EXAMENREGELING voor 4-vmbo (GL/TL), 5

EXAMENREGELING
voor 4-vmbo (GL/TL), 5-havo en 6-vwo
CURSUS 2014-2015
Centraal examen 2015



Examenregeling
Naamlijst kandidaten
Data centraal examen
CSG Jan Arentsz
Mandenmakerstraat 11
afd. vmbo GL/TL, havo en vwo
1825 BB Alkmaar
Bosgroet 14
afd. vmbo GL/TL
1722 KA Zuid-Scharwoude
september 2014
Examenregeling voor de klassen van het vmbo (GL/TL) en voor de klassen van de Tweede Fase van
Gymnasium, Atheneum en Havo van Jan Arentsz, Christelijke scholengemeenschap te Alkmaar en
Langedijk, vastgesteld door het bevoegd gezag van de school, te weten het College van Bestuur van de
Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Alkmaar en omstreken.
1. INLEIDING:
Deze examenregeling is een verkorte uitgave van het voor onze school vastgestelde examenreglement. Het
volledige examenreglement w ordt op Moodle geplaatst en ligt ter inzage bij:

de vestigingsdirecteuren

de secretarissen van het examen

de coördinatoren/teamleiders
vestiging
vestiging
Mandenmakerstraat
Langedijk
vestigingsdirecteur
dhr. J.A. Brandsma (havo-5, vw o-6)
dhr. C. Bood
dhr. J.W. Heemstra (vmbo-4)
secretaris van het examen mw . E. Rozema-Dijst (havo/vw o)
mw . F. Lochtenberg
dhr. L. Veerman (vmbo)
coördinator/teamleider
dhr. P. Blommaart (vw o-6)
dhr. A. Kooy (vmbo-3,4)
dhr. W. Verkuil (havo-5)
dhr. D. van Wijk (vmbo-4)
2. HET EINDEXAMEN
Het eindexamen bestaat uit de rekentoets, een schoolexamen en een centraal examen.
De examenstof, die getoetst w ordt op het schoolexamen, w ordt omschreven in het PTA (programma van toetsing
en afsluiting).
De examenstof voor het centraal examen vmbo, havo en vw o w ordt ruim voor het examen door de docent bekend
gemaakt en is te vinden op: w w w .examenblad.nl (klik door via examenjaar, vmbo/havo/vw o, onderw erpen,
examenprogramma’ s en syllabi).
De stof (vereiste vaardigheden) voor de rekentoets w ordt door de docent van de rekenlessen aan de leerlingen
bekend gemaakt.
3. HET SCHOOLEXAMEN
3.1. Het schoolexamen bestaat uit een examendossier. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van
het schoolexamen zoals de school dat heeft ingericht.
3.2. Het schoolexamen vmbo (GL/TL) omvat mede een sectorw erkstuk. Het schoolexamen havo/vw o omvat mede
een profielw erkstuk.
3.3. De leerlingen van V3/V4, H4/H5 en AG4/AG5/AG6 ontvangen een programma van toetsing en afsluiting dat
bestaat uit:

een algemeen deel, w aarin de organisatie van het schoolexamen w ordt beschreven,

de leerstofomschrijving per vak.

een datumlijst, w aarin o.a. vermeld staat, w anneer profielw erkstuk (havo, vw o), sectorw erkstuk (vmbo)
en handelingsdelen afgerond moeten zijn.
4. HET CENTRAAL EXAMEN EN DE REKENTOETS
4.1. Het centraal examen w ordt afgenomen in het laatste leerjaar. De rekentoets w ordt afgenomen in het
(voor)laatste leerjaar. Het centraal examen kent een 1 e, 2 e en 3 e tijdvak. De rekentoets kent één herkansing.
Informatie over de gang van zaken bij het centraal examen en de rekentoets ontvangt iedere leerling per brief
in één van de w eken voorafgaand aan het centraal examen en de rekentoets.
4.2. Het schoolexamen (vmbo, havo, vw o) dient te zijn afgesloten voor de aanvang van het 1 e tijdvak. In afw ijking
hierop geldt voor het vmbo dat het schoolexamen voor vakken, w aarin geen centraal examen w ordt afgelegd,
mag w orden afgesloten uiterlijk 1 w eek voor de uitslag w ordt vastgesteld.
4.3. Een kandidaat (havo, vw o) kan in bijzondere omstandigheden toestemming krijgen van de vestigingsdirecteur
om lichamelijke opvoeding 1 en/of CKV1 af te sluiten na aanvang van het centraal examen doch uiterlijk 1
w eek voordat de uitslag w ordt vastgesteld.
5. ONREGELMATIGHEDEN
1
5.1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen aan enige onregelmatigheid schuldig
maakt of heeft gemaakt, kan de vestigingsdirecteur in overleg met de examensecretaris maatregelen nemen.
5.2. De maatregelen bedoeld in artikel 5.1, die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen w orden,
kunnen zijn:
a) het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen, de rekentoets of het centraal
examen,
b) het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan een of meer zittingen van het schoolexamen,
de rekentoets of het centraal examen,
c) het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen , de
rekentoets of het centraal examen,
d) het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen w orden uitgereikt na een hernieuw d examen
(schoolexamen, rekentoets en/of centraal examen) in door de voorzitter van het College van Bestuur aan
te w ijzen onderdelen.
5.3. Alvorens een beslissing volgens artikel 5.2 w ordt genomen, hoort de vestigingsdirecteur de kandidaat. De
kandidaat kan zich door een door hem aan te w ijzen meerderjarige laten bijstaan. De vestigingsdirecteur deelt
zijn beslissing mede aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke
mededeling w ordt tevens gew ezen op het bepaalde in artikel 5.4. De schriftelijke mededeling w ordt
tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze
minderjarig is, alsmede aan de inspectie.
5.4. De kandidaat kan tegen een beslissing van de vestigingsdirecteur in beroep gaan bij de voorzitter van het
College van Bestuur, zijnde vertegenw oordiger van het bestuur. De voorzitter van het College van Bestuur
stelt een commissie in voor het centraal examen (met name disciplinaire zaken) (artikel 5.5). Van de
commissie van beroep voor het centraal examen mogen de vestigingsdirecteur en examensecretaris geen deel
uitmaken. Het beroep w ordt binnen drie dagen nadat de beslissing schriftelijk ter kennis van de kandidaat is
gebracht, schriftelijk bij de commissie van beroep ingesteld. De commissie stelt een onderzoek in en beslist
binnen tw ee w eken op het beroep, tenzij zij de termijn met redenen omkleed heeft verlengd met ten hoog ste
tw ee w eken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op w elke w ijze de kandidaat alsnog in de
gelegenheid zal w orden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen. De commissie deelt haar
beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de vestigingsdirecteur en aan de inspectie.
5.5. De commissie van beroep voor het centraal examen, bedoeld in artikel 5.4, w ordt ingesteld door de voorzitter
van het College van Bestuur. Deze commissie bestaat uit de voorzitter van het College van Bestuur, 2
docenten en 1 lid van de oudergeleding van de MR. De beslissing van de commissie van beroep is bindend.
N.B. Overal w aar in het bovenstaande staat: " voorzitter van het College van Bestuur" , dient gelezen te w orden
" voorzitter van het College van Bestuur of zijn vervanger" , w aar “ vestigingsdirecteur” staat, dient gelezen te
w orden “ vestigingsdirecteur of zijn vervanger” .
6. BECIJFERING
6.1. De beoordeling van kennis, inzicht en vaardigheid van een kandidaat voor elk van de examenvakken en de
rekentoets w ordt uitgedrukt door een eindcijfer. Daartoe staan ter beschikking de gehele cijfers 1 tot en met
10.
Toetsen, praktische opdrachten en het profielw erkstuk (havo, vw o) w orden beoordeeld met een cijfer van 1
t/m 10 met daartussen liggende cijfers op één decimaal.
Cijfers, beoordelingen schoolexamen:
6.2. Cijfer schoolexamen periode A (H4, AG4, AG5), cijfer praktische opdracht :
Bij het vaststellen van het cijfer voor het schoolexamen periode A (H4, AG4, AG5) w ordt het rekenkundig
gemiddelde van de betreffende voortgangstoetsen afgerond op één decimaal. Bijvoorbeeld: 7,44... = 7,4 en
7,45... = 7,5.
Bij het vaststellen van het cijfer voor de praktische opdracht, voor zover deze is opgebouw d uit onderdelen,
w ordt het rekenkundig gemiddelde van de betreffende onderdelen van de praktische opdracht afgerond op
één decimaal. Bijv.: 7,44... = 7,4 en 7,45... = 7,5.
6.3. Becijfering profielw erkstuk (havo, vw o), beoordeling sectorw erkstuk (vmbo): Voor het sectorw erkstuk w ordt
geen cijfer maar een beoordeling (onvoldoende, voldoende of goed) gegeven. Het profielw erkstuk (havo,
vw o) w ordt becijferd.
6.4. Cijfer combinatievak (havo, vw o):
Voor de havo geldt, dat maatschappijleer en het profielw erkstuk samen het combinatievak havo vormen. Voor
het vw o (CE 2015) geldt dat anw , maatschappijleer (ma), het profielw erkstuk en kcv (indien van toepassing)
samen het combinatievak vw o vormen. De eindcijfers van de samenstellende vakken bepalen in de
verhouding 1:1 (H) en 1:1:1(:1) (AG) het eindcijfer van het combinatievak.
6.5. Cijfer 3 e leerjaar vmbo:
Cijfers, behaald in het 3 e leerjaar vmbo tellen voor 15-25% mee in het 4 e leerjaar vmbo (zie PTA voor
berekening eindcijfer)
2
Eindcijfers schoolexamen:
6.6. Eindcijfer schoolexamen voor een vak met centraal examen : Indien een examinator bij het vaststellen van het
eindcijfer voor het schoolexamen van een vak met een centraal examen, komt tot een cijfer met tw ee of
meer decimalen, w ordt dit cijfer afgerond op één decimaal. Bijvoorbeeld: 7,44... = 7,4 en 7,45... = 7,5.
6.7. Eindcijfer schoolexamen voor een vak met alleen een schoolexamen (w aartoe ook de onderdelen van het
combinatievak havo, vw o): Bij een vak w aarvoor het eindcijfer van het schoolexamen tevens het cijfer voor
het examen is, geldt dat een gemiddelde van .,44 of minder naar beneden en van .,45 of hoger naar boven
op een geheel getal w ordt afgerond. Bijvoorbeeld: 7,44... = 7,4 = 7 en 7,45... = 7,5 = 8.
6.8. Eindcijfer combinatievak havo, vw o: Het eindcijfer van het combinatievak is het rekenkundig gemiddelde van
de eindcijfers van de samenstellende onderdelen. Als de uitkomst van die berekening niet een geheel getal is,
w ordt dat getal naar beneden afgerond als het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is. Als het eerste
cijfer achter de komma een 5 of hoger is, dan w ordt naar boven afgerond. Bijv.: 6,49 w ordt een 6 en 6,50
w ordt een 7.
Eindcijfer centraal examen en de rekentoets:
6.9. Het eindcijfer voor de rekentoets en het eindcijfer van alle vakken van het eindexamen w orden uitgedrukt in
een geheel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10.
6.10.
Eindcijfer vak met centraal examen: Het eindcijfer voor een vak w ordt bepaald op het rekenkundig
gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen (afgerond op 1 decimaal) en het cijfer voor het centraal
examen (op 1 decimaal). Is dit gemiddelde niet een geheel getal, dan w orden de decimalen indien deze 45 of
minder zijn, naar beneden afgerond en indien deze 50 of meer zijn, naar boven afgerond.
Voorbeeld: schoolexamen 6.8, centraal examen 6.2, geeft gemiddeld 6.5, w ordt afgerond op eindcijfer 7;
schoolexamen 7.2, centraal examen 7.7, geeft gemiddeld 7.45, w ordt afgerond op eindcijfer 7.
6.11.
Indien in een vak alleen een schoolexamen is gehouden is alleen het cijfer voor het schoolexamen
bepalend voor het eindcijfer.
6.12.
Het cijfer voor de rekentoets is tevens het eindcijfer.
7.
UITSLAG VAN HET EINDEXAMEN 2015
7a. Uitslag van het eindexamen havo en vwo 2015 (zie n.b. onder art. 7b)
7.1. In het examenjaar 2015 geldt dat een examenkandidaat havo vw o geslaagd is, indien
 voldaan is aan de kernvakkenregel :
- een leerling mag ten hoogste één vijf als eindcijfer voor de kernvakken Nederlands taal en
literatuur, Engelse taal en literatuur en wiskunde A, B of C scoren. Een leerling is gezakt als
a) er meer dan één vijf voor deze vakken wordt gescoord;
b) er een vier of lager voor deze vakken wordt gescoord.
- een leerling, die geen wiskunde in zijn pakket heeft, mag ten hoogste één vijf als eindcijfer voor
de kernvakken Nederlandse taal en literatuur en Engelse taal en literatuur scoren. Deze leerling is
gezakt als
a) er meer dan één vijf voor deze vakken wordt gescoord;
b) er een vier of lager voor deze vakken wordt gescoord.
 het onafgeronde gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,5 is.
Bijv.: Een gemiddelde van 5,49 is lager dan 5,5 en dus onvoldoende. De kandidaat is dan
gezakt.
 de rekentoets is afgelegd, ongeacht het behaalde resultaat,
en

alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

er 1x5 is behaald en voor de overige vakken/eindcijfers een 6 of hoger, of

er 1x4 is behaald en voor de overige vakken/eindcijfers een 6 of hoger, w aarbij het
gemiddelde tenminste 6,0 is, of

er 2x5 is behaald en voor de overige vakken/eindcijfers een 6 of hoger, w aarbij het
gemiddelde tenminste 6,0 is, of

er 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken/eindcijfers een 6 of hoger, w aarbij het
gemiddelde tenminste 6,0 is.
Daarnaast moeten CKV en LO zijn beoordeeld als ' voldoende' of ' goed' .
Opm. havo.: De cijfers voor maatschappijleer en het profielw erkstuk bepalen ieder voor 50% het eindcijfer
van het
combinat ievak. Het eindcijfer voor het combinatievak telt mee in de slaag-/zakregeling.
Opm. vw o.: De cijfers voor anw , maatschappijleer, het profielw erkstuk en zo nodig kcv bepalen ieder in
een verhouding 1 : 1 : 1 (: 1) het eindcijfer van het combinatievak. Het eindcijfer voor het combinatievak
telt mee in de slaag-/zakregeling.
7.2 Met een eindcijfer van 3 of lager is de kandidaat afgew ezen. Dit geldt ook voor het eindcijfer per onderdeel van
het combinatievak.
3
7.3 Heeft een kandidaat in meer vakken dan het vereiste minimum examen gedaan, dan kan een extra vak buiten
beschouw ing w orden gelaten. De kandidaat bepaalt of het resultaat van het extra vak op de cijferlijst w ordt
vermeld. Als een kandidaat met meetellen van alle vakken niet slaagt, mogen vakken geschrapt w orden als hij
daardoor alsnog kan slagen. De resterende vakkencombinatie moet w el aan de profieleisen voldoen.
7.4 De kandidaat die het examen havo/vw o heeft afgelegd en niet voldoet aan de voorw aarden in artikel 7. 1 en
7.2 is afgew ezen (maar heeft nog w el de mogelijkheid van herkansing).
7b. Uitslag van het eindexamen vmbo (GL/TL) 2015
7.1 In het examenjaar 2015 geldt dat een examenkandidaat vmbo GL/TL geslaagd is, indien:

het eindcijfer Nederlands niet lager is dan een vijf.

de rekentoets is afgelegd, ongeacht het behaalde resultaat,

het onafgeronde gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,5 is.
Bijv.: Een gemiddelde van 5,49 is lager dan 5,5 en dus onvoldoende. De kandidaat is dan gezakt.

en
o alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of
o er 1 x 5 is en alle andere eindcijfers 6 of hoger zijn of
o er 2 x 5 is en alle andere cijfers 6 of hoger, w aarvan ten minste één 7 of hoger is of
o er 1 x 4 is en alle andere cijfers 6 of hoger is, w aarvan ten minste één 7 of hoger is
7.2 Daarnaast moet er voldaan w orden aan de voorw aarde dat het sectorw erkstuk en het vak lichamelijke
opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijke deel moet zijn beoordeeld als " voldoende" of " goed" .
7.3 Maatschappijleer 1, dat w ordt afgesloten met alleen een schoolexamen, telt volledig in de slaag/zakregeling
vmbo mee, ondanks het ontbreken van een centraal examen.
7.4 De kandidaat die het examen vmbo GL/TL heeft afgelegd en niet voldoet aan de voorw aarden in artikel 7. 1 en
7.2 is afgew ezen (maar heeft nog w el de mogelijkheid van herkansing).
N.B. Het cijfer van de rekentoets (vmbo, havo, vwo) gaat pas vanaf het schooljaar 2015-2016 meetellen in de slaag/zakregeling. In het schooljaar 2014-2015 kan een leerling niet zakken op een laag cijfer voor de rekentoets, zelfs als het
een 1 is. De rekentoets is wèl conform de oorspronkelijke planning in 2013-2014 ingevoerd als verplicht examenonderdeel
en het cijfer dient op een bij het diploma behorend certificaat te worden vermeld.
8. HERKANSING VAN HET CENTRAAL EXAMEN EN HERKANSING/INHALEN VAN DE REKENTOETS
Herkansing van het centraal examen
8.1. Iedere kandidaat die een volledig examen heeft afgelegd en daarvan de uitslag ontvangen heeft, heeft het
recht in het 2 e tijdvak voor één vak opnieuw deel te nemen aan het centraal examen. Hij doet daartoe een
schriftelijk verzoek door de ondertekende voorlopige cijferlijst in te leveren bij de secretaris van het
eindexamen (Langedijk vmbo - mevr. Lochtenberg), bij de vestigingsdirecteur (Alkmaar vmbo) of bij de
teamleider (havo, vw o).
8.2. Door het aanvragen van een herkansing w ordt de uitslag een voorlopige uitslag.
8.3. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als
definitief cijfer voor het centraal examen.
8.4. Een kandidaat die in het eerste tijdvak zijn centraal examen niet voor al zijn vakken heeft kunnen voltooien,
krijgt op het moment dat de andere kandidaten de uitslag vernemen, zijn reeds behaalde cijfers medegedeeld.
De kandidaat heeft dan de mogelijkheid in het tw eede tijdvak (of eventueel derde tijdvak) zijn examen te
voltooien én om te herkansen.
8.5. Een kandidaat kan toestemming vragen om toegelaten te w orden tot het 3 e tijdvak (staatsexamen).
Kandidaten die aan het 3 e tijdvak w ensen deel te nemen, dienen dit, onder vermelding van de vakken (het
vak) aan de voorzitter van het College van Bestuur mee te delen middels een persoonlijk (op de administratie)
ondertekend aanvraagformulier. Toelating tot het derde tijdvak w ordt schriftelijk door de school aan de
betreffende kandidaat meegedeeld.
Data w aarop aanvragen voor het tw eede en derde tijdvak uiterlijk op de administratie ingeleverd moeten zijn, w orden
vermeld in de datumlijst, die w ordt toegevoegd bij de exameninformatie, die in maart van het examenjaar aan de
kandidaten w ordt uitgereikt. Aanvragen die later w orden ingeleverd kunnen niet meer in behandeling w orden genomen .
Herkansing/inhalen van de rekentoets
8.6 De kandidaat heeft recht op één herkansing van de rekentoets binnen de periode w aarin de rekentoets
w ordt afgenomen zonder dat dit gevolgen heeft voor de herkansing van een CE-vak.
8.7 Voor de kandidaten geldt dat het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij de eerder afgelegde
rekentoets geldt als definitief cijfer voor de rekentoets.
8.8 Inhalen van de rekentoets of inhalen van de herkansing van de rekentoets kan alleen binnen de periode,
die door het College van Examens is vastgesteld voor afname van de rekentoets of de herkansingen van
de rekentoets en binnen de mogelijkheden, die de school daarvoor biedt.
4
9. AFWIJKING WIJZE VAN EXAMINEREN.
9.1 De vestigingsdirecteur kan toestaan dat een (lichamelijk of geestelijk) gehandicapte kandidaat het examen
geheel of gedeeltelijk aflegt op een w ijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat.
In dat geval bepaalt de vestigingsdirecteur de w ijze w aarop het examen zal w orden afgelegd. Hij doet hiervan
zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie.
Om aangepast examen te kunnen doen bij een niet-zichtbare handicap moet een verklaring worden overlegd
van een ter zake deskundige psycholoog, orthopedagoog of arts, waarin de diagnose wordt gesteld. Op grond
van deze deskundigenverklaring heeft de leerling recht op verlenging van de examentijd met 30 minuten, voor
toetsen van minder dan 2 lesuren 15 minuten.
Andere benodigde aanpassingen en hulpmiddelen moeten in de deskundigenverklaring staan vermeld, of
aantoonbaar aansluiten bij het begeleidingsadvies in de verklaring. Ook moet de leerling hiermee op school al
geruime tijd hebben gewerkt (zie art. 55 van het examenbesluit)
9.2 De vestigingsdirecteur kan toestaan dat ten aanzien van een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar
w aarin hij eindexamen aflegt ten hoogste zes jaren onderw ijs in Nederland heeft gevolgd en voor w ie het
Nederlands niet de moedertaal is, met betrekking tot het vak Nederlandse taal en letterkunde, het vak
Nederlandse taal of enig vak w aarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overw egende betekenis is,
w ordt afgew eken van de voorschriften. De afw ijking w ordt, voorzover w ordt afgew eken van de
voorschriften, meegedeeld aan de inspectie. De afw ijking kan voorzover het centraal examen betreft slechts
bestaan uit een verlenging van de duur van de toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten en
het verlenen van toestemming tot het gebruik van een w oordenboek Nederlands naar vreemde taal naast het
verklarend w oordenboek der Nederlandse taal.
9.3 In bijzondere situaties (bijvoorbeeld langdurige ernstige ziekte) kan het een kandidaat w orden toegestaan het
examen te spreiden over tw ee opeenvolgende leerjaren. Verdere informatie over een gespreid examen w ordt
gegeven door de secretaris van het examen.
De kandidaat vraagt persoonlijk vóór 1 november van het examenjaar bij de secretaris van het examen toestemming
aan voor de afw ijkende w ijze van examineren. Daarbij w ordt door de kandidaat een (kopie van een) medische verklaring
overhandigd, w aarin een aanbeveling staat over de w ijze van examineren.
-.-.-.-.-.-.-.-.-
5