Kern 6: letters g, au, ui, f en ei

Kern 6: letters g, au, ui, f en ei
Beste ouders,
In kern 6 worden de letters g, au, ui, f en ei geleerd. Dit zijn de laatste letters die dit schooljaar aan bod komen. De letters ‘ui’ en ‘ei’
worden nog wel eens verkeerd geschreven. We leren de kinderen daarvoor geheugensteuntjes aan: bij de ‘ui’ komt eerst de ui (de
kinderen maken met hun linkerhand de vorm van een ui die lijkt op de vorm van de letter ‘u’) en daarnaast ligt het mesje (de
kinderen strekken hun rechterhand en draaien de handpalm naar links; zo ontstaat de ‘i’). Bij de ‘ei’ krijg je eerst het ei (de ‘e’) en dan
het lepeltje (de ‘i’).
(Voor)leestips bij kern 6
Onderstaande titels sluiten aan bij het leren lezen op school. De meeste boekjes zijn niet los te koop, maar wel verkrijgbaar bij de
bibliotheek.
Zelf lezen niveau maan








de bal van bel, Helen van Vliet en Agnes Wijers (makkelijk lezen) ISBN 978.90.487.1962.4
de hut, Manon Sikkel en Hélène Jorna (makkelijk lezen) ISBN 978.90.487.1959.4
lol is leuk, Elle van Lieshout, Erik van Os en Loes Riphagen(makkelijk lezen) ISBN 978.90.487.1965.5
wat is er met kip? (deels makkelijk lezen (samenleesboek) ISBN 978.90.487.1963.1
ik ken een mop!, Annemarie van den Brink en Tineke Meirink ISBN 978.90.487.1960.0
waar is boer bas?, Riet Wille en Marieke Nelissen ISBN 978.90.487.1967.9
het bos bij jos is top, Bies van Ede en Christoph Kirsch ISBN 978.90.487.1966.2
de hut in de boom, Manon Sikkel en Hélène Jorna ISBN 978.90.487.1957.0
Samen lezen niveau zon en maan


wie wint dit spel?, Joke de Jonge en Juliette de Wit ISBN 978.90.487.1964.8
leentje en beentje, dat durf ik niet!, Rindert Kromhout en Jan Jutte ISBN 978.90.487.1961.7
Voorlezen



Een mop voor prins Pom, Annemarie van den Brink en Tineke Meirink ISBN 978.90.487.1969.3
Allemaal sterretjes, Els Florijn en Mirjam van der Vegt ISBN 978.90.239.9415.2
Allemaal sprookjes, Annie M.G. Schmidt ISBN 978.90.451.0611.3
Kijk ook eens in de webshop van Zwijsen voor leuke boekjes voor beginnende lezers. De boekjes zijn te sorteren op AVI-niveau, zodat
u precies kunt aansluiten bij het leesniveau van uw kind.
Tips voor spelletjes bij kern 6
Tip 1: Onzin-zinnen
Maak een aantal briefjes met daarop telkens de volgende woorden:
Briefje 1: ik ...
Briefje 2: in de ...
Briefje 3: met een ...
Vul daarna samen met uw kind eerst alle eerste briefjes in, vervolgens de tweede en de derde. Doe de briefjes dan in drie bakjes of mandjes.
Trek om beurten een briefje uit ieder bakje of mandje. Leg ze achter elkaar en lees de zin op die zo ontstaat. Is het een zin-zin of onzin-zin? In elk
geval is het leuk!
Tip 2: Een woordslang maken
Maak samen met uw kind een woordslang. Begin met een woord en zoek om beurten een woord dat begint met de laatste letter van
het laatstgenoemde woord, bijvoorbeeld: brief - fles - soep. Kunt u beiden na een minuut bedenktijd geen woord meer vinden, dan
stopt het spel. U kunt de woorden ook opschrijven en samen nog eens doorlezen. Speel het spel een tweede keer en beperk de keuze
van de woorden tot bijvoorbeeld dierennamen. Schrijf deze woorden op. Teken vervolgens boven de woordslang een optocht van de
genoemde dieren.
Tip 3: Met de computer spelen
Na deze kern kent uw kind alle letters. Misschien wil uw kind zelf woorden typen op de computer.
Op het toetsenbord staan echter hoofdletters, terwijl veel kinderen nu alleen nog maar kleine letters kennen. Daarom is het een leuk
idee om op de toetsen gekleurde stickertjes te plakken, waarop de kleine letters zijn geschreven. Leer uw kind wel, dat het voor de
letter ‘aa’ twee keer de a-toets moet intikken. Stimuleer uw kind teksten te maken of verzin samen spannende verhalen. Print de
teksten en verhalen, verzamel ze en laat uw kind er een mooie tekening bij maken.
Tip 4: Een verjaardagskalender maken
Nu uw kind alle letters beheerst, is het leuk om in te gaan op een van de functies van schrijven:
door dingen op te schrijven, hoef je niet alles te onthouden. Een voorbeeld hiervan is een verjaardagskalender. Door de namen van je vrienden op
een kalender te schrijven, hoef je niet te onthouden wanneer ze jarig zijn, maar kun je het opzoeken.
Neem twaalf witte vellen papier, een voor elke maand. Op de bovenste helft van deze bladzijden maakt uw kind een leuke tekening
of plakt het een plaatje uit een tijdschrift. Op de onderste helft schrijft u per blad de naam van de maand en tekent u 29, 30 of 31
schrijflijntjes (voor de namen van de jarigen). Elk schrijfregeltje wordt genummerd. Hierna kunnen bij elke maand de namen van de
jarigen worden ingevuld. Deze kalender krijgt een mooie plaats op de kamer van uw kind of op een centrale plaats in huis.