.
De meervoudige plus:
-Net zo slim, net zo snel en net zo flexibel zijn de SIGNA IN 2-voudige en
3-voudige wandcontactdozen.
-De bewezen meervoudige uitvoeringen met de nieuwe steekverbinding.
Met de wetenschap, dat dit prefab wandcontactdoosduo nog een tikje sneller
kan worden geïnstalleerd.
-Op een bedrade basiswandcontactdoos worden één of meerdere extra
SIGNA IN wandcontactdozen aangesloten.
-Zonder extra bedrading ontstaat via de combi-klik steekverbinding een vrij
configureerbare meervoudige wandcontactdoos voor de wandgoot.
-De 1-voudige, 2-voudige en 3-voudige wandcontactdozen kunnen
willekeurig onderling worden gecombineerd.
5
INHOUDSOPGAVE
Leveringsprogramma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Wandgoot SIGNA BASE van PVC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Wandcontactdozen SIGNA IN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Technische informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
6
LEVERINGSPROGRAMMA
7
WANDGOOT SIGNA BASE VAN PVC
NIEUW
Bij deze nieuwe ontwikkeling staat de montage op de bouwplaats centraal.
Alles is intuïtief bedienbaar en exact op de werkzaamheden bij de installatie
afgestemd.
Het inbouwen van schakelmateriaal zonder invoeren van de kabels.
De wandcontactdoos wordt gemakkelijk buiten de goot bedraad en samen
met de aan beide zijden aangesloten YMVK-kabels van boven af in de
inbouwdoos geplaatst. Opmerkelijk aan deze inbouwdoos is, dat deze
zonder gereedschap in de goot wordt bevestigd: de doos wordt op de
DIN-rail geklikt en vergrendelt door eenvoudig indrukken met de duim.
Alle bedieningselementen zijn direct van boven af bereikbaar.
Het simpelweg vastklikken van het deksel zorgt voor een perfecte sluiting!
Gewoon door indrukken met de vingers zonder veel kracht. Een duidelijk
voelbaar drukpunt vereenvoudigt het vastklikken. Aan het eind hoort men een
duidelijke klik: de niet te missen feedback voor de correcte positie van het
deksel.
Het High-Performance oppervlak is slijtvast, heeft een fraai uiterlijk en
valt op. De gelijkmatige homogene structuur zonder oneffenheden zorgt
voor een matzijde uiterlijk. Het polymeer is gemakkelijk in het onderhoud,
zodat eenvoudige verontreinigingen met gangbare schoonmaakmiddelen
kunnen worden verwijderd. De buitenkant zorgt voor een bovengemiddelde
bescherming tegen vuil en stof.
De Kombi-Plus eenheid is de perfecte wandcontactdoos voor
razendsnelle montage. De plus aan mogelijkheden: zonder demontage
klik-fix uitbreiden en daarbij geen extra kabels aansluiten. Eenvoudig op de
aanwezige, bedrade basiseenheid zonder gereedschap een extra Kombi-Plus
eenheid aansluiten. En deze kan ook weer volgens het plus-principe worden
uitgebreid.
Eenvoudig insteken en klaar is de één-plus-x wandcontactdoos!
De in hoek verstelbare hoekstukken overtuigen met het vaste hoekpunt.
Ondanks dat deze traploos kunnen worden bewogen, bestaat zowel bij de
buitenhoek als bij de binnenhoek een echte, starre rand. De blik valt altijd op
een rechte hoeklijn. De “beweging” wordt vanuit de hoekfocus naar de zijkant
toe asymmetrisch verzet. Het bijzondere van deze oplossing: het beweegbare
scharnier ligt niet direct in het hoekgebied, wat bovendien de stabiliteit en de
pasnauwkeurigheid verbeterd.
8
DIN EN 50085-1: 2006,
DIN EN 50085-2-1: 2012
Uitlevering:
Goot en deksel separaat, ieder met beschermfolie
(na montage verwijderen)
2 koppelingen per lengte (2 meter)
Leveringskleuren: RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Geringe afwijkingen van de RAL-kleuren
zijn productietechnisch mogelijk
Materiaal:
Profielen: RAU-PVC 1393
PC-ABS
Afmetingen:
Inbouwdiepte 70 mm;
Bouwbreedte: 110, 130, 170 mm
Test:
STABU Besteksystematiek
www.bestekservices.nl
Nominale maat hoogte/breedte
Binnenwerkse diameter mm2
SIGNA BASE
70/110
6036
SIGNA BASE
70/130
7456
SIGNA BASE
70/170
10056
Goot
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid m
17017101410
17017101510
12
17017301410
17017301510
12
17017701410
17017701510
12
Deksel
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid m
17017801410
17017801510
60
17017801410
17017801510
60
17017801410
17017801510
60
Eindstuk
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17010141410
17010141510
10
17010341410
17010341510
10
17010741410
17010741510
10
Binnenhoek verstelbaar
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17010161410
17010161510
1
17010361410
17010361510
1
17010761410
17010761510
1
Buitenhoek verstelbaar
RAL 9001 creme wit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17010171410
17010171510
1
17010371410
17010371510
1
17010771410
17010771510
1
Vlakke hoek
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17010181410
17010181510
1
17010381410
17010381510
1
17010781410
17010781510
1
Hulpstukken
9
Toebehoren:
Nominale maat hoogte/breedte
Binnenwerkse diameter mm2
SIGNA BASE
70/110
6036
SIGNA BASE
70/130
7456
SIGNA BASE
70/170
10056
Zaagsnede-afdekking
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17017451410
17017451510
10
17017551410
17017551510
10
17017651410
17017651510
10
Wandafdekramen 3-voudig
RAL 9010 helder wit
Verpakkingseenheid st.
17017401510
15
17017501510
15
17017601510
15
Koppeling goot naar goot
Grijs
Verpakkingseenheid st.
17010021100
10
17010021100
10
17010021100
10
Inbouwdoos,
met afneembare zijdelen
voor datainbouw
Grijs
Verpakkingseenheid st.
17010031100
10
17010031100
10
17010031100
10
Scheidingsschot SIGNA/SIGNO
van RAU-PVC
(lengte: 2 m)
Grijs
Verpakkingseenheid m
17018101100
40
17018101100
40
17018101100
40
Verpakkingseenheid st.
17017901100
10
17017901100
10
17017901100
10
Kabelklem SIGNA
10
WANDCONTACTDOZEN SIGNA IN
NIEUW
De revolutie van de wandcontactdoos
De unieke wandcontactdoos, een razendsnelle installatie!
-- Supersnelle inbouw in drie stappen:
aansluiten – vastklikken – fixeren
-- Schroefloze steekaansluiting links en rechts in de wandgootrichting.
-- Met slechts één klik het afdekraam plaatsen.
De innovatieve wandcontactdoostechniek voor extra montagecomfort.
De meervoudige plus:
Net zo slim, net zo snel en net zo flexibel zijn de SIGNA IN 2-voudige en
3-voudige wandcontactdozen.
Met de wetenschap, dat dit prefab wandcontactdoosduo nog een tikje sneller
geïnstalleerd kan worden.
Willekeurig samensteken.
De plus aan mogelijkheden:
Zonder demontage klik-fix uitbreiden en daarbij geen extra kabels aansluiten!
-- Gereedschaploos een extra wandcontactdoos SIGN IN op de bedrade basiseenheid aansluiten.
-- Dan op dezelfde wijze steeds weer doorgaan:
eenvoudig samensteken – klaar is de SIGNA IN meervoudige wandcontactdoos.
-- Geen extra bedrading dankzij directe steekverbinding.
Meer dan een wandcontactdoos: één plus X plus X.
Eén strak geheel
Opvallend is het extreem vlakke Slim-Design: het afdekraam van de wandcontactdozen valt op door de bijzonder geringe opbouwhoogte.
-- De slanke afdekkap steekt maar 2 mm uit de goot.
-- De minimaal uitstekende apparaten liggen nagenoeg vlak met het gootoppervlak en vormen een visuele eenheid.
-- De aansluitingen van de wandcontactdoos zijn bovendien elegant in het
homogene front van de wandgoot SIGNA BASE ingepast.
Test:
VDE 0620 deel 1,
VDE DIN EN 50085
Complete set, bestaande uit: voorbedrade
Uitlevering:
wandcontactdooseenheid, afdekraam en markeringsring
Leveringskleuren: RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 zuiver wit
Geringe afwijkingen ten opzichte van de RAL-kleuren zijn
mogelijk.
Voor speciale Losse markeringsringen in de kleuren:
groen (als RAL6018)
markering
van stroomoranje (als RAL2004)
circuits:
rood (als RAL3000)
Technische informatie vanaf bladzijde 14.
Een opvallend kenmerk van het afdekraam:
De concentrisch aangebrachte ring, die de wandcontactdoos omvat.
-- Dit elegante vormgevingselement contrasteert met de witte kleur fraai met
het matte kapoppervlak.
-- Het zorgt voor een duidelijke markeringslijn, die als optie in de kleuren rood,
oranje of groen kan worden uitgevoerd.
De clou:
Wanneer combi-plus-eenheden zijn ingebouwd, dan kunnen de markeringsringen in het afdekraam afzonderlijk worden vervangen, zonder dat de
wandcontactdoos hoeft te worden vervangen.
11
Wandcontactdozen SIGNA IN
voorbedraad, met directe steekverbinding
Materiaalnr.
1-voudige wandcontactdoos SIGNA IN RAL 9001 crèmewit
met verhoogde aanrakingsbeveiliging RAL 9010 helder wit
incl. afdekplaat (door steekcombinatie willekeurig uitbreiden)
Verpakkingseenheid st.
17010051410
17010051510
2-voudige wandcontactdoos SIGNA IN RAL 9001 crèmewit
met verhoogde aanrakingsbeveiliging RAL 9010 helder wit
incl. afdekplaat
16 A/250 V~
Verpakkingseenheid st.
17010041410
17010041510
2-voudige wandcontactdoos SIGNA IN RAL 9001 crèmewit/rood
met verhoogde aanrakingsbeveiliging RAL 9010 helder wit/rood
incl. afdekplaat met rode
markeringsringen
Verpakkingseenheid st.
16 A/250 V~
17010041114
17010041115
3-voudige wandcontactdoos SIGNA IN RAL 9001 crèmewit
met verhoogde aanrakingsbeveiliging RAL 9010 helder wit
incl. afdekplaat
16 A/250 V~
Verpakkingseenheid st.
17010061410
17010061510
3-voudige wandcontactdoos SIGNA IN RAL 9001 crèmewit/rood
met verhoogde aanrakingsbeveiliging RAL 9010 helder wit/rood
incl. afdekplaat met rode
markeringsringen
Verpakkingseenheid st.
16 A/250 V~
17010061114
17010061115
Afzonderlijke kleurringen voor
wandcontactdoos SIGNA IN
(MBH = 10 ringen in zak)*1
Als RAL 3000 rood
Als RAL 6018 groen
Als RAL 2004 oranje
Transparant
(melkachtig/doorschijnend)
17010081110
17010081120
17010081130
17010081100
Verpakkingseenheid zak
1
Transparant
Crèmewit
Helder wit
17010071100
17010071410
17010071510
Verpakkingseenheid zak
1
Afzonderlijk tekstveld
zijkant verticaal
(passend voor SIGNA IN 2-voudig/
3-voudig en combi-plus eenheid)
(MBH = 10 TV*2 in zak)
*1 MBH = minimale bestelhoeveelheid
*2 TV = tekstveld
12
1
1
1
1
1
WANDGOOT SIGNA INBOUWPROGRAMMA
Materiaalnr.
Inbouwdoos SIGNA
met afneembare zijdelen
universeel voor inbouweenheden en
datatechniek
Grijs
17010031100
Verpakkingseenheid st.
10
17024461100
UAE Cat. 6A iso-aansluitdoos 8/8
zonder centraalplaat
Data-afdekplaat SIGNA IN voor UAE
Cat. 6
Aansluitdoos 8/8 ²⁾
CEE-/2-voudige inbouwdoos
Afdekplaat voor CEE-inbouwdoos ¹⁾
(met 60 mm uitsparingen)
CEE-flens ¹⁾ (voor CEE-apparaten met
70 mm uitsparingen)
Verpakkingseenheid st.
10
RAL9001 crèmewit
17017201410
RAL9010 helder wit
17017201510
Verpakkingseenheid st.
10
Grijs
17200131100
Verpakkingseenheid st.
1
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
17200231410
17200231510
Verpakkingseenheid st.
10
RAL 9001 crèmewit
RAL 9010 helder wit
17200331410
17200331510
Verpakkingseenheid st.
1
17024451100
Automateninbouweenheid SIGNA
Verpakkingseenheid st.
1
¹⁾ Lijst inbouwapparaten zie bladzijde 33.
²⁾ passend voor de volgende data-apparaten:
BTR: C6A-module, E-DAT module
Telegärtner: serie AMJ45, Cat. 6A, ClassEA 500, Cat. 5e, AMJ-S, AMJ, UMJ
Rutenbeck: STP-Cat. 6A iso / STP-Cat. 5e Kompakttechnik flex
13
TECHNISCHE INFORMATIE
14
INHOUDSOPGAVE
1�� Elektrische installatiesystemen . . . . . . . . . . . . . .
1.1�� Informatie en veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . . . . 1.2�� Algemene montage-instructies . . . . . . . . . . . . . . . 1.2.1�� Sterkstroomkabels in wandgoten. . . . . . . . . . . . . . . 1.2.2�� Gemeenschappelijk leggen van kabels voor sterkstroom- en
communicatie-installaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.2.3�� Installatie van communicatiekabels . . . . . . . . . . . . . .
1.2.4�� Eisen aan het personeel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.2.5�� Veiligheidsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.2.6�� Veiligheidsinstructies voor metalen goten . . . . . . . . . . 1.3�� Bewerken van wandgoten . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
16
17
17
2�� Wandgootsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2.1�� Wandgootsysteem SIGNA BASE . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1�� SIGNA BASE montage-instructies . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.1�� Montage wandgoot en vormdelen . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.2�� Montage binnenhoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.3�� Montage buitenhoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.4�� Montage eindstuk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2.1.1.5�� Montage deksel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.6�� Van inbouwdoos naar datadoos . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.7�� Montage inbouwdoos . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2.1.1.8�� Montage datadoos . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.9�� Demontage inbouwdoos . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.1.1.10�� Inbouw data-unit in SIGNA inbouwdoos . . . . . . . . . . . 2.1.1.11�� Bodemperforaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2.1.1.12�� Inbouwmogelijkheden bij toegepaste inbouwdoos . . . . . . 2.1.2�� Wandcontactdoos GIGNA IN montage-instructies . . . . . .
2.1.3�� Montage CEE 2-voudige inbouwdoos . . . . . . . . . . . . 2.1.4�� Inbouw CEE-insteekeenheden (400V, aantal polen: 5)
in de wandgoot SIGNA BASE . . . . . . . . . . . . . . . . 19
19
19
19
19
20
20
20
21
21
21
22
23
25
26
27
31
17
17
17
17
17
18
34
3�� Classificatie wandgootsystemen . . . . . . . . . . . . . 35
4�� Kabeldoorsneden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.1�� Buitendiameter een- en meeraderige geïsoleerde
sterkstroomkabels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4.2�� Buitendiameter van installatiekabels voor communicatieinstallaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4.3�� Buitendiameter van installatiekabels voor ISDN . . . . . . . .
4.4�� Buitendiameter van installatiekabels voor datanetwerken . . .
36
5�� Materiaalspecificatiebladen . . . . . . . . . . . . . . . .
5.1�� Materiaalspecificatieblad RAU-PVC 1100-1999
(polyvinylchloride zonder weekmakers) . . . . . . . . . . .
5.2�� Materiaalspecificatieblad RAU-PC+ABS-Blend . . . . . . . .
5.3�� Materiaalspecificatieblad RAU-SB . . . . . . . . . . . . . . 38
36
36
37
37
38
38
40
6�� Algemene voorschriften/normen . . . . . . . . . . . . . 41
15
1
ELEKTRISCHE INSTALLATIESYSTEMEN
Informatie, veiligheids- en montage-instructies
1.1
Informatie en veiligheidsinstructies
Informatie over deze Technische Informatie
Geldigheid
Deze Technische Informatie geldt voor xxx.
Pictogrammen en logo's
Veiligheidsinstructie
Actualiteit van de Technische Informatie
Controleer voor uw eigen veiligheid en een correcte toepassing van onze
producten regelmatig, of uw Technische Informatie al in een nieuwe uitgave
beschikbaar is.
De uitgavedatum van uw Technische informatie is altijd linksonder op de
omslag afgedrukt.
De meest actuele Technische Informatie kunt u aanvragen bij uw REHAU
vertegenwoordiging, uw dealer of via internet downloaden via www.rehau.nl
Gerechtelijke informatie
Belangrijke informatie
Informatie op internet
Uw voordelen
Veiligheidsinstructies, montage- en bedieningshandleidingen
Lees s.v.p. voor aanvang van de montagewerkzaamheden de veiligheidsinstructies en de montage- en bedieningshandleidingen zorgvuldig en volledig
door voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van andere personen.
Bewaar de montage- en bedieningshandleidingen en houdt deze bij de hand.
Indien u de veiligheidsinstructies of de afzonderlijke montagevoorschriften niet
heeft begrepen of wanneer deze voor u onduidelijk zijn, neem dan contact op
met uw REHAU verkoopkantoor.
Bedieningshandleiding lezen
Correct gebruik
De ELEKTRO INSTALLATIESYSTEMEN mogen alleen conform deze Technische
Informatie worden gepland, geïnstalleerd en gebruikt. Ieder ander gebruik is
niet correct en daarom niet toegestaan.
Houd alle geldende nationale en internationale leg-, installatie-, ongevallenpreventie- en veiligheidsvoorschriften bij de installatie van ELEKTRO INSTALLATIESYSTEMEN aan en ook de instructies in deze Technische Informatie.
Voor toepassingsgebieden, die in deze Technische Informatie niet zijn genoemd (speciale toepassingen) moet overleg met onze afdeling toepassingstechniek worden gepleegd.
Voor een uitvoerig advies kunt contact opnemen met uw REHAU verkoopkantoor.
De plannings- en montage-instructies zijn direct met het betreffende REHAUproduct verbonden. Er wordt gedeeltelijk naar algemeen geldende normen of
voorschriften verwezen.
Houd de geldige stand van de richtlijnen, normen en voorschriften aan.
Met aanvullende normen, voorschriften en richtlijnen voor de planning, de
installatie en het gebruik van ELEKTRO INSTALLATIESYSTEMEN moet tevens
rekening worden gehouden maar zijn geen onderdeel van deze Technische
Informatie.
16
Algemene veiligheidsmaatregelen
-- Houdt uw werkplek schoon en vrij van hinderlijke objecten.
-- Zorg voor voldoende verlichting van de werkplek.
-- Houdt kinderen en huisdieren en onbevoegde personen weg van gereedschappen en de Montageplaats. Dit geldt vooral bij renovatiewerkzaamheden in woongebieden.
-- Gebruik alleen de voor het betreffende REHAU ELEKTRO INSTALLATIESYSTEEM bedoelde componenten. Het gebruik van componenten die niet tot
het systeem behoren of het gebruik van gereedschappen, die niet voor het
betreffende ELEKTRO INSTALLATIESYSTEEM toepasbaar zijn, kan ongevallen
of ander gevaar veroorzaken.
Personele voorwaarden
-- De montage en inbouw van elektrische apparaten mag alleen door elektrotechnici worden uitgevoerd (zie DIN VDE 0105 deel 1 en DIN 31000/VDE
1000).
-- Laat werkzaamheden aan elektrische installaties of kabeldelen alleen door
gekwalificeerd en geautoriseerd personeel uitvoeren.
Werkkleding
-- Draag een veiligheidsbril, geschikte werkkleding, veiligheidsschoenen,
veiligheidshelm en bij lange haren een haarnet.
-- Draag geen andere kleding of sieraden; deze kunnen door bewegende
onderdelen worden gegrepen.
-- Draag bij montagewerkzaamheden boven het hoofd een veiligheidshelm.
Bij de montage
-- Lees de betreffende montage- en bedieningshandleidingen en houd deze
aan.
-- Scharen zijn scherp. Sla deze zodanig op dat er geen verwondingsgevaar
hierdoor ontstaat.
-- Houd bij het inkorten de veiligheidsafstand aan tussen de vasthoudhand en
het snijgereedschap.
-- Grijp tijdens het snijden nooit in de snijzone van het gereedschap of in
bewegende delen.
-- Trek bij onderhouds- of ombouwwerkzaamheden en bij verandering van
montageplaats in principe altijd de netstekker van het gereedschap los en
borg het gereedschap tegen onbedoeld inschakelen.
1.2
Algemene montage-instructies
1.2.1
Sterkstroomkabels in wandgoten.
In een gootdeel kunnen meerdere mantelkabels YMVK of gelijkwaardig worden
gelegd. Het gebruik van YMVK-kabels verdient aanbeveling. Bij de dimensionering en bij de installatie moet erop worden gelet, dat er geen ontoelaatbare
opwarming van de kabels kan optreden (VDE 0298, deel 4).
De grootte van de goten moet afhankelijk van de benodigde, ook toekomstige,
bekabeling worden gedimensioneerd (DIN VDE 0100, deel 430).
Wanneer in een gootdeel eenaderkabels bijv. H07V/U/R/K worden gelegd,
dan mag het deksel van de goot alleen met behulp van gereedschap worden
geopend. Daarbij moet de DIN VDE 0100, deel 520 worden aangehouden. Er
mogen dan alleen de aders van een hoofdcircuit inclusief de bij dit hoofdcircuit behorende hulpcircuits worden geïnstalleerd (uitgezonderd in elektrische
en afgesloten elektrische werkplaatsen).
1.2.2
Gemeenschappelijk leggen van kabels voor sterkstroom- en
communicatie-installaties .
Houd hiervoor de DIN VDE 0100-520 aan (opstellen van laagspanningsinstallaties) en de DIN EN 50174-2 (informatietechniek – installatie van communicatiebekabeling).
1.2.3
Installatie van communicatiekabels .
De EN 50173-2 regelt de installatie van communicatiebekabeling met de
eisen en richtlijnen met betrekking tot het installatie-ontwerp en de praktijk in
gebouwen.
1.2.4
Eisen aan het personeel.
Montage en inbouw van elektrische apparaten mogen alleen door elektrotechnici worden uitgevoerd. (zie DIN (VDE 0105), deel 1 en DIN 31000/ VDE
1000).
1.2.5
Veiligheidsmaatregelen
-- Elektragoten, installatiekolommen en toebehoren van metaal moeten in een
aardvoorziening worden opgenomen (zie DIN EN 50085 (VDE 0604)).
-- De effectiviteit van de veiligheidsmaatregelen moet conform DIN VDE 0100
na het afronden van een elektrische installatie worden gecontroleerd en
bewezen.
1.2.6
Veiligheidsinstructies voor metalen goten
Bij de bewerking van het systeem kunnen scherpe hoeken en randen ontstaan
bij het inkorten.
Personen kunnen zich hieraan verwonden, elektrische bekabeling kan hierdoor
beschadigd raken.
Altijd dusdanig ontbramen, dat deze gevaren zijn uitgesloten. Zie hiervoor ook
DIN VDE 0100.
17
1.3
Bewerken van wandgoten .
Inkorten met de hand
Cirkelzagen
Zaagsnelheid
Boren
RAU-PVC 1309
met fijngetande handzagen
(standaard zaagbladen voor
kunststof, staal en nonferro metalen)
Hardmetalen schijf*
60 m/sec.
HSS-boor conform DIN 388 (Ø 6 mm)
Niet centeren
* Voor machinesnijden zijn cirkelzagen met kunststof zaagbladen geschikt
met diameters van 250 tot 350 mm, aantal tanden 80-105.
Opstelling wisseltanden, snijsnelheid bij 28 tpm
per minuut 40-60 m/s.
Aluminium
met fijngetande handzagen
(standaard zaagbladen voor
kunststof, staal en nonferro metalen)
Hardmetalen schijf*
40 m/sec.
Plaatstaal
met fijngetande handzagen
(standaard zaagbladen voor
kunststof, staal en nonferro metalen)
HSS-fijnvertanding
50 m/min.
Centeren
Centeren
Lintzagen
Zaagblad 0,9 mm dik, hardmetaal, 24 tanden/inch, snijsnelheid
tot 60 m/min.
Warmte-uitzetting van de materialen
Lineaire uitzettingscoëfficiënt
RAU-PVC 1309:
Aluminium:
Plaatstaal:
18
80 x 104 1/°C
24 x 104 1/°C
12 x 104 1/°C
Lengteverandering per 1 °C temperatuurverschil, gerelateerd aan
lengte = 1 m:
RAU-PVC 1309:
0,08 mm
Aluminium:
0,024 mm
Plaatstaal:
0,012 mm
2
WANDGOOTSYSTEEM
2.1
Wandgootsysteem SIGNA BASE
2.1.1
SIGNA BASE montage-instructies
2.1.1.1 Montage wandgoot en vormdelen
De wandgoot heeft een eenzijdige dynamieklijn aan een zijwand, die naar keuze
naar boven of beneden kan worden
gemonteerd.
Zolang de wandgoot nog met
beschermfolie is bedekt, toont een
groen opgedrukte lijn de positie van de
dynamieklijn.
De koppeling bevindt zich voorgemonteerd binnen aan de zijwanden. Door de
verende borgclip is deze bij het koppelen
van de volgende goot gefixeerd.
Binnenhoek borgen. De hoekverstelling
van het 2-delige hoekstuk compenseert
afwijkingen van de wanden van 3°-5°.
Wanneer de wandhoek groter is dan
90° moet voor de montage van de
binnenhoek de uitstekende lip via de
breukplaats worden verwijderd.
Bij binnenhoeken kunnen de goten
gestuikt of ook overlappend worden
gemonteerd.
Bij buitenhoeken de goten gestuikt monteren. Kabels en apparaten installeren.
2.1.1.2 Montage binnenhoek
In hoek verstelbare binnenhoek op
de goot plaatsen en vastdrukken. De
aangevormde haken klikken in de
dekselopening van de goot.
19
2.1.1.3 Montage buitenhoek
In hoek verstelbare buitenhoek op
de goot plaatsen en vastdrukken. De
aangevormde haken klikken in de
dekselopening van de goot.
Buitenhoek borgen De hoekverstelling
van het 2-delige hoekstuk compenseert
afwijkingen van de wanden van 3°-5°.
2.1.1.4 Montage eindstuk
Het eindstuk bevat een metalen klem en
kan gereedschaploos op het gootuiteinde
worden geschoven.
Uitgeschoven voorkomt de metalen klem
dat het eindstuk ongewild van de goot
af valt.
Plaats voor de demontage een smalle,
platte schroevendraaier (bijv. 0,8 x 4,0
mm) in de looprichting van de goot
onder de metalen klem, leg deze zo
mogelijk op de montagerail en druk deze
in de richting van de binnenkant van het
eindstuk.
Schuif het deksel voor de montage onder
het gemonteerde eind- of hoekstuk,
of plaats de het eind- of hoekstuk daar
overheen.
2.1.1.5 Montage deksel
Gootdeksel en goot worden na de montage door het eind- of hoekstuk overlapt.
De snijranden worden van kleurfolie
voorzien en zijn niet zichtbaar.
20
2.1.1.6 Van inbouwdoos naar datadoos
Voor de installatie van wandcontactdozen, schakelaars of andere apparaten
de inbouwdoos in uitleveringstoestand
monteren.
Verwijder voor de installatie van dataapparaten de beide voorste hoekdelen
van de inbouwdoos aan één of beide
zijden.
De voorste hoekdelen kunnen verwijderd
worden door de weerhaken (die zich in
het midden bevinden) van binnen naar
buiten weg te drukken.
Trek na het ontgrendelen de beide
hoekdelen weg, naar voren toe.
Inbouwdoos op de montagerail op de
gootbodem klikken.
Door schuiven in de juiste positie brengen. Uitstekende bevestiging volledig
indrukken.
YMVK-kabels 3 x 1,5 of 3 x 2,5 mm²
worden door de openingen aan de
zijkant eenvoudig gefixeerd.
De wandcontactdooseenheid kan gemakkelijk buiten de inbouwdoos worden
bedraad.
De voorbedrade wandcontactdooseenheid met YMVK-kabel van boven af in de
inbouwdoos plaatsen. Daarna de draagring met de beide voorgemonteerde
bevestigingsschroeven borgen.
Monteer bij de inbouw van dubbele
apparaten twee inbouwdozen naast
elkaar in de goot.
De deksels worden tot aan de draagring
geschoven en vastgeklikt.
Afdekramen vastschroeven. De grootte
van de afdekramen moet minimaal 81
mm zijn. Houdt de instructies van de
leverancier van de apparaten aan.
Binnenaanzicht
Inbouwdoos op de montagerail op de
gootbodem klikken.
Door schuiven in de juiste positie brengen. Uitstekende bevestiging volledig
indrukken.
2.1.1.7 Montage inbouwdoos
2.1.1.8 Montage datadoos
De beide voorste hoekdelen van de
inbouwdoos aan één of beide zijden
verwijderen.
21
Het data-apparaat kan gemakkelijk
buiten de inbouwdoos worden bedraad.
Het voorbedrade data-apparaat met
datakabel van boven af in de inbouwdoos plaatsen.
De deksels worden tot aan de draagring
geschoven en vastgeklikt.
Centrale plaat vastschroeven. De grootte
van de afdekramen moet minimaal 81
mm zijn. Houdt de instructies van de
leverancier van de apparaten aan.
Tenslotte de draagring met de beide
voorgemonteerde bevestigingsschroeven
borgen.
Monteer bij de inbouw van dubbele
apparaten twee inbouwdozen naast
elkaar in de goot.
Dan de schroevendraaier op de bodem
van de goot in het midden op de voet
van het verankeringspunt in het sleufgat
plaatsen. De schroevendraaier van het
verankeringspunt weg drukken en zo de
doos uit de verankering in de montagerail losmaken.
De doos is nu aan de zijde van het
verankeringspunt ontgrendeld.
2.1.1.9 Demontage inbouwdoos
De schroevendraaier aan de zijkant
onder het lichtgrijze verankeringspunt
schuiven.
Het lichtgrijze verankeringspunt naar
boven tillen en daardoor ontgrendelen.
Daarna de schroevendraaier
aan de nog niet ontgrendelde zijde onder
de doos plaatsen en naar voren tillen.
Nu kan de doos gemakkelijk worden
uitgenomen.
22
2.1.1.10 Inbouw data-unit in SIGNA inbouwdoos
Goot
Deksel
Inbouwdoos SIGNA (zonder hoeken)
Data-unit Cat 6
Data-afdekplaat 2-voudig
Separaat tekstvenster
23
UAE-cat.6A iso-aansluitdoos voor universele netwerken
Kenmerken:
Poling:
Combidraagring:
2 × 8-polig
door afbreken van elementen in draagrib omvormbaar
Mechanische eigenschappen cat. 6A iso
Model
DIN EN 60 603-7-51
LSA-Plus-klemmen voor een ader 0,4 ... 0,63 mm ø, AWG 26 ... 22.
Aansluittechniek
Buitendiameter 0,7 ... 1,6 mm, per PE 1 ader per contact, geschikt voor hergebruik 50 x
Afschermbehuizing
Gietzink
Afschermingsaansluiting/
Gecombineerd afschermingscontact en trekontlasting met variabele kabelaanvoer (+/ – 30°).
trekontlasting
Oppervlakken contactveer
1,5 µm Ni/0,8 µm Au
Levensduur
≥ 1.000 insteekcycli met stekkers conform IEC 60 603-7, RJ11/12 op één manier insteekbaar
Materiaal behuizingsdelen
PBT
Toepasbare stekker
Alleen volledig bezette RJ 45 stekker gebruiken
Constructie:
Flexibele printplaat van polyamide met mechanische veerelementen (gepatenteerd)
Bedrijfstemperatuur:
−40 °C tot +70 °C
Beschermingsklasse conform DIN
IP21
EN 60 529
Overig:
halogeenvrij
Gewicht:
145 g
Afmetingen:
Breedte
70 mm
Hoogte
70 mm
Diepte
40 mm
Elektrische eigenschappen
Nominale bedrijfsspanning
Bedrijfsstroom
Spanningsvastheid
Isolatieweerstand
Contactweerstand Signaalcontact:
Afschermingscontact:
PoE-geschiktheid:
Kleurcode:
72 V DC, geschikt voor TNV-circuits conform DIN EN 60 950-1
500 mA, bij 50 °C omgevingstemperatuur
1000 V (contact - contact) en 1500 V (contact - behuizing)
min. 500 MOhm
20 mOhm
100 mOhm
Geschikt voor PoE+ (Power over Ethernet) conform IEEE 802.3at
T568A en T568B conform TIA/EIA-568-B.2
Overdrachttechnische eigenschappen van de steekverbinding/bussen:
ISO/IEC 11801: 2011-06DIN EN 50 173-1: 2011-09
DIN EN 60 603-7-51:2011-01
Cat.6A, Class EA, afgeschermd
500 MHz, afgeschermd
Test- en markeringsteken:
Markering
CE
24
2.1.1.11 Bodemperforaties
80
25
80
25
80
25
6,5
5,5
10,5
SIGNA BASE
64
72
70/110
80
6,5
5,5
10,5
34
64
72
70/130
80
6,5
5,5
10,5
34
64
72
70/170
34
80
25
2.1.1.12 Inbouwmogelijkheden bij toegepaste inbouwdoos.
Effectieve
doorsnede bij
vulfactor 0,4
Aantal kabels
per kamer bij
YMVK 3 × 1,5
SIGNA BASE 70/110
70/110
1
2
970
1090
388
436
4
5
SIGNA BASE 70/130
70/130
1
2
1740
1740
696
696
7
7
SIGNA BASE 70/170
70/170
1
2
3040
3040
1216
1216
13
13
3 × 1,5
Binnenwerkse doorsnede
Per kamer [mm²]
3 × 2,5
Buitenmaten
Hoogte/breedte [mm]
1
Gootafmeting
2
1
3 × 2,5
3 × 1,5
2
1
3 × 2,5
3 × 1,5
2
26
2.1.2
Wandcontactdoos SIGNA IN montage-instructies
Inbouw en montage van elektrische apparaten mogen alleen door een geautoriseerde elektrotechnicus worden uitgevoerd. Houd de geldende veiligheidsrichtlijnen, normen (VDE) en voorschriften aan en de instructies en montagehandleidingen uit de technische informatie REHAU kabelkanalisatiesystemen in de betreffende actueel geldige uitgave. Gebruik alleen massieve aders met een diameter van 1,5 of 2,5 mm².
Voorbedrade 3-voudige wandcontactdoos Signa IN
I Montagehandleiding voorbedrade wandcontactdoos SIGNA IN (met/zonder tekstveld)
1. Contactdooseenheid uit de verpakking nemen en beschermfolie verwijderen.
YMVK
2. Mantel verwijderen en strippen van de aansluitaders: de lengte is verschillend en afhankelijk van het type wandcontactdoos. Zie voor de correcte lengte
boven afbeelding [1]
3. De drie afzonderlijk gestripte aders in de juiste klemcontacten conform de markering schuiven. Controleer of de aansluiting correct is en leg lussen. Wanneer naar een volgende contactdoos moet worden doorbedraad, worden de afzonderlijke aders op dezelfde wijze aangesloten als hiervoor beschreven.
4. Trekontlasting
op de onderzijde van de contactdoos klikken (eventueel eerst schroeven iets losdraaien).
27
5. De inkomende/uitgaande kabel in de trekontlasting
plaatsen en
sluiten. Controleren op correcte elektrische aansluiting.
8. Controleer de bevestiging (de aangesloten contactdooseenheid mag niet
meer met de hand uit de goot losgemaakt kunnen worden).
6. De aangesloten contactdooseenheid op de DIN-rail
op de gootbodem
klikken. Zorg ervoor, dat daarbij geen aders ingeklemd raken tussen de
contactdooseenheid en de wandgoot.
9. Deksel
strak rechts en links tegen de aansluithoek
(Let op: alleen zonder tekstveld mogelijk)
7. De contactdooseenheid tegen de DIN-rail
drukken. Dan met een
kruiskopschroevendraaier de excentrische bouten
rechtsom in de
richting van het symbool "DICHT" draaien.
28
plaatsen.
6. Afdekraam met tekstveld aan de zijkant op de contactdooseenheid klikken.
Zie punt 10
III V ervangen van de gekleurde markeringsringen:
1. Afdekraam
omdraaien.
2. Met drie vingers het borgelement van de ring
iets naar het midden
drukken en tegelijkertijd de ring naar voren schuiven.
10. Afdekraam
aan de zijkant op de contactdooseenheid klikken.
II Montage tekstveld:
1. Werkwijze als bij paragraaf I voorbedrade contactdoos SIGNA IN tot punt
9.
2. Tekstveldvenster met een schroevendraaier openen, etiket beschrijven en
weer sluiten.
3. Tekstveld
op de achterkant van het afdekraam
bevestigen.
IV U
itbreiding van een wandcontactdoos SIGNA IN naar een meervoudige contactdoos
4. Het maakt niet uit aan welke zijde van het afdekraam het tekstveld wordt
geplaatst.
5. Deksel aan de zijde van het tekstveld ca. 15 mm van de aanslaghoek
wegschuiven of inkorten.
BIJ HET UITBREIDEN VAN EEN SIGNA IN WANDCONTACTDOOSEENHEID,
DIE AL OP DE SPANNING IS AANGESLOTEN, HET VOLGENDE AANHOUDEN:
Voor aanvang van alle werkzaamheden moet de installatie/uitrusting spanningsloos worden geschakeld.
De geldende veiligheidsbepalingen en ongevallenpreventievoorschriften
moeten absoluut worden aangehouden. Een SIGNA IN 2-voudige of 3-voudige
contactdoos kan maximaal 2 maal direct via de steekverbinding met een
extra contactdoos (zowel SIGNA IN 1-voudig, 2-voudig of 3-voudig) worden
uitgebreid. Wanneer een SIGNA IN 1-voudige contactdoos uitsluitend met
extra SIGNA IN 2-voudige of 3-voudige contactdozen direct via de steekverbinding wordt uitgebreid, kunnen maximaal 2 extra SIGNA IN 2-voudige of
3-voudige contactdozen worden gekoppeld. Wanneer een SIGNA IN 1-voudige
contactdoos uitsluitend met extra SIGNA IN 1-contactdozen direct via de
steekverbinding wordt uitgebreid, kunnen maximaal 3 extra SIGNA IN 1-voudige contactdozen worden gekoppeld.
OPGELET:
Bij het uitbreiden van een SIGNA IN contactdooseenheid, die al op de
voedingsspanning is aangesloten, mag nooit een 1-voudige, 2-voudige of
3-voudige contactdoos van een andere SIGNA IN contactdooseenheid, die zelf
op een separaat voedingscircuit is aangesloten, direct via de steekverbinding
worden gekoppeld.
29
OPGELET!
Bij het koppelen van een SIGNA IN wandcontactdoos moet de afdekking
worden verwijderd zoals afgebeeld.
Bij het losmaken van samengestoken SIGNA IN wandcontactdozen moet de
afdekking weer op de elektrische contacten worden geplaatst.
5. Controleren op goede bevestiging. (de extra geplaatste wandcontactdooseenheid mag niet meer met de hand uit de goot los te maken zijn).
6. Let op het maximale aantal uitbreidingen.
V D
emontage:
Voordat de volgende stappen worden uitgevoerd:
Alle kabels door een geautoriseerde elektrotechnicus van de voedingsspanning scheiden en controleren op spanningsloosheid. De geldende veiligheidsbepalingen en ongevallenpreventievoorschriften moeten absoluut worden
aangehouden.
1. Afdekraam
van de SIGNA IN wandcontactdooseenheid (1-voudig,
2-voudig of 3-voudig) losmaken. Daarvoor een schroevendraaier aan de
zijkant onder het afdekraam steken en deze iets optillen. Met de vingers
onder het frame grijpen en deze naar de zijkant toe wegtrekken.
1. Wanneer u een al ingebouwde SIGNA IN wandcontactdoos wilt uitbreiden
naar een meervoudige wandcontactdoos, gaat u te werk zoals onder deel
V "Demontage" beschreven staat in de stappen (1) en (2). Nu kunt u een
volgende SIGNA IN wandcontactdoos koppelen.
2. De basiswandcontactdoos, die al op een 1-voudige, 2-voudige en
3-voudige wandcontactdoos voedingskabel is aangesloten, wordt zonder
demontage via een elektrisch geleidende steekverbinding uitgebreid,
zonder dat daarbij kabels hoeven te worden bedraad.
3. De extra SIGNA IN wandcontactdoos (1-voudige, 2-voudige of 3-voudige
wandcontactdoos) op de ingebouwde wandcontactdoos steken. Controleren op goede bevestiging.
4. De extra gekoppelde wandcontactdooseenheid tegen de montagerail
drukken. Dan met een kruiskopschroevendraaier de excentrische bouten
rechtsom in de richting van het symbool "DICHT" draaien.
30
2. Indien nodig, verwijdert u het deksel .
3. De SIGNA IN wandcontactdooseenheid (1-voudig, 2-voudig of 3-voudig)
van de DIN-rail
losmaken. Daarvoor met een kruiskopschroevendraaier de excentrische bouten
linksom in de richting van het symbool
"OPEN" verdraaien.
4. Om de los op de DIN-rail
zittende SIGNA IN wandcontactdooseenheid geheel uit de goot te kunnen nemen, een schroevendraaier aan de
zijkant onder de contactdooseenheid plaatsen en dan in de richting van
de gootopening eruit tillen.
CEE 2-voudige inbouwdoos op de DIN-rail in de goot plaatsen en vastklikken.
5. Open de trekontlasting.
6. Maak de kabels los uit de klemcontacten van de SIGNA IN wandcontactdooseenheid door de ontgrendeling
in te drukken.
2.1.3
Montage CEE 2-voudige inbouwdoos
Fixeer de CEE 2-voudige inbouwdoos door met de duim op de vergrendeling
te drukken
Verwijder de uitsparing voor de trekontlasting bij de CEE 2-voudige inbouwdoos
Aders strippen en plaatsen.
Kabel met geïntegreerde trekontlasting vastklemmen.
31
Randen van het deksel tot aan de aanslag van de CEE 2-voudige inbouwdoos
schuiven.
CEE-apparaat aansluiten en met meegeleverde schroeven monteren.
Afdekplaat of CEE-flens plaatsen, afhankelijk van de bevestiging van het
apparaat
(zie inbouwapparaten 2.1.4)
32
Voor de installatie van contactdozen, schakelaars of andere apparaten de
draagring met de meegeleverde bevestigingsschroeven vastzetten.
De deksels worden tot aan de draagring geschoven en vastgeklikt.
Demontage
CEE 2-voudige inbouwdoos naar beneden drukken en uit de goot nemen.
Vergrendelingen van de CEE 2-voudige inbouwdoos losmaken.
In de CEE 2-voudige inbouwdoos vastpakken en met de vingers de doos naar
boven drukken. Daarbij tegelijkertijd in de richting van de gootopening trekken. Tot de bovenste borging van de DIN-rail los is.
33
2.1.4
Inbouw CEE-insteekeenheden (400 V, aantal polen: 5) in de wandgoot SIGNA BASE
Leverancier
Typenr.
Stoom [A]
CEE doosmat.nr.
ABL
F 51.34
16
17200131100
F.52.34
32
F 51.39
16
F.52.39
32
13005
16
1333
32
516.06
16
532.06
32
4115
16
4120
32
4150
32
4145
16
CLS 516/6h
16
CLS 532/6h
32
19242.06
16
19292.06
32
1276
32
3385
16
4115
16
4120
32
4145
16
4150
32
4237
16
4245
32
410
16
430
32
Bals
Berg
BJE
Elektra Tailfingen
Lindner
Mennekes
Walther
34
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
17200131100
Bevestiging
Afdekplaat
60
×
60
×
60
×
60
×
60
×
60
×
Flens
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
×
70
60
×
60
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
70
×
60
×
60
×
3
CLASSIFICATIE WANDGOOTSYSTEMEN
Classificatie wandgootsystemen SIGNA BASE conform EN 50085
De classificatie wordt in de volgende uitgave aangevuld. Neem indien nodig contact op met uw buitendienstmedewerker, wij zenden u deze dan toe.
-
--
---
1.
2.
3.
4.
5.
6.
met PVC-deksel
met hoekstukken
geen opgave
Inbouw-/opbouw elektrotechnische installatiesystemen op de wand
Inbouw-/opbouw elektrotechnische installatiesystemen aan het plafond
Aan de wand en ondersteund op de vloer
Aan de wand en ondersteund door een ander horizontaal vlak op de vloer
Gemonteerd op afstand van de wand of het plafond met bevestigingsdelen.
Bescherming tegen contact met vloeistoffen en geïsoleerde aders en onderdelen onder spanning in geval van plintgoten in combinatie met natte reiniging
van de vloer
7. Houd de specificatie in de catalogus aan, die alle installaties toelaat, maar de positie van geïsoleerde aders en onderdelen onder spanning in elektrotechnische installaties beperkt
35
4
4.1
KABELDOORSNEDEN
Buitendiameter een- en meeraderige geïsoleerde sterkstroomkabels .
Kabeldoorsnede mantelkabel YMVK
in mm2
1 × 1,5
1 × 2,5
1×4
1×6
1 × 10
1 × 16
3 × 2,5
2×4
2×6
3×6
4×6
2 × 10
3 × 10
4 × 10
5 × 10
4 × 16
5 × 16
4 × 25
5 × 25
4.2
36
2 × 1,5
2 × 2,5
5 × 1,5
4 × 2,5
4×4
4 × 1,5
3×4
5 × 2,5
5×4
5×6
2 × 16
3 × 1,5
Kabeldiameter
in mm (gemiddelde waarde)
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
23
26
28
31
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
28,3
38,5
50
63,7
78,5
95
113
133
154
177
201
227
255
284
315
416
531
616
755
Buitendiameter van installatiekabels voor communicatie-installaties
IE-Y - Y (St) × Bd
Aders met statische afscherming
Aantal paren
2 × 2 × 0,6
4 × 2 × 0,6
6 × 2 × 0,6
10 × 2 × 0,6
16 × 2 × 0,6
20 × 2 × 0,6
24 × 2 × 0,6
Aderdiameter
in mm (gemiddelde waarde)
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
5
7
8
10
11
12
13
20
38,5
50
78,5
95
113
133
Y-YY Bd
Kabels met trekontlasting
Aantal paren
2 × 2 × 0,6
4 × 2 × 0,6
6 × 2 × 0,6
10 × 2 × 0,6
16 × 2 × 0,6
20 × 2 × 0,6
24 × 2 × 0,6
Aderdiameter
in mm (gemiddelde waarde)
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
8
11
12
158
18
19
20
50
95
113
177
255
284
315
4.3
4.4
Buitendiameter van installatiekabels voor ISDN
ISDN systeemkabel
10 Mb/s J-2Y (ST)Y
Aantal paren
2 × 2 × 0,6
4 × 2 × 0,6
6 × 2 × 0,6
10 × 2 × 0,6
20 × 2 × 0,6
Aderdiameter
in mm (gemiddelde waarde)
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
5
6
8
8,5
11
20
28,3
50
63,7
95
ISDN systeemkabel
16 Mb/s P2YCYM
Aantal paren
2 × 2 × 0,6
4 × 2 × 0,6
6 × 2 × 0,6
10 × 2 × 0,6
12 × 2 × 0,6
16 × 2 × 0,6
20 × 2 × 0,6
24 × 2 × 0,6
30 × 2 × 0,6
40 × 2 × 0,6
50 × 2 × 0,6
60 × 2 × 0,6
80 × 2 × 0,6
Aderdiameter
in mm (gemiddelde waarde)
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
5
6,0
8
8,5
9
10
11
12
13
15
16
17
20
20
28,3
50
56,7
63,7
78,5
95
113
133
177
201
227
315
Aderdiameter
in mm (gemiddelde waarde)
5
6
6
8
10
5
11
11
13
8
9
5
5
5
7
8
8
6,7 × 13,9
Kabeldoorsnede
per kabel in mm2
20
28,3
28,3
50
78,5
20
95
95
133
50
63,7
20
20
20
38,5
50
50
93
Buitendiameter van installatiekabels voor datanetwerken
Datanetwerk
Coax RG 58 10 Base2
Coax RG 59 antennekabel WS 30
Coax RG 62 IBM Arc Net
Twinax binnenkabel
Ethernet coax 10 Base 5 (Cheapernet)
Ethernet coax Thwinwire 10 Base2
Transceiver-aansluiting 4 × 2 × AWG 20
IBM-datakabel type 1
IBM-datakabel type 2
IBM-datakabel type 5
IBM-datakabel type 6
IBM-datakabel type 9 PVC
4 × 2 × AWG 24 (20 MHz)
2 × 2 × AWG 24 (100 MHz)
4 × 2 × AWG 24 (100 MHz)
4 × 2 × AWG 23 (PIMF)
4 × 2 × AWG 23 (600 MHz)
Duplex
37
5
5.1
MATERIAALSPECIFICATIEBLADEN
Materiaalspecificatieblad RAU-PVC 1100-1999 (polyvinylchloride zonder weekmakers) .
Chemische opbouw
RAU-PVC 1100-1999 wordt uit polyvinylchloride met hulpstoffen zoals stabilisatoren, glijmiddelen, pigmenten enz. vervaardigd.
Kenmerkende eigenschappen
Taaihard, vormstabiel, uitstekende chemische bestendigheid en bestand tegen
veroudering.
Thermische eigenschappen
RAU-PVC 1100 - 1999 is een Thermoplast. De fysische waarden veranderen
daarom in de verschillende temperatuurbereiken. De in tabel 1 aangegeven
sterktewaarden zijn gerelateerd aan +20 °C. Bij een afnemende temperatuur
wordt het materiaal gevoeliger voor breuk, de uitzetting bij breukbelasting
wordt minder en de druk en buigsterkte worden groter. Bij een stijging van de
temperatuur wordt de breukrek groter, de druk- en buigsterkte worden minder.
In het temperatuurbereik van +10°C tot +40°C zijn de veranderingen van de
mechanische waarden gering en hoeven deze bij de meeste toepassingen
niet in aanmerking genomen te worden. Van +40 °C tot +60 °C moet de
mechanische belasting worden verminderd. Het verwekingspunt van RAU-PVC
1100 – -1999 ligt bij ca. +80°C.
Mechanische en elektrische eigenschappen
S.v.p. materiaalspecificatieblad AV0200 aanvragen.
Fysiologische kenmerken
Voor medische toepassingen en voor de levensmiddelensector worden
fysiologische kwaliteiten geleverd, die, voor zover aanwezig, op de bestaande
normen of aanbevelingen van het Ministerie van Volksgezondheid afgestemd
zijn.
Kleurmogelijkheden
RAU-PVC 1100 – 1999 is praktisch in iedere gewenste kleur te fabriceren.
Bij voorkeur moet echter worden uitgegaan van RAL-kleuren. Bij metallickleuren dient overleg gevoerd te worden met onze afdeling Toepassingstechniek, aangezien metaalpigmenten bepaalde eigenschappen nadelig kunnen
beïnvloeden.
Verlijmen
RAU-PVC 1100 -1999 kan met standaard hard PVC-lijmen eenvoudig en met
een goede sterkte aan elkaar en met andere materialen worden verlijmd. Men
dient de lijmvoorschriften aan te houden.
Lassen
RAU-PVC 1100 - 1999 is door eenvoudige warmte-inwerking (lassen met lasspiegel, hete lucht, hoogfrequent) lasbaar. De lassterkte is zeer goed.
Toepassing
Profielen, buizen, vormdelen, holle producten en halffabrikaten uit RAU-PVC
1100 – 1999 worden op vele industriële gebieden toegepast.
Vraag voor meer informatie ons materiaalspecificatieblad aan!
Chemische bestendigheid
RAU-PVC 1100 - -1999 is bestand tegen de meeste verdunde en geconcentreerde zuren en logen evenals tegen waterige zoutoplossingen. Verder is dit
materiaal bestand tegen minerale olie, plantaardige olie, paraffine-olie, alcohol, benzine, alifatische koolwaterstoffen en hogere vetzuren. Polyvinylchloride
zonder weekmakers is in esters, ketonen, gechloreerde koolwaterstoffen, aromatische koolwaterstoffen, zwavelkoolstof en andere oplosmiddelen zwelbaar
tot oplosbaar en daarom niet bestand tegen deze stoffen.
Bestendigheid tegen weersinvloeden en veroudering.
RAU-PVC 1100 – 1999 is vanwege zijn chemische structuur voortreffelijk
verouderingsbestendig.
Gedrag bij brand
Als sterk chloorhoudende koolwaterstof is RAU-PVC 1100-1999 moeilijk
ontvlambaar; het dooft nadat de vlam is verwijderd.
Gasdoorlatendheid
(20 °C, wanddikte testlichaam 0,04 mm)
Zuurstof
cm3
119 · 2
m × 24 uur × 1 bar
Stikstof
cm3
45 · 2
m × 24 uur × 1 bar
Kooldioxide
cm3
270 · 2
m × 24 uur × 1 bar
38
5.2
Materiaalspecificatieblad RAU-PC+ABS-Blend
Karakterisering
Met RAU-PC+ABS wordt een serie amorfe, thermoplastische polymeerblends
op basis van polycarbonaat en ABS bedoeld (PC+ABS). Hier zijn warmtevormbestendigheid, taaiheid en sterkte op een ideale manier met elkaar gecombineerd. Afhankelijk van het type en de hoeveelheid van de uitgangscomponenten kan het eigenschapsprofiel binnen bepaalde grenzen variëren.
Er zijn in wezen vier productlijnen:
- 100-serie:
- 400-serie:
- 600-serie:
- 800-serie:
Standaard typen
Glasvezelversterking
Brandwerend
PC+ASA (speciaal geval)
Thermische eigenschappen
RAU-PC+ABS dekt qua warmtevormbestendigheid praktisch het gehele
bereik tussen ABS en polycarbonaat af. De standaardtypen hebben een
Vicat/B50-warmtevormbestendigheid tussen 110 °C en 129 °C; die van de
halogeenvrije brandwerende typen loopt tot ca. 110 °C. In tegenstelling tot
puur ABS bestaat vanwege de hogere restmodule bij overschrijding van de
Vicat-temperatuur (vanwege de hoge glasovergangstemperatuur van het PC)
een zekere thermische reserve.
De kogeltest conform IEC 335-1 resulteert in waarden tussen 75 °C en 125
°C (speciale typen nog hoger).
De lineaire thermische uitzettingscoëfficiënt ligt in het gebied van ABS en
vertoont een geringe afhankelijkheid van de spuitrichting (uitzondering:
glasvezelversterking).
Mechanische eigenschappen
De niet versterkte typen hebben trekmodulewaarden tussen 2000 en 2700
MPa, vergelijkbaar met ABS. Uitstekend zijn de hoge slag- en kerfslagsterkte
over een zeer breed temperatuurbereik. Het arbeidopnamevermogen (ISO
6603-02: 1989) neemt toe met het PC-aandeel. Opmerkelijk is dat de taaibros overgang van RAU-PC+ABS bij aanmerkelijk lagere temperaturen ligt dan
bij zuiver polycarbonaat het geval is.
De spanningsuitzettingsdiagrammen van de onversterkte typen tonen duidelijke maxima in het gebied van de strekgrens; de uitzetting bij breukbelasting
loopt verder tot voorbij 50%.
De mechanische eigenschappen wijzigen zowel met de temperatuur als ook
met de belastingstijd (kruipgedrag). Voor de verbetering van de stijfheid en de
sterkte kan RAU-PC+ABS worden versterkt met glasvezel.
Elektrische eigenschappen
Met waarden voor de specifieke oppervlakteweerstand van meer dan 1014,
en een doorslagweerstand van > 24 kV/mm wordt voldaan aan de eisen voor
de isolatieweerstand in het laagspanningsgebied tot 1000 V. De elektrische
eigenschappen hangen, vanwege de zeer lage wateropname, praktisch niet af
van het vochtgehalte in de omgeving.
De kruipstroomvastheid conform CTI (testoplossing A) ligt afhankelijk van de
samenstelling tussen 150 en 600 V, wat voor een groot aantal toepassingen
voldoende is.
Brandgedrag / halogeenvrijheid
De standaardtypen zijn normaal brandbaar en bereiken UL94/HB of FMVSS
302 BR 100 mm/min.
De brandwerende instellingen zijn overwegend gebaseerd op chloor- en
broomvrije brandwerende systemen en zijn halogeenvrij conform VDE 0472/
deel 815. Deze bereiken in de regel niveau UL94/V0 bij 1,6 mm wanddikte.
Bepaalde brandwerende speciale typen voldoen aan de eisen van de VDE
0604/T1 en /T2 voor kabel- en inbouwgoten in elektro-installaties, en
afhankelijk van de wanddikte aan de CSTB-klassen M1 of M2 conform NF P
92-507.
De toxiteit, corrosiviteit en dichtheid van de rookgassen van deze halogeenvrije speciale typen liggen duidelijk onder die van PVC of halogeenhoudend
brandwerende polymeercompounds.
Chemische bestendigheid
De bestendigheid van RAU-PC+ABS is ten opzichte van water en neutrale
waterige media bij temperaturen tot 40 °C gunstig. Daarboven vindt een
chemische ontbinding (hydrolyse) plaats, waarvan de snelheid afhangt van de
tijd en temperatuur. Voor permanente toepassing in contact met heet water is
het daarom niet geschikt.
Bij kamertemperatuur bestaat bestendigheid tegen minerale zuren (ook hogere
concentraties), talrijke organische zuren en waterige zoutoplossingen. Tegen
basen zijn onderdelen uit RAU-PC+ABS niet bestand en kunnen vooral bij
hogere temperaturen behoorlijk snel worden aangetast.
Aromaten, keton, ester en chloorkoolwaterstoffen veroorzaken zwellen en
oplossen, afhankelijk van het aantal functionele groepen en evt. afhankelijk
van de lengte van de alifatische resten.
Het contact met laagmoleculaire weekmakers (bijv. uit PVC-folie) leidt bij
onder spanning staande delen, vooral bij hogere temperaturen tot de vorming
van spanningsscheuren (oplossing: polymere weekmaker).
Het contact met paraffine-olie (alifatisch) is ook bij langere contacttijd niet
kritisch. Wel kritisch moeten vetten en olie op basis van vetzuren worden
beschouwd.
de geschiktheid van RAU-PC+ABS voor een bepaald deel hangt af van de
specifieke constructie en het gebruik daarvan. Het verdient dan ook absoluut aanbeveling praktijkgerichte testen vooraf uit te voeren.
Optische eigenschappen / inkleurbaarheid
De natuurlijke kleur van RAU-PC+ABS wordt bepaald door de rubbercomponent opaak. Er zijn daarom alleen gedekte kleuren mogelijk in een groot aantal
variaties.
Bij vormstukken met een glad buitenoppervlak krijgt men met onversterkte
typen in de regel een hoogglanzend, gelijkmatig resultaat. Met speciale typen
of speciale oppervlaktebehandelingen kan een gereduceerde glans worden
gerealiseerd.
Weersinvloeden / lichtbestendigheid
Onder directe weersinvloeden ontstaan bij RAU-PCAB, afhankelijk van de
werkelijke klimaatomstandigheden en de inwerktijd, kleurveranderingen en
een afname van de mechanische eigenschappen. Deze afname valt echter
nog binnen het kader, waarmee nog bepaalde eisen bijv. in de automobiel- of
elektro-industrie kunnen worden afgedekt. Dit hangt af van de kwaliteit en de
kleurinstelling (gunstig: roetstabilisering zwart). Voor hogere eisen is de serie
800 (PC+ASA) geschikt of lakken van het vormstuk.
De lichtechtheid van RAU-PC+ABS wordt bepaald door het aandeel ABScomponent en de inkleuring. De halogeenvrije brandwerende typen bereiken
in de regel minimaal niveau 6 (test conform DIN 53387).
Verwerking
RAU-PC+ABS wordt hoofdzakelijk in spuitgietprocessen met gasinjectietechniek verwerkt. Voor bepaalde toepassingen in de elektro- en automobielindustrie wordt de extrusiemethode (speciale profielen) gebruikt. Weinig
materiaaltypen zijn geschikt voor het fabriceren van holle lichamen volgens de
extrusieblaasmethode.
Verspanende bewerking
RAU-PC+ABS kan goed worden gezaagd, geboord, gedraaid, gevijld, gefreesd
en gestansd. Vooral bij glasvezelversterkte producten worden hardmetalen
gereedschappen aanbevolen. Een voldoende koeling met lucht of water moet
worden gewaarborgd, zodat de temperatuur op de bewerkingslocatie niet
hoger wordt dan de verwekingstemperatuur van het materiaal.
Lakken
Vormstukken met stof- en vetvrije oppervlakken kunnen bijzonder goed worden gecoat met laksystemen op polyurethaanbasis. Niet geschikte combinaties van oplosmiddelen kunnen echter spanningsscheuren veroorzaken. Het
verdient aanbeveling met de lakleverancier contact op te nemen voor speciale
systemen voor (PC+ABS).
Bedrukken / beletteren
Het bedrukken is met de bekende drukmethoden mogelijk. Tevens toepasbaar is foliedruk via warmstempeltechniek. Voor de laserbelettering kunnen
speciaal ontwikkelde kleuren worden toegepast.
Metalliseren
Mogelijk is metaal opdampen met aluminium, tin, koper of anderen metalen
onder hoog vacuüm.
Voor de galvanisatie zijn vooral de ABS-rijke PC+ABS-typen geschikt, omdat
daarmee de beste hechting kan worden gerealiseerd.
39
Lijmen
Het verlijmen van vormstukken uit RAU- PC+ABS onderling en ook met andere
materialen is met de daarvoor geschikte lijmen mogelijk. Voorwaarde is dat
de lijmoppervlakken geen vet of andere vreemde stoffen bevatten. Reinigen
bijvoorbeeld met wasbenzine of soortelijke onschadelijke reinigingsmiddelen.
Geschikt zijn 2-componenten lijmstoffen op basis van epoxy- en siliconen hars
en polyurethanen. Tevens toepasbaar zijn smeltlijmen en lijmen op cyaanacrylaatbasis.
De oplosmiddelverlijming kan met 1,3 dioxolaan, een ca. 8% oplossing van
polycarbonaat in 1,3 dioxolaan, met MEK of mengsels uit MEK en cyclohexanon (bijv. 50:50) worden uitgevoerd.
Lassen
Vormstukken uit RAU-PC+ABS kunnen ultrasoon-, tril-, wrijvings- en warmtelassen onderling worden verbonden. Bij ultrasoon lassen moet op een correcte
vormgeving van de naad worden gelet.
5.3
Gasdoorlatendheid
De waterdampdoorlaatbaarheid en de permeatiecoëfficiënt van RAU-SB bereiken waarden die ongeveer gelijk zijn aan die van standaard polystyrol resp.
hogedruk polyethyleen.
Fysiologische kenmerken
RAU-SB vertoont geen toxische eigenschappen. Het grootste deel van alle
RAU-SB-typen voldoet aan de aanbevelingen van het "BGA VI, Bundesgesundheitsblatt 1976 Nr. 19" blz. 308.
Deze kunnen voor de productie van goederen in de zin van § 2 Nr. 1 van de
levensmiddelenwet worden gebruikt, voor zover technisch geschikt en de vulling niet qua smaak en geur wordt beïnvloed.
Materiaalspecificatieblad RAU-SB
Chemische opbouw
Dit slagvast polystyrol is een thermoplast, die op de monomeerbasis styrolbutadieen is opgebouwd.
Butadieen zorgt als rubberelastomeer voor een verhoging van de slagvastheid
van het polystyrol.
Kenmerkende eigenschappen
RAU-SB is, wel ten koste van de stijfheid en de hardheid, vele malen taaier
dan RAU-PS (normaal polystyrol). Afhankelijk van het soort componenten
en de modificatiegraad kan met onderdelen uit RAU-SB een indrukwekkend
breed spectrum mechanische sterkte worden gerealiseerd. De slagvastheid en
ook de koudebestendigheid zijn in vergelijking met RAU-PS wezenlijk hoger,
waarbij wel de hardheid van het materiaal afneemt.
Thermische eigenschappen
Als amorf materiaal verbrost RAU-SB bij lage temperaturen tot minder dan
-40 °C slechts beperkt. De permanente gebruikstemperaturen in de warmte
bewegen zich in onbelaste toestand afhankelijk van het type polystyrol in een
bereik van +55 °C tot +85 °C.
Elektrische eigenschappen
RAU-SB is, net zoals RAU-PS, een goed isolerend materiaal. tot de uitstekende eigenschappen behoren een hoge specifieke doorgangsweerstand en
een hoge doorslagvastheid, buitengewoon lage diëlektrische verliezen en lage
diëlektrische constante. Deze eigenschappen zijn bovendien nog verregaand
onafhankelijk van de frequentie van de wisselspanning en van de temperatuur.
Zie de tabel voor meer nauwkeurige gegevens.
Chemische bestendigheid
RAU-SB is bestand tegen waterige oplossingen van alkalen, niet oxiderende
zuren, zouten en water. Alifatische koolwaterstoffen, etherische oliën en
aroma's kunnen spanningsscheurcorrosie veroorzaken.
RAU-SB is niet bestand tegen ethers, esters, ketonen en tegen aromatische
en gechloreerde koolwaterstoffen. Deze gelden als oplosmiddelen voor
slagvast polystyrol.
In speciale gevallen moet de bestendigheid van RAU-SB tegen bepaalde stoffen worden getest.
Bestendigheid tegen weersinvloeden en veroudering.
Door het butadieengehalte is RAU-SB gevoelig voor licht- en weersinvloeden.
Al na een korte tijd vergeeld het oppervlak en nemen de fysische eigenschappen af. Voor buitentoepassingen in RAU-SB daarom niet geschikt.
40
Gedrag bij brand
RAU-SB brandt met een heldere, sterk roetvormende vlam. Conform ASTM D
635-63 wordt slagvast polystyrol als „langzaam brandende stof" ingedeeld.
Voor speciale toepassingen kunnen ook zelfdovende polystyroltypen worden
toegepast.
Kleurmogelijkheden
Onderdelen uit RAU-SB zijn alleen in gedekte kleuren leverbaar.
RAU-SB kan worden geleverd in alle door de grondstofleverancier vrijgegeven
standaard en speciale kleuren.
Verlijmen
De verschillende polystyroltypen kunnen in principe volgens alle lijmmethoden
onderling of met andere materialen worden verbonden. RAU-SB is met uitzondering van enkele speciale typen verlijmbaar met gebruikelijke oplosmiddelen
zoals esters, ketonen, aromatische of gechloreerde koolwaterstoffen. In speciale gevallen verdient overleg met onze toepassingstechnische specialisten
aanbeveling.
Lassen
RAU-SB kan alleen met zichzelf en met RAU-PS worden gelast. Speciaal voor
het lassen van slagvast polystyrol zijn de volgende methoden goed geschikt:
heetgaslassen, warmtelassen, wrijvingslassen, ultrasoon lassen en spuitlassen.
Toepassing
RAU-SB kan volgens alle voor thermoplastische materialen gangbare methoden worden verwerkt. RAU-SB wordt in extrusieprocessen voor de fabricage
van profielen, buizen en platen gebruikt. Bovendien zijn wij in staat om RAUSB volgens de spuitgiet-, de holle lichaam blaas- en de dieptrekmethode te
vervormen.
Vanwege de wezenlijk hogere taaiheid in vergelijking met standaard polystyrol
is RAU-SB geschikt voor allerlei gebruik. RAU-SB wordt vooral toegepast bij
keukenapparatuur en afdekkingen binnen de automobiel-, elektro- en meubelindustrie, voor toilet- en campingartikelen, TV- en audio-industrie.
6
ALGEMENE VOORSCHRIFTEN/NORMEN
Normen en regels
Voor bouwelementen voor de muur- en plafondinstallatie zijn de eisen van de
navolgende DIN/VDE-normen in de geldende uitgave bindend.
DIN EN 50085-1 (VDE 0604-1): 2006-03
Elektrotechnische gootsystemen voor elektrische installaties deel 1:
Algemene eisen
DIN EN 50085-2-1 (VDE 0604-2-1): 2012-09
Elektrotechnische gootsystemen voor elektrische installaties deel 2-1:
Bijzonder eisen voor elektrotechnische gootsystemen voor wand en plafond.
DIN EN 50085-2-3 (VDE 0604-2-3):2011-01
Elektrotechnische gootsystemen voor elektrische installaties deel 2-3:
Bijzonder eisen aan bedradingskokers voor inbouw in schakelkasten.
Voor de opstelling en het bedrijf moeten de hierna genoemde normen, bepalingen en regels in de telkens nieuwste/geldende uitgifte worden aangehouden.
a. DIN VDE 0100
b. DIN VDE 0105
c. DIN VDE 0108
(zie ook bijlage 1 bij deel 1a voorbeeld voor richtlijnen betreffende technische brandwerende eisen aan kabelinstallaties)
d. DIN VDE 0298 (in het bijzonder deel 4)
e. DIN VDE 0800
f. DIN 31000
g. Richtlijnen voor de brandbeveiliging VdS2033
h. Richtlijnen voor kabel- en leidinggoten VdS 2023.
De documenten kunnen worden besteld bij:
a-f
VDE Verlag GmbH.
Bismarkstraße 33
10625 Berlijn
g-h
Beuth Verlag GmbH
Burggrafenstraße 6
10787 Berlijn
www.beuth.de
41
NOTITIES
NOTITIES
REHAU NV, Watergoorweg 79, 3861 MA Nijkerk, Postbus 1052, 3860 BB Nijkerk, Tel. 033 247 99 11, Fax 033 247 99 58, [email protected]
www.rehau.nl
E51300 NL
05.2014

Download Report