Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (voorheen Griffy) Inhoudsopgave Voorwoord De stamgroepen De verschillende ruimtes Onze binnenruimte en gebruik ervan Onze buitenruimte en gebruik ervan De verschillende programma’s Ons ochtendprogramma tijdens schoolvakanties of bij margedagen Ons middagprogramma BSO in vakantieweken Ons middagprogramma NSO in schoolweken Vervoer, ontvangst van de kinderen Vanuit de BSO naar school Activiteiten Ons spelmateriaal Naar buiten Radio, muziek, tv, computerspelen Oplossen van conflicten tussen kinderen Kindvolgsysteem Observatie Mentorschap Onze locatie–eigen regels, tradities en rituelen Eten en drinken Taal/gedrag Bus/vervoersregels Overdracht naar ouders Verjaardagen Buiten spelen Vanuit school naar de BSO Verlaten van de stamgroep De buitenschoolse opvang BSO Joepie is samen met Kinderdagverblijf Joepie gevestigd aan de Groen van Prinstererstraat in Hoogezand. De ingang van BSO Joepie is aan de Dreeslaan. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 1 Voorwoord Voor u ligt het Pedagogisch Werkplan van BSO Joepie Dit pedagogisch werkplan maakt deel uit van ons pedagogisch beleid, bestaande uit: 1. Pedagogische beleidsplan 2. Pedagogische werkplannen (KDV/NSO/PSZ) 3. Protocollen/formulieren 4. Meldcode kinderopvang Het pedagogisch werkplan beschrijft de dagelijkse gang van zaken, de manier waarop de pedagogisch medewerkers hun kerntaak vervullen. Het is als het ware een concrete uitwerking van ons algemeen pedagogisch beleid, dat als basis dient voor ons pedagogisch handelen in al onze kindercentra. Hierbij is het toetsingskader van de GGD op het gebied van pedagogisch handelen als leidraad gebruikt. Het plan wordt jaarlijks in het teamoverleg besproken en er zijn altijd momenten dat het bijgesteld kan worden. Wij hopen u hiermee een duidelijke indruk te geven van hoe wij werken met de kinderen BSO Joepie valt onder de regio-assistent Wendy Bethlehem Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 2 De stamgroepen De stamgroepen Leeftijdsopbouw van de stamgroepen/maximale omvang Onze BSO bestaat uit maximaal 50 kinderen per dag in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Er zijn 3 groepen voor BSO-opvang: De stamgroep van 4 tot 12 jaar op de Gele groep De stamgroep van 4 tot 12 jaar op de Blauwe groep De stamgroep van 4 tot 12 jaar in de speelruimte Iedere stamgroep heeft zijn eigen groepsruimte Openingstijden: Dagen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag Tijden: maandag-, dinsdag- en donderdagmiddag van 14.00 - 18.30 woensdag- en vrijdagmiddag van 11.00 - 18.30 Vakanties/margedagen: 7.30 - 18.30. Aantal medewerkers per groep Wij werken volgens de landelijk gestelde wet- en regelgeving voor wat betreft het leidster/kind-ratio. Onze medewerkers zijn gediplomeerde beroepskrachten. Leeftijd groep Aantal pedagogisch medewerkers Maximaal aantal kinderen 4 t/m 6 jaar 2 20 6 t/m 8 jaar 2 20 8 t/m 12 jaar 2 20 Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 3 De wijze waarop onze beroepskrachten worden ingezet en eventueel worden ondersteund door andere volwassenen Op de maandag, dinsdag en donderdag starten er twee pedagogisch medewerkers (pmers) om 14.30 uur. De overige pm-ers komen om 15.00 uur. Er blijven 2 pm-ers tot 18.30 uur in het gebouw. Op de vrijdag is er 1 pm-er op de BSO aanwezig. Op het KDV zijn tijdens de openingstijden van BSO Joepie ook medewerkers aanwezig, zij kunnen eventueel bij de inzet van 1 pedagogisch medewerker op de BSO als achterwacht fungeren. Bij Joepie hebben we ook stagiaires: maximaal 1 per groep per dag. In de stagemap is het schema van stagiaires te vinden. In de vakanties beginnen er 2 pm-ers om 7.30 uur. Afhankelijk van het aantal kinderen worden er pm-ers ingezet. Er zijn altijd 2 pm-ers tot 18.30 aanwezig. Samenvoegen Op rustige dagen, bijvoorbeeld de woensdag en vrijdag en tijdens vakanties, kunnen de twee groepen worden samengevoegd. Wennen Als een kind voor het eerst naar de BSO komt, krijgen ouders/verzorgers altijd de gelegenheid een korte activiteit met hun kind te doen of in gesprek te gaan met de pedagogisch medewerker. Dit laatste geldt ook voor kinderen en hun ouders die al geruime tijd het kindercentrum bezoeken. Op de BSO vindt dit moment plaats aan het eind van de middag, wanneer ouders/verzorgers hun kinderen komen halen. Voor nieuwe kinderen geldt, dat zij vaak even moeten wennen aan de eerste keren op een kindercentrum. Voordat de opvang daadwerkelijk van start gaat, vindt er een kennismakingsgesprek met (één van de) pedagogisch medewerkers of het locatiehoofd plaats. We nodigen ouders uit om dit gesprek te doen op een moment dat het kind mee kan naar de BSO. Bijzonderheden omtrent hun kind kunnen dan aangegeven worden en de gang van zaken op het kindercentrum wordt uitgelegd. Daarnaast is er bij dit eerste bezoek natuurlijk gelegenheid om samen met het kind een activiteit te doen (boekje lezen, puzzel maken, het lokaal verkennen....). Ook pedagogisch medewerkers zullen extra aandacht voor dit nieuwe kind hebben. Mocht een kind in het begin moeite hebben met de nieuwe situatie op de BSO, dan zijn de pedagogisch medewerkers meestal prima in staat om een kind te troosten en af te leiden met een spel of activiteit. Als dit niet lukt, wordt de ouder/verzorger gevraagd het kind (eerder) op te komen halen. Per kind wordt bekeken of het nodig is dat ouders/verzorgers bij een volgend bezoek ook iets eerder komen. Verlaten van de stamgroep Kinderen kunnen om de volgende redenen een dag of dagdeel de stamgroep verlaten: De samenstelling van de kinderen maakt dat het kind meer aansluiting vindt bij de andere groep wat betreft de leeftijd, speelgenootjes of aantal jongens en meisjes. Het kind gaat wennen voor overplaatsing. Bij een lage kindbezetting worden stamgroepen samengevoegd. Dit op twee vaste dagen per week, woensdag en vrijdag en in schoolvakanties. De pedagogisch medewerker doet activiteiten met de kinderen van de verschillende stamgroepen. Dit kan een gerichte activiteit zijn met een bepaalde leeftijdsgroep, een activiteit in een kleine setting of een activiteit met alle kinderen die hier belangstelling voor hebben. De verdeling van kinderen is gelijkmatig verdeeld over de locatie en/of groepen. Samenvoegen van groepen voor activiteiten met kinderen van dezelfde leeftijd. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 4 Voorwaarden voor het verlaten van de stamgroep zijn dat het kind naast de eigen stamgroep slechts bij één andere groep mag aansluiten en dat de ouders hiervan op de hoogte zijn, uitgezonderd bij speciale activiteiten, zoals bij een voorleesoma of bij themafeesten. Deze manier van werken ontwikkelt draagvlak bij pedagogisch medewerkers, kinderen en ouders/oudercommissie. Extra dagdeel Binnen de locatie is het mogelijk om extra dagdelen van opvang af te nemen, onder de geldende regels. Dit kan op de eigen stamgroep plaatsvinden, indien het leidster-kindratio dit toelaat. Als dit niet mogelijk is, kan een kind opgevangen worden op een andere stamgroep op de locatie. Ouders/verzorgers tekenen hiervoor op het aanvraagformulier van een extra dagdeel. De verschillende ruimtes Onze binnenruimte en het gebruik ervan Wij werken vanuit 2 groepsruimtes en een speelruimte(hal). Deze groepsruimten hebben aangrenzend elk nog 2 kleinere ruimtes. Deze ruimtes kunnen voor specifieke activiteiten gebruikt worden, aangewezen door de pedagogisch medewerker. De kinderen bij Joepie kunnen gebruik maken van de ruime centrale hal, nadat er gegeten en gedronken is. Wij zorgen ervoor dat de inrichting van de ruimte bijdraagt aan een gevoel van veiligheid en geborgenheid bij kinderen. Bijvoorbeeld door de ruimte zo in te delen dat de kinderen ongestoord kunnen spelen in verschillende hoeken waarin ze zich kunnen terugtrekken. Bij de inrichting van de ruimte hebben wij zoveel mogelijk huiselijke elementen gebruikt zoals een gewone eettafel, een keuken een woonkamerhoek. Mededelingen worden op het memobord gemeld. Dit kan gaan over het Thema of andere zaken bijv. het inleveren van bepaalde informatie. Bijzonderheden noteren wij in het kantoorschrift dat alleen toegankelijk is voor de pm-ers. De overdracht aan het eind van de dag vindt mondeling plaats tussen pm-ers en ouders. Naast de opvang in de eigen basisgroep is het mogelijk gebruik te maken van diverse speelhoeken. Bij activiteiten buiten de groep wordt gevraagd aan de kinderen wie er mee wil. Daarbij gaat één van de twee pedagogisch medewerkers mee. Ook kan het voor komen, dat activiteiten worden ontwikkeld voor beide basisgroepen. Er worden afspraken gemaakt over welke pedagogisch medewerker meegaat voor het houden van toezicht. De pedagogisch medewerkers kunnen dus met de aan hun toevertrouwde kinderen uit de groep en/of aangrenzende groep voor een bepaalde activiteit gebruik maken van andere ruimten. Kinderen die in hun vertrouwde groep willen blijven, kunnen dit doen omdat hier altijd een mogelijkheid voor is. Mochten er activiteiten plaatsvinden met een grote groep kinderen (> 30 kinderen), dan zullen wij zorgen voor emotionele veiligheid. Vaak wordt er dan in kleinere groepjes gewerkt en kijken we naar de leeftijd/aansluiting van de kinderen. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 5 Nadat er gegeten en gedronken is, gaan de kinderen veelal hun eigen weg. Het ene kind gaat lekker zitten lezen. Het andere kind zoekt leeftijdsgenootjes op en onderneemt samen een spelactiviteit. Onze buitenruimte en het gebruik ervan De buitenruimte is ingericht met een schommel en een speelhuisje met glijbaan, dit staat binnen het hek. Op korte afstand is het Gorechtpark, hier kan gespeeld worden onder begeleiding. Een consequentie van het pedagogisch beleid is dat er bij het aanbieden van alle activiteiten (dus ook op het gebied van (buiten)ruimte, dier en natuur) niet uitgegaan kan worden van de positie van de pedagogisch medewerker of van een regel zoals “iedere dag met z’n allen naar buiten” of “nu met z’n allen koken” of “nu een uitstapje”. Hiermee zou voorbij gegaan worden aan het individuele kind. Ligt bij dat ene kind de belangstelling wel bij het dier? Was het niet net met een andere ontdekking bezig? Heeft het andere kind niet de behoefte om binnen te blijven in verband met behoefte aan veiligheid en is het buitenterrein voor dat moment niet te bedreigend? Wanneer er dus een activiteit gepland wordt, zal dit altijd met een groepje kinderen zijn dat dat graag wil. Er zal dus altijd gelegenheid moeten zijn voor de kinderen om bij een andere pedagogisch medewerker te blijven. Het veilig individueel of met een kleine groep naar buiten gaan, hebben we meegenomen in de inrichting van de (buiten)ruimte. De verschillende programma's Ons ochtendprogramma tijdens schoolvakanties of bij margedagen Eén pedagogisch medewerker zorgt ervoor dat de ouders en kinderen begroet worden, de ander richt zich op de al aanwezige kinderen. Er is tijd voor een kort gesprek met de ouder. Gevraagd wordt aan het kind hoe het met het kind is (afhankelijk van de leeftijd) en of het wil gaan spelen met iets wat al klaar staat Wanneer een kind dit wil,vangt de andere pedagogisch medewerker het op. Wil een kind dit samen met de ouder doen dan volgt het korte ontmoetingspraatje later. Het gaat er dus om dat er bewuste aandacht is voor de entree van het kind. Daarnaast is er ruimte voor het afscheid nemen. Het ene kind wil graag samen met de pedagogisch medewerker de ouder uitzwaaien. Het andere kind wil niet zwaaien maar direct spelen. Wel zegt de ouder altijd even dat hij/zij weg gaat en wanneer het kind weer gehaald wordt (“Ik ga nu, maar ik kom je vanmiddag weer halen”). Bij het halen is er tevens bewuste aandacht voor ouder en kind conform bovenstaande. Als de kinderen worden opgehaald, vertellen we aan de ouders hoe de dag verlopen is. Het programma in de vakantieweken is nooit vaststaand. Samen met de kinderen worden er plannen gemaakt wat er gedaan wordt in de vakantie. We houden het geplande thema als leidraad. Tevens wordt er in de planning ruimte gelaten voor de kinderen om ook activiteiten in te bedenken. Veelal doen we ook activiteiten met onze andere BSO in Harkstede locatie Skippy. We doen dan bijvoorbeeld een sportactiviteit, Joepie tegen Skippy. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 6 Ons Programma tijdens schoolweken Vervoer en ontvangst van de kinderen Bij ons worden de kinderen lopend, met de Taxi (taxi Letmaath) of door onszelf in onze eigen busjes van school gehaald. Ook kunnen ouders ervoor kiezen kinderen zelfstandig naar Joepie te laten komen vanuit school. (*voetnoot 1) Eenmaal op de BSO worden de kinderen opgevangen. Er is gelegenheid om iets te eten en te drinken en de kinderen kunnen “hun verhaal” kwijt. Achterwacht (bij afwijken beroepskracht-kind-ratio) De beroepskrachten zijn niet alleen in het pand. Wanneer de beroepskracht kinderen ophaalt van de scholen, en er dus 1 beroepskracht minder in het pand is (voor max. een half uur) is de regio-assistent of de pedagogisch medewerker van het Kinderdagverblijf de achterwacht. Zodat wanneer nodig, de pedagogisch medewerker terug kan vallen op de collega. De betreffende collega is hiervan op de hoogte. Activiteiten (ICC) Eén keer per maand wordt tijdens het ontvangstmoment geïnventariseerd wat voor activiteiten de kinderen willen doen. Dit wordt op een groot vel gezet, zodat de kinderen er in de loop van de dag nog wat aan kunnen toevoegen. Uitgaande van de wensen van de kinderen organiseren wij dan de activiteiten. Er zijn altijd meerdere activiteiten per dag, zodat kinderen kunnen kiezen. Als kinderen geen zin hebben om met een georganiseerde activiteit mee te doen, kunnen zij hun vrije tijd zelf indelen. Ook bij de voorbereiding van de vakantieprogramma’s worden de kinderen betrokken, bijvoorbeeld door een kindervergadering onder de BSO-tijd te beleggen. De kinderen bepalen dus zelf hun bezigheden. Elk kind heeft daarbij een eigen persoonlijkheid en interesse. De pedagogisch medewerker zorgt voor de randvoorwaarden. Vanuit de activiteitenkeuze en afspraken daarover met de kinderen zorgt de pedagogisch medewerker dat de benodigde materialen er zijn en dat de kinderen weten hoe ze dit kunnen gebruiken. De pedagogisch medewerker loopt rond in de verschillende ruimtes, kijkt toe en laat de kinderen zoveel mogelijk zelfstandig hun activiteiten ontplooien. Bemoeienis werkt zelfs vaak storend. De pedagogisch medewerker zorgt voor de emotionele veiligheid van de kinderen en voor het bewaken van een goede sfeer. Ons spelmateriaal In de BSO-ruimte bieden wij verschillende spelmaterialen aan, afgestemd op de verschillende leeftijden van de kinderen. Wij stemmen regelmatig met de kinderen af of er nog behoefte is aan andere materialen. Soms gaan we samen naar de winkel om nieuw materiaal aan te kopen. Naar buiten Het buiten zijn is iets wat we de kinderen graag willen bieden. Met name omdat zij overdag al op school zitten en er vaak behoefte is aan buitenlucht en beweging. Dit betekent dat we zoveel mogelijk met de kinderen naar buiten gaan en zorg besteden aan het spelmateriaal en op zijn tijd met de kinderen naar het park, strand of bos gaan. ’s Winters als de mogelijkheid er is gaan we schaatsen op de vijver en zomers lekker met water buiten spelen. Voetnoot 1) in afstemming met onze verzekeringsmaatschappij ligt de verantwoordelijkheid van de kinderen bij de ouders als zij ervoor kiezen kinderen zelfstandig vanuit school naar de BSO te laten komen. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 7 Radio, muziek, televisie en computerspelen Bij het gebruik van televisie en radio zien we dat het nodig is om bewust met het aanbod om te gaan. (maximaal 1/2 uur per dag, tijdens vakantie kan en mag het langer zijn ). We kiezen ervoor zowel de televisie als de radio niet de gehele dag aan te zetten. Dit geluid kan een inbreuk zijn en een mechanische toevoeging die niet wenselijk is voor kinderen. Het kan afleiden van de betrokkenheid voor spel en/of andere bezigheden. De kinderen mogen in de BSO gebruik maken van de televisie/computer in overleg met de pedagogisch medewerker. De kinderen laten hun eigen computerspelen thuis. Wij bieden de kinderen zelf materiaal aan waaronder een computer met spelletjes. Kinderen laten mobiele telefoons in de tas. Hier wordt in de opvang niet mee gespeeld. Oplossen van conflicten tussen kinderen Bij een conflict grijpen we niet direct in. Veel meningsverschillen spelen zich af in een paar seconden en dan lost het zich vanzelf op. Kinderen zijn over het algemeen capabel om zelf een aanvaring op te lossen. Ingrijpen is pas nodig als het gevaarlijk wordt of als er ruzie ontstaat en deze maar blijft doorgaan, als de partijen te ongelijk zijn, of als er iets vernield wordt. Wij letten hierbij op het volgende: 1 Wij nemen een neutrale houding aan en trekken geen partij. 2 Wij gaan naar de kinderen toe en stoppen hun gedrag met woorden en soms met daden. De kinderen worden uit elkaar gehaald, of het voorwerp waarom ‘gevochten’ wordt, wordt even afgenomen. 3 Wij spreken de kinderen aan volgens de principes van Gordon door middel van ikboodschappen en actief luisteren. Wij stellen neutrale vragen zoals “Wat is er aan de hand?” Wij helpen om de ruzie op te lossen door middel van overleg. De kinderen bedenken zelf een oplossing (de pedagogisch medewerker kan wel oplossingen aandragen). Er wordt nagegaan of de oplossing goed begrepen wordt en of iedereen het er mee eens is. Wanneer een kind met regelmaat ontoelaatbaar gedrag laat zien, dan zal er een gesprek met ouders plaats vinden. Kindvolgsysteem Hoe observeren en volgen wij de kinderen in hun ontwikkeling (BSO)? De individuele rapportage bestaat uit een observatieverslag. Er is een observatieformulier beschikbaar dat als standaard formulier kan dienen. Tevens is er een toelichting welke handvatten geeft om het observatieformulier in te vullen. In de toelichting staat een advies met betrekking tot de frequentie van het observeren en de communicatie naar ouders toe. De ouders ontvangen een kopie van het observatieverslag. De bedoeling is er een oudergesprek aan te koppelen (+ kindgesprek bij BSO). In het Protocol Kindvolgsysteem zijn hier richtlijnen voor opgenomen. Bij eventuele ontwikkelingsproblemen volgen de pedagogisch medewerkers het Protocol Signalering van mogelijke ontwikkelingsproblemen. Mentorschap Om de overdracht tussen ouders en de pedagogisch medewerkster te optimaliseren werken wij met het mentorschap. Een mentor is verantwoordelijk voor de intake en de wenperiode van het kind. Voor de ontwikkeling van het kind en het volgen hiervan gedurende de opvang, levert het mentorschap een goede bijdrage. De mentor voert de oudergesprekken dat één keer per jaar plaatsvindt. Als de ouders iets bijzonders over het Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 8 kind en/of thuissituatie willen bespreken, is de mentor daarvoor de aangewezen persoon. Het is de verantwoordelijkheid van de mentor om de collega's te informeren. Voor de dagelijkse opvang van het kind verandert er niets. Bij de haal- en brengmomenten geeft de ouder informatie door aan de pedagogisch medewerkster die op dat moment op de groep werkt en deze informeert de ouder bij het ophalen van het kind over hoe zijn/haar dag is verlopen. Onze locatie-eigen regels, tradities en rituelen Eten en drinken Het eet en drinkmoment is/hoort een gezellig tafelmoment zijn voor de kinderen. De kinderen hebben bij ons keuzemogelijkheid voor wat betreft het broodbeleg. Iedere kind leert zijn eigen boterham te smeren. In het begin, waarnodig met ondersteuning van de pedagogisch medewerker. -Voor het eten gaan wij naar het toilet en wassen de handen. -Wij verplichten de kinderen niet om hun korsten op te eten. -Wij gaan pas van tafel als iedereen is uitgegeten. -Na het eten brengt ieder kind zijn eigen bord en beker naar de keuken. Ieder kind start met een boterham. Na de eerste boterham mag het kind maximaal twee crackers. Wil een kind nog een boterham dan kan dat. Taal/gedrag Vloeken is niet toegestaan. Mocht het voorkomen dat kinderen dit toch doen, dan worden ze daar op gewezen. Als het vaak voorkomt, dan voeren wij een open gesprek. Wij leggen daarin uit waarom wij willen dat er niet gevloekt wordt bij de BSO. Als zo’n gesprek heeft plaats gevonden wordt dit teruggekoppeld naar de betreffende ouders. Mocht het probleem zich steeds herhalen, dan gaan wij in gesprek met de betreffende ouders om samen te kijken naar een oplossing. We leren de kinderen zorgvuldig om te gaan met spullen van henzelf, van groepsgenoten en van BSO Joepie. (Taxi) vervoersregels Kinderen tot 1.35 meter moeten op een stoel verhoger Gordel altijd om Gordel pas losmaken als de bestuurder het zegt In- en uitstappen met de bestuurder; samen kijken of het veilig is Indien de bestuurder de school binnengaat terwijl de rest van de kinderen in de bus blijft,dan houden deze kinderen de gordel om en blijven ze op hun stoel zitten Kinderen mogen niet voorin, tenzij het niet anders kan Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 9 Overdracht naar ouders De overdracht gebeurt mondeling naar de ouders. Op aanvraag kan een persoonlijk gesprek plaatsvinden met de ouders. Verjaardagen Als de kinderen in de BSO hun verjaardag willen vieren dan is daar ruimte voor. Kiest een kind om het niet te doen dan is dat ook prima. Ons kindercentrum in de wijk In Hoogezand kan er gebruik gemaakt worden van de openbare bibliotheek, sportvelden/hallen, een openbaar zwembad, een gymnastiekzaal, verschillende natuuromgevingen (bos, park) en de kinderboerderij. Ontdekken in een natuurlijke omgeving Wij willen zoveel mogelijk met de kinderen naar buiten zodat ze de natuurlijke omgeving zelf kunnen verkennen. Pas dan kunnen kinderen zich helemaal vrij ontwikkelen. Ze ervaren dan de vrijheid van de natuur en hun persoonlijke vrijheid. Buiten spelen stimuleert de motoriek De motoriek wordt gestimuleerd door te rennen, te klimmen, te klauteren en te springen. De fijne motoriek wordt gestimuleerd door het spelen met zand, met stokken in het zand tekenen, steentjes oppakken enzovoort. Ook ervaren de kinderen de weersverschillen en dat daar ook veel plezier mee te beleven is. Met regen kunnen ze het water opvangen, onder een paraplu lopen, het tikken van de regendruppels horen, stampen in de plassen, hutjes maken om te schuilen enzovoort. Sneeuw en hagel voelen anders aan en met wind kun je spelen. Van de kou hebben de kinderen geen last, we kleden ze goed aan. Dit maakt het mogelijk om bij ieder weertype naar buiten te gaan! Bij mooi weer zorgen we voor beschutting tegen de zon, insecten, verkoeling en genoeg drinken. Zo kunnen de kinderen hele (mid)dagen buiten vertoeven! Leren omgaan met dieren Door buiten te spelen leren de kinderen hun lichaam kennen en gezond te houden. Het maakt hen zelfverzekerd, gezond en leergierig. Ook dieren zijn een belangrijk onderdeel in het buiten spelen. De kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen door dieren te verzorgen en abstracte begrippen als zacht aaien, voorzichtig doen enzovoort. Het bevordert ook de sociaal-emotionele ontwikkeling Om nabij dieren te komen gaan we met enige regelmaat naar de kinderboerderij. Als de kinderen buiten zijn, is er altijd een volwassene om op terug te vallen. Versie 4 – april 2014 Pedagogisch Werkplan BSO Joepie (vh Griffy) 10
© Copyright 2024 ExpyDoc